Sicco Roorda van Eysinga - zijn eigen vijand.pdf - Hans Vervoort
Sicco Roorda van Eysinga - zijn eigen vijand.pdf - Hans Vervoort
Sicco Roorda van Eysinga - zijn eigen vijand.pdf - Hans Vervoort
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>van</strong> Eijsinga is vervaardigd. Ik weet dit dewijl genoemde heer een<br />
exemplaar <strong>van</strong> hetzelfde heeft gevoegd by <strong>zijn</strong>e memorie <strong>van</strong> verdediging<br />
op het artikel Solo en de resident Nieuwenhuijzen, welke<br />
memorie luidens den brief, by mijn schryven <strong>van</strong> den Se dezer<br />
No. 3046 over gelegd, hij <strong>Roorda</strong> aan den advocaat en Procureur Mr.<br />
H.A. des Amorie <strong>van</strong> der Hoeven ter aanbieding aan Uwe excellentie<br />
heeft gezonden.<br />
In die memorie betoogde genoemde <strong>Roorda</strong> dat hy het Gouvernement<br />
een dankbaar hart toedraagt omdat hy <strong>zijn</strong> geheel bestaan aan<br />
Hetzelve verschuldigd is, en dat hy nimmer de bedoeling heeft gehad<br />
kwetsende stukken te publiceren, ten bewijze daa rvoor aanvoerende<br />
dat hij anders den ter lezing aangeboden vloekzang zoude hebben<br />
uitgegeven.<br />
Dit gedeelte <strong>van</strong> <strong>zijn</strong>e zonderlinge en het als bijlaag overgelegd<br />
exemplaar <strong>van</strong> den vloekzang <strong>zijn</strong> echter, naar ik later vernomen heb,<br />
door den heer Mr. des Amorie <strong>van</strong> der Hoeven uit de meermelde<br />
memorie weggelaten en <strong>van</strong> dezelve teruggehouden, waarschijnlijk<br />
ten gevolge <strong>van</strong> de ernstige opmerking welke ik den heer <strong>Roorda</strong><br />
dienaangaande heb gemaakt.<br />
Op de overige door Uwe Excellentie gedane vragen veroorloof ik mij<br />
te antwoorden dat de bedoelde vloekzang hier niet bekend is en dat<br />
dezelve noch in het residentie huis, noch op andere plaatsen ten<br />
aanhoore <strong>van</strong> Javaansche grooten is gereciteerd geworden. —<br />
Gelykerwijs kan ik Uwe Excellentie ook verzekeren dat de Soesoehoenan,<br />
evenmin als de Prins Mangkoe Negoro, noch andere voorname<br />
inlanders alhier, met den inhoud <strong>van</strong> het artikel Solo en de<br />
resident Nieuwenhuijzen bekend <strong>zijn</strong>. Alleenlijk hebben zij hooren<br />
vertellen dat de heer <strong>Roorda</strong> over den Heer Nieuwenhuijzen heeft<br />
geschreven en dat zulks dien resident aangenaam zoude <strong>zijn</strong>.<br />
(...)<br />
Ik heb mij veroorloofd alle de voorschrevene bijzonderheden uitvoerig<br />
in dit antwoord uit een te zetten, ten einde aan te toonen dat het<br />
geschrijf <strong>van</strong> <strong>Roorda</strong> <strong>van</strong> Eijsinga geen nadeeligen invloed op den<br />
gunstigen stand <strong>van</strong> onze politiek in dit gewest heeft te weeg gebragt,<br />
noch zal kunnen te weeg brengen. —<br />
De Resident <strong>van</strong> Soerakarta.<br />
w.g. N.D. Lammers <strong>van</strong> Toorenburg<br />
II.<br />
Advies <strong>van</strong> den Raad <strong>van</strong> Nederlandsch Indië uitgebragt<br />
in de vergadering <strong>van</strong> den 23ste September 1864. —