15.08.2013 Views

De breuk van het voorvredesverdrag van Versailles.

De breuk van het voorvredesverdrag van Versailles.

De breuk van het voorvredesverdrag van Versailles.

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>De</strong> <strong>breuk</strong> <strong>van</strong> <strong>het</strong> <strong>voorvredesverdrag</strong> <strong>van</strong> <strong>Versailles</strong>.<br />

Een ongeloofelijke redifs<strong>breuk</strong> aan hef duifsdie volk.<br />

Telkens als vooruitziende mannen <strong>het</strong> verdrag <strong>van</strong> <strong>Versailles</strong> als<br />

de hoofdoorzaak <strong>van</strong> de grootste ellende der wereld beteekenen<br />

en zijn wijziging verlangen, antwoorden staatsmannen en couranten<br />

<strong>van</strong> zekere landen met <strong>het</strong> slagwoord <strong>van</strong> de „heiligheid<br />

der verdragen". Vandaar dat <strong>het</strong> noodig is, de volken der wereld<br />

aan <strong>het</strong> feit te herinneren, da <strong>het</strong> verdrag <strong>van</strong> <strong>Versailles</strong> op een<br />

ongeloofelijken rechts<strong>breuk</strong> is opgebouwd geworden en dat alle<br />

pogingen om dit verdrag tot heilig te verklaren, alleen den eigen<br />

<strong>breuk</strong> des <strong>voorvredesverdrag</strong>s en de herhaalde latere verdrags<strong>breuk</strong>en<br />

moeten verbergen. Met <strong>het</strong> oog op dit feit verklaarde<br />

de vroegere rijksbankpresident Dr. Schacht in een rede die<br />

hij in juli 1936 ter gelegenheid <strong>van</strong> <strong>het</strong> stapel laten der „Pretoria"<br />

in Mamburg hield:<br />

,,Z a k e 1 ij k e verliezen kunnen door nieuwen arbeid geschikt<br />

worden. Het moralische onrecht echter, dat in de vredesverdragen<br />

aan de overwonnene volken is toegebracht, teert brandend<br />

aan <strong>het</strong> geweten der volken."<br />

<strong>De</strong> volgende historische feiten mogen betuigen, hoe <strong>het</strong> met<br />

de verbroken <strong>voorvredesverdrag</strong>en gesteld was.<br />

In zijn rede voor <strong>het</strong> Senaat op 22 januari 1917 had Wilson doen<br />

uitkomen, dat hij als verantwoordelijk hoofd <strong>van</strong> de regeering<br />

sprak en dat <strong>het</strong> de plicht der Vereenigde Staten was, den<br />

komenden vrede tusschen de volken der wereld op een nieuwen<br />

grondslag te plaatsen. <strong>De</strong> senatoren zouden zich ook niet aan<br />

deze verplichting met eer kunnen onttrekken. Er zou een vrede<br />

tusschen gelijkgestelden geschapen worden, die naar zijn geheel<br />

wezen op <strong>het</strong> gemeenzaam genot <strong>van</strong> een allen gemeenschappelijk<br />

te goed komende weldaad zou berusten.<br />

/ Er volgden dan nog meer reden <strong>van</strong> Wilson, in die hij aan zijn<br />

vredesgedachten nog meer uitdrukking gaf, en wel:<br />

Op2aprill917 in de vereenige vergadering der twee<br />

Kamers <strong>van</strong> <strong>het</strong> Congres:<br />

„Wij hebben geen strijd met <strong>het</strong> duitsche volk. Wij koesteren<br />

voor hem geen ander gevoel dan <strong>het</strong>geen der genegenheid en der<br />

vriendschap."<br />

Op 14 juni 1917 ter gelegenheid <strong>van</strong> een openlijke rede op<br />

den vlagdag:<br />

„Het duitsche volk heeft den oorlog noch aangesticht noch<br />

gewild."<br />

Op 4 december 1917 in de boodschap aan <strong>het</strong> Congres:<br />

„<strong>De</strong> oorlog mag niet in akten <strong>van</strong> wraak <strong>van</strong> een of ander aard<br />

eindigen. Geen volk mag gestraft noch beroofd worden. Wij zullen<br />

vrij zijn, den vrede op groothartigheid en gerechtigheid te vestigen.<br />

Er mogen geen inl ij vingen, geen schattingen,<br />

geen strafvergoedingen zijn."<br />

Op 8 januari 1918 volgde de rede aan <strong>het</strong> Congres, die<br />

door de latere ontwikkeling der dingen <strong>van</strong> bijzonder beteekenis<br />

is geworden. Wilson verklaarde:<br />

„<strong>De</strong> dag der verovering en vergrootering is voorbij. Er moet in<br />

ieder geval een onpartijdige consideratie <strong>van</strong> alle koloniale wenschen<br />

volgen. Het duitsche volk moet zijn plaats der gelijkgerechtiging<br />

onder de volken innemen."<br />

Na deze verklaring las president Wilson de volgende veertien<br />

punten als den grondslag <strong>van</strong> den komenden vrede voor:<br />

1 Alle vredensverdragen zouden openlijk zijn en openlijk tot<br />

stand komen.<br />

2 Volkomen vrijheid der scheepvaart in de meren buiten de<br />

territoriale wateren zoowel in den vrede als ook in geval<br />

<strong>van</strong> oorlog.<br />

3 Uit den weg ruimen, zoo ver mogelijk, <strong>van</strong> alle economische<br />

grenzen.<br />

4 (Jarantiën daarvoor, dat de bewapeningen der volken op <strong>het</strong><br />

laagste, met de binnenste zekerheid te vereenbarend maat<br />

zouden verminderd worden.<br />

5 Er zou een vrije* groothartige en in ieder geval onpartijdige<br />

beslechting <strong>van</strong> alle koloniale wenschen tot stand komen.<br />

6 Ontruimen <strong>van</strong> <strong>het</strong> geheele russische gebied.<br />

7 België moet ontruimd en weer opgericht worden.<br />

8 Met fransche gebied moet bevrijd en de bezette deelen<br />

moeten hersteld worden.<br />

9 Herstelling der italiaansche grenzen met <strong>het</strong> oog op <strong>het</strong> klaar<br />

te herkennende nationaal bezitland.<br />

10 Onafhankelijke ontwikkeling voor de volken <strong>van</strong> Oostenrijk-<br />

Hongarije.<br />

11 Ontruimen <strong>van</strong> Rumenië, Servië en Montenegro.<br />

12 Zelfstandigheid voor de nationaliteiten <strong>van</strong> <strong>het</strong> osmanische<br />

keizerrijk.<br />

13 Stichting <strong>van</strong> een onafhankelijken poolschen staat, die alle<br />

landen bevat, waarin een ongetwijfelde poolsche bevolking<br />

woont.<br />

14 Algemeene vereeniging der naties met wederzijdsche waarborgen<br />

voor de politieke onafhankelijkheid en onschendbaarheid<br />

<strong>van</strong> de groote als ook <strong>van</strong> de kleine naties.<br />

Op 11 februari 1918 gaf president-Wilson in <strong>het</strong> Congres nog<br />

eens een vredesverklaring af, die uitdrukkelijk als antwoord<br />

aan den duitschen rijkskanselier gold. Hierin herhaalde Wilson<br />

zijne verklaring <strong>van</strong> 4 december 1917 in den volgenden vorm:<br />

Er zullen geen veroveringen, geen oorlogsschattingen, geen<br />

straffen zijn.<br />

Na de herhaaldelijke vredesverzekeringen <strong>van</strong> <strong>het</strong> hoofd der<br />

Vereenigde Staten, geloofde de duitsche regeering veronderstellen<br />

te kunnen, dat ook op de andere zijde de ernstige wil<br />

tot vrede aanwezig was. Gedurende den nacht <strong>van</strong> 3 op<br />

4 oktober 1918 zond de duitsche rijkskanselier aan president<br />

Wilson een wapenstilstand aanbod als volgt:<br />

„<strong>De</strong> duitsche regeering verzoekt den president der Vereenigde<br />

Staten, de herstelling <strong>van</strong> den vrede in de hand te willen nemen,<br />

alle oorlogvoerende staten <strong>van</strong> dit verzoek te willen informeeren<br />

en ze tot ontzending <strong>van</strong> gemachtigden voor de opname <strong>van</strong> verhandelingen<br />

uit te noodigen. Zij neemt <strong>het</strong> door den president<br />

der Vereenigde Staten in de congresboodschap <strong>van</strong> 8 januari 1918<br />

en in zijn verdere medcdeelingen opgesteld program als grondslag<br />

voor de vredesverhandelingen aan. Om een verder bloedvergieten<br />

te voorkomen, verzoekt de duitsche regeering om aanstonds een<br />

wapenstilstand tot stand te brengen."<br />

Nadat er enkele noten tusschen den amerikaanschen staatssekretaris<br />

L a n s i n g en de duitsche regeering waren gewisseld,<br />

deelde Lansing in zijn note <strong>van</strong> 5 november 1918 aan<br />

de duitsche regeering mede, dat de Qealliëerden <strong>het</strong> duitsche<br />

aanbod onder beperking <strong>van</strong> twee punten aannemen. <strong>De</strong> hoofdzakelijke<br />

zin der door de Qealliëerden aan den president Wilson<br />

gestuurde verklaring luidde:<br />

„Met de volgende beperkingen verklaren de Geallieerden mede, dat<br />

zij bereid zijn tot <strong>het</strong> sluiten <strong>van</strong> den vrede met de duitsch<br />

regeering op basis der vredesvoorwaarden die in de rede <strong>van</strong> de<br />

president aan <strong>het</strong> Congres <strong>van</strong> 8 januari 1918 als ook der prineipen<br />

<strong>van</strong> zijne latere reden neergelegd zijn."<br />

<strong>De</strong> beperkingen betrokken de vrijheid der meren en <strong>het</strong><br />

vraagstuk der verplichting <strong>van</strong> Duitschland ter herstelling der<br />

bezette gebieden, verplichting die nauwkeurig omgrensd en<br />

ondubbelzinnig beschreven werd.<br />

Met de note <strong>van</strong> den amerikaanschen staatssekretaris Lansing<br />

<strong>van</strong> 5 november 1918 was tusschen Duitschland en zijn tegenstanders<br />

een verdrag gesloten geworden, die een overeenkomst<br />

voor beide deelen verbindend was, en die de veertien punten<br />

<strong>van</strong> Wilson tot den onveranderlijken grondslag des alleen nog<br />

in de details af te sluitende vredesverdrag maakte.<br />

Op 25 januari werden commissies voor de besprekingen <strong>van</strong><br />

de herstelling der bezette gebieden ingezet. Uit de geheimakten<br />

der rapporten over deze vergaderingen <strong>van</strong> de commissies,<br />

werden in september 1924 deelen gepubliceerd, waaruit blijkt,<br />

dat Amerika zich bemoeid heeft, de Qealliëerden bij hun gegeven<br />

woord vast te houden. In de vergadering <strong>van</strong> 13 februari 1919<br />

beriep er zich de amerikaansche vertegenwoordiger D u 11 e s<br />

op, dat er een overeenkomst betreffende de vredesgrondslagen<br />

met Duitschland afgesloten was. Daaraan zou men niet kunnen<br />

voorbij gaan. Ongetwijfeld zou <strong>het</strong> zeker <strong>het</strong> doel <strong>van</strong> Duitschland<br />

geweest zijn, <strong>het</strong> hoogste maat <strong>van</strong> vorderingen kennen te<br />

leeren, die men eraan voor den vrede zou stellen. Daar men<br />

toenmaals alleen de voorwaarden gesteld had, dat Duitschland<br />

vergoedingen voor de bezette gebieden te betalen had, zoo<br />

No. 314. Holland.


zou men er nu niet kunnen te boven gaan. Toen had <strong>het</strong> den<br />

Qealliëerden vrijgestaan, ook meer te verlangen, als zij zulks<br />

gewenscht hadden. Zij hadden <strong>het</strong> niet gedaan en waren dus<br />

nu gebonden.<br />

<strong>De</strong> vertegenwoordiger <strong>van</strong> Groot Brittanië, Lord Sumn<br />

e r, verklaarde, dat toenmaals geen werkelijk verdrag met<br />

Duitschland tot stand gekomen was. Tegen deze bewering<br />

trad D u 11 e s aanstonds scherp op. <strong>De</strong> fransche minister voor<br />

financiën K1 o t z zei, dat de kwestie niet die was, dat Duitschland<br />

in november 1918 alleen daarom op <strong>het</strong> ophouden <strong>van</strong> den<br />

strijd was ingegaan, omdat de 14 punten <strong>van</strong> Wilson als<br />

aanneembare vredesgrondslagen bleken. Duitschland was<br />

integendeel militair heelemaal niet meer in staat, den oorlog<br />

voort te voeren, en alleen om deze reden had <strong>het</strong> zich overgeven.<br />

Er zou ook maar een enkel document bestaan, dat<br />

vredesvoorwaarden tusschen Duitschland en de gealliërde<br />

machten bevatte en dat was <strong>het</strong> verdrag <strong>van</strong> den wapenstilstand<br />

<strong>van</strong> 11 november 1918. Hierop verklaarde de amerikaansche<br />

vertegenwoordiger D u 11 e s :<br />

Het verdrag <strong>van</strong> wapenstilstand is maar alleen een militair<br />

document; <strong>het</strong> bevat heelemaal niets <strong>van</strong> politieke grondslagen<br />

voor den vrede. Ik sta hier heden eerlijk overtuigd, dat wij door<br />

een verdrag gebonden zijn en dat wij op eerlijke wijze geen anderen<br />

weg kunnen volgen, dan dat wij ons aan dit verdrag houden.<br />

<strong>De</strong> geheele kwestie werd eindelijk door de commissie aan<br />

den bovensten raad toegevoerd; deze verschoof echter de beslissing<br />

tot aan de terugkomst <strong>van</strong> Wilson en <strong>van</strong> Lloyd Qeorge,<br />

die beide niet aanwezig waren. Op welke wijze dan de Amerikanen<br />

gedurende de ziekte <strong>van</strong> Wilson tot <strong>het</strong> toegeven zijn<br />

gebracht geworden, is niet bekend. In ieder geval is de <strong>breuk</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> vredesverdrag zeker de grondoorzaak er<strong>van</strong> geweest,<br />

dat de Vereenigde Staten <strong>het</strong> in weerwil <strong>van</strong><br />

Wilsons onderteekening tweemaal, en zoo doende uiteindelijk<br />

<strong>het</strong> verdrag <strong>van</strong> <strong>Versailles</strong> wijgerden<br />

aan te nemen.<br />

<strong>De</strong> politieke loopbaan <strong>van</strong> den bovengenoemden franschen<br />

minister <strong>van</strong> financiën K1 o t z, vond, terloops opgemerkt,<br />

eenige jaren later, nadat de oorlog geëindigd was, een roemloos<br />

einde. <strong>De</strong> door Klotz voorgebrachte bewering vond de beste<br />

weerlegging door een man die er mee bij geweest was, door<br />

Lloyd Qeorge, den engelschen ministerpresident gedurende<br />

den oorlog. <strong>De</strong>ze gaf in juli 1936 herinneringen in den<br />

„Daily Telegraaf" uit. Wat den laatsten tijd <strong>van</strong> den oorlog<br />

aanging, zei Lloyd Qeorge, dat:<br />

„<strong>De</strong> gerechtigheid gebiedt te herkennen, dat de Duitschers eiken<br />

kilometer hebben verdedigd. In oktober, den laatsten volledigen<br />

oorlogsmaand, heeft <strong>het</strong> getal <strong>van</strong> 120 000 verliezen, die alleen de<br />

engelsche strijdkracht gehad heeft, <strong>het</strong> beste bewijs voor den hardnekkigen<br />

duitschen weerstand gegeven. Van af 1 juli 1918 tot den<br />

dag der instelling der vijandelijkheden, hebben de engelsche verliezen<br />

aan de westfront niet minder dan. 430 000 man bedragen.<br />

In ongeveer den zelfden tijd verloren de Franschen 530 000 en de<br />

Amerikanen 200 000 man. Laat ons eer bewijzen aan een<br />

zoo dapper volk, waarmee wij alleen een enkelen<br />

strijd op leven en dood gevoerd hebben."<br />

% Latere geslachten zullen met bewondering uit Wilsons zesde,<br />

vende, achtste en elfde vredesvoorwaarden ontnemen, waar<br />

de duitsche legers na een 4V2-jarigen strijd tegen een veelvuldige<br />

overmacht onoverwonnen gestaan hebben. <strong>De</strong>ze geslachten<br />

zullen begrip hebben voor den heldhaftigen strijd <strong>van</strong><br />

een land, waartegen 30 volken in den oorlog zijn gehitst geworden,<br />

een volk dat niet door openlijken strijd maar alleen<br />

door list en woord<strong>breuk</strong> kon overwonnen worden.<br />

<strong>De</strong> waarheid zegeviert!<br />

Op 8 april 1930 hield de voorzitter <strong>van</strong> de Bank- en<br />

Muntstandaard-Commissie <strong>van</strong> <strong>het</strong> Representantenhuis der Vereenigde<br />

Staten, Mac Fadden, vor leden <strong>van</strong> den regeeringsclub<br />

een rede waarin hij, naar <strong>het</strong>geen wat de „United Press"<br />

vermeldt, <strong>het</strong> volgende verklaarde:<br />

„Het verdrag <strong>van</strong> <strong>Versailles</strong> is onwettig en voor Duitschland niet<br />

bindend. Ten gevolge <strong>van</strong> <strong>het</strong> bestaande volkenrecht, is 1<br />

een uiteindelijk<br />

vredesverdrag alleen dan wettelijk, als <strong>het</strong> zich in <strong>het</strong><br />

raam <strong>van</strong> <strong>het</strong> <strong>voorvredesverdrag</strong> houdt. Het <strong>voorvredesverdrag</strong><br />

echter, dat in november 1918 tot den wapenstilstand leidde, is<br />

door de Geallieerden verbroken geworden.<br />

Door uitvluchten der grootbankiers is men er in geslaagd, de<br />

Vereenigde Staten in de Europeesche politiek te verwikkelen. <strong>De</strong>ze<br />

financiëmannen zijn dezelfde, die de internationale bank te Basel<br />

hebben opgericht. <strong>De</strong> pers staat zoo in den ban <strong>van</strong> deze kringen,<br />

dat zij over den waren toestand zwijgt."<br />

<strong>De</strong> genaamde bank werd in <strong>het</strong> raam <strong>van</strong> <strong>het</strong> Young-plan in<br />

1929 gesticht, om de omwisseling der duitsche schattingsbetalingen<br />

in vreemde waarde mogelijk te maken, ze diende<br />

dus tot <strong>het</strong> uitplunderen <strong>van</strong> <strong>het</strong> duitsche volk, waar<strong>van</strong><br />

schattingen tot de ongehoorde hoogte <strong>van</strong> 71 000 millioen goudmark<br />

afgeperst werden. Bovendien werd <strong>het</strong> alle zijn<br />

koloniën ontroofd, zonder dat <strong>het</strong> daarvoor een vergoeding<br />

gekregen had.<br />

Mac Fadden is een staathuishoudkundige. Zijn aanduiding,<br />

wie de vruchtgebruikers <strong>van</strong> de schattingen geweest<br />

zijn, die men <strong>van</strong> <strong>het</strong> duitsche volk heeft afgeperst, is dus zeer<br />

ernstig op te vatten. Nog is de ellende <strong>van</strong> den wereldoorlog<br />

niet overwonnen, en weer zijn <strong>het</strong> dezelfde kringen die de<br />

volken tot nieuwe oorlogen ophitsen. <strong>De</strong>ze kringen hebben <strong>het</strong><br />

dan ook verstaan, om te verhinderen dat <strong>het</strong> 25-jarige vredesaanbod<br />

<strong>van</strong> Adolf Hitier <strong>van</strong> 7 maart 1936 bij <strong>het</strong> fransche volk<br />

bekend werd. Dr. Schacht, die ook een staathuishoudkundige<br />

is, en <strong>van</strong> wien wij reeds ingangs gesproken hebben, zei in de<br />

daar betrokken rede:<br />

„<strong>De</strong> geest <strong>van</strong> <strong>Versailles</strong> heeft de vijandschap <strong>van</strong> den oorlog<br />

vereeuwigd, en bevoor de wereld <strong>van</strong> dezen geest niet aflaat,<br />

zal er geen echte vrede, geen vooruitgang en geen weeropbouw<br />

zijn. Het duitsche volk zal niet moede worden, deze herinnering<br />

te uiten. Uit <strong>het</strong> gevoel onrecht gedaan te hebben, komt<br />

politieke angst en ijverzucht voort. Nu is er echter onrecht<br />

gedaan geworden, niet alleen op politiek, maar ook op economisch<br />

gebied, en economisch onrecht moet ook weer goed<br />

gemaakt worden.<br />

Als wij niettegenstaande den blik vol hoop in de toekomst<br />

werpen, dan geschiedt dit uit <strong>het</strong> trotsch gevoel dat <strong>het</strong> duitsche<br />

volk onder zijnen Führer Adolf Hitier de kracht heeft gevonden,<br />

in weerwil <strong>van</strong> allen tegenstand tegen de verwezenlijking <strong>van</strong><br />

zijn verlangen naar deelneming aan de wereldeconomie mede<br />

te werken. Zoo als wij ook den vooruitgang voor<br />

ons zelf wenschen, zoo gunnen wij hem ook<br />

zonder afgunst aan andere volken, omdat wij<br />

weten, dat de eigene vooruitgang slechts<br />

samen met den vooruitgang <strong>van</strong> onze huurlieden<br />

bloeiden kan."<br />

U wordt beleefd verzocht, deze blaadjes aan Uw kennissen door te<br />

geven. - Verdere vlugschriften zijn gratis verkrijgbaar bij den uitgever.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Uitgever: Falken-Verlag, Hamburg<br />

Drukker: Vereinigte Druckereien, HamburgBlankenese


Wilson, de man met de veertien punten.<br />

<strong>De</strong> onthullingen <strong>van</strong> de amerikaansche commissie voor krijgsbehoeften<br />

hebben de herinnering aan de dappere mannen weer<br />

wakker geroepen, die zich aanstonds na de beëindiging <strong>van</strong><br />

den wereldoorlog aan <strong>het</strong> werk gemaakt hebben, om <strong>het</strong> donker<br />

te verhelderen waarmee evenwel de amerikaansche oorlogsverklaring<br />

aan Duitschland als ook de beruchte boodschap <strong>van</strong><br />

de veertien punten omgeven was. Een <strong>van</strong> deze mannen, de<br />

amerikaansche politicus Louis R o w 1 e y , publiceerde in Januari<br />

1924 een schrift, onder den titel „War Criminals" (Oorlogsmisdadigers)<br />

waarin hij o. a. <strong>het</strong><br />

volgende zegt:<br />

„Wat ons Amerikanen betreft,<br />

dat is de geweldige verantwoordelijkheid<br />

die onze regeering op zich<br />

heeft geladen, als zij door haar intrekken<br />

in den oorlog tot de verlenging<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> duivelsch Europeesch<br />

volkenmoorden heeft bijgedragen.<br />

Het is zeker, dat <strong>het</strong> grootste<br />

deel <strong>van</strong> <strong>het</strong> amerikaansche volk<br />

nooit gewenscht heeft, zijn zonen<br />

op de Europeesche slachtbank te<br />

zien. Tot den beginne <strong>van</strong> den winter<br />

1916/17 is er geen dozijn leidende<br />

couranten geweest, die iets<br />

anders geschreven hebben dan,<br />

dat <strong>het</strong> de bovenste plicht <strong>van</strong><br />

Amerika was, een strikte neutraliteit<br />

te bewaren.<br />

Toen Woodrow Wilson in 1916<br />

ten tweeden male de presidentschap<br />

solliciteerde, verklaarde hij<br />

te Milwaukee:<br />

„Geen stem is ooit hoorbarer en<br />

onverkenbarer tot een openlijk<br />

man gekomen, als de stem <strong>van</strong><br />

dit groote volk tot mij, met de<br />

uitdrukkelijke boodschap: „Wij<br />

bouwen vast op U, ontrukt den<br />

oorlog aan dit land"<br />

Op basis <strong>van</strong> deze bekentenis<br />

werd Wilson op 8 november 1916<br />

weer tot president der U. S. A. gekozen.<br />

<strong>De</strong> propaganda voor de kiezing<br />

vond plaats onder <strong>het</strong> motto:<br />

„Dankt üod voor Wilson,<br />

hij ontrukt ons aan den<br />

o o r 1 o g".<br />

Dankwamdegrooteverr<br />

a s s i n g. Drie maand na zijn kie­<br />

zing vroeg Wilson <strong>het</strong> Congres<br />

Woodrow Wilson<br />

hem te veroorloven, amerikaansche<br />

schepen te bewapenen en aan de Geallieerden hulp te brengen.<br />

39 dagen later, op 6 april 1917 gaf Wilson de oorlogsverklaring<br />

aan Duitschland aan <strong>het</strong> Congres. Zelfs een vriend der Entente,<br />

de senator Watson uit Indiana, haastte zich, openlijk te verklaren:<br />

„<strong>De</strong> wijze <strong>van</strong> handelen <strong>van</strong> den president is <strong>het</strong> verbazendste<br />

verraadstuk dat de amerikaansche natie ooit heeft beleefd."<br />

Een voorwendsel voor de oorlogsverklaring was spoedig gevonden<br />

en werd aanstonds met uitstekende geschiktheid en met<br />

bewogen woorden aan <strong>het</strong> amerikaansche volk tot verstaan<br />

gebracht.<br />

Kort na <strong>het</strong> uitbreken <strong>van</strong> den wereldoorlog had de regeering<br />

<strong>van</strong> U. S. A. <strong>het</strong> voorstel <strong>van</strong> Morgan, een engelsche leening <strong>van</strong><br />

500 millioen pond sterling uit te geven, als niet neutraal wezende<br />

terug gewezen. Doch had er de regeering in 1915 niets meer<br />

op tegen. <strong>De</strong> amerikaansche bankiers haalden diep adem:<br />

nu rustten de reusachtige leeningen die Engeland reeds <strong>van</strong><br />

hun gekregen had, niet meer op hun eigen schouders, maar wel<br />

op die <strong>van</strong> <strong>het</strong> amerikaansche volk.<br />

Een jaar later waren de leeningen der Entente in Amerika zoo<br />

opgelopen, dat een militaire ondergang, den financiëelen ondergang<br />

der amerikaansche hoogfinanciën zou beteekend hebben.<br />

Te dien tijd kwam een brief <strong>van</strong> den amerikaanschen ambassadeur<br />

Page in Londen binnen, waarin stond: „<strong>De</strong> geheele<br />

geallieerde verbindingen <strong>van</strong> dezen kant des oceaans zijn veel<br />

nader bij de volledige uitputting <strong>van</strong> hunne financiëele bronnen<br />

dan men denkt of zich verbeeldt. Wij alleen kunnen hun helpen."<br />

Toen de Vereenigde Staten in den oorlog trokken, had üroot<br />

Brittanië zijn crediet bij de amerikaansche bankiers in een om<strong>van</strong>g<br />

<strong>van</strong> 400 millioen pond sterling overtrokken en wist niet<br />

waarmee <strong>het</strong> betalen zou. Dat Groot Brittanië <strong>van</strong> den ondergang<br />

gered werd, is alleen aan <strong>het</strong> feit te danken, dat de amerikaansche<br />

regeering de verlangde som bij Morgan deponeerde.<br />

In geen ander land is ooit zulk een orgie <strong>van</strong> bankprofijten<br />

gevierd geworden, als in de „neutrale"<br />

Vereenigde Staten in den tijd<br />

<strong>van</strong> 1914 tot 1917. Nieuwe millionairen<br />

groeiden zoo te zeggen over<br />

nacht uit den grond. Al deze menschen<br />

zagen met ontzetting de<br />

„vredesintrigen" der Hunnen. Toen<br />

in december 1916 Duitschlands vredesaanbod<br />

bekend werd, brak er<br />

op de New Yorksche aktiënmarkt<br />

in een woord een paniek uit. Op<br />

dien dag echter, toen Amerika in<br />

den oorlog trok, snelden de koersen<br />

aan de beurs aanstonds precies<br />

als een voorpijl omkoog.<br />

Verklaren deze ongehoorde feiten<br />

niet duidelijk genoeg, waarom<br />

de Vereenigde Staten <strong>van</strong> Noord<br />

Amerika in den oorlog zijn getrokken?<br />

<strong>De</strong> U. S. A. trokken in den oorlog<br />

om de zaken wil. Om dollars<br />

te redden, offerde Wilson onheuglijk<br />

tienduizenden zonen<br />

<strong>van</strong> zijn eigen land.<br />

Rowleys onthullingen zijn door<br />

de ingangs betrokken commissie<br />

voor krijgsbehoeften, die op 8 juni<br />

1936 <strong>het</strong> uiteindelijke bericht over<br />

zijn tweejarige onderzoekingen den<br />

Senaat heeft voorgelegd, niet<br />

alleen bevestigd maar wel nog<br />

overtroffen geworden. Bijzonders<br />

wordt in dit bericht noch vastgesteld,<br />

dat <strong>het</strong> inzetten <strong>van</strong> de duitsche<br />

onderzeeërs <strong>het</strong> intrekken <strong>van</strong><br />

Amerika in den wereldoorlog niet<br />

heeft getroffen,<br />

In zijn senaatsreden verklaarde<br />

Wilson, dat <strong>het</strong> duitsche volk den<br />

oorlog niet aangesticht had, dat er<br />

geen landinlijvingen, geen oorlogschattingen zouden mogen zijn<br />

en dat in ieder geval een openhartige consideratie <strong>van</strong> alle<br />

koloniale wenschen moest plaats grijpen.<br />

Om den zelfden tijd had de amerikaansche regeering in <strong>het</strong><br />

samenbrekende Rusland een propagandadienst opgericht onder<br />

de firma „Committee on Public Information", wier regie in de<br />

handen <strong>van</strong> een journalist, Edgar Sisson lag. <strong>De</strong>ze kabelde op<br />

3 januari 1918 naar Washington o. a.:<br />

„Kan <strong>van</strong>uit Rusland Duitschland tot val brengen, indien president<br />

krachtvolle rede houdt, die op groote volksmassas een<br />

overtuigende werking hebben moet."<br />

Reeds 24 uur later, na <strong>het</strong> binnenkomen <strong>van</strong> dit telegram had<br />

Wilson de gewenschte rede uitgewerkt. Bevoor hij ze hield,<br />

werd ze aan <strong>het</strong> hoofdpropaganda bureau overlegd, dat verklaarde<br />

dat de rede aantrekkings-krachtig was. Toen verraste<br />

Wilson <strong>van</strong>uit Baltimore de wereld met zijn 14 punten.<br />

Op 5 november 1918 kreeg de duitsche regeering <strong>het</strong> antwoord<br />

op <strong>het</strong> aan den president Wilson gerichtte verzoek om wapenstilstand,<br />

„dat de tegenstanders bereid zijn. op basis der in de Oongresboodschap<br />

<strong>van</strong> den president <strong>van</strong> 18 januari 1918 opgestelde vredesvoorwaarden<br />

en de in zijn verdere bekendgemaakte principen,<br />

den vrede te sluiten."<br />

Op basis <strong>van</strong> deze in rechtsgeldigen vorm geslotene overeenkomst<br />

kwam <strong>het</strong> tot den wapen^tillstand, waarop dan de ge-<br />

No. 474. Holland.


meenste woord<strong>breuk</strong> <strong>van</strong> alle tijden volgde. <strong>De</strong> rechtsgeldig<br />

getroffen afspraken en de verzekeringen <strong>van</strong> <strong>het</strong> hoofd der<br />

