05.05.2013 Views

Sicco Roorda van Eysinga - zijn eigen vijand.pdf - Hans Vervoort

Sicco Roorda van Eysinga - zijn eigen vijand.pdf - Hans Vervoort

Sicco Roorda van Eysinga - zijn eigen vijand.pdf - Hans Vervoort

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

vroolijke kindergezichtjes een aangenaam huiselijk interieur verraadden,<br />

zei hij uit de volheid <strong>zijn</strong>s harten tot mij: wilt gij wel gelooven,<br />

dat ik één ding wenschte en wel dat mijn <strong>vijand</strong>en, die steeds mijn<br />

ongeluk wilden, eens hier kwamen en zagen hoe gelukkig ik was te<br />

midden der mijnen, dat zou de beste straf <strong>zijn</strong>, die zij kregen voor al<br />

wat ze mij aandeden."<br />

In 1881 ging <strong>Roorda</strong> op zoek naar een nieuwe plek om te wonen.<br />

Genève beviel kennelijk toch ook niet. Hij zocht voor de kinderen<br />

een goed onderkomen met tuin en schaduw, maar dat leverde problemen<br />

op: "Ik zal dus een apartement moeten huren onder één dak<br />

met anderen, als in een kazerne, en dan nog 40 min. <strong>van</strong> de school;<br />

een gemeenschappelijk tuintje <strong>van</strong> 2 meter breedte en geen lommer<br />

voor 1000 Fr. 's jaars. Luik werd mij ontraden door een v riend die er<br />

woont, ook 't klimaat zou mij te regenachtig en te guur <strong>zijn</strong>, vermoedelijk<br />

mijn zoons tegenstaan die in 1882 wil komen" (ongepubliceerd<br />

fragment <strong>van</strong> brief aan Multatuli).<br />

Een paar maanden later had hij dan toch eindelijk het ideale onderkomen<br />

gevonden, te Clarens aan het meer <strong>van</strong> Genève. Domela<br />

Nieuwenhuis, die hem tweemaal bezocht he rinnert zich in <strong>zijn</strong><br />

memoires met dankbaarheid de "uren, daar met hem doorgebracht,<br />

ziende op dat onvergelijkelijk schone Lac Léman met de Alpen aan<br />

de kust <strong>van</strong> de overzijde in 't verschiet".<br />

1. Felix, de `Indische' zoon die enkele maanden tevoren telegrafisch<br />

had bericht dat <strong>zijn</strong> dochter Marianne kon blijven in Europa:<br />

`Marianne restera'.<br />

Met vernieuwde energie zette <strong>Roorda</strong> zich aan het broodschrijven.<br />

"Ik schrijf zoveel om den broode dat het voeren <strong>van</strong> de pen een<br />

gewoonte wordt. Ge zegt ergens, dat de sterkste drangreden tot<br />

spreken en sch rijven ijdelheid is. Ook bij mij zal dat onheilig vuur<br />

wel op het altaar gevonden worden. Maar ik heb toch ook Indië en<br />

de goede zaak lief. Zoo ik niet betaald werd, zou ik mij bepalen tot<br />

quaesties <strong>van</strong> billijkheid en gezond verstand, vooral Indische, want in<br />

geen enkel vak kan ik optreden als auto riteit, wat kennis betreft"<br />

(ongepubliceerd fragment <strong>van</strong> een brief aan Multatuli, 1883 of 1885).<br />

Maar de gezondheid ging problemen opleveren. Al vrij vroeg in de<br />

correspondentie met Multatuli klaagt <strong>Roorda</strong> dat hij last heeft <strong>van</strong><br />

`Zenuwpyn, en de overblyfselen <strong>van</strong> Indische klimaat-kwalen". Hij<br />

tobde met <strong>zijn</strong> ingewanden, hoofdpijnen en koortsen en heeft (volgens<br />

Domela Nieuwenhuis) herhaaldelijk longontsteking gehad.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!