Vereenigde Staten werden ontkend. Duitschland, dat heldhaftig<br />

en onoverwonnen 4% jaren lang tegen een overmacht had gestreden,<br />

werd bedrogen, uitgeplunderd en verband.<br />

Wilson beloofde: openlijke vredesverhandelingen en<br />

verdragen zonder een of ander daden <strong>van</strong> wraak;<br />

door woord<strong>breuk</strong> opgedwongen: onvoorwaardelijk<br />

aannemen des eenzijdig, achter gesloten deuren<br />

en bovendien nog op de leugen <strong>van</strong> de duitsche<br />

alleenschuld aan den wereldoorlog opgebouwde diktaat<br />

<strong>van</strong> <strong>Versailles</strong>.<br />

Wilson beloofde: Zoo ver mogelijk afschaffing <strong>van</strong> alle<br />

economische grenzen;<br />

doorwoord<strong>breuk</strong>opgedwongen: de kneveling<br />

<strong>van</strong> den duitschen handel en de aflevering <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

grootste deel der duitsche handelsvloot.<br />

Wilsonbeloofde: algemeene ontwapening;<br />

door woord<strong>breuk</strong> opgedwongen: eenzijdige<br />

ontwapening <strong>van</strong> <strong>het</strong> duitsche volk, waarbij de tegenstanders<br />

hunne wapeningen tot in <strong>het</strong> mateloze stijgerden,<br />

Frankrijk gebruikte er zelfs een groot deel <strong>van</strong> de<br />

duitsche schattingen voor.<br />

Wilsonbeloofde: Vrij zelfsbeschikkingsrecht der volken;<br />

door word<strong>breuk</strong> opgedwongen: afstand <strong>van</strong><br />

bijna <strong>het</strong> zevenste deel <strong>van</strong> <strong>het</strong> geheele rijksgebied, gezamelijk<br />

70.600 vierkantekilometer met rond 10 millioen<br />

oorspronkelijk duitsche inwoners.<br />

Wilson beloofde: geen natie, geen volk zou beroofd of<br />

gestraft worden;<br />

door woord<strong>breuk</strong> opgedwongen: reusachtige<br />

geld- en zakenleveringen, reusachtige bezettingskosten,<br />

reparaties en schatting, waar<strong>van</strong> de hoogte tot einde<br />

1930 tot op 71.000 millioen goudmark was opgelopen,<br />

waarbij de waarde der koloniën niet was ingerekend.<br />

Bij <strong>het</strong> graf <strong>van</strong> Washington, <strong>van</strong> den man <strong>van</strong> wien men<br />

beweert dat hij reeds als jongen nooit loog, vraagde men een<br />

Amerikaan of hij zich aan den veertien-punt-vrede <strong>van</strong> Wilson<br />

herinnerde. Hij antwoordde: „O ja! dat was de kunst om<br />

de Duitschers te overwinne n".<br />

1925 geeselde de amerikaansche courant „Daily News" <strong>het</strong>'<br />

verraad aan <strong>het</strong> duitsche volk indien ze schreef:<br />

„<strong>De</strong> bewering <strong>van</strong> de duitsche schuld aan den wereldoorlog is<br />

een leugen. Met hulp <strong>van</strong> de huichelachtige veertien punten <strong>van</strong><br />

Wilson heeft men er de Duitschers toe gelokt, hunne wapens<br />

neer te leggen. Dat was een bedrog waarover zich ieder Amerikaan,<br />

die een weinig tactgevoel heeft, moet schamen."<br />

Ondanks alle bemoeingen <strong>van</strong> Wilson den Senaat tot onderteekening<br />

te bewegen, verwierp deze <strong>het</strong> diktaat <strong>van</strong> <strong>Versailles</strong><br />

voor de tweede maal op 19 maart 1920 uiteindelijk. Tevoren had<br />

<strong>De</strong> waarheid zegeviert!<br />

Wilson reeds een aanval <strong>van</strong> beroerte gehad, die hem de linkerzijde<br />

verlamde. Op 3 februari kreeg hij een tweeden aanval die<br />

aan <strong>het</strong> leven <strong>van</strong> een man een einde maakte, die in zijn senaatsreden<br />

<strong>van</strong> de duitsche onschuld aan den wereldoorlog had gesproken,<br />

in <strong>Versailles</strong> echter de grootste leugen <strong>van</strong> de wereldgeschiedenis<br />

onderteekende, dat Duitschland alleen de schuld<br />

aan den oorlog had. Hij deed <strong>het</strong>, ofschoon hij weten moest, dat<br />

reeds in den tijd <strong>van</strong> 23 tot 28 september 1912 in Balmoral<br />

(Schotland) een bespreking <strong>van</strong> 5 dagen tusschen den russischen<br />

minister voor buitenlandsche zaken en den engelschen premier<br />

minister Qrey en Bonar Law had plaats gevonden, waarin overeen<br />

was gekomen, dat men Duitschland als aanvaller zou beteekenen.<br />

Wilson beteekende Duitschland als de schuldige, ofschoon zijn<br />

intiemste geheime raadgever, Colonel House, nadat deze Londen,<br />

Parijs en Berlijn bezocht had, reeds op 19 maart 1914, dus<br />

2y 2 maanden voor <strong>het</strong> uitbreken <strong>van</strong> den oorlog, <strong>het</strong> volgende<br />

schreef: „Zoodra Engeland zijn toestemming geeft, zullen Frankrijk<br />

en Rusland Duitschland overvallen.<br />

Duitschlands hoofdzakelijkste vijanden hadden rond 30 volken<br />

ertoe opgehitst, <strong>het</strong> duitsche volk den oorlog te verklaren. Niettegenstaande<br />

kon de vereenigde overmacht zelfs in een strijd<br />

<strong>van</strong> 3 jaren Duitschland niet neerdwingen. Daar kwamen nu op<br />

Wilsons voorstel de Vereenigde Staten als nieuwe tegenstanders<br />

aan de overmacht tot hulp, en als <strong>het</strong> toen ook nog niet<br />

mogelijk was, den duitschen muur <strong>van</strong> staal te breken, daar<br />

lokte Wilson Duitschland met zijn 14 punten in de val.<br />

Naar zijn woorden wou Wilson de wereld den vrede brengen.<br />

Door zijn daden en zijn verzuimen echter maakte hij den onheilvrede<br />

<strong>van</strong> <strong>Versailles</strong> mogelijk. Door dezen vrede werden de<br />

twee belangrijkste zuilen der wereld-economie, vertrouwen<br />

en koopkracht in zulke mate vernield, dat in alle kultuurstaten,<br />

handel en nijverheid stopten, dat 25 millioen menschen<br />

hun werkplaats verloren en geheele kringen der bevolking om<br />

hun eigendom kwamen. <strong>De</strong>ze vreeselijke gevolgen waren <strong>het</strong><br />

Godsoordeel over <strong>het</strong> vloekwaardige werk <strong>van</strong> <strong>Versailles</strong>.<br />

Bij alle volken groeit nu een nieuw geslacht, dat den Versailler<br />

onheilvrede terugwijst, een geslacht dat in stand is, op prijs te<br />

stellen, wat <strong>het</strong> beteekent: dertigtegeneenlEn niettegenstaande<br />

zelfs na 4V 2 jaar niet door openlijken, eerlijken strijd<br />

overwonnen te zijn, maar wel door list en verraad.<br />

Dit nieuwe geslacht bewondert Duitschlands Führer Adolf<br />

Hitier, die zijn land uit nood en ellende weer tot eendracht en<br />

macht leidde, en die niettegenstaande alles wat aan Duitschland<br />

is gedaan geworden, op 7 maart 1936 aan Frankrijk een vrede<br />

<strong>van</strong> 25 jaren aanbood. In volle overeenstemming met Adolf Hitier<br />

verklaarde zijn medewerker Dr. Frick :<br />

„In <strong>het</strong> bewustzijn <strong>van</strong> zijn kracht, en in <strong>het</strong> vertrouwen op<br />

zijn levensrecht, zal <strong>het</strong> duitsche volk zijn vreedzaam opbouwwerk<br />

nagaan, <strong>het</strong> zal niemand bedreigen maar zal ook <strong>van</strong> niemand<br />

onrecht dulden."<br />

U wordt beleefd verzocht, deze blaadjes aan Uw kennissen door te<br />

geven. — Verdere vlugschriften zijn gratis verkrijgbaar bij den uitgever.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Uitgever: Falken-Verlag, Hamburg " Drukker: Vereinigte Druckerelen, Hamburg-Blankenese


<strong>De</strong> vervaardigers der leugens öv*<br />

Duitsche gruwelen ontmaskerd<br />

xHet Britsche en Amerikaansche publiek<br />

weet slechts zelden, hoe schandelijk <strong>het</strong> belogen<br />

en bedrogen wordt». Aldus schreef de vroegere<br />

Britsche diplomaat Graham Scott in The Middlesex<br />

County Times. <strong>De</strong>ze woorden hebben betrekking op de monsterachtige<br />

leugens over gruwelen, die over Duitschland uitgestrooid<br />

zijn en nog steeds uitgestrooid worden. Een andere<br />

Engelschman, de vroegere onderstaatssecretaris<br />

aan <strong>het</strong> Ministerie<br />

<strong>van</strong> Buitenlandsche Zaken, A r -<br />

thur Ponsonby, heeft feiten<br />

openbaar gemaakt, die op merkwaardige<br />

wijze toonen, hoe leugens<br />

over gruwelen in elkaar gezet<br />

worden.<br />

Als men den stroom <strong>van</strong> venijn<br />

beteugelen wil, dan dient men <strong>het</strong><br />

volgende te overwegen:<br />

Ten eerste. Na <strong>het</strong> uitbarsten<br />

<strong>van</strong> de revolutie in November<br />

1918 slaagde de jood K u r.t<br />

E i s n e r er in in Beieren de<br />

macht in handen te krijgen. Op<br />

den 30sten April 1919 zijn toen in<br />

München tien gijzelaars<br />

doodgeschoten. Zes dezer<br />

ongelukkigen, waaronder Gravin<br />

Hella von Westarp, behoorden tot<br />

<strong>het</strong> Münchener Thulegenootschap,<br />

dat zich toelegde op de studie <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> Germaansche ras. <strong>De</strong>ze genadeloos<br />

vermoorde gijzelaars waren<br />

allen Christenen. Verantwoordelijk<br />

voor hun ge<strong>van</strong>genneming waren<br />

de leiders <strong>van</strong> den opstand te<br />

München: Levin, Leviné, Sontheimer,<br />

Toller, Landauer, Mühsam,<br />

allen, zonder uitzondering, joden.<br />

In de nieuwsbladen der wereld is<br />

over deze barbaarsche vermoording<br />

<strong>van</strong> menschen, die niet <strong>het</strong><br />

geringste misdrijf begaan hadden,<br />

geen geluid vernomen geworden.<br />

In Rusland zijn onder de heerschappij<br />

der Bolsjewisten tallooze<br />

bisschoppen en priesters, zoowel<br />

als millioenen Christenen ter dood<br />

gebracht door de moordenaars en brandstichters der Tscheka,<br />

die door joden aangevoerd werden. Daartegen verhief zich<br />

toen geen joodsche storm <strong>van</strong> verontwaardiging.<br />

Toen echter Hongarije zich trachtte te verweren tegen<br />

den joodschen moordenaar en Drandstichter Bela Ruhn en zijn<br />

medeplichtigen, toen weerklonk tegen Hongarije in de geheele<br />

wereldpers, als op een gegeven teeken, de eenparige kreet:<br />

Weg met <strong>het</strong> wit-Hongaarsche schrikbewind!<br />

Toen later de Duitsche Nationaal-Socialistische Arbeiders-<br />

Partij sterk werd en haar leider Adolf Hitier aan de regeering<br />

kwam, toen barstte de wereldpers als op een gegeven teeken<br />

weer los: Hitier richt de beschaving te gronde!<br />

Hitier is een gevaar voor de geheele wereld!<br />

Wat bewijst dit stilzwijgen der wereldpers over de misdaden<br />

door joden begaan? Wat bewijst dat verontwaardigd geschreeuw<br />

<strong>van</strong> dezelfde pers, als ergens ter wereld een jood<br />

ter verantwoording geroepen wordt?<br />

Ten tweede. In den herfst <strong>van</strong> <strong>het</strong> jaar 1932 bracht<br />

de Fransche ministerpresident Herriot een officieel bezoek<br />

aan Madrid. Het doel <strong>van</strong> dat bezoek was Spanje bij de Fransche<br />

oorlogsplannen tegen Duitschland in te deelen. In <strong>het</strong><br />

bizonder wilde Herriot op Spaanschen bodem wegen tot<br />

stand brengen voor <strong>het</strong> aanrukken der Fransche koloniale<br />

Hoe leugens over<br />

gruwelen in de wereld komen.<br />

Een leerzaam voorbeeld.Feiten genoemd door ArthurPonsonby,<br />

vroegere onderstaatssecretaris <strong>van</strong> <strong>het</strong> Britsche Ministerie <strong>van</strong><br />

Buitenlandsche Zaken.<br />

CBizonderkeden kan men vinden in de vlugschriften No. 181 en<br />

202 <strong>van</strong> den Haniburgschen Mchte-Bund; gratis verkrijgbaar.)<br />

Gedurende den oorlog werden na den val <strong>van</strong> Antwerpen in<br />

Duitschland de klokken geluid om de overwinning te vieren. <strong>De</strong><br />

« Komische Zeitung » vermeldde dit als volgt:<br />

«Toen de val <strong>van</strong> Antwerpen bekend werd, werden de kerkklokken<br />

geluid. • Dit volmaakt onschuldige bericht werd door den «Matin»<br />

in den volgenden vorm overgenomen:<br />

u<br />

Volgens de «Kölnische Zeitung » werden de geestelijken te Ant«<br />

werpen, na den val <strong>van</strong> deze vesting, gedwongen de klokken te<br />

luiden»<br />

«The Times» maakte daar weer <strong>het</strong> volgende <strong>van</strong>:<br />

«<strong>De</strong> Belgische geestelijken, die toestemming weigerden tot <strong>het</strong><br />

luiden der klokken na den val <strong>van</strong> Antwerpen, zijn uit hun<br />

ambt ontslagen.*<br />

Daarop berichtte de «Corriere della Sera» te Milaan:<br />

«Volgens een betrouwbare mededeeling in The Times werden de<br />

ongelukkige geestelijken, die na den val <strong>van</strong> Antwerpen verboden<br />

hadden de klokken te luiden, tot dwangarbeid veroordeeld.»<br />

Toen nam de «Matin» zijn eigen leugenachtige bericht weer op<br />

en gaf den lezers de volgende lezing:<br />

«Naar de «Corriere della Sera» via Londen uit Keulen verneemt<br />

wordt <strong>het</strong> bericht nu bevestigd, dat de barbaarsche veroveraars<br />

<strong>van</strong> Antwerpen de geestelijken, die heldhaftig geweigerd hadden<br />

de klokken <strong>van</strong> hun kerken te laten luiden, gestraft hebben door<br />

ze in hun klokken op te hangen met <strong>het</strong> hoofd naar beneden<br />

om ze aldus tot menschelijke klepels te maken.»<br />

troepen. Het Spaansche volk bereidde Herriot geen fraaie<br />

ont<strong>van</strong>gst. Spaansche verslaggevers waagden <strong>het</strong> zelfs Herriot<br />

pijnlijke vragen voor te leggen over de verwoestende gevolgen<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> aan Duitschland gedicteerde «Verdrag» <strong>van</strong> <strong>Versailles</strong><br />

en over den leugen met betrekking tot Duitschlands schuld<br />

aan den oorlog. Herriot voelde zich beleedigd. Dadelijk na zijn<br />

terugkeer te Parijs bepaalde hij, dat belangrijke sommen verstrekt<br />

moesten worden voor de<br />

Fransche propaganda in <strong>het</strong> buitenland.<br />

Verder beval hij de op­<br />

richting <strong>van</strong> een regeeringsbureau<br />

voor den afweer <strong>van</strong> den Duitschen<br />

aanval op <strong>het</strong> «Verdrag»<br />

<strong>van</strong> <strong>Versailles</strong>. Paul-Boncour, de<br />

opvolger <strong>van</strong> Herriot, riep voor<br />

<strong>het</strong>zelfde doel een geheel nieuwe<br />

propaganda-organisatie in <strong>het</strong> leven<br />

en vertrouwde de leiding daar<strong>van</strong><br />

toe aan den onderstaatssecretaris<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> Ministerie <strong>van</strong> Buitenlandsche<br />

Zaken, Pierre Got.<br />

<strong>De</strong>ze verklaarde aan een vertegenwoordiger<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> Petit Journal,<br />

dat <strong>het</strong> zijn taak was aan de<br />

wereld te toonen, wat Fransche<br />

propaganda vermocht. <strong>De</strong> Fransche<br />

wapenfabriek, Schneider-Creusot,<br />

stelde terstond 75 millioen franc<br />

ter beschikking <strong>van</strong> deze nieuwe<br />

propaganda. <strong>De</strong> Fransche rechtsche<br />

partijen begonnen met koortsachtigen<br />

spoed gelden te verzamelen<br />

voor <strong>het</strong>zelfde doel. Hoe<br />

deze propaganda haar machtsgebied<br />

tracht te vergrooten verraadt<br />

<strong>het</strong> volgende bericht uit New<br />

"ïork:<br />

«In Amerikaansche kringen heerscht<br />

groote bezorgdheid over de plannen<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> halfambtelijk Havas Agentschap<br />

om, met hulp <strong>van</strong> de Fransche regeering,<br />

<strong>het</strong> Fransche net voor berichten<br />

over de geheele Vereenigde Staten, Kanada<br />

en Zuid-Amerika uit te breiden.»<br />

(Opmerkelijk is <strong>het</strong>, dat de meeste berichten<br />

in Amerikaansche bladen over<br />

gruwelen in Duitschland door Fransche<br />

pers-agentschappen verspreid worden.)<br />

In de hoofdstraten en op de voornaamste pleinen <strong>van</strong> Parijs<br />

werden groote biljetten aangeplakt met opschriften zooais:<br />

Hitier richt den vrede te gronde.<br />

Ten derde. Sedert Hitier aan de regeering kwam zijn<br />

talrijke sociaal-democraten uit Duitschland gevlucht. Na de<br />

revolutie <strong>van</strong> 1918 hadden de sociaal-democraten zich in de<br />

belangrijkste ambten <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche Rijk, <strong>van</strong> de afzonderlijke<br />

landen, de steden en de gemeenten gedrongen en zich<br />

in de scholen, schouwburgen, kuituurgenootschappen, de<br />

journalistiek en de literatuur vastgezet. Door deze menschen<br />

werd een geest <strong>van</strong> verdorvenheid en ontaarding aangekweekt;<br />

door hun arbeid nam de vergiftiging <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche leven<br />

ongehoorde afmetingen aan. Doelbewust handelden zij allen<br />

in overeenstemming met <strong>het</strong> beginsel, dat de vroegere leider<br />

der socialisten, B e b e 1, eens in den Duitschen Rijksdag verkondigd<br />

had:<br />

<strong>De</strong> wonden aan <strong>het</strong> Duitsche volkslichaam moeten<br />

niet gesloten maar opengehouden worden!<br />

Bizonder vijandig tegenover <strong>het</strong> Duitsche volk stond de<br />

Duitsche sociaal-democraat K a u t s k y. <strong>De</strong>ze verschafte zich<br />

in 1919 toegang tot <strong>het</strong> archief <strong>van</strong> <strong>het</strong> Ministerie <strong>van</strong> Buitenlandsche<br />

Zaken. Hij maakte daar uittreksels uit de verschillende<br />

documenten en vervalschte en verdraaide ze. <strong>De</strong>za<br />

Fichtebondblaadjes. H.No.534. (Nederland.)


vervalschingen publiceerde Kautsky vervolgens in alle dagbladen<br />

der wereld; ze werden tegen Duitschland gebruikt als<br />

bewijs voor den leugen <strong>van</strong> <strong>het</strong> «Verdrag» <strong>van</strong> .<strong>Versailles</strong>,<br />

dat Duitschland schuld aan den oorlog draagt (Par. 231).<br />

Van <strong>het</strong> buitenland uit bespuwen lieden <strong>van</strong> dit slag nu<br />

Adolf Hitier, omdat ze vreezen, 'dat hij vast besloten is, ze<br />

voor hun misdaden ter verantwoording te roepen. <strong>De</strong>ze uitgewekenen<br />

behooren tot die menschen, waar<strong>van</strong> een Franschman<br />

eens zei: Ik heb de Duitsche sociaal-democraten<br />

lief, omdat ik Duitschland de pest<br />

w e n s c h !<br />

Herhaaldelijk heeft de «Völkischer Beobachter» toegelicht<br />

met welke hondsche brutaliteit de vergiftiging <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche<br />

volk door joden uitgeoefend is; bijvoorbeeld: in zijn<br />

tooneelspel «<strong>De</strong> Zoon» noemt de jood Hasenclever <strong>het</strong> huisgezin<br />

een «middeleeuwsche bloedzweer», die vernietigd<br />

moet worden. <strong>De</strong> jood Ehrenstein duidde verpleegsters<br />

aan als «Gods zwijnen»!<br />

Volgens een bericht uit New York heeft <strong>het</strong> gemeentebestuur<br />

<strong>van</strong> deze stad met eenparige stemmen besloten de regeering<br />

der Vereenigde Staten te verzoeken stappen te doen<br />

bij de Duitsche regeering naar aanleiding <strong>van</strong> de beweerde<br />

vervolging der joden. <strong>De</strong> onbeschoftheid, die tot uiting komt<br />

in deze poging om zich te mengen in Duitsche binnenlandsche<br />

aangelegenheden, wordt verduidelijkt door <strong>het</strong> feit, waarop<br />

een Amerikaansche afgevaardigde naar <strong>het</strong> Congress te<br />

Washington de aandacht vestigde:<br />

In de hoofdstad der Vereenigde Staten zijn er<br />

groote wijken, waar <strong>het</strong> aan joden niet toegestaan<br />

wordt huizen te koopen of woningen<br />

te huren.<br />

We kunnen Hamburg als voorbeeld nemen om aan te toonen,<br />

hoe groot de invloed der joden in Duitschland ^vas.<br />

Er hadden daar geen veranderingen plaats gehad niettegenstaande<br />

de gruwelverhalen al weken lang verspreid werden.<br />

<strong>De</strong> gouwleider der Hitlerpartij te Hamburg, de Heer Kaufmann,<br />

deed toen de volgende msdedeelingen in <strong>het</strong> «Hamburger<br />

Tageblatt»:<br />

<strong>De</strong> vrijheid om handel te drijven wordt in de groote warenhuizen<br />

zóó misbruikt, dat, uit een oogpunt <strong>van</strong> rechtvaardigheid<br />

en ter beveiliging <strong>van</strong> de welvaarf <strong>van</strong> ons volk, maatregelen genomen<br />

moeten worden. Slechts 1,7 °/o <strong>van</strong> de bevolking <strong>van</strong> Hamburg<br />

zijn joden; evenwel zi^'n 30,9 °/o der artsen en 43 % der advokaten<br />

joden. Van de kantonrechters zijn 10 °/o joden,- aan de<br />

arrondissementsrechtbanken zijn 20 °/o der rechters joden en aan<br />

de hoogste provinciale rechtbank 30 o/o. Van de presidenten der<br />

«Senaats»rechtbanken zijn zelfs 50 "/o joden. En dat in een tijd,<br />

waarin de Duitsche, academisch gevormde jongelui, die niet <strong>van</strong><br />

joodschen huize zijn, tot proletariërs afzakken, terwijl ze tevergeefs<br />

op een aanstelling wachten.<br />

Sedert Adolf Hitier <strong>het</strong> ontzetlende gevaar <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewisme<br />

op Duitschen grond bezworen heeft, zijn ook vele<br />

<strong>van</strong> dc communistische ophitsers, die grootendeels joden zijn,<br />

uit Duitschland gevlucht. Toen de communist Torgier na zijn<br />

arrestatie door een donkere gang geleid werd, wierp hij zich<br />

onder ontstellend angstgeschreeuw op den grond en smeekte<br />

om behoud <strong>van</strong> zijn leven. <strong>De</strong>ze communist heeft door zijn<br />

angst verraden, hoe hij en zijn medeplichtigen zouden ge­<br />

Weg met <strong>Versailles</strong>!<br />

i'alken-Verlag, Hamburg<br />

<strong>De</strong> Waarheid triumfeert!<br />

handeld hebben, als ze aan de macht gekomen waren. In den<br />

Harz, in Andreasberg en in Claustal zijn doodenlijsten gevonden,<br />

die door de communisten opgesteld waren, waar<strong>van</strong> de<br />

een 70 en een andere 120 namen bevatte <strong>van</strong> inwoners, die<br />

daar in aanzien zijn. Op deze doodenlijsten stond <strong>het</strong> bevel:<br />

Dadelijk te arresteeren en op-<strong>het</strong> marktplein<br />

neer te schieten. <strong>De</strong> burgerij moet daarbij getuige<br />

zijn. Indien die niet verschijnt, dan<br />

moet ze met geweld er bij gesleept worden.<br />

<strong>De</strong>ze doodenlijsten geven duidelijk aan, dat in Duitschland<br />

een bloedbad zou aangericht zijn overeenkomende met dat<br />

in Rusland, indien Adolf Hitier deze communistische moordenaars<br />

en brandstichters niet beteugeld had.<br />

We hebben in dit korte vlugschrift niet voldoende ruimte<br />

om de talrijke leugens aan de kaak te stellen. Slechts een<br />

paar (opmerkingen kunnen we maken:<br />

In geheel Duitschland is gedurende de nationale<br />

omwenteling geen enkel mensch ter dood gebracht. Toch<br />

werd de leugen verspreid, dat in Hamburg 1400<br />

menschen ter dood gebracht zijn.<br />

In geheel Duitschland heeft gedurende de dagen<br />

<strong>van</strong> den nationalen opstand geen enkel geval <strong>van</strong> onteering<br />

<strong>van</strong> vrouwen of meisjes plaats gevonden. Toch<br />

werd de leugen verspreid, dat talrijke joodsche<br />

meisjes onteerd zijn.<br />

In geheel Duitschland is gedurende den nationalen<br />

opstand geen enkele jood vermoord. Toch wordt<br />

de leugen verspreid, dat bij den ingang <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

joodsche kerkhof te Berlijn-Weiszensee Lederen morgen<br />

verminkte lijken <strong>van</strong> joden gevonden werden.<br />

In geheel Duitschland heeft men na de nationale<br />

omwenteling God gedankt, dat hij Adolf Hitier gebruikt<br />

heeft om <strong>het</strong> Duitsche volk te bevrijden <strong>van</strong> den afschuwelijken<br />

druk der laatste veertien jaren. Toch werd de<br />

leugen verspreid (in een vlugschrift, dat <strong>van</strong> Praag<br />

uit door landverraders verspreid wordt), dat in de straten<br />

der Duitsche steden <strong>het</strong> bloed der arbeiders in stroomen<br />

vloeit.<br />

Maar de waarheid zal zegevieren; zelfs een Fransch blad,<br />

Le Petit Journal, moest erkennen, dat de verhalen over gruwelen<br />

gelogen zijn. In een artikel over den politieken toestand<br />

in Duitschland schreef <strong>het</strong>:<br />

Misschien is <strong>het</strong> leven te Berlijn en daarbuiten<br />

nog nooit zoo vreedzaam en normaal geweest,<br />

als juist in de dagen <strong>van</strong> den nationalen ppstand.<br />

Dc leugenstroom over gruwelen in Duitschland is tot een<br />

geweldigen vloed <strong>van</strong> venijn aangezwollen met <strong>het</strong> doel <strong>het</strong><br />

gezonde verstand der volken te verblinden en <strong>het</strong> Duitsche<br />

volk zedelijk te verlagen. Niettegenstaande dit alles<br />

zal de waarheid zegevierend voorwaarts schrijden en daarmede<br />

ook de overwinning <strong>van</strong> <strong>het</strong> recht over <strong>het</strong> duizendvoudige<br />

onrecht, dat Duitschland' sedert <strong>het</strong> einde <strong>van</strong> den<br />

oorlog aangedaan is. Niettegenstaande allen leugen en laster<br />

hebben toch rechtschapen menschen in de geheele wereld<br />

begrepen, hoe brutaal de volkeren belogen en bedrogen worden.<br />

Meerdere vlugschriften zijn gratis verkrijgbaar bij den<br />

Secretaris <strong>van</strong> den FicMe*Bund, Jungfernsiieg 30, Hamburg 36.<br />

Met beleefd verzoek ze onder Uw kennissen te verspreiden.<br />

Hermann's Erben, Hamburg


<strong>De</strong> Waarheid over de Joden in Duitschland.<br />

Tengevolge <strong>van</strong> zijn aardrijkskundige ligging vormde Duitschland,<br />

meer dan eenig ander land op de aarde, <strong>van</strong> oudsher <strong>het</strong><br />

doel <strong>van</strong> den joodschen menschenstroom, die uit <strong>het</strong> Oosten<br />

kwam opzetten. Tot aan <strong>het</strong> begin <strong>van</strong> de achttiende eeuw<br />

verhinderden wettelijke maatregelen de joodsche landverhuizers<br />

om in Duitschland invloed te krijgen. Toen echter<br />

deze voorzorgsmaatregelen ingetrokken werden, begonnen de<br />

joden, langzaam maar zeker, zich in te dringen in de geheele<br />

leiding <strong>van</strong> <strong>het</strong> economische, politieke en geestelijke leven <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> Duitsche volk.<br />

Zoo was de toestand in Duitschland tot aan <strong>het</strong> einde <strong>van</strong><br />

den wereldoorlog. In dien tijd leefden in Duitschland ongeveer<br />

600 000 joden. Aan de overzijde der grenzen echter leefden<br />

alléén in Polen reeds over drie millioen joden. Ze vormden<br />

daar tien percent <strong>van</strong> de bevolking.<br />

Ten deele door den nood, die in Oost-Europa heerschte, gedreven,<br />

drong na <strong>het</strong> einde <strong>van</strong> den wereldoorlog een stroom<br />

<strong>van</strong> joodsche zwervelingen over de oostelijke grenzen <strong>van</strong><br />

Duitschland Pruisen binnen. Hier was de jood Badt er in<br />

geslaagd tot directeur benoemd te worden <strong>van</strong> <strong>het</strong> Regeeringsbureau,<br />

belast met <strong>het</strong> toezicht op binnenkomende landverhuizers<br />

en op naturalisatie. <strong>De</strong>ze man zorgde er voor, dat<br />

zijn joodschen rasgenooten <strong>het</strong> overschrijden der Duitsche<br />

grenzen gemakkelijk gemaakt werd. Te zelfder tijd begonnen<br />

zoowel de westelijke als de overzeesche landen <strong>het</strong> getal der<br />

landverhuizers, dat ze toelieten, te beperken. Daardoor werd<br />

<strong>het</strong> gebruikelijke verder trekken voor de joden, die uit <strong>het</strong><br />

Oosten gekomen waren, verzwaard. Intusschen toonden die geen<br />

grooten lust om Duitschland te verlaten, waar <strong>het</strong> hun gemakkelijk<br />

gemaakt werd. Ze vestigden zich in de groote steden<br />

en begonnen <strong>van</strong> hier uit stelselmatig onder <strong>het</strong> Duitsche volk<br />

verwarring te stichten.<br />

In welke mate zich deze volksvreemde elementen in den loop<br />

der jaren steeds meer in de beroepen en ambten <strong>van</strong> volksleiders<br />

wisten in te dringen, wordt door de volgende overzichten<br />

duidelijk gemaakt. Bij <strong>het</strong> vergelijken <strong>van</strong> de getallen<br />

moet men vooral bedenken, dat de joden in Duitschland één<br />

percent <strong>van</strong> de bevolking vormen.<br />

Joden als professoren aan universiteiten.<br />

Aan de universiteit te Berlijn, 1'932:<br />

Medische faculteit 45% joden<br />

Aan de universiteit te Bresilau, 1931:<br />

Philosophische faculteit 25% joden<br />

Medische faculteit 45%<br />

Juridische faculteit 48%<br />

Aan de universiteit te Göttimgen, 1928:<br />

Mathem.-natuurw. faculteit 23% joden<br />

Medische faculteit 34% „<br />

Philosophische faculteit 40%<br />

Juridische faculteit 47% „<br />

Aan de universiteit te Koningsbergen:<br />

Philosophische faculteit 7% joden<br />

Juridische faculteit 14% ,,<br />

Medische faculteit 25%<br />

Joden in <strong>het</strong> beroep <strong>van</strong> advocaat.<br />

Volgens een onderzoek, dat de Vereeniging <strong>van</strong> Academischgevormde<br />

Duitschers in <strong>het</strong> jaar 1928 instelde, was <strong>het</strong> percentage<br />

joden onder de advocaten in de volgende steden:<br />

Dortmund . . . . 29% joden Stettin 36% joden<br />

Hamburg 25% „ Karlsruhe . . . . 40% „<br />

Stuttgart 26% „ Beuthen 60%<br />

Düsseldorf . . . . 33% „ Frankfort a. d. M. . 64% „<br />

Volgens een ander onderzoek waren kort voor 1933 <strong>van</strong> de<br />

advocaten in<br />

Berlijn 55% joden<br />

Berlijnsche advocatenkanwr . . . . 66% „<br />

Breslau 67% „<br />

Joden in <strong>het</strong> beroep <strong>van</strong> arts.<br />

Van de practiseerende artsen waren in 1928 in<br />

Wiesbader. . . . . 20% joden Worms 30% Men<br />

Karlsruhe . . . . 26% „ Gotha 31% „<br />

Keulen 27% ,, Beuthen 36%<br />

Mainz 30% „ Berlijn . . . • . \ 52% „<br />

In de Berlijnsche ziekenhuizen was <strong>het</strong> percentage joden<br />

onder de eerste geneesheeren, assistenten en hulpartsen:<br />

Ziekenhuis Moabit 56% joden<br />

„ Friedrichshain 63% „<br />

Neukölln 67% „<br />

Joden in <strong>het</strong> schouwburg- en filmbedrijf.<br />

In <strong>het</strong> jaar 1931 werden de uitkomsten <strong>van</strong> een enquête in<br />

<strong>het</strong> schouwburgbedrijf gepubliceerd. 234 Directeuren <strong>van</strong><br />

schouwburgen werden aan een onderzoek onderworpen. Hier<strong>van</strong><br />

waren 50,4% joden. Van de Berlijnsche schouwburgdirecteuren<br />

waren 80% joden. 75% <strong>van</strong> alle tooneelstukken,<br />

die opgevoerd werden in de laatste jaren voor Hitier aan de<br />

Regeering kwam, waren door joodsche schrijvers vervaardigd.<br />

Ook in de filmindustrie was de joodsche invloed <strong>van</strong> beslissende<br />

beteekenis geworden. Op 3 Febr. 1929 schreef <strong>het</strong><br />

tijdschrift „Schooner Toekomst":<br />

„Het jodendom neemt aan bet hedendaagsche filmbedrijf in<br />

zóó groote mate deel, dat voor christelijke ondernemingen<br />

slechts een z^er gering percentage overblijft."<br />

Joden op de beurs.<br />

In de besturen en commissies der beurs te Berlijn waren de<br />

joden als volgt vertegenwoordigd:<br />

Effecten 69% joden Metaalbeurs . . . 83% joden<br />

Goederenhandel . . 75% ., Termijnhandel . . . 83%<br />

Onroerende goederen 80% „ Officieel koersbl. . . 87%. .,<br />

In 1928 werd een overzicht gepubliceerd <strong>van</strong> de joden, die<br />

in meer dan 30 Raden <strong>van</strong> Commissarissen zaten. Het bleek,<br />

dat 15 joden tezamen 718 <strong>van</strong> die posten „veroverd" hadden.<br />

Joden in handel en verkeer.<br />

Uit een onderzoek, dat op den 16den Mei 1925 plaats vond,<br />

bleek, in hoe opvallend hooge mate de joden onafhankelijke<br />

posities as leiders verworven hadden en hoe gering hun aantal<br />

was in nederiger beroepen, in <strong>het</strong> bijzonder daar, waar harde<br />

arbeid vereischt is. Op elk duizendtal menschen, dat in de<br />

Pruisische industrie werkzaam was, vond men 10 joden tegenover<br />

5 niet-joden as leiders en in onafhankelijke posities.<br />

Bij de groep arbeiders en lagere beambten echter, kwamen<br />

op 1000 werkers slechts 5 joden tegen 30 niet-joden in<br />

. zulke posities voor. In den handel en bij <strong>het</strong> verkeer<br />

daarentegen, stonden tegenover 31 joden, die met de<br />

leiding belast waren, slechts 3 niet-joden in dezelfde<br />

positie.<br />

<strong>De</strong>ze ongelijke verhouding werd nog in <strong>het</strong> bijzonder bevestigd<br />

door onderzoekingen, die in de steden Berlijn, Frankfort<br />

a. d. M., Keulen en Breslau te gelijker tijd plaats vonden.<br />

<strong>De</strong> bedoeling was om vast te stellen, in welke verhouding<br />

joden werkzaam waren in de industrie, in den handel, bij takken<br />

<strong>van</strong> bestuur en bij den geneeskundigen dienst. Alle groepen<br />

toonden dezelfde wanverhouding, zooals blijkt uit <strong>het</strong> volgende<br />

overzicht. Van elke honderd joden, die werk verrichtten, waren<br />

in den handel werkzaam:<br />

Als leiders en in Als arbeiders of<br />

onafhankelijke posities: lager personeel:<br />

ln Berlijn 49,4% joden 2,4% joden<br />

„ Frankfort a. d. M. . 48,9% „ 1,9% „<br />

„ Keulen 49,6% „ 2,9% „<br />

„ Breslau 57,1% • „ 1,8% „<br />

Fichtebondblaadjea H. No. 644 (Nederland)


Joden in de politiek.<br />

Met bijzonderen ijver legden de joden zich toe op <strong>het</strong> veroveren<br />

<strong>van</strong> de groote massa arbeiders. Dit gelukte hun door<br />

de Marxistische leer, ontworpen door den jood Karl Marx;<br />

oorspronkelijk heette hij Mardochai. <strong>De</strong> stichter der sociaaldemocratische<br />

partij was de jood Lassalle. Grondleggers der<br />

onafhankelijke soc. partij waren wederom joden. Evenzoo de<br />

leiders der, communistische partij. Joden zaten in de persbureau's,<br />

in de redactie <strong>van</strong> politieke partijbladen, en vooral<br />

ook in de verschillende fracties <strong>van</strong> de volksvertegenwoordiging.<br />

39 Vertegenwoordigers zond de sociaal-democratische<br />

partij in 1928 naar de Rijksdagcommissies; 38 hier<strong>van</strong><br />

waren joden. Van de leerkrachten verbonden aan cursussen<br />

voor de ontwikkeling <strong>van</strong> arbeiders waren 81% joden.<br />

Joden in hooge staatsambten.<br />

Na de ineenstorting <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche Rijk in 1918 gelukte <strong>het</strong><br />

den joden ook de hoogste posities in den Staat in te nemen.<br />

Op de Rijksconferentie, op 25 Nov. 1918, traden de volgende<br />

joden op als vertegenwoordigers der landen: Hirs'ch,<br />

Haase, Herzfeld voor Pruisen, E i s n e r vor Beieren,<br />

Lipinsky en Gradnauer voor Saksen, tieymann voor<br />

Wurtemberg, Haas voor Baden.<br />

In de Revolutieregeering (1919) zaten de joden Haase,<br />

Cohn, Herzfeld, Schilfer, Bernstein, Preusz,<br />

C a h e n en anderen. Aan den jood Preusz werd opgedragen<br />

de Duitsche grondwet samen te stellen. In de regeeringen <strong>van</strong><br />

alle landen, zoowel als in <strong>het</strong> bestuur der steden, wisten de<br />

joden tezelfder tijd toonaangevenden invloed te verkrijgen en<br />

<strong>van</strong> hieruit drongen ze zich verder in <strong>het</strong> geheele bestuur <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> Rijk, der landen en gemeenten in. Het Engelsche blad „The<br />

Daily Mail" schreef 10 Juli 1933:<br />

„Het Duitsche volk was steeds meer onder de heerschappij<br />

<strong>van</strong> volksvreemde, zritah omhoogdrhigende elementen geraakt.<br />

Ten slotte wanen er in Duitschland twintig maal meer joodsche<br />

regeeringsambtenaren .dan voor den oorlog. In alle sleutelposities<br />

<strong>van</strong> hiet Duitsche bestuur waren ongemerkt vertegenwoordigers<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> jodendom binnengedrongen," •<br />

<strong>De</strong> kwaal en <strong>het</strong> geneesmiddel.<br />

Nauw gepaard met deze sluiksche verovering ging <strong>het</strong> verkankeren<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche volk door middel <strong>van</strong> <strong>het</strong> communistische<br />

vergift, welks voornaamste verspreiders de joodsche<br />

landverhuizers waren. Te gelijker tijd werd ook de' maatschappij<br />

zedelijk bedorven. <strong>De</strong> begrippen <strong>van</strong> eerlijkheid in<br />

handel en wandel werden tot een aanfluiting gemaakt door<br />

joodsche zwendelaars- en bedriegers-in-<strong>het</strong>-groot, die millioenen<br />

opstreken. We kunnen er mee volstaan aan Iwan Kutisker,<br />

de driö gebroeders Barmat en de Sklareks te herinneren.<br />

Omkooperij, verdorvenheid en zedeloosheid werden steeds<br />

driester de kenmerken <strong>van</strong> <strong>het</strong> openbare leven. Zoo was <strong>het</strong><br />

gelukt den geest <strong>van</strong> de Duitsche volksmassa's volkomen te<br />

verbijsteren. <strong>De</strong> oplaaiende vlammen <strong>van</strong> <strong>het</strong> Rijksdaggebouw,<br />

in Febr. 1933, moesten <strong>het</strong> vurige teeken zijn voor de jarenlang<br />

voorbereide joodsch-bolsjewistische omwenteling.<br />

In dat tijdperk kon ieder oogenblik de noodlottige bezegeling<br />

<strong>van</strong> den ondergang <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche volk brengen.<br />

Dat Duitschland een zee <strong>van</strong> bloed en ellende bespaard As<br />

gebleven, dankt <strong>het</strong> zijn bevrijder, Adolf Hitier. <strong>De</strong> tierende<br />

internationale ophitsers stelden hem als een. onmensen voor.<br />

Hoe weinig streng hij daarentegen optrad, wordt bewezen door<br />

de Wet op de Ambtenaren, afgekondigd op 7 April 1933. <strong>De</strong><br />

twee voornaamste bepalingen <strong>van</strong> deze wet (par. 3) luiden:<br />

„Amibtenaren <strong>van</strong> niet-Arische afkomst, moeten gepensionneerd<br />

worden; wanneer zij eereambten bekleeden, moeten zij uit den<br />

dienst verwijderd worden. <strong>De</strong>ze bepaling geldt niet voor<br />

ambtenaren, die reeds sedert 1 Amg. 1914 in Dienst zijn, oi die<br />

in den wereldoorlog aan <strong>het</strong> front voor <strong>het</strong> Duitsche Rijk of<br />

zijn bondgenooten gestreden hebben, of wier vaders of zonen<br />

in den wereldoorlog gesneuveld zijn."<br />

<strong>De</strong> joodsche ambtenaren werden dus niet op straat gezet,<br />

maar gepensionneerd, d. w. z. zij ont<strong>van</strong>gen <strong>het</strong>zelfde wettelijk<br />

voorgeschreven pensioen als andere gepensionneerde Duitsche<br />

ambtenaren.<br />

Joodsche bekwaamheid om zich op den<br />

voorgrond te dringen.<br />

. Gezworen vijanden <strong>van</strong> de Duitschers hebben tegen de<br />

bovenstaande getallen aangevoerd, dat de joden bijgevolg de<br />

Duitschers in bekwaamheid overtreffen. In bekwaamheid om<br />

zich op den voorgrond te dringen, stellig! <strong>De</strong> joden hebben<br />

een geprononceerd ras-egoïsme. Als de Duitschers even<br />

hecht aanééngesloten waren gebleven, als dat steeds bij de<br />

joden <strong>het</strong> geval is, dan zou <strong>het</strong> b. v. niet mogelijk geworden<br />

zijn, dat te Berlijn <strong>van</strong> de 263 vastaangestelde artsen bij den<br />

geneeskundigen dienst er 183, derhalve ongeveer 70%, joden<br />

waren.<br />

Een bekentenis <strong>van</strong> een leider der joden.<br />

<strong>De</strong> békende leider der joden in de Boekowina, Dr. Manfred<br />

Reifer, heeft in de joodsche „Czcrnowitzer Allgemeine Zeitung",<br />

in Sept. 1933, een artikel over <strong>het</strong> lot der joden in<br />

Duitschland gepubliceerd. Hij erkent <strong>het</strong> volgende:<br />

„Toen groote gedeelten <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche volk streden voor de<br />

instandhouding hunner soort, vervulden wij, loden, de straten<br />

<strong>van</strong> Germanië met ons geschreeuw. Wij schreven in hun pers<br />

Ke-.sto'psitellen en Paaschartikels en zetten <strong>het</strong> Duitsche volk<br />

zijn geloof in onze vaten voor. Wifj speelden met de hoogste<br />

goederen <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche volk en dreven ook nog den spot met<br />

dat, wat de natie heilig is."<br />

<strong>De</strong> waarheid overwint!<br />

Op den 29sten Mei 1934 keerde zich <strong>het</strong> Parijsche blad „Ami<br />

du Peuple" tegen <strong>het</strong> gekuip der joden, die uit Duitschland<br />

gevlucht waren. <strong>De</strong>ze krant schreef:<br />

„<strong>De</strong>ze menschen zijn uit Diuitschland gevlucht, daar ze getracht<br />

hebben <strong>het</strong> land te vuur en te zwaard te doen verwoesten,<br />

doordat ze <strong>het</strong> maar de revolutie en den burgeroorlog wilden<br />

leiden."<br />

<strong>De</strong> President der Amerikaansche Kamer <strong>van</strong> Koophandel, de<br />

heer E B. Peirce, verklaarde tijdens een bijeenkomst, die in<br />

de laatste dagen <strong>van</strong> Mei 1934 plaats vond, dat men heden<br />

niet langer in Europa <strong>van</strong> een ordelijke maatschappij<br />

zou kunnen spreken, als Duitschland<br />

Europa niet gered had <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewistische<br />

gevaar.<br />

U wordt beleefd verzocht, deze blaadjes aan Uw kennissen door<br />

te geven. - Verdere vlugschriften zijn gratis verkrijgbaar bij<br />

<strong>De</strong>utseher Fiehte-Bund e. V.<br />

Dnle voor waarheid in de wereld).<br />

Hamburg 36 Jungfernstieg 30 Hamburger Hot<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 15, Hochallee 127<br />

Falken-Verlag, Hamburg<br />

i<br />

Drukke»; Hermann's Erben, Hamburg


Aan de Frontstrijders<br />

<strong>van</strong> den Wereldoorlog.<br />

Het belangrijkste gedeelte <strong>van</strong> de redevoering (gehouden te Koningsbergen) door den vroegeren<br />

frontstrijder Rudolf Hess, plaatsver<strong>van</strong>ger <strong>van</strong> Adolf Hitier.<br />

Ons Duitsche volk heeft <strong>het</strong><br />

geluk thans voornamelijk door<br />

frontstrijders bestuurd te worden;<br />

door mannen, die de<br />

deugden <strong>van</strong> <strong>het</strong> front op de<br />

ieiding <strong>van</strong> den Staat overdragen;<br />

door strijders, die aan<br />

den nieuwen ophouw <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

Rijk arbeiden in den geest,<br />

die aan <strong>het</strong> front heerschtc.<br />

Het was de geest <strong>van</strong> kameraadschap,<br />

die <strong>het</strong> Nationaal-<br />

Socialisme schiep. Aan <strong>het</strong><br />

front, in <strong>het</strong> aangezicht <strong>van</strong><br />

den dood, die allen bedreigde,<br />

bezweken laatdunkend standbegrip<br />

en klassebewustzijn. Bij<br />

gemeenschappelijke vreugde<br />

en gemeenschappelijk leed<br />

groeide aan <strong>het</strong> front een kameraadschap<br />

op, die vroeger<br />

Rudolf Hess<br />

geheel onbekend was. Reuzengroot<br />

vormde zich voor dc oogen <strong>van</strong> ieder aan <strong>het</strong> front<br />

<strong>het</strong> beeld <strong>van</strong> de gemeenschappelijke lotsbestemming endrong<br />

<strong>het</strong> lot, dat ieder afzonderlijk dreigde, op den achtergrond.<br />

Maar niettegenstaande alle verbittering en alle onverbiddelijke<br />

noodzaak <strong>van</strong> den oorlog, ontstond er bij den frontstrijder<br />

nog iets anders: <strong>het</strong> gevoel <strong>van</strong> een zekere innerlijke<br />

verbondenheid met den frontstrijder ginds, aan den anderen<br />

kant <strong>van</strong> Niemandsland, die <strong>het</strong>zelfde leed ondervond, in<br />

dezelfde modder stond, door denzelfden dood bedreigd werd.<br />

En dit gevoel <strong>van</strong> verbondenheid is tot heden levendig gebleven.<br />

Als frontstrijders — voormalige tegenstanders —<br />

elkander ontmoeten, dan vindt er bij gelijke herinneringen,<br />

ook een uitwisseling <strong>van</strong> gelijke meeningen plaats. <strong>De</strong> inhoud<br />

<strong>van</strong> hun gesprekken is de wereldoorlog, de achtergrond <strong>van</strong><br />

hun gesprekken is de hoop op vrede. En daarom zijn de<br />

frontstrijders geroepen tusschen de volkeren<br />

de brug tot onderling begrijpen en tot<br />

overeenstemming te slaan, wanneer de politici<br />

den weg niet vinden.<br />

Wij frontstrijders willen niet, dat een onbekwame diplomatie<br />

ons opnieuw over den rand <strong>van</strong> een afgrond der<br />

vernietiging strompelen laat, waar<strong>van</strong> de frontsoldaten<br />

wederom al <strong>het</strong> leed moeten ondervinden.<br />

Wij soldaten aan beide kanten <strong>van</strong> Niemandsland voelen<br />

ons vrij <strong>van</strong> verantwoording voor den laatsten oorlog. T e -<br />

zanten willen wc strijden om een nieuwen oorlog<br />

te verhinderen. Wij, die tezamen in den oorlog<br />

verwoestten, wij willen tezamen aan den vrede arbeiden. Het<br />

is hoog tijd, dat eindelijk werkelijke overeenstemming tusschen<br />

de volkeren bereikt wordt. Slechts overeenstemming, die op<br />

wederzijdsche achting berust, kan <strong>van</strong> blijvenden aard zijn:<br />

op die achting, die dc onderlinge verhouding der vroegere<br />

frontsoldaten kenmerkte.<br />

<strong>De</strong> meeste groote Staten hebben meer oorlogsmateriaal opgestapeld<br />

dan ooit.<br />

Oorlogsmaterialen echter, die door <strong>het</strong> gevaar <strong>van</strong> te verouderen<br />

bedreigd worden, en volkeren, die sedert den oorlog<br />

niet tot rust gekomen zijn en wantrouwend tegenover elkander<br />

staan, zijn ontzettend ontvlambaar. Een onbeduidende aanleiding,<br />

zooals eenmaai in 1914 <strong>het</strong> ongelukkige schot in<br />

Serajewo — misschien uit <strong>het</strong> pistool <strong>van</strong> een dwaas — kan<br />

volstaan om, tegen den wil der beteuterde volken, millioenenlegers<br />

op elkander te doen botsen, om geheele landstreken<br />

door duizenden projectielen <strong>van</strong> veelsoortige ontploffingskracht<br />

en draagwijdte te laten omploegen, steden en dorpen <strong>van</strong><br />

uit de lucht in een zee <strong>van</strong> vlammen te herscheppen, alle<br />

leven in gaswolken te verstikken.<br />

Hij, die aan den wereldoorlog deelgenomen heelt, heeft<br />

een voorstelling <strong>van</strong> wat een moderne oorlog thans, met zijn<br />

vervolmaakte wapens, beteekenen zou. D a a r o m richt i k<br />

mij tot de kameraden der fronten <strong>van</strong> den<br />

wereldoorlog aan beide zijden <strong>van</strong> N i e -<br />

m a n d s 1 a n d.<br />

Inderdaad, we stonden eens daar buiten met <strong>het</strong> trotschc<br />

gevoel <strong>van</strong> waarachtige mannen te zijn — soldaten, strijders<br />

— bevrijd <strong>van</strong> de banaliteiten <strong>van</strong> <strong>het</strong> vroegere leven. We<br />

voelden ons verheven boven hen, die, ver <strong>van</strong> de fronten,<br />

niets uit te staan hadden met hel noodlot der fronten. Wij<br />

voelden ons de verdedigers <strong>van</strong> <strong>het</strong> leven onzer volkeren, de<br />

dragers <strong>van</strong> hun toekomst.<br />

Maar we hebben ondervonden, wat <strong>het</strong> is te huiveren voor<br />

den dood. We hebben den dood in schrikaanjagender en<br />

talloozer vormen gezien, dan wel ooit menschen voor ons.<br />

We hebben in schuilplaatsen gehurkt en zijn inééngekrompen<br />

bij de verwachting <strong>van</strong> den treffer, die ons vermorzelen zou.<br />

Vol ontzetting hebben we den adem ingehouden, als ons<br />

geschoold oor de granaten in onze richting hoorde sissen,<br />

als de mijnen ons tegemoetvlogen. Ons hart heeft geklopt<br />

of <strong>het</strong> barsten moest, als we tevergeefs naar dekking zochten<br />

tegen de kogelbundels, waarmee de machinegeweren ons<br />

geeselden. We hebben gemeend in onze maskers te moeten<br />

stikken, als de gaswolken ons omhulden. Wankelend hebben<br />

we onzen weg gezocht door de met water gevulde loopgraven.<br />

Rillend <strong>van</strong> koude hebben we de nachten door .vaakt in de<br />

modder der granaattrechters. Dagen- en wekenlang hebben<br />

we alle afgrijselijkheden <strong>van</strong> den Titanenstrijd geduldig verdragen.<br />

Koud en hongerig zijn we vaak de vertwijfeling nabij<br />

geweest. <strong>De</strong> kreten der zwaargewonden hebben ons in de<br />

ooren geklonken. We hebben gezien, hoe zij, die in <strong>het</strong> gas<br />

stikten, zich in bochten wrongen. We hebben de blinden<br />

ontmoet, die op <strong>het</strong> slagveld rondstrompelden. We hebben <strong>het</strong><br />

doodsgerochel der stervenden gehoord. Omringd door de<br />

grafheuvels onzer kameraden verdween bij ons de laatste hoop<br />

op leven. We zagen de ellende der vluchtelingen achter ons.<br />

We zagen de weduwen en weezen, de verminkten en lijdenden,<br />

de ziekelijke kinderen en de vrouwen die thuis honger<br />

leden.<br />

Frontstrijders, weest eerlijk! Heeft niet zoo nu en dan ieder<br />

<strong>van</strong> ons zich afgevraagd:<br />

Waartoe dient dit alles? Kan <strong>het</strong> niet anders? Kan dit deu<br />

volkeren in de toekomst niet bespaard worden?<br />

Maar we hielden vol — aan beide kanten <strong>van</strong> Niemandsland!<br />

We hielden vol als mannen, die plicht, tucht en trouw<br />

beoefenen, als mannen, die lafheid verafschuwen. Doch thans<br />

neem ik die vraag <strong>van</strong> toen op, en beschuldigend laat ik<br />

die in de wereld rondklinken — als frontstrijder tot frontstrijders<br />

— als leider <strong>van</strong> een volk tot de leiders der andere<br />

volkeren:<br />

Kan <strong>het</strong> niet anders? Kunnen we gezamenlijk met goeden<br />

wil dit den volkeren niet besparen?<br />

Fichtebondblaadjes. H No. 664. (Nederland.)


Misschien vraagt men mij: Waarom verheft gij uw stem<br />

eerst heden? Ik antwoord: Omdat mijn stem in Duitschland<br />

verward zou zijn met de stemmen der verraders <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

eigen volk, met de stemmen <strong>van</strong> hen, die de frontsoldaten,<br />

besmeurden en de deserteurs prezen, met de stemmen <strong>van</strong><br />

hen, die <strong>van</strong> Duitsche zijde <strong>het</strong> verdrag <strong>van</strong> <strong>Versailles</strong> op<br />

hun geweten hebben. In hun gezelschap wilde ik niet verkeeren.<br />

Thans mag ik spreken, omdat de Leider <strong>van</strong> mijn volk zelf<br />

de wereld de hand tot vrede, reikt.<br />

Heden verhef ik mijn stem, omdat ik tezelfder tijd de<br />

wereld waarschuwen wil <strong>het</strong> Duitschland <strong>van</strong> heden, <strong>het</strong><br />

Duitschland <strong>van</strong> den vrede, niet te verwarren met <strong>het</strong> Duitschland<br />

<strong>van</strong> vroeger, <strong>het</strong> Duitschland <strong>van</strong> <strong>het</strong> pacifisme! Want<br />

dit moet men weten: Wanneer ons frontstrijders, ook de<br />

verschrikkingen <strong>van</strong> den oorlog nog duizendmaal voor oogen<br />

slaan, wanneer ook <strong>het</strong> jonge geslacht <strong>van</strong> na den oorlog,<br />

den oorlog zoo weinig wil als wij ouden:<br />

Tot een «wandeling» over onze grenzen staat de weg niet<br />

open!<br />

<strong>De</strong> Fransche frontsoldaat zal ons in <strong>het</strong> bizonder begrijpen,<br />

als we dengenen, die nog steeds met de gedachte aan een<br />

oorlog spelen — die natuurlijk anderen aan <strong>het</strong> front zouden<br />

moeien voeren — toeroepen:<br />

Laat men <strong>het</strong> eens wagen ons aan te vallen! Laat men <strong>het</strong><br />

eens wagen <strong>het</strong> nienwe Duitschland binnen te maroheeren!<br />

Dan zal de wereld den geest <strong>van</strong> <strong>het</strong> nieuwe Duitschland<br />

leeren kennen! Het zou strijden, zooals wel nooit een volk<br />

voor zijn vrijheid gestreden heeft!<br />

Het Fransche volk weet, hoe men den eigen grond verdedigt!<br />

leder stuk bosch iedere heuvel, iedere boerenhoeve zou<br />

door bloed veroverd moeten worden. Ouden en jongen zouden<br />

zich met hun nagels in den Duitschen bodem ingraven. Allen<br />

zouden zich met een onvergelijkelijke woede in den strijd<br />

teweerstellen!<br />

En indien al <strong>het</strong> overwicht der nieuwere bewapening zegevierde,<br />

dan toch zou de weg door <strong>het</strong> Duitsche Rijk, ook voor<br />

den indringer, een weg vol afgrijselijke offers worden; want<br />

nog nooit was een volk zóó doordrongen <strong>van</strong> <strong>het</strong> gevoel<br />

<strong>van</strong> eigen recht, en daarmede <strong>van</strong> de plicht zich tegen overvallen<br />

tot den laatsten man te verweren, als thans ons<br />

Duitsche volk. <strong>De</strong> soldaten <strong>van</strong> Frankrijk weten, hoe dapper,<br />

gedurende vier eri een half jaar, de Duitschers tegen de<br />

geweldige overmacht streden.<br />

Falken-Verlag, Hamburg<br />

<strong>De</strong> frontstrijders willen den vrede!<br />

<strong>De</strong> volkeren willen den vrede!<br />

<strong>De</strong> Regeering <strong>van</strong> Duitschland wil den vrede!<br />

<strong>De</strong> geschiedenis zal die mannen, die, in zulke moeilijke<br />

tijden voor de volkeren, overeenstemming tot stand brachten,<br />

en daarmee de beschaving rédden, stellig meer prijzen, dan<br />

die mannen, die gelooven, dat ze door agressieve politieke<br />

en militaire actie overwinningen behalen moeten.<br />

Het is buiten twijfel, dat uit de overeenstemming tusschen<br />

Duitschland en Frankrijk niet slechts deze Staten in hun<br />

geheel, maar ieder lid <strong>van</strong> die beide volksgemeenschappen,<br />

nut zou trekken. Waarachtige vrede en werkelijk vertrouwen<br />

tusschen de volkeren stellen hen in staat hun bewapening<br />

te verminderen, die thans beslag legt op een groot gedeelte<br />

<strong>van</strong> hun inkomsten en daarmee op de inkomsten <strong>van</strong> eiken<br />

volksgenoot afzonderlijk.<br />

Steeds weer heeft Adolf Hitier er den nadruk op gelegd,<br />

dat Duitschland slechts rechtsgelijkheid wenscht op alle gebied,<br />

met inbegrip <strong>van</strong> dat der bewapening. Na <strong>het</strong> bereiken<br />

<strong>van</strong> een zoodanige overeenstemming tusschen Duitschland en<br />

zijn buren, kan Duitschland des te gemakkelijker genoegen<br />

nemen met <strong>het</strong> minimum aan bewapening, dat noodig :is<br />

om zijn veiligheid en daarmee den vréde te waarborgen.<br />

<strong>De</strong> frontstrijders in de Begeering <strong>van</strong> Duitschland willen<br />

eerlijk vrede en overeenstemming. Ik roep de frontstrijders<br />

op, zoowel als alle goedwilligen in de Begeeringen<br />

<strong>van</strong> andere Staten, om mét ons dit doel na te streven.<br />

Van den heiligen Oostpruisisehen grond richt ik dezen oproep<br />

tot de frontsoldaten der wereld. Hier op den grond <strong>van</strong><br />

dit Duitsche grensgebied begon in 1914 de groote wereldworsteling<br />

met haar ontzettende offers, waar<strong>van</strong> de volkeren<br />

zich zelfs nu nog niet hersteld hebben.<br />

Moge <strong>het</strong> historische Oostpruisische gebied <strong>van</strong> den strijd,<br />

<strong>van</strong>waaruit ik hier <strong>het</strong> woord voer, de uitwerking <strong>van</strong> mijn<br />

ernstigen oproep tot handhaving <strong>van</strong> den vrede, verhoogen.<br />

Door de herinnering aan zijn dooden zal de wil tot den<br />

vrede in Duitschland steeds sterk en machtig blijven!<br />

Mogen ook de Begeeringen der andere volkeren in vredelievende<br />

verdragen grootere veiligheid voor hun volksgenooten<br />

zien, dan in bergen <strong>van</strong> oorlogsmateriaal —<br />

dat is onze hoop.<br />

Meerdere vlugschriften zijn gratis verkrijgbaar bij den<br />

Secretaris <strong>van</strong> den Fichte * Bund, Jungfernstieg 30, Hamburg 36<br />

Met beleefd verzoek ze onder Uw kennissen te verspreiden.<br />

Hermann's Erben, Hamburï


Wie heeft de Ontwapeningsbelofte <strong>van</strong> <strong>Versailles</strong> gebroken?<br />

Bekendmaking <strong>van</strong> de Regeering <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche Rijk.<br />

Toen in November 1918 <strong>het</strong> Duitsche volk — vertrouwende<br />

op de, met de 14 punten <strong>van</strong> Wilson, gedane toezegging —<br />

na een roemrijken weerstand <strong>van</strong> 41/2 jaren in een oorlog,<br />

dien <strong>het</strong> nooit gewild heeft, de wapens neerlegde, geloofde<br />

<strong>het</strong>, niet alleen aan <strong>het</strong> gepijnigde menschdom, maar ook aan<br />

een grootsch idee een dienst bewezen te hebben. <strong>De</strong> zelf <strong>het</strong><br />

zwaarst onder de gevolgen <strong>van</strong> dezen waanzinnigen strijd<br />

lijdende millioenen <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche volk grepen geloovig<br />

naar de gedachte <strong>van</strong> den nieuwen opbouw <strong>van</strong> de betrekkingen<br />

tusschen den volkeren, die door de afschaffing <strong>van</strong> de<br />

geheime diplomatie en <strong>van</strong> de vreeselijke strijdmiddelen <strong>van</strong><br />

den oorlog veredeld zouden worden.<br />

Het idee <strong>van</strong> den Volkerenbond heeft wellicht bij<br />

geen natie inniger toestemming verwekt, dan bij de <strong>van</strong> alle<br />

aardsche zegeningen verstoken zijnde Duitsche. Alleen daardoor<br />

was <strong>het</strong> te verklaren, dat de in vele opzichten onzinnige<br />

voorwaarden <strong>van</strong> de vernietiging <strong>van</strong> elke verdedigingsmogelijkheid<br />

door <strong>het</strong> Duitsche volk niet alleen aangenomen, maar<br />

ook vervuld werden. Het Duitsche volk en in <strong>het</strong> bijzonder<br />

ook de toenmalige regeering waren er<strong>van</strong> overtuigd, dat de<br />

vervulling <strong>van</strong> de in <strong>het</strong> Verdrag <strong>van</strong> <strong>Versailles</strong> voorgeschreven<br />

ontwapeningsbepalingen, <strong>het</strong> begin zou beteekenen,<br />

<strong>van</strong> de in dit verdrag beloofde algemeene<br />

internationale ontwapening. Want alleen<br />

door de tweezijdige vervulling <strong>van</strong> dit deel <strong>van</strong> <strong>het</strong> verdrag<br />

zou een verlangen gerechtvaardigd kunnen worden, dat, indien<br />

eenzijdig opgelegd en doorgevoerd, tot een eeuwige verachtelijkmaking<br />

en minderwaardigheidsverklaring <strong>van</strong> een groote<br />

natie moest leiden. Daardoor kon een dergelijk vredesverdrag<br />

nooit de basis worden voor een werkelijke innerlijke verzoening<br />

<strong>van</strong> de volkeren en bijgevolg voor een herstel <strong>van</strong><br />

den vrede in de wereld, maar alleen voor een eeuwig verder<br />

vretenden haat.<br />

Zooals door de C o n t r o 1 e - C o m m i s s i e der<br />

Geallieerden geconstateerd is, heeft<br />

Duitschland de opgelegde ontwapeningsverplichtingen<br />

vervuld.<br />

<strong>De</strong> volgende lijst geeft een overzicht <strong>van</strong> <strong>het</strong> door genoemde<br />

Commissie gecontroleerde vernietigingswerk:<br />

A. Aan wapens <strong>van</strong> <strong>het</strong> leger werden vernietigd:<br />

59 897 stukken geschut en loopen,<br />

130 558 machinegeweren,<br />

31 470 mijnwerpers en loopen,<br />

6 007 000 geweren en karabijnen,<br />

243 937 machinegeweer-loopen,<br />

28 001 affuiten,<br />

4 390 mijnwerper-affuiten,<br />

38 750 000 projectielen,<br />

16 550 000 hand- en geweergranaten,<br />

60 400 000 scherpe ontstekers,<br />

491 000 000 stuks munitie voor handvuurwapens,<br />

335 000 ton projectielkokers,<br />

23 515 ton kardoeskokers,<br />

37 600 ton buskruit,<br />

79 500 munitiebussen,<br />

212 000 telefonen,<br />

1 072 vlamwerpers,<br />

31 pansertreinen,<br />

59 tanks,<br />

1 762 observeerwagens,<br />

8 982 draadlooze stations,<br />

1 240 veldbakkerijen,<br />

2 199 pontons,<br />

981,7 ton uitrustingsstukken voor soldaten,<br />

8 230 350 'zakken uitrustingsstukken voor soldaten,<br />

7 300 pistolen en revolvers,<br />

180 machinegeweersleden,<br />

21 rijbare werkplaatsen,<br />

12 stukken luchtafweergeschut,<br />

11 voorwagens,<br />

64 000 stalen helmen,<br />

174 000 gasmaskers,<br />

2 500 machines voor de voormalige oorlogsindustrie,<br />

8 000 geweerloopen.<br />

B. Aan lnchtwapens werden vernietigd:<br />

15 714 jagd- en bombardementsvliegmachines,<br />

^ 27 757 motors voor vliegmachines.<br />

C. Aan marine-wapens werden vernietigd:<br />

26 groote oorlogsbodems,<br />

4 kustpanserschepen,<br />

4 panserkruisers,<br />

19 kleine kruisers,<br />

21 opleidings- en andere schepen,<br />

83 topedobooten,<br />

315 onderzeeërs.<br />

Verder moesten vernietigd worden:<br />

voertuigen <strong>van</strong> verschillenden aard, gasstrijd- en gedeeltelijk ook gasafweermiddelen,<br />

springstoffen, schijnwerpers, vizeerinrichtingen, afstanden<br />

gedruischmeters, optische gereedschappen, paardetuig, smalspoormaterieel,<br />

velddrukkerijen, veldkeukens, werkplaatsen, slag- en stootwapens,<br />

stalen helmen, munitietransportmaterieel, gewone en speciale<br />

machines voor de oorlogsindustrie, klemwerktuigen, teekeningen daar<strong>van</strong>,<br />

vliegmachine- en luchtschiploodsen, enz.<br />

Na deze, historisch weergalooze vervulling <strong>van</strong> een ver­<br />

drag, kan <strong>het</strong> Duitsche volk met recht ook <strong>van</strong> de tegenpartij<br />

<strong>het</strong> nakomen harer verplichtingen verwachten, want:<br />

1. <strong>De</strong> ontwapening <strong>van</strong> Duitschland was<br />

voltooid;<br />

2. In <strong>het</strong> verdrag werd uitdrukkelijk bepaald, dat Duitschland<br />

ontwapend moest worden, om de grondslag voor een<br />

algemeene ontwapening te scheppen, d. w. z. er werd daarmede<br />

beweerd, dat alleen de bewapening <strong>van</strong> Duitschland de<br />

oorzaak <strong>van</strong> de bewapening <strong>van</strong> de andere landen was;<br />

3. <strong>De</strong> regeering en de partijen <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche volk verkeerden<br />

toen in een stemming, die volkomen overeenkwam<br />

met de pacifistisch-demokratische idealen <strong>van</strong> den Volkerenbond<br />

en zijn stichters.<br />

Terwijl Duitschland zijn verplichtingen vervuld had, hleef<br />

* de vervulling <strong>van</strong> de verplichtingen door de tegenpartij<br />

achterwege.<br />

D. w. z., de voormalige overwinnaars en hooge medeonderteekenaars<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> verdrag hebben zich eenzijdig <strong>van</strong> de verplichtingen<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> verdrag vrijgemaakt.<br />

Niet alleen bleef elke, ook maar eenigszins met de vernietiging<br />

<strong>van</strong> wapens in Duitschland vergelijkbare ontwapening<br />

achterwege,<br />

er trad niet eens een stilstand in de bewapeningen in,<br />

er bleek zelfs een duidelijke vermeerdering <strong>van</strong> de bewapening<br />

in een rij <strong>van</strong> landen.<br />

Wat in den oorlog aan vernietigingsmachines uitgevonden<br />

werd, werd nu in vredestijd door systematisch-wetenschappelijken<br />

arbeid volmaakt. Op <strong>het</strong>' gebied <strong>van</strong> landpanser- en<br />

nieuwe strijd- en bombardementsmachines werden onophoudelijk<br />

verbeteringen aangebracht. Nieuwe reusachtige kanonnen<br />

werden gemaakt, nieuwe brand- en gasbommen werden<br />

vervaardigd.<br />

En door de wereld weerkaatste <strong>het</strong> oorlogsgeschreeuw, alsof<br />

er nooit een wereldoorlog geweest was en nooit een Verdrag<br />

<strong>van</strong> <strong>Versailles</strong> gesloten werd.<br />

Midden tusschen deze hooggewapende en zich meer en meer<br />

<strong>van</strong> de nieuwste gemotoriseerde krachten bedienende oorlogsstaten<br />

was Duitschland een groote ledige ruimte, die aan<br />

elke dreiging en bedreiging weerloos uitgeleverd was. Het<br />

Duitsche volk herinnert zich <strong>het</strong> lijden <strong>van</strong> 15 jaren oeconomische<br />

en politieke vernedering.<br />

Het was daarom verklaarbaar, dat Duitschland begon aan<br />

te dringen op de vervulling <strong>van</strong> de verplichting tot ontwapening<br />

der andere staten. Want dit is duidelijk:<br />

Een honderdjarige vrede zou voor de wereld een onschatbare<br />

zegen zijn; een honderdjarige scheiding in overwinnaars<br />

en overwonnenen zon do wereld niet verdragen.<br />

Tengevolge <strong>van</strong> de door de volkeren uitgeoefende pressie werd<br />

getracht door middel <strong>van</strong> konferenties een algemeene vermindering<br />

<strong>van</strong> de bewapeningen te verkrijgen.<br />

No. 744 Hotl.


Zoo ontstonden de eerste voorstellen voor internationale<br />

bewapeningsverdragen, waar<strong>van</strong> wij als <strong>het</strong> meest belangrijke<br />

<strong>het</strong> plan <strong>van</strong> Macdonald in de herinnering hebben.<br />

Duitschland was bereid, dit plan aan te nemen en tot basis<br />

voor overeenkomsten te maken.<br />

Het plan <strong>van</strong> Macdonald leed echter schip<strong>breuk</strong><br />

tengevolge <strong>van</strong> de verwerping door andere<br />

landen. Daar onder deze omstandigheden de aan<br />

<strong>het</strong> Duitsche volk met de verklaring <strong>van</strong> <strong>De</strong>cember 1932<br />

plechtig beloofde gelijke gerechtigdheit niet verwezenlijkt werd,<br />

achtte de regeering <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche Rijk <strong>het</strong> met hare plichten<br />

tot bescherming <strong>van</strong> de Duitsche eer en de levensrechten<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche volk niet langer vereenigbaar, nog verder<br />

aan dergelijke konferenties deel te nemen of nog langer den<br />

Volkerenbond toe te behooren.<br />

Na <strong>het</strong> verlaten <strong>van</strong> Genève was de Duitsche regeering<br />

desondanks niet alleen bereid de voorstellen <strong>van</strong> andere staten<br />

le onderzoeken, maar ook eigen voorstellen te maken. Zij<br />

aanvaardde de door de andere staten zelf verkondigde opvatting,<br />

dat legers met korten diensttijd niet geschikt<br />

waren voor een aanval en daarom aan te bevelen waren voor<br />

een vredelievende verdediging.<br />

<strong>De</strong> regeering <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche Rijk was daarom bereid,<br />

de Rijksweer met langen diensttijd te veranderen in een leger<br />

met korten diensttijd. Hare voorstellen gedurende<br />

den winter 1933/34 waren onuitvoerbaar. Uit de verwerping<br />

daar<strong>van</strong> en <strong>van</strong> soortgelijke Italiaansche en Engelsche voorstellen<br />

was op te maken,<br />

dat de andere partners <strong>van</strong> <strong>het</strong> verdrag niet meer tot een<br />

ontwapening overeenkomstig <strong>het</strong> Verdrag <strong>van</strong> <strong>Versailles</strong><br />

bereid waren.<br />

Onder deze omstandigheden zag zich de Duitsche regeering<br />

genoodzaakt, zelf de noodige maatregelen te treffen, om een<br />

einde te maken aan den onwaardigen en gevaarlijken toestand<br />

<strong>van</strong> onmachtige weerloosheid <strong>van</strong> een groot volk.<br />

Zij ging daarbij uit <strong>van</strong> dezelfde overwegingen, die Minister<br />

Baldwin aanleiding gaven tot de volgende uiting:<br />

„Een land, dat niet gewild is, de noodige voorzorgsmaatregel<br />

len voor zijn eigen verdeediging te treffen, zal nooit eenige<br />

macht in deze wereld hebben, noch moreele, noch materieele."<br />

<strong>De</strong> regeering <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche Rijk wenscht echter maar<br />

ééne moreele en materieele macht, en wel. de macht, o m<br />

voor <strong>het</strong> Rijk en daarmede voor geheel Europa<br />

den vrede te kunnen handhaven.<br />

<strong>De</strong> Duitsche regeering heeft daarom ook verder gedaan, wat<br />

in hare macht was, om den vrede te bevorderen.<br />

1. <strong>De</strong> Duitsche regeering heeft aan de buurstaten reeds lang<br />

geleden <strong>het</strong> afsluiten <strong>van</strong> non-aggressie-pakten<br />

voorgesteld.<br />

2. <strong>De</strong> Duitsche regeering heeft naar een regeling met haar<br />

oostelijken buur, Polen, gestreefd en een regeling gevonden,<br />

die, dank zij <strong>het</strong> wederkeerig tegemoetkomen en begrijpen,<br />

naar zij hoopt, voor altijd de dreigende spanningen, die zij<br />

bij <strong>het</strong> aan <strong>het</strong> bewindkomen aantrof, zal hebben ontgiftigd<br />

• en tot een duurzame goede verstandhouding en vriendschap<br />

tusschen de beide volkeren zal leiden.<br />

3. <strong>De</strong> Duitsche regeering heeft ten slotte Frankrijk de<br />

plechtige verzekering"gegeven, dat na de regeling <strong>van</strong> de Saar-<br />

Falken-Verlag, Hamburg<br />

kwestie, Duitschland geen territoriale vorderingen meer aan<br />

Frankrijk stellen zal. Zij gelooft, daarmede op een wijze die<br />

in de geschiedenis zelden voorgekomen is, door een politiek<br />

en zakelijk offer den grondslag voor de bijlegging <strong>van</strong><br />

een eeuwen ouden strijd tusschen twee groote naties gelegd<br />

te hebben.<br />

<strong>De</strong> Duitsche regeering moet echter tot haar leedwezen zien,<br />

dat er in de overige wereld een gedurige versterking<br />

der bewapeningen plaats vindt. Zij ziet<br />

in de schepping <strong>van</strong> een sowjet-russisch leger <strong>van</strong> 101 devisies,<br />

d. w. z. <strong>van</strong> een erkende vredessterkte <strong>van</strong> 960.000<br />

man, een gevaar, dat bij <strong>het</strong> afsluiten <strong>van</strong> <strong>het</strong> Verdrag <strong>van</strong><br />

<strong>Versailles</strong> niet kon worden voorzien.<br />

<strong>De</strong> Duitsche regeering ziet in de vermeerdering <strong>van</strong> soortgelijke<br />

maatregelen bij andere staten een verder bewijs voor<br />

de verwerping der destijds plechtig verkondigde ontwapeningsbelofte.<br />

<strong>De</strong> Duitsche regeering wil geen enkelen staat een<br />

verwijt maken. Zij komt nu echter tot de conclusie,<br />

dat door de nu besloten invoering <strong>van</strong> den tweejarigen<br />

dienstplicht in Frankrijk, <strong>het</strong> principe <strong>van</strong> <strong>het</strong> scheppen<br />

<strong>van</strong> legers met korten dienstplicht terwille <strong>van</strong> een lang<br />

dienend leger opgeofferd is.<br />

<strong>De</strong>ze principes waren echter de grondslag voor de <strong>van</strong><br />

Duitschland gevorderde opoffering <strong>van</strong> de Rijksweer.<br />

<strong>De</strong> Duitsche regeering houdt <strong>het</strong> onder deze omstandigheden<br />

voor onmogelijk, de voor de zekerheid <strong>van</strong> <strong>het</strong> Rijk noodige<br />

maatregelen nog langer op te schorten of voor de overige<br />

wereld te verbergen.<br />

Indien zij daarom tegemoet komt aan den in de rede <strong>van</strong><br />

den Engelschen Minister Baldwin uitgesproken wensch, om<br />

opheldering over de Duitsche bedoelingen, dan geschied dit<br />

1. om <strong>het</strong> Duitsche volk er<strong>van</strong> te overtuigen en de andere<br />

staten er mede in kennis te stellen, dat de handhaving <strong>van</strong><br />

de eer en de vijligheid <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche Rijk voortaan aan<br />

de eigen kracht <strong>van</strong> de Duitsche natie toevertrouwd<br />

wordt;<br />

2. om door <strong>het</strong> bekendmaken <strong>van</strong> den om<strong>van</strong>g der Duitsche<br />

maatregelen de onrechtmatige bewering tagen te gaan, volgens<br />

welke <strong>het</strong> Duitsche volk naar een militaire hegemonie in<br />

Europa streeft.<br />

Wat de Duitsche regeering wenscht, om de eer en de belangen<br />

<strong>van</strong> de Duitsche natie te kunnen handhaven, is <strong>het</strong><br />

bepalen <strong>van</strong> den om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de machtmiddelen, die noodig<br />

zijn, voor <strong>het</strong> handhaven <strong>van</strong> de onaantastbaarheid <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

Duitsche Rijk, maar ook voor de internationale achting en<br />

appretiatie <strong>van</strong> Duitschland als medegarant <strong>van</strong> den algemeenen<br />

vrede.<br />

Op dit uur hernieuwt de Duitsche regeering voor <strong>het</strong> Duitsche<br />

volk en voor de wereld de verzekering, dat zij vastbesloten<br />

is, met de Duitsche bewapening geen middel tot een<br />

oorlog, maar veel meer uitsluitend een waarborg voor <strong>het</strong><br />

behoud en de verdediging <strong>van</strong> den vrede te willen scheppen.<br />

<strong>De</strong> Duitsche regeering heeft <strong>het</strong> vertrouwen, dat <strong>het</strong> aan<br />

<strong>het</strong> Duitsche volk, dat zijn eer téruggevonden heeft, in onafhankelijke<br />

gelijkgerechtigdheid gegund moge worden, bij te<br />

dragen tot <strong>het</strong> behoud <strong>van</strong> den vrede in de wereld in vrije<br />

en openhartige samenwerking met de andere naties en hare<br />

regeeringen.<br />

U wordt beleefd verzocht, deze blaadjes aan Uw kennissen door te geven.<br />

Verdere vlugschriften zijn gratis verkrijgbaar bij<br />

<strong>De</strong>iltscher Fichfe*Butld e.V.(Unie voor waarheid in de wereld),<br />

Hamburg 36, Jungfernstieg 30 (Hamburger Hof).<br />

Hermann's Erben. Hamburg


Karl Smakman<br />

MdinZ, Quintinsstr. 8<br />

<strong>De</strong> Oorlogs- en Wereldopruiing <strong>van</strong> <strong>het</strong> Bolsjewisme.<br />

Toen na de ontzettende jaren <strong>van</strong> lijden de volken aan <strong>het</strong><br />

einde <strong>van</strong> de wereldoorlog, afgemat <strong>van</strong> de geweldige opoffering,<br />

voor een duurzame vrede riepen, heersehte in Rusland<br />

een burgeroorlog, waar<strong>van</strong> de echte afmetingen eerst na meer<br />

dan tien jaar bekend zijn geworden.<br />

Nadat in <strong>het</strong> begin <strong>van</strong> de bolsjewistische revolutie een soort<br />

„Volksfrontregeering" onder Kerenski de macht uit de handen<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> ineengezakte tsarenrijk overgenomen had, zweepten<br />

Lenin en Trotzki <strong>het</strong> volk in een .<br />

nieuw delerium <strong>van</strong> moordlust,<br />

zoo dat Rusland <strong>van</strong> de kust <strong>van</strong><br />

de Noordelijke Ijszee over de<br />

toendra's <strong>van</strong> Siberië tot <strong>het</strong><br />

verre Oosten een slachthuis <strong>van</strong><br />

menschen werd, wat zijn evenbeeld<br />

nog niet gevonden heeft.<br />

<strong>De</strong>ze burgeroorlog kostte Rusland<br />

rond 3.000.000 menschen,<br />

dus. veel meer dan <strong>het</strong> op de<br />

slagvelden <strong>van</strong> de oorlog opgeofferd<br />

had. Met de door den<br />

jood Marx uitgedachte leerstelling,<br />

<strong>het</strong> marxistische bolsjewisme,<br />

ontstond een wijze <strong>van</strong><br />

denken, die niets <strong>van</strong> eer en vrijheid,<br />

<strong>van</strong> plichten en idealen<br />

wist. Door de stichting <strong>van</strong> dc<br />

communistische internationale<br />

werden in alle landen uitgangen<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewistische opruiingsgift<br />

geschapen, zoodat de<br />

<strong>van</strong> Moskou uitgaande wereldrevolutie<br />

overal wortel schoot,<br />

om daar een zelfde zee <strong>van</strong> bloed<br />

en tranen te veroorzaken. Volgende<br />

uitlatingen bewijzen deze<br />

bedoeling:<br />

„Ons oponthoud in Moskou is<br />

s'echts <strong>van</strong> voorbijgaande aard.<br />

wij hopen echter, .dat <strong>het</strong> zoo kort<br />

als mogelijk zal zijn, en dat wij de<br />

generale staf <strong>van</strong> <strong>het</strong> proletariaat,<br />

<strong>het</strong> internationale executivc commité<br />

naar één <strong>van</strong> die landen verplaatsen<br />

kunnen, waar nu nog andere<br />

vlaggen waaien." Lenin.<br />

„Onder <strong>het</strong> vaandel <strong>van</strong> Lenin zal onze proletarische beweging de<br />

heele wereld overwinnen. Het roode leger is <strong>het</strong> leger var. de<br />

wereldrevolutie." Stalin 1935/36.<br />

Met vertrouwen op de door Wilson afgekondigde 14 punten<br />

legde <strong>het</strong> Duitsche volk de wapenen neer, <strong>het</strong> zag zich echter<br />

door <strong>het</strong> vreeselijke verdrag <strong>van</strong> Versaille bedrogen en in een<br />

geweldige ellende gestort. Zoo groot was de nood dat in 1932<br />

meer dan een legerkorps Duitsche menschen zich uit zorgen<br />

en ellende <strong>het</strong> leven namen. In deze tijd woelde en hitste <strong>het</strong><br />

bolsjewisme in Duitschland op na de aanwijzing <strong>van</strong> Lenin, die<br />

met inachtname <strong>van</strong> de politieke toestand <strong>van</strong> Duitschland in<br />

<strong>het</strong> hart <strong>van</strong> Europa gezegd had:<br />

„Een zegevierende proletarische revolutie i n Duitschland zou de<br />

wereldhandel gemakkelijk met een enkele s'ag vernietigen en de<br />

zegenrijke verwerkeling <strong>van</strong> <strong>het</strong> wereldsocialisme verzekeren."<br />

Bewust <strong>van</strong> <strong>het</strong> drijgende gevaar streed sedert 1919 de voormalige<br />

frontsoldaat Adolf Hitier, om Duitschland voor dezelfde<br />

ontzettende ellende, zooals dit Rusland ten deel gevallen was,<br />

te behoeden. Door zijn overwinnig kreeg de Duitsche mensen<br />

op nationale Bodem<br />

sociale rechtvaardigheid.<br />

<strong>De</strong>ze economische nood werd verbannen en Duitschland aan<br />

<strong>het</strong> bolsjewisme onttrokken. Bovendien werd Duitschland<br />

nog een sterk bolwerk tegenover de<br />

joodsche wereldrevolutie. Terwijl <strong>het</strong> een principe<br />

Ik breng jullie de zegeningen <strong>van</strong> de communistische wereldrevolutie!<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> nationalisme is, zich niet in de belangen <strong>van</strong> andere<br />

volken lemengen, probeeren de tertegenwoordigers <strong>van</strong> Moskou<br />

door diplomatische omsingeling Duitschland tc vernielen en<br />

bovendien in alle deelen <strong>van</strong> de wereld de door hun gewenschte<br />

wereldrevolutie door oproer, staking en <strong>het</strong> stichten<br />

<strong>van</strong> onroer op te hitsen. <strong>De</strong> Sovjetjoden weten wel, dat zij<br />

de wereldrevolutie noodig hebben, om tenslotte hun eigen<br />

macht te redden.<br />

Om de uitbarsting <strong>van</strong> vertwijfeling<br />

<strong>van</strong> dc hongerige en<br />

gepijnigde Russische menschen<br />

te onderdrukken, hadden de<br />

Sovjets <strong>van</strong> <strong>het</strong> begin aan hun<br />

krachten op de uitbreiding <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> roode leger gevestigd. Nadat<br />

men in de burgeroorlog stelselmatig<br />

de intellectueele uitgeroeid<br />

had, zocht en vond men buitenlandsche<br />

ingenieurs, technici, die<br />

hooge loonen en extra verpleging<br />

kregen, om de technische wapens<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewisme te helpen<br />

smeden.<br />

Op deze manier werd in <strong>het</strong><br />

roode leger een werktuig geschapen,<br />

dat niet alleen elke uitbarsting<br />

<strong>van</strong> wanhoop <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

Russische volk met machinegeweersalvo's,<br />

neerwerpen <strong>van</strong><br />

bommen en giftgassen onderdrukte,<br />

maar nu ook reeds een<br />

vreeselijke bedreiging <strong>van</strong> de geheele<br />

gecultiveerde wereld geworden<br />

is.<br />

In vroegere jaren werd<br />

de vredessterkte <strong>van</strong> <strong>het</strong> Sovjetleger<br />

met 562.000 man aangegeven.<br />

Begin 1935 maakte de plaatsver<strong>van</strong>gende<br />

oorlogscommissaris<br />

bekend, dat <strong>het</strong> roode leger reeds<br />

een werkelijke sterkte <strong>van</strong><br />

940.000 man bereikt had.<br />

Begin 1936 bedroeg volgens<br />

Tuchatschewski de vredessterkte<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> actieve leger 1.3 millioen man zonder reserve.<br />

Op besluit <strong>van</strong> de raad <strong>van</strong> volkscommissarissen werd de<br />

leeftijd <strong>van</strong> recruten in 1936 <strong>van</strong> 21 op 19 jaar gezet, en<br />

daarmee <strong>het</strong> staande leger met 2 millioen man, d. w. z. met<br />

50% verhoogd.<br />

<strong>De</strong> opgeleide reserves hebben <strong>het</strong> geweldige getal <strong>van</strong><br />

11 tot 12 millioen man bereikt.<br />

Niet alleen <strong>het</strong> aantal (en dit bijzonder aan de Westgrens)<br />

wordt verhoogd. Bovendien wordt naast <strong>het</strong> aanleggen <strong>van</strong> vile<br />

nieuwe vlieghavens ook de geheele bewapening geweldig<br />

versterkt.<br />

Als voorbeeld wordt aangevoerd, dat <strong>het</strong> tweede plan <strong>van</strong><br />

5 jaren ter vermeerdering <strong>van</strong> de reeds voorhanden geweldige<br />

rustingen alleen de bouw <strong>van</strong> 8000 oorlogsvliegtuigen en 20.000<br />

motoren als doel opgesteld heeft.<br />

Op 31 Januari 1935 verklaarde Tuchatschewski op <strong>het</strong> 7de<br />

congres in verband op een naast <strong>het</strong> roode leger bestaande<br />

extra formatie:<br />

„Mier (in de Ossoaviachim) bereidt men millioenen <strong>van</strong> arbeiders<br />

en 'boeren voor, in de gelederen <strong>van</strong> <strong>het</strong> roode leger dienst te<br />

nemen. Ze zijn zoodanig voorbereid dat zij in '<strong>het</strong> geval <strong>van</strong> oorlog<br />

deelnemen kunnen met volledige militaire kennis. <strong>De</strong>ze voorbereiding<br />

is een opgave <strong>van</strong> geweldige beteekenis. <strong>De</strong> Ossoaviachim<br />

en '<strong>het</strong> roode leger werken hand in hand in de questie wat de<br />

oorlogs voorbereidingen betreft.''<br />

En deze geweldige oorlogsvoorbereidingen zullen, zooals de<br />

Sovjets schijnheilig door hun „diplomaten" in de heele wereld<br />

No. 894. Holland.


en in <strong>het</strong> bijzonder vurig door den jood Litwinow (wiens<br />

werkelijke naam Wallach is) in de Volkenbond verklaren<br />

laten, alleen daarom dienen, hun landgrenzen te zekeren? —<br />

Overal ontvlamden in de laatste jaren <strong>van</strong> Moskou uit aangelegde<br />

branden in de geheele wereld, om de zekerste bescherming<br />

<strong>van</strong> de volken, hun innere aaneengeslotcnheid te<br />

storen. (Zie Fichiebund — blad No. 794, „Wereldbolsjcwisme<br />

zonder masker.") Als voorbeeld zette onder andere de regeering<br />

<strong>van</strong> Brazilië in 1936 vastbesloten door, om <strong>het</strong> onder<br />

leiding <strong>van</strong> buitenlandsche joden groot aangelegde oproer, dat<br />

reeds tot muiterij bij verschillende troependeelen geleid had,<br />

te onderdrukken.<br />

In Spanje gelukte <strong>het</strong> de bolsjewistische opruiers na <strong>het</strong> beproefde<br />

voorbeeld, verkapt onder de naam „Volksfront" eerst<br />

een deel <strong>van</strong> de macht aan zich te trekken, en dan begon op<br />

dezelfde dag <strong>het</strong> moorden dat de bolsjewistische gruwelen <strong>van</strong><br />

de Russische burgeroorlog te overtreffen zocht. Reeds in de<br />

eerste week <strong>van</strong> de burgeroorlog werden tienduizende vredelievende<br />

menschen beestachtig vermoord. Daaronder geestelijke,<br />

geleerde, kunstenaars en sportslui <strong>van</strong> internationale<br />

faam. Als voorbeeld worden eenige genoemd: <strong>De</strong> nobclprijswinnaar<br />

voor letterkunde, Benavente, de bekende journalist<br />

en president <strong>van</strong> <strong>het</strong> verband <strong>van</strong> de Madridsche pers,<br />

Alfonso Santa Maria, en vele andere. Met afschuw vernamen<br />

wij, hoe de weerlooze offers <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewistische beest met<br />

honderden verdronken werden, met benzine overgoten en als<br />

levende fakkels verbrandden, zelfs kruisigingen en andere<br />

beestelijke martelingen werden toegepast. Gelijktijdig kon<br />

men echter door de radio de gegeven orders <strong>van</strong> de te<br />

Moskou gevestigde centrale <strong>van</strong> bewindvoerders hooren.<br />

Ofschoon de in de heele wereld oplaaiende branden en<br />

moorden <strong>van</strong> onschuldige menschen een zeer duidelijke taal<br />

voor ons spreken, staat de gecultiveerde wereld, de meestal<br />

onder uitbuiting <strong>van</strong> de parlementaire vrijheid opkomende<br />

woelingen, besluiteloos tegenover de Sovjetagenten. Wie<br />

echter werkelijk de echte bedoelingen <strong>van</strong> de Sovjetregeering<br />

nog niet herkend heeft, moet door de openhartige onthullingen<br />

<strong>van</strong> den hoogen Sovjet-functionaris Qusjew over <strong>het</strong> een en<br />

ander ingelicht worden. <strong>De</strong>ze heeft in een reeks <strong>van</strong> militairistische<br />

geschriften duidelijk gemaakt, op welke basis de<br />

Scvjetmachthebbers hun voorbereidingen doen, en hoe de<br />

wereldrevolutie op de beste manier te bespoedigen is:<br />

„<strong>De</strong>ze bespoediging kan zich ten eerste daarin uitdrukken, dat<br />

we de in één <strong>van</strong> de westelijke landen beginnende revolutie met<br />

onze gewapende macht ondersteunen zul en, ten tweede dat ergens<br />

een nieuwe socialistische republiek in <strong>het</strong> Westen gedwongen zal<br />

worden, een oorlog tegen de dragers <strong>van</strong> de wereldhandel te beginnen,<br />

en dat wij in deze oorlog mede gesleurd worden. Tenslotte<br />

kan zich dat daarin uitdrukken, en dit geval is zeer waarschijnlijk,<br />

dat wij door versnelling <strong>van</strong> de revolutie in <strong>het</strong><br />

Westen gedwongen zijn een offensief te beginnen."<br />

Als men de uitvoeringen met de offensieve aanvallen <strong>van</strong><br />

de Sovjets in de Spaansche burgeroorlog vergelijkt, en de geweldige<br />

rustingen <strong>van</strong> <strong>het</strong> roode leger nagaat, dan staan de<br />

laatste bedoelingen <strong>van</strong> Moskou ons duidelijk voor oogen. Ook<br />

wordt <strong>het</strong> gevaar <strong>van</strong> de Europeesche pacten en overeenkomsten<br />

<strong>van</strong> Sovjet-Rusland met Frankrijk, Tsjecho Slowakije<br />

en Roemenië duidelijk. Een de overhand nemen <strong>van</strong><br />

de communistische elementen in deze landen zou <strong>het</strong> begin <strong>van</strong><br />

een Europeesche oorlog en daarmede <strong>het</strong> begin <strong>van</strong> de<br />

wereldrevolutie tenslotte tot gevolg hebben. Het roode leger<br />

bestaat voor <strong>het</strong> grootste gedeelte uit niet communistische<br />

boeren en schijnt voor een langere oorlogsvoering met een<br />

modern regulair leger niet betrouwbaar genoeg te zijn. <strong>De</strong><br />

bolsjewisten hopen, door een plotseling inzetten <strong>van</strong> hun geweldige<br />

oorlogsmachine te land, te water en in de lucht, een<br />

snel en beslissend resultaat te bereiken en vereenigd met de<br />

<strong>van</strong> hun voorbereide vernieling <strong>van</strong> de andere landen, in korte<br />

tijd de wereldrevolutie en daarmee de joodsche werelddictatuur<br />

te kunnen oprichten.<br />

Hierin ligt <strong>het</strong> dreigende gevaar voor de volken <strong>van</strong> de<br />

wereld gemotiveerd. Alleen <strong>het</strong> samen werken <strong>van</strong> alle gecultiveerde<br />

volken tot een eenig werkelijk anti-communistisch<br />

front kan dit gevaar verbannen. Zoolang de bolsjewistischejo'odsche<br />

wereldvijanden niet <strong>het</strong> gevoel hebben, dat de gemeenschap<br />

<strong>van</strong> de aaneengesloten gecultiveerde volken voor<br />

hun wijkt, zullen zij hun vernielingsplannen niet opgeven. Ze<br />

zullen overal waar <strong>het</strong> niet door de waakzaamheid <strong>van</strong> de<br />

regeeringen verhinderd wordt,<br />

door voortgezette woelingen de menschen tegen elkaar<br />

ophitsen, stakingen en bloedige burgeroorlogen provoceeren,<br />

„Volksfront-regeeringen" vormen en — op een<br />

goede dag losbarsten, om <strong>het</strong> werk <strong>van</strong> de vernieling te<br />

voleindigen.<br />

U wordt beleefd verzocht, deze blaadjes aan Uw kennissen door te geven.<br />

Verdere vlugschriften zijn gratis verkrijgbaar bij<br />

<strong>De</strong>uischer Fichie*Bund e. V. (Unie voor waarheid in de wereld),<br />

Hamburg 36, Jungfernstieg 30 (Hamburger Hof).<br />

Falken-Verlag, Hamburg Hermann'. Erben, Hamburg


Adolf Hitiers waarschuwing voor net Bolsjewistische bevaar<br />

Kernstuk <strong>van</strong> Adolf Hitiers slotrede op den Partijdag der Eer te Neurenberg.<br />

<strong>De</strong> nationaal-socialistische leer ziet <strong>het</strong> doel <strong>van</strong> den staat<br />

in <strong>het</strong> behoud <strong>van</strong> <strong>het</strong> volkskarakter. Zij gelooft, daarmede<br />

nog <strong>het</strong> eerst een weg gewezen te hebben om die vraagstukken<br />

op te lossen, die uit de ongelukkige grenslijnen der Europeesche<br />

staten gerezen zijn. Een leer, die de kunstmatige of gewelddadige<br />

onderdrukking <strong>van</strong> een volk als iets onnatuurlijks<br />

afkeurt, geeft den Europeeschen staten wellicht de eenige<br />

mogelijkheid om <strong>het</strong> eens te worden over deze vraagstukken,<br />

zonder dat door nieuwe oorlogen telkens weer nieuw leed en<br />

nieuw onrecht behoeft te ontstaan.<br />

Wij kennen elk volk uitdrukkelijk <strong>het</strong> recht toe, volgens zijn<br />

eigen opvattingen, behoeften en wereldbeschouwing politiek en<br />

maatschappelijk zalig te worden, mits <strong>het</strong> tegenover ons dit<br />

zelfde standpunt inneemt<br />

Wij ontkennen niet de zware beklemming, die ons alleen<br />

reeds omvat bij de gedachte, dat andere landen een slachtoffer<br />

zouden kunnen worden <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewisme, dat wij als onzen<br />

doodsvijand beschouwen.<br />

<strong>De</strong>ze doodelijke vijandschap berust niet op een koppige<br />

afkeuring <strong>van</strong> een idee, dat met onze opvatting in strijd is,<br />

maar op de natuurlijke tegenweer tegen een even waanzinnige<br />

als duivelsche leer, die niet alleen de geheele wereld, maar ook<br />

ons bedreigt.<br />

<strong>De</strong> eerste strijd <strong>van</strong> <strong>het</strong> nationaal-socialisme tegen <strong>het</strong> kommunisme<br />

vond niet in Rusland plaats. Het sowjet-kommunisme<br />

had reeds in 1918—1920 getracht Duitschland te vergiftigen.<br />

Eens trachtte <strong>het</strong> met zijn wereldbeschouwing ons land te<br />

doordringen, zooals <strong>het</strong> thans tracht langs militairen weg zijn<br />

bolsjewistisch-militaire krachten geleidelijk dichter aan onze<br />

grenzen te brengen.<br />

Dit bolsjewisme, dat toen de Moskovische joodsche sowjetbloedhonden<br />

Lewin, Axelrothl, Neumann- Bela-<br />

K u h n e. a. naar Duitschland trachtten te brengen, hebben wij<br />

uitgeroeid. En alleen omdat wij dagelijks zien dat er geen<br />

eind komt aan de bemoeiingen <strong>van</strong> de joodsche sowjetmachthebbers,<br />

zich in onze binnenlandsche Duitsche aangelegenheden<br />

te mengen, zijn wij gedwongen <strong>het</strong> bolsjewisme ook buiten<br />

onze grenzen als onzen doodsvijand te beschouwen.<br />

Wij hebben <strong>het</strong> bolsjewisme in Duitschland moeten bestrijden<br />

als een wereldbeschouwing, die tracht ook ons volk te vergiftigen<br />

en te vernielen. En wij zullen <strong>het</strong>, wanneer <strong>het</strong> mocht<br />

probeeren <strong>het</strong> Spaansche ongeluk over Duitschland te brengen,<br />

verder bestrijden. Wij zullen ons niet laten bedotten door <strong>het</strong><br />

gezwam dier zwakkelingen, die 'eerst aan <strong>het</strong> gevaar gelooven,<br />

wanneer zij er door verslonden worden.<br />

Het is niet <strong>het</strong> doel <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewisme de volkeren <strong>van</strong><br />

ziekten te bevrijden, maar integendeel <strong>het</strong> gezonde, ja <strong>het</strong><br />

gezondste uit te roeien en <strong>het</strong> laagste daarvoor in de plaats<br />

te brengen.<br />

Ik kan mij niet verzoenen met een wereldbeschouwing, die<br />

overal als eerste daad bij <strong>het</strong> aan de macht komen<br />

niet de bevrijding <strong>van</strong> <strong>het</strong> arbeidende volk, maar de bevrijding<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> in de tuchthuizen ondergebrachte schuim<br />

<strong>van</strong> de menschheid doorvoert,<br />

om dan deze dieren los te laten op de radelooze menschheid.<br />

Wij hebben ons geweerd tegen <strong>het</strong> indringen <strong>van</strong> deze wereldbeschouwing,<br />

niet, omdat wij niet willen dat den Duitschen<br />

arbeider de weg naar boven niet opengesteld wordt, maar<br />

omdat wij niet willen,<br />

dat, zooals in Rusland, in <strong>het</strong> Duitsche volk 98% <strong>van</strong> alle<br />

leidende posten door volksvreemde joden worden bezet,<br />

daar wij onder geen beding willen, dat voor dit doel ook<br />

nog onze eigen nationale intelligentie zal worden afgeslacht.<br />

Het nationaal-socialisme heeft voor ontelbare Duitsche kameraden<br />

uit de onderste plaatsen den ,weg naar boven opengesteld,<br />

echter onder ééne voorwaarde, nl. <strong>het</strong> zichtbare blijk<br />

<strong>van</strong> bekwaamheid. <strong>De</strong> Duitsche arbeider zal niet over <strong>het</strong><br />

hoofd zien, dat aan <strong>het</strong> hoofd <strong>van</strong> <strong>het</strong> Rijk thans een man<br />

staat, die nauwelijks 25 jaren geleden zelf arbeider was; hij<br />

zal niet over <strong>het</strong> hoofd zien, dat vroegere land- en industriearbeiders<br />

thans op talrijke leidende posten werkzaam zijn,<br />

zelfs als Rijksstadhouders. Het kommunisme kan niet ontkennen,<br />

dat heden in Rusland 98 % <strong>van</strong> alle ambtenaarsplaatsen, alle<br />

leiden posities slechts door joodsche elementen ingenomen<br />

zijn, die niet alleen nooit tot <strong>het</strong> proletariaat konden<br />

gerekend worden, maar die zelfs nooit op een eerlijke<br />

wijze hun brood verdienden.<br />

Dat <strong>het</strong> in Duitschland niet anders gekomen zou zijn, wordt<br />

bewezen door de Raden-republiek <strong>van</strong> München.<br />

Nauwelijks een maand heeft zij bestaan, maar toch stonden<br />

alleen joodsch-bolsjewistische leiders aan <strong>het</strong> hoofd. <strong>De</strong>n<br />

Duitschen arbeider viel slechts de eer toe, de voltrekkingsploegen<br />

te vormen en dan voor de te rechtertijd uitgeweken<br />

hebreeuwsche kommunistenleiders voor de Duitsche rechtbanken<br />

de verantwoording te dragen.<br />

Verder keuren wij deze leer af als gevolg <strong>van</strong> onze philantropische<br />

opvatting, die wij jegens onze medemenschen hebben.<br />

<strong>De</strong> gebeurtenissen in Spanje hebben de wereld weer eens de<br />

wreede bolsjewistische wijzen <strong>van</strong> strijden getoond. Het<br />

Duitsche volk is daarvoor te goed en te fatsoenlijk.<br />

Wij Nationaal-Socialisten hebben ook een revolutie achter<br />

ons. <strong>De</strong>ze werd door arbeiders, boeren en soldaten gemaakt<br />

en heeft ook een tegenstander overwonnen. Maar wij zijn<br />

trotsch op <strong>het</strong> bewustzijn, dat er in <strong>het</strong> jaar 1933, toen de<br />

storm der nationaal-socialistische revolutie over Duitschland<br />

loeide, nog niet eens een vensterruit gebroken werd. Wij zijn<br />

trotsch op <strong>het</strong> bewustzijn, dat wij zelfs pogingen tot sluipmoord<br />

en talrijke laffe sluipmoorden, die <strong>het</strong> kommunisme op onze<br />

aanhangers beging, met een minimum aan afweermiddelen<br />

konden overwinnen; niet echter, omdat wij te zwak waren<br />

om bloed te kunnen zien. Wij hebben als soldaten in den<br />

zwaarsten oorlog aller tijden <strong>het</strong> vreeselijkste leed der menschheid<br />

meegemaakt,<br />

terwijl de bolsjewistische leiders als laffe vluchtelingen in<br />

Zwitserland rondzwalkten of in Duitschland en Rusland<br />

achter <strong>het</strong> front als onontbeerlijke zaakjesmenschen hunne<br />

winsten opstreken.<br />

Wij hebben onze revolutie zoo en niet anders gevoerd, omdat<br />

<strong>het</strong> weerzinwekkend voor ons is om menschen, alleen omdat<br />

zij onze politieke tegenstanders zijn, meer leed toe te voegen,<br />

dan voor <strong>het</strong> behoud <strong>van</strong> onze orde onvermijdelijk is.<br />

Elke burgeroorlog brengt leed; <strong>het</strong> meeste leed echter die<br />

burgeroorlog, waarin opgezweepte arbeiders tegen machinegeweren<br />

moeten stormloopen, terwijl hun joodsche leiders <strong>het</strong><br />

verstaan, op <strong>het</strong> beslissende oogenblik naar hun wijselijk in<br />

<strong>het</strong> buitenland opgepotte vermogens de wijk te nemen.<br />

Wij hebben <strong>het</strong> bolsjewisme betreden, omdat de leiders een<br />

slachting zooals in Rusland en Spanje in <strong>het</strong> schild voerden.<br />

Want dit is <strong>het</strong> verschil tusschen de bolsjewistische en onze<br />

revolutie:<br />

<strong>De</strong> eene verandert bloeiende landen in gruwelijke ruïnes,<br />

de andere daarentegen een verwoest en verarmd rijk weer<br />

in een gezonden staat en een bloeiende maatschappij.<br />

Wij gelooven, dat <strong>het</strong> een grootere daad is aan 5 millioen,<br />

den ondergang gedoemde werkeloozen weer arbeid te geven,<br />

dan huizen en kerken in brand te steken en honderdduizenden<br />

arbeiders, burgers en boeren elkaar te laten verscheuren en<br />

ombrengen.<br />

Wij hebben <strong>het</strong> bolsjewisme bestreden om algemeene maatschappelijke<br />

redenen. Van tijd tot tijd gaat over de wereld<br />

<strong>het</strong> schrikwekkende bericht <strong>van</strong> een hongersnood in Rusland.<br />

Sedert 1917, d. w. z. sedert de zege <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewisme<br />

komt er aan die ellende geen eind.<br />

Dit zelfde Rusland, dat nu bijna twintig jaar hongert, was<br />

vroeger eens een <strong>van</strong> de rijkste graanschuren <strong>van</strong> de<br />

wereld.<br />

No. 904. Holland.


Per hoofd <strong>van</strong> de bevolking is er in Rusland achttien keer<br />

veel grond als in Duitschland. Wat een jammerlijke maatippij,<br />

die <strong>het</strong> onder die omstandigheden niet klaar speelt,<br />

volk fatsoenlijk te laten leven! En wanneer <strong>het</strong> bolsjewisme<br />

„ niet slaagt in Rusland door negen boeren één niet-boer te<br />

onderhouden, wat zou den eerst in Duitschland gebeuren, waar<br />

2V2 boer 7V2 niet-boeren met levensmiddelen moet verzorgen!<br />

Wat zou er met Duitschland en zijn maatschappelijk leven<br />

gebeurd zijn, indien <strong>het</strong> joodsch-bolsjewistische wanbeheer ook<br />

bij ons de overhand verkregen had?<br />

Wij hebben <strong>het</strong> bolsjewisme bestreden, omdat zijn over=<br />

winning in Duitschland wellicht 50 % <strong>van</strong> de bevolking aan<br />

een zekeren hongerdood overgeleverd zou hebben. Wanneer<br />

men in Rusland niet eens in staat is acht menschen op een<br />

vierkante kilometer te voeden, dan zouden in Duitschland<br />

onder een bolsjewistisch beher nauwelijks tien millioen<br />

menschen <strong>het</strong> noodige voor <strong>het</strong> leven vinden, want onze<br />

68 millioen leven op een oppervlakte, die in Rusland nog niet<br />

eens 5 millioen menschen behoeft te onderhouden.<br />

Wij keuren <strong>het</strong> bolsjewisme af, omdat wij onder socialisme<br />

niet de heerschappij <strong>van</strong> een kleine groep eri de dwangarbeid<br />

en de hongersnood <strong>van</strong> millioenen anderen verstaan. Overigens<br />

is <strong>het</strong> Duitsche volk zoo beschaafd, dat de veronderstelling,<br />

dat <strong>het</strong> zijn leiding uit Rusland moet laten komen, een beleediging<br />

is. Moskou is Moskou en Duitschland is<br />

Duitschland!<br />

Het bolsjewisme predikt de wereldrevolutie. Het zou <strong>het</strong><br />

Duitsche volk en den Duitschen arbeider slechts als kanonvleesch<br />

willen gebruiken om de heerschappij over de wereld<br />

te veroveren. Wij nationaal-socialisten willen daarenetegen<br />

niet, dat onze militaire middelen gebruikt worden om aan<br />

andere volkeren iets op te dringen, wat deze zelf niet willen.<br />

Ons leger zweert niet den eed, met zijn bloed de nationaalsocialistische<br />

gedachte over andere volkeren te verspreiden,<br />

maar met zijn bloed de nationaal-socialistische gedachte en<br />

daarmee de zekerheid en de vrijheid <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche Rijk<br />

tegen den aanval <strong>van</strong> andere volkeren te beschermen.<br />

Zou echter ooit door een dergelijke poging <strong>het</strong> Rijk bedreigd<br />

worden dan zal de Natie zich met één slag aan de nationale<br />

leus herinneren en als een bruisende storm diegenen wegvegen,<br />

die mochten gelooven met ons militair een gemakkelijker spel<br />

te hebben, dan gedurende de laatste jaren op <strong>het</strong> gebied <strong>van</strong><br />

wereldbeschouwing.<br />

Want men gelieve er<strong>van</strong> kennis te nemen: In Duitschland<br />

zal <strong>het</strong> Duitsche volk heer in zijn eigen huis blijven, en<br />

geen joodsch-bolsjewistisch sowjetisme!<br />

Indien in een Engelsche krant een volksvertegenwoordiger<br />

er over klaagt, dat wij Europa in twee deelen willen splitsen,<br />

dan moeten wij dezen op zijn gelukkig brittannisch eiland<br />

levenden Robinson Crusoë tot onzen spijt de onaangename<br />

mededeeling doen, dat deze splitsing reeds voltrokken is; zij<br />

verscheurt reeds al die staten, die innerlijk niet een duidelijke<br />

scheiding in de eene of de andere richting gezocht en gevonden<br />

hebben.<br />

Niet Europe is door ons in twee deelen-gescheurd, maar <strong>het</strong><br />

bolsjewisme heeft de beginselen <strong>van</strong> ons geheele staatsgezag<br />

en onze maatschappelijke orde, <strong>van</strong> onze kuituuropvatting, <strong>van</strong><br />

ons geloof en <strong>van</strong> ons fatsoen aangevallen en in twijfel getrokken.<br />

Wanneer <strong>het</strong> bolsjewisme zijn leer in één enkel land zou<br />

toepassen, dan zou dit andere volkeren onverschilling laten.<br />

<strong>De</strong> eerste stelregel <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewisme is echter de bekentenis,<br />

dat <strong>het</strong> in de geheele wereld doorgezet moet worden,<br />

d. w. z. de tegenwoordige wereld uit zijn verband te rukken.<br />

Het betaamt ons niet, andere volkeren te willen terechtwijzen,<br />

maar wel, de opgedane leeringen voor Duitschland ter<br />

harte te nemen. <strong>De</strong> staatslieden in England hebben tot nu .toe<br />

<strong>het</strong> bolsjewisme in hun eigen land niet leeren kennen, wij<br />

echter wel. Omdat ik nu deze joodsch-sowjetistische gedachten<br />

in Duitschland bestreden en uitgeroeid heb, verbeeld<br />

ik mij de natuur <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewisme beter te begrijpen, dan<br />

menschen, die in <strong>het</strong> gunstigste geval er zich door lezen mee<br />

konden bezig houden. Ik vervolg den weg <strong>van</strong> de bolsjewistische<br />

vergiftiging <strong>van</strong> de wereld thans precies zoo als ik<br />

jaren geleden de vergiftiging <strong>van</strong> ons eigen volk heb herkend<br />

en ervoor gewaarschuwd heb.<br />

Ik zie den gang <strong>van</strong> de bolsjewistische verbrokkeling der<br />

volkeren en de rijpmaking voor de omwenteling. Ik ben overtuigd,<br />

dat elke gelukte bolsjewistische opstand dadelijk verder<br />

werkt, door de bolsjewistisch opgezweepte massa's <strong>van</strong> de<br />

andere landen nieuwe krachten te geven en den tegenstand te<br />

verzwakken.<br />

<strong>De</strong> wreede afslachting <strong>van</strong> massa's nationalistische strijders,<br />

<strong>het</strong> aansteken <strong>van</strong> met benzine overgoten vrouwen <strong>van</strong><br />

nationalistische officieren, <strong>het</strong> afslachten <strong>van</strong> kinderen <strong>van</strong><br />

nationalistische ouders, b. v. in Spanje,<br />

moet als waarschuwend voorbeeld den tegenstand in andere<br />

landen afschrikken. Mocht deze manier <strong>van</strong> strijden echter<br />

<strong>het</strong> doel bereiken, en de moderne Girondijnen weer door<br />

Jacobijnen, de volksfront-kerenski's door bolsjewisten afgelost<br />

worden, dan zal Europa in een zee <strong>van</strong> droefenis,<br />

wegzinken. <strong>De</strong>ze gevaren zie ik, en ik behoor niet tot<br />

diegenen, die nu daarvoor machteloos wordend, de oogen<br />

sluiten.<br />

Ik kan ten aanzien <strong>van</strong> deze de menschelijke kuituur en<br />

beschaving bedreigende ontwikkeling ook niet verhelen, hoe<br />

diep de innerlijke deelneming is, die mij met diegenen verbindt,<br />

die in hun landen dit gevaar uit den weg ruimen of ten minste<br />

bezweren.<br />

Ik wil echter ook ten aanzien <strong>van</strong> dit gevaar aan <strong>het</strong><br />

Duitsche volk de ernstige oproeping richten, nu weer die strijdstellingen<br />

te betrekken, die wij als nationaal-socialisten voor<br />

<strong>het</strong> overnemen <strong>van</strong> de macht veertien jaren lang betrokken<br />

hebben. Dan zal Duitschland, <strong>het</strong> nationaal-socialistische<br />

<strong>De</strong>rde Rijk, door dezen tijd <strong>van</strong> nood, <strong>van</strong> verdriet en <strong>van</strong><br />

zorgen voortschrijden, gewapend met dat metaal, dat alleen<br />

den Ridder zonder vrees noch blaam tegen dood en duivel<br />

doet zegevieren: <strong>het</strong> erts <strong>van</strong> <strong>het</strong> ijzeren hart.<br />

Het bolsjewisme echter, waar<strong>van</strong> wij ervaren hebben, dat <strong>het</strong><br />

zijn leger bewapent met <strong>het</strong> doel een revolutie, zoo noodig<br />

met geweld, den weg naar andere volkeren te banen, dit<br />

bolsjewisme moet weten, dat voor de Duitsche poort <strong>het</strong><br />

nieuwe Duitsche leger staat!<br />

ü wordt beleefd verzocht, deze blaadjes aan Uw kennissen door<br />

te geven. — Verdere vlugschriften zijn gratis verkrilgbaar bij<br />

<strong>De</strong>utscher Fichte«Bund e. V.<br />

(Unie voor waarheid in de wereld)<br />

Hamburg 36 Jungfernstieg 30 Hamburger Hot<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Falken-Veilag, Hamburg<br />

Drukker: Hermann's Erben, Hamburg


Hel Bolsjewisme in Theorie en Praktijk.<br />

Kernstuk <strong>van</strong> de rede <strong>van</strong> Rijksminister Dr. Goebbels op den Partijdag der Eer te Neurenberg.<br />

<strong>De</strong> voorstelling die menschen en volkeren <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewisme<br />

hebben is meestal <strong>het</strong> gevolg <strong>van</strong> de bolsjewistische<br />

propaganda. <strong>De</strong>ze is groot in de kunst <strong>van</strong> voorspiegelen.<br />

<strong>De</strong> wereld gelooft, dat de regeering te Moskou met de Kom=<br />

intern (de kommunistische internationale) niets uit te staan<br />

heeft. Tusschen de sowjet-regeering en de Komintern worden<br />

echter de taken op geschikte wijze verdeeld. <strong>De</strong> bolsjewistische<br />

propaganda werkt volgens een grootschi plan. Het<br />

doel is de vernieling <strong>van</strong> de wereld. Ze is <strong>het</strong> grootsche plan<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> jodendom, de macht over alle volkeren tot zich te<br />

trekken. Niet één arbeider, maar bijna uitsluitend joden zaten<br />

en zitten tegenwoordig nog in de sowjet-regeering. Niet de<br />

diktatuur <strong>van</strong> her proletariaat bestaat tegenwoordig in de<br />

Sowjet-Unie, maar de diktatuur <strong>van</strong> <strong>het</strong> jodendom over de<br />

gezameHjke overige bevolking.<br />

Om zich in westelijke landen een onschuldig uiterlijk te<br />

geven hebben de bolsjewistische „diplomaten", zoo zwaar <strong>het</strong><br />

hun ook viel, de omgangsvormen <strong>van</strong> fatsoenlijke menschen<br />

aangenomen. Op den kenner <strong>van</strong> de bolsjewistische taktick<br />

maakt <strong>het</strong> echter een' bespotfelijken indruk, dat zoo menig<br />

knap lijkend staatsman in Westeuropa gelooft, dat <strong>het</strong> bolsjewisme<br />

de wereldrevolutie opgegeven heeft, omdat zijn diplamtleke<br />

vertegenwoordigers in rok en met een schoonen boord<br />

rondloopen.<br />

<strong>De</strong>ze komedie scheen echter den joodschen machthebbers<br />

der Sowjet-Unie onvoldoende te zijn. Om definitief een bewijs<br />

<strong>van</strong> onschuld te brengen, heeft zich daarom <strong>het</strong> bolsjewisme<br />

een „grondwet" gegeven. Daarin wordt <strong>het</strong> recht op beschaving,<br />

de vrijheid <strong>van</strong> <strong>het</strong> woord en de pers, de onaantastbaarheid<br />

<strong>van</strong> de persoon, <strong>van</strong> de woning en <strong>van</strong> <strong>het</strong> briefgeheim<br />

verkondt. En dat, ofschoon elke afwijking <strong>van</strong> de<br />

meening der diktatoren met den dood gestraft wordt en<br />

ofschoon dug aan dag door. de QPU. (voorheen de Tsjeka)<br />

duizenden vertwijfelde menschen, in kudden bijeen gedreven,<br />

verband of doodgeschoten worden.<br />

<strong>De</strong> Westeuropeesche arbeider ziet in de Sowjet-Unie een<br />

staat <strong>van</strong> proletariërs, dus een staat. Hij gelooft, dat <strong>het</strong> in<br />

Rusland den arbeidenden stand gelukt is de kapitalistische<br />

uitbuiters <strong>van</strong> de bann te schuiven en de diktatur <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

proletariaat op te richten; daar heeft de arbeider zijn staat,<br />

<strong>het</strong> „vaderland <strong>van</strong> den werkman" gesmeed.<br />

Hoe staat <strong>het</strong> nu met de werkelijkheid? In de<br />

kommunistische „Leningradskaja Prawda" schrijft een werkster:<br />

„Met mijn lKjarigen zoon, mijn broer en mijn tuberkuleuze<br />

zuster wonen wij in een donker kamertje. Onze klachten<br />

bij <strong>het</strong> kommunistisch stadskomité hebben niet gebaat,"<br />

<strong>De</strong> prijs <strong>van</strong> <strong>het</strong> brood steg <strong>van</strong> 1928 tot 1935 <strong>van</strong> 9 tot<br />

75 Kopeken per kilo. <strong>De</strong> maandloon <strong>van</strong> een sowjetarbeider<br />

viel, gemeten aan den broodprijs, 78%. Wil de Russische<br />

arbeider leven, dan moet hij werken volgens <strong>het</strong> Stachanoff-systeem.<br />

Daardoor is de arbeidsnorm zoo ver<br />

opgeschroefd, dat de massa der arbeiders deze nooit kan bereiken.<br />

<strong>De</strong> gevolgen zijn loonkortingen. Voor voeding moet<br />

de Russische arbeider, ofschoon die alleen uit brood, koolsoep<br />

en gort bestaat, alleen 75 % <strong>van</strong> zijn inkomen uitgeven. Indien<br />

hij zich zou willen voeden als een Duitsche arbeider, dan zou<br />

hij daarvoor .gemiddeld <strong>het</strong> dubbele <strong>van</strong> zijn loon moeten<br />

uitgeven.<br />

Aan de Sowjet-Unie bleef <strong>het</strong> voorbehouden, de slavernij<br />

weer in te voeren. Alleen reeds de arbeidsmethode <strong>van</strong> den<br />

sowjetarbeider volgens <strong>het</strong> beruchte Stacbanoff-aandrijfsysteem<br />

verdient den naam <strong>van</strong> slavenarbeid. Ongeveer<br />

&ls millioen menschen beleven in de dwangarbeidskampen <strong>van</strong><br />

de Sowjet=Unie de hel op aarde. In 300 reusachtige dwangarbeidskampen<br />

perst <strong>het</strong> bolsjewisme <strong>het</strong> laatste uit de arbeiders.<br />

Aan <strong>het</strong> Stalin-Witte-Zee-Kanaal, dat door dwangarbeiders<br />

gebouwd werd, zijn honderdduizenden lijken begraven.<br />

<strong>De</strong> volgende joodsche leiders dwongen tot den bouw<br />

in moorddadige haast: Herschel, Jagoda, Davidsohn, Kwas-<br />

nitzki, Isaaksohn, Rottenberg, Oinsburg, Brosdki, Berensohn,<br />

Dorfmann, Kagner, Angert e. a. Juda zwaait de bolsjewistische<br />

zweep over <strong>het</strong> „vaderland <strong>van</strong> <strong>het</strong> proletariaat".<br />

<strong>De</strong> graanschuren <strong>van</strong> Sowjet-Rusland, die vroeger geheel<br />

Westeuropa mede gevoed hebben, zijn niet in staat, de eigen<br />

bevolking ook maar karig te voeden. Millioenen menschen<br />

verhongeren. Tusschen de QPU en de boeren tiert een verwoede<br />

strijd. <strong>De</strong> joden Kaganowitsch, Jagoda en Baumann<br />

hebben de gedwongen kollektiveering doorgevoerd, waarbij<br />

meer dan 15 millioen boeren ten onder gingen met hun<br />

families, of zooals de bolsjewistische zegswijze luidt: „geliquideerd"<br />

werden.<br />

<strong>De</strong> phrase <strong>van</strong> vrijheid en menschenrecht is een <strong>van</strong> de bij<br />

voorkeur gebruikte in de bolsjewistische propaganda. Op<br />

16 November 1917 beloofde Lenin in de „verklaring over de<br />

rechten der nationaliteiten" de vrijheid aan de volkeren <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> voormalige tsaristische rijk. Reeds op 27 April 1920 overrende<br />

<strong>het</strong> roode leger Aserbeidsjan; November <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong>zelfde jaar O e k r a i n e , op 3 <strong>De</strong>cember Armenië en<br />

op 25 Februari 1921 de jonge ' republiek Q e o r g i ë , .nadat<br />

Moskou in <strong>het</strong> voorafgaande jaar de onaantastbaarheid uitdrukkelijk<br />

erkend had.<br />

In Ingermanland werd de Finsche bevolking systematisch<br />

uitgeroeid. Van 1929 tot 1931 werden 18.000, in <strong>het</strong><br />

voorjaar <strong>van</strong> <strong>het</strong> jaar 1935 9.000 Finnen naar Siberië .verband.<br />

En Juli 1936 besloot de sowjetregeering verdere 28.000 uit<br />

hun geboorteland te verdrijven. Uit K a r e 1 i ë moesten in <strong>het</strong><br />

jaar 1935 4.000 naar Centraal-Azië en 3.000 naar den Oeral in<br />

de verbanning, waar meer dan 50% tengevolge <strong>van</strong> de<br />

onmenschelijke levens- en arbeidsvoorwaarden te gronde<br />

gegaan zijn. Uit <strong>het</strong> Poolsch-Sowjetrussisch grensgebied<br />

werden in <strong>het</strong> voorjaar 1936 meer dan 18.000 boeren <strong>van</strong><br />

Duitschen stam naar Siberië verband. <strong>De</strong>ze ongelukkige<br />

menschen werden bij tachtigen en negentigen tegelijk in een<br />

veewagen gestopt. Bij een dergelijke gelegenheid zei een<br />

kommunistische leider: „Krepeer en zul je! We<br />

kunnen jullie niet allemaal doodslaan, maar,<br />

krepeeren zul je toch!"<br />

In millioenen vlugschriften en dagbladen eischt <strong>het</strong> kommunisme<br />

in de kapitalistische landen de afschaffing <strong>van</strong> de doodsstraf.<br />

En in de Sowjet=Unie? Alleen in § 58 <strong>van</strong> <strong>het</strong> wetboek<br />

<strong>van</strong> strafrecht zijn 14 verschillende feiten opgenoemd, waarop<br />

de doodssiraf staat. <strong>De</strong> „clou" <strong>van</strong> de bolsjewistische boeren- '<br />

politiek is de wet <strong>van</strong> 7 Augustus 1932, die voor elke „schuld"<br />

<strong>van</strong> den boer slechts den dood, tien jaar tuchthuis of dwangarbeid<br />

kent. Voor de uitvoering <strong>van</strong> deze wet misbruikt <strong>het</strong><br />

bolsjewisme zelfs kinderen tegenover hun eigen ouders.<br />

<strong>De</strong> Sowjetkrant „Iswestija" <strong>van</strong> 28 Mei 1934 meldt, dat een<br />

meisje haar vader, die kollektief graan voor zich gebruikt<br />

heeft, aangeeft. <strong>De</strong> vader moet de door bovengenoemde<br />

wet bepaalde doodsstraf ondergaan. Het kind wordt openlijk<br />

gepiezen.<br />

Met de wet <strong>van</strong> 7 April 1935 is de doodsstraf zelfs voor<br />

kinderen ingevoerd. Hongerende kinderen in een opvoedingsgesticht<br />

vertelden meer den eens hoe good zij <strong>het</strong> vroeger<br />

gehad hadden. Dat was voldoende om een feit volgens § 58<br />

te constateeren. Tien kinderen werden in tegenwoordigheid<br />

<strong>van</strong> hum makkers door de QPU doodgeschoten.<br />

Toen ik verleden jaar de vermoedelijk te voorziene uitwerkingen<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> 7de Komintern-kongres (25 Juli tot<br />

21 Augustus 1935) uitlegde, zweeg de Wereld slechts en toonde<br />

daarvoor geen begrip te hebben. D i m i t r o f f, de lasthebber<br />

<strong>van</strong> de .sowjet-diktatuur voor de revolutioneering <strong>van</strong> de<br />

wereld verklaarde op dit kongres:<br />

„Met Stalin aan <strong>het</strong> hoofd kan en moet ons politiek miilioenenleger<br />

alle moeilijkheden "overwinnen, stoutmoedig over<br />

alle hindernissen heenstappen, de vesting <strong>van</strong> liet kapitalisme<br />

vernielen en de zege <strong>van</strong> <strong>het</strong> socialisme in de<br />

geheele wereld behalen." L . .<br />

Nu. UU. llullünd.


Sedert dit kongres hadden meer dan 100 kommunistische<br />

opstanden in verschillende landen <strong>van</strong> de wereld plaats, o. a.<br />

de opstanden te Brest en Toulon met een groot aantal<br />

dooden Augustus 1935. Op 18 April 1936 te Lemberg met<br />

tien dooden, op 10 Mei 1936 te S a 1 o n i k i met meer dan<br />

honderd dooden. Drie bewapende opstanden schokten weken<br />

achtereen geheele landen: November 1935 in P e r n a m b u k o.<br />

Januari 1936 in Buenos Aires, Maar-t 1936 in Spanje.<br />

Zes voorgenomen opstanden konden verijdeld worden, o. a.<br />

die <strong>van</strong> <strong>De</strong>cember 1935 in Uruguay, <strong>van</strong> Februari 1936 in<br />

Paraguay en dezelfde maand in C h i 1 i. 62 groote brandstichtingen<br />

werden uitgevoerd, o. a. die te L i angst<br />

j o e e in China, die 1000 dooden eischte; 54 bewapende<br />

overvallen werden uitgevoerd; 78 springstofopslagplaatsen<br />

ontdekt. In <strong>het</strong> geheel werden 3000<br />

menschen slachtoffers <strong>van</strong> deze bolsjewistische misdadigers.<br />

Op meergenoemd kommunistisch wereldkongres trad op<br />

30 Juli 1935 als vertegenwoordiger <strong>van</strong> Griekenland<br />

„Genosse" Dsordsos op, die <strong>het</strong> slagplan voor de verdere toekomst<br />

ontwikkelde. Een jaar na zijn optreden in Moskou<br />

werd Griekenland opgeschud door een algemeene<br />

staking, die zich tot een gewapenden opstand ontwikkelde.<br />

Slechts door <strong>het</strong> krachtvolle optreden <strong>van</strong> generaal Metaxas<br />

werd Griekenland voor een omwenteling bewaard en zoo kon<br />

<strong>het</strong> plan <strong>van</strong> de „Genossen" Dimitroff en Dsordsos verijdeld<br />

worden.<br />

Over de revolutioneering <strong>van</strong> de kolonies zegt Dimitroff<br />

<strong>het</strong> volgende:<br />

„Tegenwoordig beschouwen de volkeren <strong>van</strong> de koloniale<br />

en halfkoloniale landen de zaak hunner bevrijding niet als<br />

hopeloos. Zij gaan integendeel meer en meer over tot een<br />

strijd tegen hun onderdrukkers."<br />

Nauwelijks een half jaar later brak in Syrië een gevaarlijke<br />

opstand uit, die zware bloedige offers eischte (de opnieuw<br />

opgewekte vriendschap met Frankrijk hinderde Moskou niet<br />

zijn voorgenomen plan in dit mandaatsgebied <strong>van</strong> zijn bondgenoot<br />

door te voeren). Dan braken de onlusten in Palestina<br />

uit, waarbij de Engelsche politie hoopen kommunistische<br />

vlugschriften verbeurd verklaarde en een geheime vergadering<br />

<strong>van</strong> kommunistiscne leiders oplichtte.<br />

<strong>De</strong> braziliaansche vertegenwoordiger Marqués verklaarde in<br />

Juli 1935 op <strong>het</strong> 7de wereldkongres:<br />

„Het land gaat in den stormpas den beslissenden strijd om<br />

den val <strong>van</strong> de regeering en de instelling <strong>van</strong> een revolutionaire<br />

regeering tegemoet."<br />

Drie maanden later brak in N a t a I en R e c i f e een kommu=<br />

nistische opstand uit, die 150 dooden en 400-gewonden eischte.<br />

• Als leiders <strong>van</strong> dezen opstand werden o. a. de jood E w a r d<br />

en de sowjetrussische gezant te Montevideo, de, joodsche<br />

koopman in huiden, Ninkin, ontmaskerd.<br />

Over Frankrijk zegt Dimitroff op <strong>het</strong> 7de wereldkongres:<br />

„<strong>De</strong> Fransche kommunistische partij geeft alle secties <strong>van</strong><br />

de kommunistische internationale <strong>het</strong> voorbeeld, hoe men<br />

de eenheidsfronttaktiek moet doorvoeren,"<br />

Aan deze woorden veegde de. leider <strong>van</strong> de kommunistische<br />

partij <strong>van</strong> Frankrijk, Thorez, toe:<br />

„<strong>De</strong> revoluties komen niet <strong>van</strong> zelf. Men moet ze voorwaazts<br />

stuwen. Wij zijn vastberaden, den weg <strong>van</strong> de Russische<br />

bolsjewisten te gaan."<br />

<strong>De</strong>n weg naar <strong>het</strong> Spaansche volksfront is men ook in<br />

Frankrijk opgegaan. Dimitroffs „paard <strong>van</strong> Troje" staat binnen<br />

de muren <strong>van</strong> Parijs.<br />

Toen ik een jaar geleden juiste opgaven verstrekte over <strong>het</strong><br />

aantal geestelijken, die in Rusland gedood werden, en op <strong>het</strong><br />

gevaar wees, dat zich iets dergelijks in andere landen zou<br />

kunnen herhalen, hebben zelfs geestelijke kringen deze waarschuwing<br />

in den wind geslagen. Maar al te spoedig hebben<br />

mij de gebeurtenissen in Spanje gelijk gegeven. <strong>De</strong> bijzonderheden,<br />

die ons over der vermoording <strong>van</strong> geestelijken en de<br />

verkrachting <strong>van</strong> nonnen bereikten, zijn onvoorstelbaar. Het<br />

tooneel <strong>van</strong> de uit de kisten gehaalde lijken <strong>van</strong> nonnen is een<br />

bewijs <strong>van</strong> de schending <strong>van</strong> al wat heilig is door <strong>het</strong><br />

bolsjewisme. Een <strong>van</strong> de hoofdzakelijke raddraaiers in Spanje,<br />

Andres Nin, voormalige secrataris <strong>van</strong> den bolsjewist<br />

Tomski, verklaarde:<br />

„Wij hebben de kerkkwestie opgelost, omdat wij geen<br />

enkelen tempel hebben laten staan."<br />

Al die wreede gebeurtenissen vertegenwoordigen niets<br />

anders dan de uitvoering <strong>van</strong> de te Moskou genomen besluiten.<br />

Ook in Spanje zijn <strong>het</strong>, evenals in Rusland en in andere landen,<br />

joodsche raddraaiers, die de bolsjewistische opstanden veroorzaakten<br />

en leidden. Om de revolutie uit de voeren werden<br />

de volgende bolsjewistische joden naar Spanje gezonden:<br />

Bela-Kuhn (de Hongaarsche moordenaar), Neumann,<br />

die zich in Spanje Enrique Fischer-Ncumarin noemt, K o 1 z o w<br />

Glinzburg onder <strong>het</strong> masker <strong>van</strong> korrespondent <strong>van</strong> de<br />

moskovische „Prawda", en ten slotte de roode volkenbondsdiplomaat,<br />

de jood Rosenberg. <strong>De</strong>ze mannen zijn met<br />

valsche passen, die merkwaardiger wijs meestal <strong>van</strong> Franschen<br />

oorsprong waren, naar Spanje gekomen en voeren daar hun<br />

bloedig handwerk uit.<br />

Het onverminderde en zelfs verhoogde streven <strong>van</strong> Moskou<br />

naar de wereldrevolutie wordt door <strong>het</strong> Spaansche voorbeeld<br />

bewezen. Niets toont duidelijker de onverantwoordelijkheid<br />

<strong>van</strong> Moskou, als <strong>het</strong> grootsche Plan, de door <strong>het</strong> bolsjewisme<br />

ontketende Spaanschen burgeroorlog tot en wereldoorlog te<br />

doen oplaaien.<br />

Het is bewezen, dat de ongehoorde wreedheden in<br />

Spanje door agenten <strong>van</strong> de Komintern teweeg gebracht en<br />

zelf mee uitgevoerd werden.<br />

Het is bewezen, dat Sowjet-Rusland aan de Spaansche<br />

bolsjewisten geldelijke, politieke en andere hulp deed toekomen.<br />

Het is bewezen, dat op <strong>het</strong> laatste Komintern-kongreB<br />

in Moskou besloten werd <strong>het</strong> bolsjewisme in Spanje in te<br />

voeren en dat Moskou getracht heeft dit plan uit te voeren.<br />

Dat is <strong>het</strong> bolsjewisme in theorie en praktijk, een infernale<br />

wereldpest, die uitgeroeid moet worden en aan de uitroeiing<br />

waar<strong>van</strong> ieder mensch, die zich <strong>van</strong> zijn verantwoording bewust<br />

is, moet medewerken. Het is geen phrase, wanneer wij<br />

Duitschers de volkeren der aarde oproepen, om zich tegen<br />

dit gevaar aaneen te sluiten, indien zij niet in den maalstroom<br />

<strong>van</strong> dit vreeselijk en onafzienbaar noodlot medegcsleurd<br />

willen worden.<br />

U wordt beleefd verzocht, deze blaadjes aan Uw kennissen door<br />

te geven. - Verdere vlugschriften zijn gratis verkrijgbaar bij<br />

<strong>De</strong>utscher Fichte-Bund e. V.<br />

(Unie voor waarheid in de wereld).<br />

Hamburg 36 Jungfernstieg 30 Hamburger Hof<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Falken-Verlag, Hamburg<br />

Drukker: Hermann's Erben, Hamburg


Het Russische volk onder sovjet-joodsche knoet<br />

Kernstuk <strong>van</strong> de rede <strong>van</strong> Rijksleider Alfred Rosenberg op den Partijdag der Eer te Neurenberg.<br />

Het Kongres <strong>van</strong> den Rijkspartiidag werd geopend door Rüksleider Alfred Rosenberg met een grondslaggevende rede,<br />

waaruit <strong>het</strong> onderstaande ontnomen is; daarin wordt bewezen, dat Sowietheerschappii synoniem is met Jodenheerschappii.<br />

Uit de talrijke Mémoires <strong>van</strong> onzen tijd is <strong>het</strong> slechts één<br />

keer bekend geworden, dat een diplomaat den moed had de<br />

dingen openlijk bij den juisten naam te noemen. Het was<br />

Lord d'Abernon. In zijn Mémoires heeft deze diplomaat<br />

er herhaaldelijk op gewezen, dat in Sowjetrusland de joden<br />

zich meester gemaakt hebben <strong>van</strong> de heerschappij en die<br />

hoe langer hoe meer versterken.<br />

Stalin, <strong>het</strong> hoofd <strong>van</strong> de <strong>De</strong>rde Internationale, is geen<br />

jood, ook geen Rus, maar een Kaukasiër. Maar zi|n plaatsver<strong>van</strong>ger<br />

is zijn schoonvader, de jood Lazarus Mozes -<br />

zoon Kaganowitsj. Volgens voorschrift <strong>van</strong> de Sowjetregeering<br />

moet hem, bij afwezigheid <strong>van</strong> den Kaukasischen<br />

diktator, dezelfde eer bewezen worden als dezen. Kaganowitsj<br />

heerscht haast onbeperkt, want op alle belangrijke posten bij<br />

de politie, de binnenlandsche politiek, <strong>het</strong> roode leger, den<br />

buitenlandschen handel en de diplomatie heeft hij zijn joodsche<br />

helpers onder dak gebracht.<br />

<strong>De</strong> instelling, die <strong>van</strong> de joodsche regeering de opdracht<br />

had, alle nationale Russen uit te roeien, was de Tsjeka, d.w.z.<br />

de buitengewone commissie voor de bestrijding <strong>van</strong> de tegenrevolutie.<br />

Toen haar <strong>van</strong> bloed druipende naam zelfs in<br />

Rusland niet meer bruikbaar was, werd zij omgedoopt in<br />

Volkscommissariaat voor Binnenlandsche Aangelegenheden,<br />

de zoogenaamde GPU. Leider <strong>van</strong> dit vreeselijk instrument<br />

was de jood Jagoda, zijn plaatsver<strong>van</strong>ger Jakob Saulszoon<br />

Agranow.<br />

(Aanteekening <strong>van</strong> den uitgèver: D» jood Jagoda, wiens eigenlijke oerjoodsche<br />

naam Jehoeda is, werd ei.iue Cept«mber met zijn plaatsver<strong>van</strong>ger naar een<br />

andere post afgeschoven. Opvc'ser


Roechimowitsj, M. L., plaatsver<strong>van</strong>gend Volkscommis-<br />

- saris <strong>van</strong> de zware Industrie en plaatsver<strong>van</strong>gend Voorzitter<br />

<strong>van</strong> de Commissie •— Jood.<br />

Goerewitsj, A. D., Leider <strong>van</strong> de Hoofdadministratie der<br />

Ertsindustrie — Jood.<br />

Kagan, J. B., Leider <strong>van</strong> de Hoofdadministratie <strong>van</strong> de<br />

Kolenindustrie — Jood.<br />

Israïlowitsj, A. ]., Leider <strong>van</strong> de Hoofdadministratie <strong>van</strong><br />

de Gasindustrie •— Jood.<br />

Ginsburg, S. S., Leider <strong>van</strong> de Hoofdadministratie <strong>van</strong> de<br />

Bouwindustrie — Jood.<br />

Galperin, E. ]., Leider <strong>van</strong> de Stikstofindustrie — Jood.<br />

Bitker, G. S., Leider <strong>van</strong> de Hoofdadministratie <strong>van</strong> de<br />

Gummi-Industrie — Jood.<br />

Buskin, D.A., Directeur <strong>van</strong> de Traktorenfabriek <strong>van</strong><br />

Tsjeljabinsk — Jood.<br />

Fuschmann, A. M., Leider <strong>van</strong> de Hoofdadministratie <strong>van</strong><br />

de Waggon-Industrie — Jood.<br />

Alperowitsj, E. M., Leider <strong>van</strong> den Arbeidssector bij <strong>het</strong><br />

Volkscommissariaat der zware Industrie — Jood.<br />

Fainberg, W. G., Leider <strong>van</strong> de Hoofdadministratie <strong>van</strong><br />

de Machinebouwindustrie voor de mijnen — Jood.<br />

Kagan, B. D., Leider <strong>van</strong> de trust „Prodmachina" — Jood.<br />

Frumkin, M. L., Leider <strong>van</strong> de chemische trust „Sojoesjimplastmass"<br />

— Jood.<br />

Bierenzweig, M. B., Leider <strong>van</strong> den Buitenlandschen<br />

Sector <strong>van</strong> <strong>het</strong> Volkscommissariaat voor de zware Industrie<br />

— Jood.<br />

Israïlowitsj, E. ]., Leider <strong>van</strong> de Hoofdadministratie <strong>van</strong><br />

den landbouwkundigen Machinebouw — Jood.<br />

Sluzkij, S. B., Leider <strong>van</strong> de Aardolie-Combinatie <strong>van</strong><br />

Aserbeidsjan — Jood.<br />

Rosenojer, S. L., Leider <strong>van</strong> de Aardolietrust en de Gasindustrie<br />

in Grosnyj — Jood.<br />

Falkowitsj, S. ]., Leider <strong>van</strong> de Maschinefabriek „Ordshonikidse"<br />

— Jood.<br />

Sjejman, J.B., Directeur <strong>van</strong> de Locomotievenfabriek te<br />

Worosjüowgrad •— Jood.<br />

Izchaken, Jozef Izaakszoon, Directeur <strong>van</strong> de Turbogeneratorenfabriek<br />

te Charkow — Jood.<br />

Frankel, A. M., Technische Directeur <strong>van</strong> de Aluminiumcombinatie<br />

<strong>van</strong> Dnjepropetrowsk — Jood.<br />

Slotsjewskij, Ilja Jesaiaszoon, Bedrijfsdirecteur <strong>van</strong> de<br />

Metallurgische Fabriek te Makeewsk — Jood.<br />

Granberg, Lpihim Izaakszoon, Bedrijfsdirecteur <strong>van</strong> de<br />

Metallurgische Fabriek „Dsershinskij" — Jood.<br />

Rawikowitsj, Efim Mozeszoon, Leider <strong>van</strong> de Machinefabriek<br />

<strong>van</strong> de Toela-Wapenfabriek — Jood.<br />

Ook de leiding <strong>van</strong> de Bewapeningsindustrie is voor<br />

95 tot 98 % in handen <strong>van</strong> joden. Eveneens <strong>het</strong> Volkscommissariaat<br />

voor de Voeding:<br />

Belenkij, Markus Natanszoon, Plaatsver<strong>van</strong>gend Volkscommissaris<br />

voor de Voeding — Jood.<br />

Du kor, Hirsch Jozef szoon, Leider <strong>van</strong> de Financieele Afdeeling<br />

— Jood.<br />

Sjatshan, Abrahamszoon, Leider <strong>van</strong> de Afdeeling Staatsoeconomie<br />

— Jood.<br />

Strikowskij, Leo Saulszoon, Leider <strong>van</strong> de Hoofdadministratie<br />

<strong>van</strong> de Vleeschindustrie — Jood.<br />

Gieber, B. W., Leider <strong>van</strong> de Hoofdadministratie <strong>van</strong> de<br />

Boterindustrie — Jood.<br />

Bronstein, G. A., Leider <strong>van</strong> de Hoofdadministratie <strong>van</strong><br />

de Melkindustrie — Jood.<br />

Margolin, G. S., Leider <strong>van</strong> de Hoofdadministratie <strong>van</strong> de<br />

Margarineindustrie — Jood.<br />

Glinskij, Abraham Lazaruszoon, Spiritus- en Brandewijnindustrie<br />

— Jood.<br />

Sawodnik, J. S., Leider <strong>van</strong> de Hoofdadministratie <strong>van</strong> de<br />

Maccaroniïndustrie — Jood.<br />

Kissin, Abraham Ananjaszoon, Leider <strong>van</strong> de Hoofdadministratie<br />

<strong>van</strong> de Biergistindustrie — Jood.<br />

Si min, Miron Izaakszoon, Gevolmachtigde <strong>van</strong> <strong>het</strong> Commissariaat<br />

voor de Voeding voor <strong>het</strong> Gewest Leningrad<br />

— Jood.<br />

Nikolajewskij, Leo Salomonszoon, Gevolmachtigde <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> Commissariaat voor de Voeding voor de Oekraine<br />

— Jood.<br />

Breitmann, Alexander Salamonszoon, Leider <strong>van</strong> Oekrainsche<br />

Trust voor geconserveerde Levensmiddelen — Jood.<br />

Volgens <strong>het</strong> officieele blad „Iswestija" von 8 Mei 1936<br />

werd bij <strong>het</strong> Volkscommissariaat voor den Buitenlandschen<br />

Handel een Raadgevende Commissie gevormd. Daarin hebben<br />

34 joden zitting.<br />

Daar de jood ten gevolge <strong>van</strong> de eigenaardigheden <strong>van</strong><br />

zijn ras niet gaarne soldaat wordt, vindt men onder den officiers-<br />

en soldatenstand in <strong>het</strong> Roode Leger niet veel joden.<br />

<strong>De</strong> Sowjetregeering heeft er echter voor gezorgd, dat Nationaal-Russische<br />

elementen in <strong>het</strong> Roode Leger door joodsche<br />

verklikkers scherp bewaakt worden. Hiervoor is de zoogenaamde<br />

Politieke Administratie <strong>van</strong> <strong>het</strong> Roode Arbeiders- en<br />

Boerenleger in <strong>het</strong> leven geroepen, die een zuiver joodsch<br />

werktuig is. Aan ieder bevelhebber is een joodsche spion toegevoegd,<br />

die ten allen tijde bereid is een officier aan de joodsche<br />

Moord-GPU. over te leveren. Aan <strong>het</strong> hoofd <strong>van</strong> deze<br />

politieke controle <strong>van</strong> <strong>het</strong> Roode Leger staat de jood Jankei<br />

Gamarnik uit Kijew. Op 7 Februari 1936 werd tot Advocaat-Generaal<br />

<strong>van</strong> de Sowjet-Unie en gelijktijdig tot Advocaat-Fiscaal<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> Roode Leger benoemd de jood Rosonowski.<br />

Dat de bolsjewistische gezanten eveneens voor een groot<br />

gedeelte joden zijn, spreekt <strong>van</strong>zelf. Toch moest men hier en<br />

daar rekening houden met de gevoelens <strong>van</strong> andere volkeren.<br />

Zonder namen te noemen kunnen wij zeggen, dat de hoofdzakelijke<br />

vertegenwoordigers <strong>van</strong> Sowjetrusland bestaan uit<br />

7 Russen, 3 Armeniërs en 16 (zestien) joden.<br />

*<br />

Zulk een om<strong>van</strong>g had volgens de mededeelingen <strong>van</strong> den<br />

Rijksleider Rosenberg de verjoding <strong>van</strong> de bolsjewistische<br />

machthebbers in Rusland tot <strong>het</strong> jaar 1936 bereikt. Om de<br />

verjoding te verdoezelen werden dan marionetten op de<br />

leidende plaatsen gezet, terwijl in werkelijkheid de joden<br />

niet alleen aan <strong>het</strong> roer bleven, maar zich nog in stijgende<br />

mate overal nestelden. Zoo trad in <strong>het</strong> jaar 1939 Molotow op<br />

de plaats <strong>van</strong> Litwinow — oorspronkelijk geheeten Wallach-<br />

Finkelstein — als Commissaris voor Buitenlandsche Zaken.<br />

Door deze verdoezeling hoopten de bolsjewistische machthebbers<br />

<strong>het</strong> nog tijdig door Adolf Hitier ontmaskerde verraad<br />

beter te kunnen doorvoeren.<br />

*<br />

Rond 11.600.000 menschen zijn sedert <strong>het</strong> begin <strong>van</strong> de<br />

joodsch-bolsjewistische heerschappij in Rusland tot 1937<br />

door de GPOe vermoord geworden, waaronder de Tsarenfamilie,<br />

50 bisschoppen, 4.860 priesters, 7.824 leeraren en<br />

professoren, 8.920 artsen, 65.000 politie-ambtenaren,<br />

75.490 officieren, 120.600 ambtenaren, 360.000 soldaten,<br />

420.000 intellectueelen, 48.000 veldwachters, 892.000 arbeiders<br />

en 9.600.000 boeren.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Falken-Verlag, Hamburg<br />

Br. & Co.


<strong>De</strong> Ondermijning <strong>van</strong> <strong>het</strong> Familieleven door <strong>het</strong> Bolsjewisme.<br />

Kernstuk <strong>van</strong> de rede <strong>van</strong> Hoofdambtsleider Hilgenfeldt op den Partijdag der Eer te Neurenberg.<br />

Het bolsjewisme ontkent alle blijvende en vruchtdragende<br />

gemeenschap. Het heeft daarom ook door zijn wetgeving <strong>het</strong><br />

gezin als grondslag der gemeenschap vernietigd. Dit heeft<br />

daarheen geleid, dat gedurende een bepaald tijdperk op 100<br />

gesloten huwlijken er 37 ontbonden werden, dat de helft <strong>van</strong><br />

alle huwlijken niet langer dan een jaar duurden. <strong>De</strong> Russische<br />

wet op de opvoeding <strong>van</strong> de jeugd beantwoordt de vraag,<br />

of bet kind vader en moeder moet eeren, met „Neen".<br />

Volgens deze wet wordt de eerbied voor de ouders niet als<br />

algemeen grondbeginsel beschouwd. Teekened hiervoor is<br />

<strong>het</strong>, dat in de „Prawda" <strong>van</strong> 20 Mei 1934 een jonge kommunist<br />

gevierd werd, die zijn eigen moeder aangegeven had<br />

wegens diefstal <strong>van</strong> graan, waarop doodsstraf of dwangarbeid<br />

staat. <strong>De</strong>ze zoon werd bijzonder onderscheiden, omdat hij<br />

in den strijd om <strong>het</strong> Sowjet-graan zelfs niet voor de eigen<br />

familie halt gemaakt had.<br />

<strong>De</strong> grondslagen <strong>van</strong> <strong>het</strong> familieleven worden vernietigd<br />

door de gemeenschappelijke eetlokalen en de groote gemeenschappelijke<br />

woonkazernes. Hoe mogen de toestanden er in<br />

werkelijk zijn, indien in de „Sowjetskaja Sibirs" <strong>van</strong> 12 Juni<br />

1936 een electricien schrijven kan:<br />

„Sedert drie jaar woon ik met mijn gezin in een beschimmelde<br />

kelderkamer. Op mijn bedrijiskantoor wordt<br />

deze toestand als een gewoon verschijnsel beschouwd."<br />

Ontbreekt <strong>het</strong> hier dus aan elke zorg voor de toekomst <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> Russische gezin, de zwangere vrouw wordt nagenoeg<br />

uit de gemeenschap uitgesloten. Volgens berichten <strong>van</strong> de<br />

dagbladen „Iswestija", „Molot" <strong>van</strong> 14 September 1935 en<br />

de Moscovische „Prawda" <strong>van</strong> 26 September <strong>van</strong> <strong>het</strong>zelfde<br />

jaar trachten vele vrouwen haar zwangerschap te verbergen<br />

uit angst dat ze ontslagen zullen worden; zij werken dus tot<br />

aan de bevalling.<br />

Ofschoon <strong>het</strong> gebrek aan woningen een verlossing in huis<br />

meestal onmogelijk maakt, is er in geen enkele wijze gezorgd<br />

voor tehuizen voor kraamvrouwen. In een officieele statistiek<br />

wordt als een bijzondere prestatie genoemd, dat <strong>het</strong> in de<br />

twee jaren <strong>van</strong> 1932 tot 1934 gelukt is, in geheel Rusland, een<br />

land <strong>van</strong> 160 millioen inwoners, <strong>het</strong> aantal bedden in de<br />

tehuizen voor kraamvrouwen <strong>van</strong> 29.576 tot <strong>het</strong> „verbazingwekkende"<br />

aantal <strong>van</strong> 32.796 bedden op te voeren — een<br />

toename dus <strong>van</strong> 3.220 bedden.<br />

Volgens een bericht <strong>van</strong> de „Komsomolskaja Prawda" <strong>van</strong><br />

21 Juli 1936 heerscht er in <strong>het</strong> grootste Moscovische tehuis<br />

voor kraamvrouwen groot gebrek aan linnengoed voor de<br />

kraamvrouwen en de zuigelingen. <strong>De</strong> behandeling <strong>van</strong> de<br />

kraamvrouwen en de zuigelingen is meedoogenloos. In een<br />

andere ingezonden mededeeling <strong>van</strong> de „Prawda" over de<br />

ontoereikende verzorging <strong>van</strong> kraamvrouwen wordt gezegd:<br />

„Alles wat wij moeders op <strong>het</strong> lichaam dragen is vervuild;<br />

de onderlakens worden reeds na den derden dag niet<br />

meer verschoond. Er is een zeer slechte lucht in de<br />

zalen; wij zijn allen in een staat <strong>van</strong> opwinding, maar<br />

kunnen er niets tegen doen."<br />

Maar niet genoeg, dat de vrouw weerloos is, systematisch<br />

worden alle moederlijke gevoelens vertrapt. Zooals uit <strong>het</strong><br />

boek „<strong>De</strong> bescherming <strong>van</strong> de moeder en den zuigeling in de<br />

Sowjet-Unie" blijkt, worden elk jaar angeveer drie millioen<br />

kinderen <strong>van</strong> de moeders weggenomen en in zoogenaamde<br />

„kribben" tot „bruikbare massa-menschen" opgevoed. In <strong>het</strong><br />

jaar 1934 werden aldus 3.065.000 kinderen in kribben op <strong>het</strong><br />

land en 210.000 kinderen in stedelijke kribben opgenomen.<br />

Opvoeding in <strong>het</strong> gezin wordt niet gewenscht. Alleen de<br />

massa-opvoeding <strong>van</strong> de kinderen in „kribben" waarborgt<br />

volgens de woorden <strong>van</strong> <strong>het</strong> boek <strong>het</strong> fokken <strong>van</strong> den<br />

collectieven mensch, d. w. z. den kuddemensch.<br />

<strong>De</strong> gevolgen <strong>van</strong> deze opvoeding in massa's is echter<br />

kenmerkend. Reeds een jaar geleden kon ik vermelden, dat<br />

in Rusland tegen <strong>het</strong> overhand nemen <strong>van</strong> misdadigers onder<br />

de kinderen bij een wet zelfs de doodsstraf voor kinderen<br />

ingevoerd werd. In dit jaar heeft de Officier <strong>van</strong> Justitie<br />

<strong>van</strong> de Sowjet-Unie Wisjinsky in de „Wesroshdenije" <strong>van</strong><br />

14 April 1936 over toet succes <strong>van</strong> deze wet geschreven. In<br />

55 tot 70 % <strong>van</strong> de gevallen is onttrekking <strong>van</strong> de vrijheid<br />

in aanwending gebracht. Het is kenmerkend, dat over de<br />

overige gevallen niets gezegd wordt.<br />

Maar <strong>het</strong> zich strafbaar maken <strong>van</strong> kinderen en jongeren is<br />

geen wonder, omdat alle opvoeding en zorg ontbreken. <strong>De</strong><br />

vroegere volkscommissaris voor de volksopvoeding Lunartscharsky<br />

heeft zich over deze kwestie als volgt uitgelaten:<br />

„Een ding zal man ons nooit vergeven, namelijk de verwildering<br />

waaraan de ziel <strong>van</strong> onze jeugd overgeleverd<br />

is, dezelfde jeugd, die ons moet aflossen en die onze<br />

toekomst is."<br />

Ook de omgeving, waarin de kinderen opgroeien, draagt<br />

tot die verwaarloozing bij. <strong>De</strong> „Leningradskaja Prawda"<br />

von 21 November 1934 schrijft hierover, dat <strong>het</strong> gebouw <strong>van</strong><br />

een tehuis voor kinderen in de buurt <strong>van</strong> de stad sedert<br />

langen tijd niet meer onderhouden werd en dat <strong>het</strong> <strong>van</strong> een<br />

haast onoverkombaar moeras omgeven was. <strong>De</strong> geheele<br />

inrichting bestond uit stoelen, tafels en naakte wanden. Daar<br />

de kachels niet in orde waren, was <strong>het</strong> er ijskoud. <strong>De</strong> wind<br />

floot door de gebroken en niet weer gerepareerde ruiten. Hier<br />

moesten zich 300 kinderen dag aan dag ophouden. In alle<br />

scholen werd geklaagd over <strong>het</strong> gebrek aan brandstoffen. Het<br />

blad „Bakinskij Rabotshij" schrijft in zijn no. 91 <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

jaar 1936:<br />

„Het tehuis voor kinderen te Kasach bevindt zich in een<br />

verwaarloosden toestand. <strong>De</strong> bedden in de gemeenschapszalen<br />

zijn totaal vervuild. <strong>De</strong> kweekelingen in <strong>het</strong><br />

tehuis ont<strong>van</strong>gen in <strong>het</strong> geheel geen schoolonderwijs.<br />

Ofschoon er niet genoeg ruimte is, werden aan <strong>het</strong> tehuis<br />

onlangs nog kamers onttrokken. In drie <strong>van</strong> deze kamers<br />

heeft zich een medewerker <strong>van</strong> de gewestelijke afdeeling<br />

<strong>van</strong> onderwijs ingekwartierd." ^<br />

Gevallen, dat kinderen, die in een tehuis of in kribben<br />

ondergebracht zijn eenvoudig verloren gaan, wordt in alle<br />

Russische bladen vermeld. Veelvuldig komt <strong>het</strong> voor, dat<br />

kinderen in landelijke tehuizen voor werkzaamheden gebruikt<br />

worden, die hun krachten verre te boven gaan. Zij worden<br />

gebruikt voor zes- tot achturig werk op <strong>het</strong> veld en voor<br />

nachtwaken op <strong>het</strong> veld gedurende den overigen tijd. Volgens<br />

een staatsbesluit moeten alle kinderen boven de veertien jaar,<br />

die zich nog in een staatsinstelling bevinden, naar de fabrieken<br />

of scholen <strong>van</strong> de socialistische landgoederen overgeplaatst<br />

worden.<br />

Naast deze ellende in de kinderkribben maakt zich in de<br />

opvoeding <strong>van</strong> de kinderen <strong>het</strong> ontbreken <strong>van</strong> <strong>het</strong> gezin niet<br />

alleen door de vreeselijke toename <strong>van</strong> de misdadigheid onder<br />

de kinderen, maar ook <strong>het</strong> steeds grooter wordende aantal<br />

vagabondeerende kinderen bemerkbaar. <strong>De</strong>ze cijfers groeien<br />

steeds aan, omdat de ouders hun kinderen eenvoudig voor de<br />

deur zetten. In Moscou en Leningrad hebben in <strong>het</strong> jaar 1935<br />

binnen twee maanden 7.500 ouders hun kinderen verstooten.<br />

<strong>De</strong>ze kinderen beteekenen een vreeselijk gevaar voor de<br />

goede zeden en de gezondheid. Volgens <strong>het</strong> bericht <strong>van</strong> de<br />

„Wosroshdenij" <strong>van</strong> 4 April 1936 zijn 75% <strong>van</strong> deze kinderen<br />

tuberculeus, 40% geslachtsziek. Hoe schokkend is <strong>het</strong> getuigenis<br />

<strong>van</strong> Mevrouw Krupskaja, de weduwe <strong>van</strong> Lenin:<br />

„Het meerendeel <strong>van</strong> de makkers, ook in de partij, meent,<br />

dat verwaarloosde kinderen een erfenis uit den wereldoorlog<br />

en den oeconomischen chaos zijn. In werkelijkheid<br />

zijn deze kinderen, waar<strong>van</strong> <strong>het</strong> tegenwoordig in de<br />

straten <strong>van</strong> Moscou wemelt, voor K niet <strong>het</strong> gevolg <strong>van</strong><br />

ongelukken en nalatigheid <strong>van</strong> vroegeren tijd, maar <strong>van</strong><br />

de levensvoorwaarden <strong>van</strong> den tegenwoordigen tijd, de<br />

werkeloosheid en in <strong>het</strong> bijzonder <strong>van</strong> de ellende onder<br />

de boeren."<br />

Meer dan 460.000 moeders en kinderen hebben volgens een<br />

officieele opgave <strong>van</strong> 1935 hun vaders voor <strong>het</strong> gerecht<br />

No. 884. Holland.


gedaagd. 6'A Milüonen kinderen dienden klachten in om<br />

levensonderhoud. Dit is een kleine illustratie <strong>van</strong> de bolsjewistische<br />

liefdadigkeid <strong>van</strong> een bolsjewistische heerschappij<br />

<strong>van</strong> nu bijna twintig jaar. <strong>De</strong> vermelde cijfers en berichten<br />

zijn ontnomen uit de officieele statistiek en uit dagbladberichten<br />

<strong>van</strong> de jaren 1934 tot 1936, dus <strong>van</strong> den laatsten<br />

tijd. Daar de Russische pers om begrijpelijke redenen geen<br />

melding maakt <strong>van</strong> den werkelijken om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> den nood,<br />

kan men uit de gegeven voorbeelden gevolgtrekkingen maken<br />

omtrent de gruwelijke ellende waarin <strong>het</strong> Russische volk<br />

verkeert.<br />

Dat zijn de gevolgen <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewisme, dat overal —<br />

zij <strong>het</strong> in Rusland of in Spanje — verwoestende en <strong>het</strong> leven<br />

vernielende uitwerkingen hebben moet, omdat <strong>het</strong> <strong>het</strong> goede<br />

ontkent.<br />

Het bolsjewisme, dat <strong>het</strong> paradijs op aarde brengen wilde,<br />

heeft blijkbaar de bedoeling, de menschen eerst door de hel<br />

te laten gaan, om hun dan zijn drogbeeld zorveel helderder<br />

en stralender te kunnen toonen. Het schijnt echter, dat di<br />

weg nog altijd naar de hel leidt.<br />

Het nationaal-socialistische Duitschland is onder Adolf<br />

Hitier een anderen weg gegaan. Zijn daad was niet vernieling,<br />

maar arbeid en opbouw. Hij heeft <strong>het</strong> liefdadigheidswerk<br />

„Moeder en Kind" tot <strong>het</strong> middelpunt <strong>van</strong> allen<br />

arbeid voor de Duitsche moeder gemaakt. Dit liefdadigheidswerk<br />

moet helpen overal daar, waar <strong>het</strong> er op aankomt, de<br />

Duitsche moeder in haren lichamelijken en zielsnood bij te<br />

stann, <strong>het</strong> Duitsche erfgezonde kind aan een gezonde ontwikkeling<br />

te helpen. Het is daarom hoofdzakelijk een liefdadigheidswerk<br />

voor de ondersteuning <strong>van</strong> <strong>het</strong> gezin. <strong>De</strong><br />

ontspanning <strong>van</strong> de moeder en <strong>het</strong> eveneens kosten-<br />

Falken-Verlag, Hamburg<br />

iooze vacantieverblijf voor kinderen zijn de<br />

hoekstijlen. Bevrijd <strong>van</strong> de dagelijksche ongerieflijkheden en<br />

<strong>van</strong> de fatniliezorgen zal de behoefte aan ontspanning hebbende<br />

moeder nieuwe krachten putten uit de gemeenschap, waarin<br />

zij den vacantietijd doorbrengt. Het doel is de lichamelijke<br />

en moreele sterking, <strong>het</strong> in zich opnemen <strong>van</strong> de schoonheden<br />

der natuur, der blijmoedigheid <strong>van</strong> <strong>het</strong> landelijk leven, de<br />

opwekking <strong>van</strong> den gemeenschapszin.<br />

In aanvulling <strong>van</strong> hat liefdadigheidswerk „Moeder en Kind'<br />

werden 2.836 bewaarscholen opgericht, waar 1.100.00 kinderen<br />

verzorgd werden.<br />

In opbouwenden arbeid heeft alleen de nationaal-socialistische<br />

volksliefdadigheid binnen <strong>het</strong> bestek <strong>van</strong> de winterhulp<br />

„Moeder en Kind" als haar aandeel tot nu toe 164.743.010<br />

Reichsmark aan de Duitsche moeders en kinderen doen toekomen.<br />

Het Duitsche gezin ondervond krachtdadige hulp<br />

door <strong>het</strong> aanschaffen <strong>van</strong> bedden. Hier steeg <strong>het</strong> aantal <strong>van</strong><br />

de door de N. S.-volksliefdadigheid verstrekte bedden tot<br />

675.369 stuks. In <strong>het</strong> geheel bedroegen de prestaties <strong>van</strong> dc<br />

N. S.-volksliefdadigheid in geld en natura in <strong>het</strong> afeeloopen<br />

jaar 255.854.242 Reichsmark. <strong>De</strong>n dank Liervoor vindt men<br />

in de blijdschap en de gezondheid <strong>van</strong> meer dan twee<br />

millioen Duitsche moeders en kinderen.<br />

Ieder Duitscher weet, da hij niet meer <strong>van</strong> de gemeenschap<br />

kan verlangen, dan hij zelf bereid is te geven. Hij heeft ingezien,<br />

dat hij, wat <strong>het</strong> lot <strong>van</strong> zijn volk betreft, onscheidbaar met<br />

een verantwoording verbonden is, die hij niet afwerpen kan.<br />

<strong>De</strong> gemeenschap is voor ons de bron, waaruit wij de kracht<br />

<strong>van</strong> ons volksbestaan putten. Oercel <strong>van</strong> de gemeenschap<br />

is voor ons <strong>het</strong> gezin, en dus de sterking daar<strong>van</strong> voor ons<br />

de hoogste taak.<br />

U wordt beleefd verzocht, deze blaadjes aan Uw kennissen door te geven.<br />

Verdere vlugschriften zijn gratis verkrijgbaar bij<br />

<strong>De</strong>ufsc<strong>het</strong> Fichfe^Bund e.V. (Unie voor waarheid in de wereld),<br />

Hamburg 36, Jungfernstieg 30 (Hamburger Hof).<br />

Hermann'a Erben, Hamburg


Hef Bolsjewisme Wereldvijand No. I<br />

Een beknopt feitenbericht uit de nuchtere werkelijkheid <strong>van</strong> <strong>het</strong> Bolsjewisme.<br />

Elke staat verplicht zijn soldaten tot de verdediging der<br />

eigen natie. <strong>De</strong> eed, die iedere sowjet-soldaat moet zweren,<br />

luidt:<br />

„Ten overstaan <strong>van</strong> de werkende klasse der Unie der<br />

Socialistische Sowjet-Republieken en der geheele wereld<br />

zweer ik, dat ik voor de zaak <strong>van</strong> <strong>het</strong> Socialisme en de<br />

verbroedering <strong>van</strong> alle volkeren noch mijn krachten noch<br />

mijn leven zal sparen."<br />

Uit deze woorden blijkt duidelijk, dat <strong>het</strong> Sowjet-Russische<br />

leger niet zooals de andere volkeren een nationale, maar<br />

een wereldtaak heeft: <strong>het</strong> moet den politieken geest <strong>van</strong> de<br />

sowjetmachthebbers, die de revolutioneering -<strong>van</strong> de geheele<br />

wereld beoogt, aan andere volkeren opdringen.<br />

Biet dubbele spel <strong>van</strong> <strong>het</strong> Bolsjewisme wordt<br />

ontmaskerd.<br />

<strong>De</strong> Engelsche „Times" schreef 10 Januari 1936: „<strong>De</strong><br />

bewering <strong>van</strong> de radenregeering, dat ze met de kommunistische<br />

Internationale niets uit te staan heeft, is een meesterstuk<br />

<strong>van</strong> voorspiegelingskunst."<br />

X>e bolsjewistische vergiftiging <strong>van</strong> de jeugd.<br />

September 1936 berichtte de „La-Plata-Zeitung": „Toen de<br />

politie in de door den jood Izaük S c h 1 o s geleide school<br />

kwam, trof ze 35 kinderen aan die door een Argentijnsche<br />

in de jiddische taal onderwezen werden, ofschoon zij slechts<br />

een diploma als Argentijsche onderwijzeres bezat. <strong>De</strong> plakaten<br />

aan de wanden hadden betrekking op de beteekenis en<br />

de macht <strong>van</strong> de Sowjetrepublieken op de meest verschillendste<br />

gebieden. <strong>De</strong> boeken leveren <strong>het</strong> bewijs, dat den kinderen<br />

geleerd werd buskruit en andere springstoffen te vervaardigen.<br />

Men vondt zelfs vlugschriften, waarin <strong>het</strong> gebruik<br />

<strong>van</strong> vuurwapens verklaard werd. <strong>De</strong> joodsche directeur was<br />

bijtijds gevlucht.<br />

„Studentenkursussen voor Indiërs in Moscou."<br />

April 1937 verklaarde de Engelsche onderstaatssecretaris<br />

B u 111 e r in <strong>het</strong> Lagerhuis, dat aan de Moscousche Hoogescholen<br />

vrije plaatsen voor Indische studenten beschikbaar<br />

gesteld werden onder voorwaarde, dat zy als bolsjewistische<br />

propagandisten naar Indië terug keeren en tegen Brittannië<br />

hitsen.<br />

Moscou's ondermijningswerk doorzien.<br />

September 1936 is <strong>het</strong> <strong>het</strong> Belgische dagblad „Nation<br />

Beige" gelukt, in <strong>het</strong> bezit <strong>van</strong> richtlijnen te geraken, die aan<br />

de Belgische kommunistische partij door Moscou voor de<br />

doorvoering <strong>van</strong> den strijd werden verstrekt. <strong>De</strong> Belgische<br />

kommunistische partij heeft volkomen begrepen, aldus verklaarde<br />

Moscou, dat <strong>het</strong> niet om een zuiver economischen<br />

strijd ging,<br />

maar dat <strong>het</strong> hoofddoel <strong>het</strong> scheppen <strong>van</strong> een „konfuse en<br />

troebeler situatie" was, om in België <strong>het</strong> volksfrontsysteem<br />

in te voeren.<br />

In een opstel „Leugenachtige rechtvaardigheid" (in „Uj<br />

Magyarsag" Maart 1937) wendde zich de Hongaarsche rijksdagafgevaardigde<br />

dr. Franz R a j n i G scherp tegen Sowjetrusland<br />

en <strong>het</strong> jodendom. Beide trachtten een uiteindelijke<br />

vriendschappelijke regeling tusschen de groote staten <strong>van</strong><br />

Europa met alle middelen te verhinderen.<br />

Drie maanden na <strong>het</strong> uitbreken <strong>van</strong> den Spaanschen<br />

burgeroorlog verklaarde <strong>het</strong> grootste Spaansche blad „ABC":<br />

Waren de westersche staten niet blind, dan zouden ze zonder<br />

dralen <strong>het</strong> door Duitschland voorgestelde non-agressie-pakt<br />

ondertcekenen, waardoor voor 25 jaren de vrede in Europa<br />

verzekerd zou zijn. Maar blijkbaar geven de Qeneefsche<br />

„Pacifisten" er de voorkeur aan, zich in Stalins armen te<br />

werpen en lievar de geheele wereld in brand te steken, dan<br />

hun haat tegen ÈLitler en de fascisten te onderdrukken.<br />

Moscou's aanwijzingen aan de Weensche<br />

kommunisten.<br />

September 1936 berichtte <strong>het</strong> Weensche blad „<strong>De</strong>r Heimatschiitzer":<br />

Van Moscou ontvingen de agenten in Oostenrijk<br />

geheime aanwijzingen. Daarmee werd hun opgedragen onvervulbare<br />

eischen op economisch gebied, in <strong>het</strong> bijzonder voor<br />

den kleinen middelstand en de kleine boeren en handelaars<br />

te stellen, om zoodoende ontevredenheid te verwekken.<br />

Oktober 1936 werden te Weenen elf sowjetagenten,<br />

waaronder een vrouw, in hechtenis genomen. <strong>De</strong> gearresteerden<br />

gaven bij de politie onomwonden toe, dat ze in dienst<br />

stonden <strong>van</strong> de Sowjet-Unie. Alle personen waren in <strong>het</strong><br />

bezit <strong>van</strong> valschc passen <strong>van</strong> verschillende staten, die alle<br />

in één Centrale voor valsche paspoorten waren vervaardigd.<br />

lioode sabota ge-handeling en in de Engelsche<br />

vloot.<br />

Januari 1937 somde de Engelsche Minister <strong>van</strong> Marine o. a.<br />

dc volgende sabotage-handelingen op:<br />

<strong>De</strong> machines <strong>van</strong> een oorlogschip, dat in <strong>het</strong> droogdok lag,<br />

werden op kwaadwillige wijze beschadigd.<br />

Dc vcntilatiemachine <strong>van</strong> den vloottender „Oleander" te<br />

Dovonport werd onbruikbaar gemaakt. Eveneens werd<br />

<strong>het</strong> want <strong>van</strong> den tender kwaadwillig beschadigd.<br />

<strong>De</strong> motor <strong>van</strong> den onderzeeër „Oberon" werd door opzettelijke<br />

beschadiging onbruikbaar gemaakt. — In een kabel<br />

op <strong>het</strong> slagschip „Royal Oak" werden opzettelijke beschadigingen<br />

geconstateerd, die slechts moeilijk te ontdekken<br />

waren.<br />

Op den kruiser „Cumberland" ontstond' kortsluiting; als<br />

oorzaak werd eveneens kwaadwillige beschadiging vastgesteld.<br />

Met wapengeweld bedreigd.<br />

Op een groote kommunistische betooging te Praag verkondde<br />

de afgevaardigde S v e r m a , dat <strong>het</strong> de taak en <strong>het</strong> doel<br />

<strong>van</strong> de kommunistische politiek was, <strong>het</strong> Fascisme in Duitschland<br />

te bestrijden, wat op twee manieren moest geschieden.<br />

<strong>De</strong> eene was de illegale voorbereiding <strong>van</strong> den klassenstrijd<br />

in Duitschland. <strong>De</strong> andere betrof de voorbereidingen voor de<br />

bestrijding <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche Fascisme met wapengeweld in<br />

geval <strong>van</strong> oorlog.<br />

Soujet-Rusland verstrekt gelden voor Fransche<br />

kom mimisten.<br />

<strong>De</strong> voorzitter <strong>van</strong> de Fransche volkspartij, afgevaardigde<br />

D o r i o t, verklaarde op 22 Maart 1937 aan persvertegenwoordigers<br />

dat hij aan de hand <strong>van</strong> 150 getuigen zou bewijzen,<br />

dat de kommunistische partij in Frankrijk sedert 1920<br />

ongeveer 250 millioen Francs uit Moscou had ont<strong>van</strong>gen.<br />

Frankrijk als soldaat <strong>van</strong> 3Ioscou.<br />

<strong>De</strong> Fransche schrijver Jacques Bardoux gaf in April 1937<br />

in een brochure de volgende woorden <strong>van</strong> den Commissaris<br />

<strong>van</strong> Buitenlandsche Zaken Litwinow weer, die deze tot een<br />

radicaal-socialistischcn senator gericht had:<br />

„Wanneer een kabinet de regeering zou overnemen met de<br />

bedoeling niet Duitschland tot een goede verstandhouding<br />

te komen, dan zouden wij onmiddeiijk da radicale staking<br />

en de revolutie laten uitbreken."<br />

Bolsjewistische agitatie in USA.<br />

Bij <strong>het</strong> April 1937 in Mexico City geïnsceneerde showproces<br />

deed Trotzki dc verklaring, dat de gezamenlijke bolsjewistische<br />

propaganda <strong>van</strong> dc kommunistische partij der Vereenigde<br />

Staten onder de leiding <strong>van</strong> dc QPOe. stond. Elke<br />

agend ont<strong>van</strong>g op regelmatige tijdtsippen de bevelen <strong>van</strong> de<br />

Moscousche GPüe.-centrale.<br />

ITo.fTl, (Ncd.)


Bolsjewistische onruststokers in Polen.<br />

Zooals op 24 April 1937 uit Warschau werd gemeld,<br />

arresteerde de politie een jodin, die als koerier dienst deed<br />

tusschen Moscou en de kommunistische verbindingsposten te<br />

-Vf arschau. Met lukte de leiders voor <strong>het</strong> kommunistische<br />

Mei-feest in hechtenis te nemen. <strong>De</strong>ze waren door Moscou<br />

<strong>van</strong> bijzondere volmachten voorzien.<br />

Bolsjewistische samenzwering in Argentinië.<br />

<strong>De</strong> Artentijnsche politie is April 1936 op <strong>het</strong> spoor gekomen<br />

<strong>van</strong> een grootsch aangelegde bolsjewistische samenzwering<br />

tegen den staat. In de woningen <strong>van</strong> twintig gearresteerde<br />

kommunistische leiders vond men talrijke bommen, granaten,<br />

revolvers en munitie.<br />

Toen in de woning <strong>van</strong> den jood dr. Bunge in Buenos<br />

Aires een feest ten bate <strong>van</strong> de roode hulp gehouden werd,<br />

vond een huiszoeking plaats, waarbij men ook een lijst <strong>van</strong><br />

personen vond, die bij <strong>het</strong> uitbreken <strong>van</strong> de revolutie onmiddelijk<br />

als gijzelaars in hechtenis genomen zouden worden.<br />

80% <strong>van</strong> de gearresteerden waren joden.<br />

Moscou''s hand in Spanje.<br />

<strong>De</strong> Parijsche „Matin" bracht 23 Maart 1936 de volgende<br />

onthullingen: In een 27 Februari 1936 gehouden buitengewone<br />

zitting heeft de Komintern besloten, twee afgevaardigden,<br />

waaronder de vroegere president <strong>van</strong> de Hongaarsche Republiek,<br />

Bela Khun, naar Spanje te zenden. Als bijdrage voor<br />

de eerste onkosten en voor <strong>het</strong> opstoken <strong>van</strong> de revolutionaire<br />

onlusten is hem een millioen pesetas ter beschikking<br />

gesteld. Aan de Spaansche kommunisten werden o. a. de<br />

volgende aanwijzingen gegeven:<br />

Onmiddelijke onteigening <strong>van</strong> <strong>het</strong> grootgrondbezit; naasting<br />

<strong>van</strong> de banken, de mijnen, de fabrieken en de spoorwegen.<br />

Vorming <strong>van</strong> een revolutionaire inboorlingenregeering in<br />

Marokko met de opdracht een dergelijke beweging in de<br />

Fransche Noord-Afrikaansche bezittingen te dragen.<br />

Organiseering <strong>van</strong> den terror en schepping <strong>van</strong> een Roode<br />

Garde. —. Volkomen vernietiging en verassching <strong>van</strong> alle<br />

kerken tri kloosters in Spanje.<br />

Ge<strong>van</strong>genneming <strong>van</strong>- alle burgerlijke journalisten; vorming<br />

<strong>van</strong> een Rood Leger en <strong>het</strong> ondernemen <strong>van</strong> een veldtocht<br />

tegen <strong>het</strong> fascistische Portugal.<br />

Het systeem der gijzelaarslijsten.<br />

Korten tijd na de machtsovername door Adolf Hitier werden<br />

in Duitschland op verschillende plaatsen — o. a. in den Harts<br />

te Andreasberg en Clausthal — gijzelaarslijsten gevonden. <strong>De</strong><br />

eene lijst bevatte 70, de andere 120 namen. Op deze lijsten<br />

stond <strong>het</strong> volgende bevel:<br />

„Onmiddelijk in hechtenis te nemen en op de markt te<br />

fusilleeren. <strong>De</strong> burgers moeten toekijken. Indien ze niet<br />

komen, moeten ze er met geweld bij gehaald worden."<br />

Begin 1937 publiceerde <strong>het</strong> blad <strong>van</strong> den Franschen generalen<br />

staf, <strong>het</strong> „Echo de Paris", onthullingen er over, hoe de<br />

Fransche kommunistische partij sedert de maand April 1936<br />

de revolutioneering <strong>van</strong> Spanje voorbereid had. Uit de<br />

30 aanwijzingen, die ze aan de roode Spaansche milities gaf,<br />

slechts de volgende:<br />

Allen, <strong>van</strong> den soldaat tot den hoogsten officier, moeten in<br />

een <strong>van</strong> de volgende rubrieken met hun naam ingeschreven<br />

worden: a) vijanden, b) neutralen, c) met vriendschappelijke<br />

gezindheid, d) aanhangers. In geval <strong>van</strong> een opstand moeten<br />

de vijanden onmiddelijk gefusilleerd, de politieke tegenstanders<br />

en kapitalisten in preventive hechtenis genomen worden. Van<br />

de kapitalisten moeten uittreksels <strong>van</strong> hun rekeningen geeisc<strong>het</strong><br />

worden. Het gebruik maken <strong>van</strong> opruimbrigades moet<br />

zoo geschieden, dat elke groep buiten haar gewone omgeving<br />

werkt, om <strong>het</strong> opkomen <strong>van</strong> gewetensbezwaren te belemmeren."<br />

<strong>De</strong> Tsjeka-bureaux, waar<strong>van</strong> er acht in Madrid bestaan,<br />

hebben <strong>het</strong> recht, fusilleeringen zonder onderzoek te doen geschieden.<br />

Als bijzitters fungeeren in deze bureaux uit Duitschland<br />

gevluchte joden. Het aantal der te Madrid <strong>van</strong> af<br />

18 Juli 1936 tot Oktober <strong>van</strong> <strong>het</strong> zelfde jaar vermoorden<br />

wordt op meer dan 50.000 geschat.<br />

11 Bisschoppen en 16 750 priesters vermoord.<br />

Februari 1937 bracht de „Osservatore Romano" de volgende<br />

mededeeling: <strong>De</strong> bij den Paus ingekomen bewijsstukken<br />

toonen aan, dat in Spanje in <strong>het</strong> geheel elf bisschoppen en<br />

16.750 priesters_ door de bolsjewiken vermoord werden.<br />

<strong>De</strong> bolsjewisten rooven de Spaansche goud- en<br />

kunstschatten.<br />

Op 18 <strong>De</strong>cember 1936 werd gemeld: <strong>De</strong> safes <strong>van</strong> de Nationale<br />

Bank werden door de Bolsjewisten met snijbranders<br />

geopend. Acht groepen waren 14 dagen lang met de plundering<br />

bezig gehouden. Goud en zilver werd in alle huishoudingen<br />

gestolen. Er werd zooveel buit gemaakt, dat de<br />

goud- en zilverschatten in elkaar gestampt moesten worden,<br />

om bij <strong>het</strong> transport 'ruimte te winnen.<br />

Het Hollandsche blad „Nationale Dagblad" berichtte 17 November<br />

1936: Groote partijen der door de Spaansche bolsjewistische<br />

regeering naar <strong>het</strong> buitenland, hoofdzakelijk Rusland<br />

gebrachte juwcelen, die uit Spaansche kloosters, musea en<br />

partikulier bezit geroofd werden, zijn in Antwerpen, Parijs<br />

en Londen ten verkoop aangeboden.<br />

Bolsjewistische kinderroof in Spanje.<br />

Volgend een bericht <strong>van</strong> de „Arriba Espana" zouden begin<br />

1937 weer 4000 kinderen naar Sowjet-Rusland overgebracht<br />

worden. <strong>De</strong> bolsjewistische generaal Miajar verklaarde openlijk:<br />

„Ik zal strenge maatregelen nemen tegen die ouders, die<br />

willen verhinderen, dat men hun kinderen in .veiligheid'<br />

brengt. <strong>De</strong> kinderen behooren den staat, wiens wettelijke<br />

vertegenwoordiger de regeeringscommissie is, die daarom<br />

volgens eigen goeddunken met hun kan handelen."<br />

Oktober 1936 verklaarde de Centrale Raad <strong>van</strong> <strong>het</strong> sowjetrussische<br />

goddeloozenvcrbond: „Uit drieduizend Spaansche<br />

kinderen moeten in daarvoor passende internaten baanbrekers<br />

en propagandisten <strong>van</strong> de goddeloosheid gemaakt worden.<br />

Largo Caballero wordt tot eeregoddelooze benoemd."<br />

Verscherping <strong>van</strong> de goddeloozen-propaganda»<br />

In een verder appèl <strong>van</strong> genoemd goddeloozenvcrbond<br />

wordt gezegd: „Wij willen alle kerken <strong>van</strong> de geheele aarde<br />

in een reusachtige vlammenzee te gronde laten gaan."<br />

Het komende bloedbad in Frankrijk.<br />

Het te Warschau verschijnende joodsche blad „Hajnt"<br />

schreef in haar uitgave <strong>van</strong> 23 Juli 1936: <strong>De</strong> Spaansche<br />

kommunisten hebben den vijand gepermitteerd een tegenrevolutie<br />

op touw te zetten, terwijl in Sowjet-Rusland de<br />

vijanden meedoogenloos geëxecuteerd worden, zich dus niet<br />

meer kunnen verzetten. Dc Fransche jood zal aan<br />

de Sowjet-Republiek een voorbeeld nemen.<br />

U wordt beleefd verzocht, deze blaadjes aan L'w kennissen door<br />

te geven. — Verdere vlugschriften zijn gratis verkrijgbaar bij<br />

<strong>De</strong>utscher Fichte


Hoe Arbeidersdelegaties door Souiletrusland geleid uierden,<br />

Onthullingen <strong>van</strong> een tolk.<br />

In Sofia, de hoofdstad <strong>van</strong><br />

Bulgarije leefden de schrijver<br />

Iwan Solonewitsj en zijn vrouw<br />

Tamara. Op 3 Februari 193S<br />

werd in hun woning een pakket<br />

afgegeven. Toen <strong>het</strong> geopend<br />

werd ontplofteeenhelschwerktuig.<br />

<strong>De</strong> geheele woning werd<br />

vernield. Mijnheer Solonewitsj<br />

bleef ongedeerd. Mevrouw Solonewitsj<br />

en de secretaris<br />

werden gedood. Reeds gedurende<br />

hun laatste oponthoud<br />

te Parijs werd <strong>het</strong> echtpaar<br />

Tamara Solonewitsj.<br />

Solonewitsj met den dood gedreigd<br />

indien <strong>het</strong> zou voortgaan<br />

met tegen de Sowjets te<br />

schrijven.<br />

. In <strong>het</strong> jaar 1926 kreeg Mevrouw<br />

Solonewitsj in Moskou<br />

een betrekking als tolk. Wat zij daar beleefde heeft zij in<br />

een boek „Achter de coulissen <strong>van</strong> de sowjetpropaganda"<br />

(Essener Verlagsanstalt) beschreven. Daar door de daad <strong>van</strong><br />

de handlangers <strong>van</strong> Moskou de mond <strong>van</strong> Mevrouw Tamara<br />

voor altijd gesloten is, zal door dit blaadje een kort uittreksel<br />

uit <strong>het</strong> boek aan de wereld bekend gemaakt worden.<br />

Onverbiddelijk streng, aldus schrijft Mevrouw Tamara,<br />

sloot de Sowjetregeering de grenzen af. Er waren echter<br />

buitenlanders die naar de Sowjetrepubliek zelfs uitgenoodigd<br />

werden. Dat waren professoren, politici en bekende journalisten,<br />

arbeidersdelegaties en kommunisten von alle landen. Voor<br />

de Mei- en Octoberfeesten werden in Engelsche, Fransche en<br />

andere fabrieken vergaderingen gehouden, waar een redenaar<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> „Gezelschap voor vreugde in de Sowjetrepubliek"<br />

(wat de arbeiders natuurlijk niet weten) uitnoodigte tot <strong>het</strong><br />

kiezen <strong>van</strong> gedelegeerden. Vanaf <strong>het</strong> oogenblik <strong>van</strong> <strong>het</strong> overschrijden<br />

<strong>van</strong> de grens waren zij gasten <strong>van</strong> de Sowjet-Unie.<br />

Na hun terugkeer in kun land moesten zij in arbeidersvergaderingen<br />

lofreden houden.<br />

Een Engelsche bergarbeiders-delegatie is aangekomen; ik<br />

word er als tolk aan toegevoegd. Op <strong>het</strong> perron verschijnen<br />

mijn Engelschen, voorts de vrouwelijke tolk Sofia Petrowna<br />

en andere lieden. Twee wagens vallen op: een internationale<br />

en een blauwe. „Moskou—Charkow—Sewastopol"<br />

staat op den wagen. Ik stap in den internationalen wagen,<br />

in den blauwen stappen Sofia Petrowna, de leider der delegatie<br />

Mr. Latham en de secretaris Smith. Zooals later bleek<br />

was de blauwe wagen de vroegere salonwagen <strong>van</strong> de czarinmoeder<br />

Maria Feodorowna. In dezen wagen stapten ook nog<br />

een groote iets gebochelde man met een langen neus, die<br />

Sluskij heette en de leider <strong>van</strong> ons geheele reisgezelschap,<br />

Gorbatsjow. Als secretaris <strong>van</strong> <strong>het</strong> centrale comité <strong>van</strong> zijn<br />

vakvereeniging was hij een gewichtig heerschap. Sluskij<br />

was, zooals ik later vernam, agent <strong>van</strong> de Komintern.<br />

In den internationalen wagen werden de overige 18 mannelijke<br />

en vrouwelijke leden <strong>van</strong> de delegatie ondergebracht,<br />

buitendien de administrateur Bojarskij.<strong>De</strong> geleidemanschappen<br />

waren gewapend.<br />

Enkele deelnemers, b. v. Mr. Paul, Williams en Lloyd Davis<br />

waren in werkelijkheid geen gedelegeerden. Paul was Engelsch<br />

kommunist en redacteur <strong>van</strong> <strong>het</strong> kommunistische blad „Sunday<br />

Worker". Zijn bezigheid bestond daarin, dat hij zijn<br />

Russische kameraden hielp om zijn eigen landslui dom te<br />

maken.<br />

Ik was met Mrs. Cook, Mrs. Chester en nog een Engelsche<br />

vrouw in een compartiment ondergebracht. Onze reis duurde<br />

veertig dagen. Gedurende dezen geheelen tijd was ons compartiment<br />

niet alleen ons slaapvertrek maar ook onze woning.<br />

Toen onze reis wat lang begon te duren wond zich de<br />

Engelsche federatie in Londen op en bombardeerde Latham<br />

en Smith met telegrammen. Ik zag hoe deze in de zakken <strong>van</strong><br />

Dorbatsjow verdwenen. <strong>De</strong> Engelschen vernamen er niets <strong>van</strong>.<br />

Overal waren als voorspiegeling <strong>van</strong> een grooten welstand<br />

weelderige ontbijt-, middag- en avondtafels opgebouwd; er<br />

waren feestmalen, waar cognac en champagne overvloedig<br />

stroomde. Toch hebben deze eenvoudige Engelschen <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

geheele bedrog veel meer gemerkt dan Bernard Shaw, Laval<br />

of zelfs Herriot.<br />

In <strong>het</strong> Don-gebied. Overal steppe, onzindelijkheid,<br />

troostelooze, woestenij. Zelfs de reien nieuwe mijnwerkerswoningen<br />

konden den indruk <strong>van</strong> armoede niet wegwisschen.<br />

Wij treden een dergelijk huisje binnen. In elk <strong>van</strong> de drie<br />

kamers huist een arbeidersfamilie. Ze slapen blijkbaar op den<br />

vloer, daar ik niets kan ontdekken wat op een bed lijkt.<br />

I n d e m ij n. Van links komt plotseling een vrouw met een<br />

paard. Onze Engelschen rekken de halzen: „Oh, comrade<br />

Tamara! Is er dan vrouwenarbeid geoorloofd in de Sowjetmijnen?"<br />

Ik vertaal deze vraag voor den directeur <strong>van</strong> de<br />

mijn. Met tegenwoordigheid <strong>van</strong> geest antwoordt deze vlug.<br />

„Neen, bij ons worden geen vrouwen aan <strong>het</strong> werk gezet."<br />

,,0h well, maar zoo juist is er toch een vrouw met een paard<br />

voorbij gegaan!" „Dat was alleen maar toevallig. Ze heeft<br />

haar man <strong>het</strong> ontbijt in de mijn gebracht en hij heeft haar<br />

gevraagd om <strong>het</strong> paard naar de drenkplaats te leiden." —<br />

„Merkwaardig, hoogst merkwaardig!"<br />

Toen wij weer omhoog stegen keken ons mijnwerkers met<br />

vodden om <strong>het</strong> lichaam somber aan, Mr. Jones lachte hen aan<br />

en liet daarbij zijn gouden tanden zien. Een hunner riep:<br />

„Kijk dien kapitalist, hij heeft zijn muil vol goud en wij verrekken<br />

<strong>van</strong> den honger!"<br />

Voor <strong>het</strong> middageten wilden mijn Engelsche dames zich nog<br />

even „verwijderen". Wij gingen den tuin in. Mrs. Cook betrad<br />

als eerste <strong>het</strong> bewuste huisje. Een schreeuw <strong>van</strong> ontzetting;<br />

als een pijl kwam ze weer naar buiten geschoten en begon te<br />

braken. <strong>De</strong> andere Engelsche dames kwamen naderbij. Een<br />

stortvloed <strong>van</strong> verontwaardigde uitroepen verklaarde mij de<br />

reden <strong>van</strong> hun ontzetting. Zooals zoo vaak moesten wij met<br />

de „vrije natuur" vorlief nemen,<br />

's Morgens gingen de Engelschen, wanneer de trein stilstond<br />

gewoonlijk naar <strong>het</strong> balkon om hun schoenen te poetsen. Mij<br />

was opgevallen, dat ze dan telkens in papier gewikkelde<br />

pakjes met etensrestjes meenamen en daarbij heel geheimzinnig<br />

deden. Ik volgde daarom op zekeren dag Mrs. Grey<br />

en zag dat zij zulk een pakje onder den wagen schoof terwijl<br />

er sich een vuile kinderhand uitstrekte. Oho! Besprisorniki!<br />

<strong>De</strong>ze verwaarloosde kinderen verstoppen zich gedurende <strong>het</strong><br />

oponthoud onder de buffers of boven de assen en bedelen om<br />

brood.<br />

Op een goeden morgen komt Mrs. Grey opgewonden en<br />

bleek <strong>het</strong> compartiment binnenvliegen, valt in een hoek neer<br />

en begint te snikken. „Wat scheelt U?' Ik vernam dat de<br />

reisbegleider Sergej een <strong>van</strong> de arme jongetjes doodgeschoten<br />

had.<br />

Op een ander station zouden de Engelschen <strong>van</strong> uit <strong>het</strong><br />

raam <strong>van</strong> hun waggon een toespraak houden. Plotseling vloog<br />

een ineengefrommeld stukje papier door <strong>het</strong> venster naar<br />

binnen. Er op stond:<br />

No. 1034 — Nederl.


„Engelsche kameraden! Jullie worden <strong>van</strong> voren en <strong>van</strong><br />

achteren bedrogen. <strong>De</strong> Sowjets hebben ons hier een<br />

koord om den hals gelegd. Helpt ons, broeders, en vertelt<br />

bij jullie in Engeland hoe wij hier allen <strong>van</strong> ellende<br />

verrekken."<br />

„Nu, waarom vertaalt U niet?" Sluskij nam mij <strong>het</strong> briefje<br />

uit de hand en las aan de Engelschen voor: „Hier staat, dat<br />

onze mijnwerkers jullie welkom heeten, kameraden, en <strong>het</strong><br />

spijt hun, dat jullie hier niet willen blijven."<br />

Eens toen de delegatie weer naar den trein ging werd een<br />

<strong>van</strong> de gedelegeerden een briefje toegestoken. Laat in den<br />

nacht toonde Sofia <strong>het</strong> mij.<br />

„Dierbare broeders! Ze bedriegen jullie. Ze scheuren ons<br />

<strong>het</strong> brood tusschen de tanden weg. Gelooft hen niet,<br />

kameraden! <strong>De</strong> Sowjet-regeering grijpt ons bij de keel<br />

en maakt jullie wijs dat bij ons vrijheid heerscht."<br />

In T i f 1 i s tegenover <strong>het</strong> restaurant waar wij ontbeten<br />

was een sigarenwinkel. Een Engelschmann stak de straat over<br />

om sigaren te koopen. Toen hij terugkwam begonnen ze<br />

heimelijk te fluisteren. Dadelijk gingen ook anderen naar<br />

den winkel. Sluskij sloot sich nu bij hen aan. Plotseling kwam<br />

hij zoo rood als een kreeft den winkel uit. Het bleek dat de<br />

eerste Engelschman bij <strong>het</strong> koopen <strong>van</strong> sigaren een bankbiljet<br />

<strong>van</strong> een pond ingewisseld had. Tot nu toe hadden de<br />

Engelschen hun bankbiljetten bij Bojarskij ingewisseld, die<br />

hun 20 roebel voor <strong>het</strong> pond had gegeven. In den sigarenwinkel<br />

kregen zij echter 100 roebel voor een pond.<br />

Ons werd opgedragen om aan de Engelschen duidelijk te<br />

maken, dat de sigarenverkooper een kwaadwillige speculant<br />

was. In <strong>het</strong> vervolg moesten zij hun ponden alleen bij<br />

Bojarskij inwisselen. Sluskij hield hun zelfs een kleine strafpredikatie.<br />

<strong>De</strong> Engelschen schenen wel iets beteuterd, maar<br />

's avonds hoorde ik hoe Mr, Jones tegen zijn buurman aan<br />

tafel zei: „I suppose we are damnably fooled here." (Het<br />

lijkt mij dat men ons hier verduiveld voor de gek houdt.)<br />

<strong>De</strong> „bewerking". Het werk <strong>van</strong> Sofia Petrowna was<br />

voor de bolsjewisten onbetaalbaar, want met haar innemend<br />

wezen kon zij met <strong>het</strong> ernstigste gezicht een onzin tappen,<br />

dien de Engelschen <strong>van</strong> geen ander geloofd zouden hebben.<br />

Gorbatsjow en Sluskij hadden Sofia in den keizerlijken salonwagen<br />

ondergebracht, omdat zij hun daar bijzonder <strong>van</strong> dienst<br />

kon zijn. Gedurende de geheele reis bewerkte ze namelijk<br />

den delegatieleider Latham en den secretaris Smith, <strong>De</strong>ze<br />

moesten nu zoo beinvloedt worden dat ze door hun slotdeclaratie<br />

en kranteninterviews in tegenstelling met hun sociaaldemocratische<br />

leiders zouden geraken en <strong>het</strong> succes <strong>van</strong> de<br />

Sowjets tot in de wolken zouden verheffen. <strong>De</strong> zittingen <strong>van</strong><br />

deze „cel" vonden bijna dagelijks plaats en duurden vaak tot<br />

laat in den nacht. Bij de besprekingen waren ook die Engelschen<br />

tegenwoordig die kommunisten waren. <strong>De</strong>ze onderwierpen<br />

zich daarbij volkomen aan de voorschriften <strong>van</strong> hun<br />

Russische kameraden.<br />

Eerst later werd <strong>het</strong> mij duidelijk waarom de bolsjewisten<br />

zoo veel waarde hechtten aan <strong>het</strong> onderteekenen <strong>van</strong> de slot-<br />

declaratie. Ze gingen er <strong>van</strong> uit dat, als een gedelegeerde een<br />

keer zijn naam onder de resolutie gezet had, hij later thuis<br />

zelden den moed zou vinden om iets anders te bekennen.<br />

Ten slotte, na <strong>het</strong> bezoek aan een school in <strong>het</strong> naphtagebied,<br />

waar de Engelschen door de armoedigheid <strong>van</strong> de<br />

klassen onaaangenaam getroffen werden, besteeg de delegatie<br />

den trein die ze in drie dagen en vier nachten naar Moskou<br />

moest brengen, Sluskij verklaarde ons heimelijk: „Nu, kameraden<br />

tolken, nu aan <strong>het</strong> werk. Ik waarschuw U. wanneer de<br />

delegatie de resolutie niet onderteekent zult U er voor verantwoordelijk<br />

gemaakt worden!"<br />

<strong>De</strong> eerste dag <strong>van</strong> de terugreis was achter den rug toen ik<br />

plotseling geroepen werd om dienst te doen, Gorbatsjow:<br />

,,Zeg hun dus, dat hun leiders, die sociaalverraders, die Macdonalds,<br />

Hendersons, verraders <strong>van</strong> de arbeidersklasse zijn en<br />

dat men ze zoo spoedig mogelijk moet ophangen. Zeg dat<br />

tegen die hondsvotten,"<br />

<strong>De</strong> Engelschen luisterden ingespannen en stelden vragen.<br />

Daarom werd hun altijd meer cognac ingeschonken. Sluskij<br />

meldde zich: „Wanneer eerst in Engeland de Sowjets regeeren<br />

is de wereldrevolutie verzekerd."<br />

Het lukte den bolsjewisten echter niet de punten over <strong>het</strong><br />

verraad <strong>van</strong> de leiders der vakvereenigingen en de herschepping<br />

<strong>van</strong> Engeland in een Sowjet-staat in de declaratie te<br />

doen opnemen. In tegendeel. Niettegenstaande <strong>het</strong> heftig verweer<br />

<strong>van</strong> Gorbatsjow en Sluskij zetten de Engelschen door<br />

dat de volgende verklaring in de declaratie opgenomen werd:<br />

„Het moet onvoorwaardelijk worden geconstateerd dat de<br />

sanitaire toestanden in alle arbeidersdistricten die wij<br />

bezocht hebben uiterst onhygiënisch zijn en onmiddelijke<br />

verbetering noodzakelijk is. Ook is onmiddelijke vermeerdering<br />

<strong>van</strong> de zorgen voor de zwervende kinderen<br />

wenschelijk."<br />

In Moskou wendden zich de beide Engelsche kommunisten<br />

Williams en Lloyd Davis tot mij met <strong>het</strong> verzoek om te bestellen<br />

dat ze geen penny meer op zak hadden en dat <strong>van</strong><br />

een hunner de broek en <strong>van</strong> den anderen de laarzen gescheurd<br />

waren. Ik bracht dit verzoek over en hoorde bij <strong>het</strong><br />

naar buiten gaan dat er gezegd werd: „Sofia, vertel hun dat<br />

ik geen ponden gekregen heb en dat ze daarom met dollars<br />

voorlief moeten nemen,"<br />

In <strong>het</strong> jaar 1932 lukte <strong>het</strong> mij na lange bemoeiingen om<br />

mijn pas te krijgen om Rusland te kunnen verlaten. In mijn<br />

compartiment zat een jonge Duitscher. We kwamen aan <strong>het</strong><br />

Duitsche grensstation. <strong>De</strong> jonge Duitscher werd gearresteerd.<br />

Hij had geen bagage. Later las ik dat aan de grens de kommunist<br />

X, gearresteerd was, die twee jaar geleden aan een<br />

gewapenden overval op een nationaal-socialistisch partijlokaal<br />

had deelgenomen waarbij twee nationaalsocialisten<br />

gedood werden. Hij had een zware straf te verwachten. Nu<br />

verklaarde hij voor de rechtbank:<br />

„Ik ben naar Duitschland teruggekeerd omdat ik liever<br />

mijn straf in een Duitsche ge<strong>van</strong>genis wil ondergaan dan<br />

nog langer de ellende in de Sowjet-Unie verdragen."<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hambu rg 13, Hochallee 127.<br />

Falken-Verlag, Hamburg<br />

Wih.


Wat voerden de joodsche Sowjet-machthebbers in <strong>het</strong> schild?<br />

Door generaal E. v. Miller (-f-), Parijs.<br />

Einde September <strong>van</strong> <strong>het</strong>'<br />

jaar 1937 werd te Parijs de<br />

leider <strong>van</strong> de Russische<br />

frontstrijders-organisatie, generaal<br />

E. v, Miller, op klaarlichten<br />

dag overweldigd, in<br />

een auto geworpen en ontvoerd.<br />

Dit was voor <strong>het</strong><br />

blad „L'Epoque" aanleiding<br />

om den Franschen Minister<br />

<strong>van</strong> Buitenlandsche Zaken de<br />

vraag te stellen, of ter zake<br />

<strong>van</strong> deze ontvoering diplomatieke<br />

stappen gedaan waren.<br />

Al zou men ook, zoo schrijft<br />

hat blad, nooit meer iets<br />

naders over <strong>het</strong> lot <strong>van</strong> generaal<br />

v. Miller te weten<br />

komen, dan weet men toch<br />

Generaal E. v. Miller genoeg om met zekerheid<br />

de Sowjetrussische autoriteiten<br />

te Parijs te kunnen aanklagen. <strong>De</strong> aanwezigheid <strong>van</strong><br />

den Sowjetrussischen generaal Skoblin tijdens de -ontvoering<br />

<strong>van</strong> v. Miller voor een der tot <strong>het</strong> Sowjetrussische gezantschap<br />

behoorende gebouwen, de reis <strong>van</strong> de grijze auto <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

Sowjetrussische gezantschap naar Le Havre, en <strong>het</strong> transport<br />

<strong>van</strong> de zware kist aan bord <strong>van</strong> de Sowjetrussische stoomboot<br />

„Maria Uljanowa", die onmiddelijk darna naar Leningrad<br />

vertrok, dat alles zijn omstandigheden, waaruit duidelijk de<br />

schuld <strong>van</strong> de Sowjetrussische geheime organisatie aan deze<br />

euveldaad blijkt.<br />

In <strong>het</strong> navolgende door hem zelf geschreven opstel onthult<br />

generaal v. Miller <strong>het</strong> gevaar dat de G.P.Oe. ook voor de<br />

democratisch geregeerde westersche staten beteekent. Het<br />

is ontzettend dat de leider <strong>van</strong> de Russische frontstrijdersorganisatie<br />

zich niet aan dit gevaar kon onttrekken, ofschoon<br />

hij er volkomen <strong>van</strong> op de hoogte was. Generaal v. Miller<br />

schreef:<br />

Ten gevolge <strong>van</strong> een zekere gemakzucht is men in <strong>het</strong><br />

algemeen geneigd om de onderaardsche plannen en samenzweringen<br />

<strong>van</strong> de Sowjet-Organisaties in de geheele wereld<br />

eenvoudig voor leugens en hersenschimmen <strong>van</strong> emigranten<br />

en contra-revolutionairen te houden. Maar alleen reeds de<br />

gewelddadige ontvoering <strong>van</strong> generaal Koetjepof en de ternauwernood<br />

gelukte ontvluchting <strong>van</strong> Bessedowsky, de voormalige<br />

zaakgelastigde aan <strong>het</strong> Sowjetrussische gezantschap<br />

te Parijs, hadden genoeg te denken moeten geven.<br />

<strong>De</strong> geheimzinnige macht <strong>van</strong> de G.P.Oe, is niet verzonnen,<br />

ze is een feit. <strong>De</strong> G.P.Oe. matigt zich in Rusland en in andere<br />

landen de macht over leven en dood aan. Ook in Frankrijk is<br />

niemand voor haar veilig. Het hoofdkwartier <strong>van</strong> de bloeddorstige<br />

organisatie der G.P.Oe. bevindt zich in <strong>het</strong> groote<br />

huizenblok <strong>van</strong> een voormalige school in de Lubjanskaja, een<br />

<strong>van</strong> de hoofdstraten <strong>van</strong> Moskou. In de kelders werden cellen<br />

ingericht, waarin duizenden, die er zonder proces of vonnis<br />

opgesloten werden, alle kwellingen <strong>van</strong> een langzamen dood<br />

moesten doorstaan. Waarom een verhoor, waarom een<br />

proces? G.P.Oe. heeft zich om dergelijke formaliteiten niet<br />

te bekommeren, ze moet slechts de bevelen <strong>van</strong> Stalin uitvoeren<br />

en verder niets. In de hoogere verdiepingen <strong>van</strong> dit<br />

gebouv broeden de stille verklikkers en ergste despoten hun<br />

plannen uit. Hier loopen de draden uit alle deelen <strong>van</strong> Rusland<br />

bijeen. Hier worden de bevelen tot aanhouding uitgevaardigd,<br />

de terroristen voor hun expedities uitgerust en <strong>van</strong><br />

hier ont<strong>van</strong>gen de Russische geheime agenten in <strong>het</strong> buitenland<br />

hun instructies.<br />

<strong>De</strong> G.P.Oe. is uniek. Geen enkele staat beschikt over een<br />

politieministerie met een dergelijke onafhankelijkheid. <strong>De</strong><br />

G.P.Oe. staat onmiddelijk onder Stalin-, Wie zich tegen de<br />

politieke werkwijze <strong>van</strong> Stalin verzet wordt uit den weg geruimd,<br />

onverschillig of hij boer.of arbeider, partijkommunist<br />

of erkend leider is. Tegen de beslissingen en handelingen<br />

<strong>van</strong> de G.P.Oe, is geen verweer mogelijk. Wordt een verdachte<br />

door de rechtbank vrijgesproken, dan houdt de G.P.Oe.<br />

hem eenvoudig in de ge<strong>van</strong>genis vast naar goeddunken en<br />

niemand bekommert zich verder om zijn lot. Zelfs de volkscommissarissen<br />

zijn er machteloos tegen.<br />

Gedurende langen tijd bevond zich de „wreedste man <strong>van</strong><br />

de kommunistische partij", Dsarsjinski, aan <strong>het</strong> hoofd<br />

<strong>van</strong> de G.P.Oe,, die toen nog „Tsjeka" (speciale commissie)<br />

heette. Het zinnelooze razen en moorden <strong>van</strong> dezen man verwekte<br />

de verontwaardiging von de geheele wereld, zoodat de<br />

partijleiders de Tsjeka moesten omvormen. Ze kreeg een<br />

nieuw vernis en werd G.P.Oe. genoemd. <strong>De</strong> Tsjeka, zoo<br />

heette <strong>het</strong>, Was afgeschaft. Dsersjinski stierf spoedig daarna;<br />

zijn opvolgers waren nauwelijks minder wreed, maar ze hadden<br />

minder macht.<br />

In de kleinste dorpen <strong>van</strong> Rusland evenals in de groote<br />

steden <strong>van</strong> West-Europa werken G.P.Oe.-agenten, D o u i 1 e t ,<br />

een lid <strong>van</strong> de Nansen-commissie <strong>van</strong> den volkenbond, had<br />

de gelegenheid in kamer 186 <strong>van</strong> <strong>het</strong> huis <strong>van</strong> de Tsjeka-<br />

G.P.Oe. een met veel vlaggetjes bespelde kaart <strong>van</strong> Europa te<br />

zien. Ieder vlaggetje beteekend een G.P.Oe.-bureau. In zijn<br />

boek „Moscou sans voiles" (Moskou zonder sluier) schrijft<br />

Douilet:<br />

„Ik heb de kaart met mijn eigen oogen gezien. Er bestaat geen stad<br />

en geen land waar de toekomstige Tsjeka niet reeds gevestigd is. In al<br />

deze gebieden wordt een om<strong>van</strong>grijke spionnage gedreven. Zwarte lijsten<br />

worden gevoerd over diegenen, die dadelijk na de zege <strong>van</strong> bet kommunisme<br />

vermoord moeten worden."<br />

Het aantal Sowjetrussische spionnen —• Russische<br />

„seksots" — gaat waarschijnlijk in de honderdduizenden. <strong>De</strong><br />

G.P.Oe, zelf schat dat elke dertiende ingezetene <strong>van</strong> Rusland<br />

een „seksot" is. Velen beschouwen <strong>het</strong> om zoo te zeggen als<br />

een eerebaantje; ten deele vreezen ze zelf een vervolging<br />

door de G.P.Oe. Daarnaast beschikt de G.P.Oe. natuurlijk<br />

over een heir <strong>van</strong> betaalde, zelfs zeer goed betaalde agenten<br />

en over een irnichtingen-afdeeling (Infang), die aan de agenten<br />

<strong>van</strong> tijd tot tijd instructies doet toekomen. Belangrijke opdrachten<br />

hebben de beide buitenlandsche afdeelingen, de<br />

C.R.O. (tegenspionnage) en de I.N.O, uit te voeren. Naar alle<br />

werelddeelen vliegen hun bevelen en berichten en hun plannen<br />

voor <strong>het</strong> uitlokken <strong>van</strong> een Putsch,<br />

<strong>De</strong> wederopname <strong>van</strong> de diplomatieke betrekkingen met<br />

andere landen heeft <strong>het</strong> werk <strong>van</strong> de G.P.Oe. in <strong>het</strong> buitenland<br />

aanmerkelijk vergemakkelijkt. Men leeft als attaché en<br />

geniet op die wijze de bescherming <strong>van</strong> de diplomatieke onaantastbaarheid.<br />

Ieder agent die bij een Russische' gezantschap<br />

ingedeeld is stelt zijn berichten op in een voor de<br />

G.P.Oe. gereserveerde ruimte waar zelfs de gezant geen toegang<br />

heeft. Het schrijven wordt door den agent gesloten en<br />

door den gezant in tegenwoordigheid <strong>van</strong> den agent verzegeld.<br />

<strong>De</strong> enveloppe gaat dan met de bagage <strong>van</strong> den diplomatieken<br />

koerier over de grens.<br />

Tegen de macht <strong>van</strong> de G.P.Oe, zijn ook de Russische<br />

diplomaten machteloos. Ook Bessedowski zou reddeloos aan<br />

haar overgeleverd geweest zijn, indien hij niet juist op tijd<br />

na de aankomst <strong>van</strong> den Russischen commissaris gevlucht was.<br />

Nooit zal men achter de geheimen <strong>van</strong> de misdaden en de<br />

plannen <strong>van</strong> de G.P.Oe. komen, ook dan niet wanneer op<br />

zekeren dag aan de geheele Sowjetheerschappij een plotseling<br />

einde mocht komen.<br />

Er bestaat voor ons slechts dat ééne: Onverzoenlijkheid<br />

tegenover <strong>het</strong> bolsjewisme. Dat is ons geloof. Maar een geloof<br />

zonder daden is een doode letter. <strong>De</strong> onverzoenlijkheid eischt<br />

daden, strijd tot de volledige vernietiging <strong>van</strong> den vijand.<br />

En daar er geen vrede met dezen vijand kan en mag bestaan:<br />

strijd tot dat de volledige overwinning behaald is!


Engeland en de Sowjets<br />

Reeds voor <strong>het</strong> uitbreken <strong>van</strong> den oorlog had Engeland<br />

maandelang door <strong>het</strong> uitzenden <strong>van</strong> diplomaten en militaire<br />

missies naar Moskou getracht, dej Sowjets over te halen,<br />

reeds op den dag <strong>van</strong> de Engelsche oorlogsverklaring naar<br />

de wapens te grijpen. <strong>De</strong>ze meenden echter wijzer te doen<br />

met eerst de westersche plutocratie tegen den gehaten Duitschen<br />

staat <strong>van</strong> leer te laten trekken. Beide moesten zich als<br />

<strong>het</strong> kon in jarenlangen strijd uitputten. Voor dit uur bereidden<br />

zich de Sowjets voor om dan, hand in hand met de in alle<br />

werelddeelen werkende G.P.Oe. de vernietiging <strong>van</strong> de kuituur<br />

en de civilisatie, m. a. w. de wereldrevolutie te bereiken.<br />

Duitschland heeft den eenigen weg beschreden die mogelijk<br />

was, om den strijd op leven en dood, die gelijktijdig tegen<br />

de Sowjets en de westersche plutocratie had gevoerd moeten<br />

worden, te vermijden. Het zou op zelfmoord gelijkende<br />

waanzin geweest zijn, ter wille <strong>van</strong>. verkeerd begrepen principes<br />

stilzwijgend toe te laten dat de Sowjets den kring der<br />

aanvallers tegen Duitschland zouden sluiten. Daarom was <strong>het</strong><br />

pakt, dat Duitschland met Rusland sloot een niet-aanvalspakt,<br />

dus een pakt voor <strong>het</strong> behoud <strong>van</strong> den vrede. In tegenstelling<br />

daarmede was <strong>het</strong> Engelsen-Russische pakt een<br />

oorlogsverbond, waardoor Europa aan <strong>het</strong> bolsjewisme moest<br />

worden uitgeleverd.<br />

Toen in Engeland geestdriftig de inmenging <strong>van</strong> Rusland<br />

in den oorlog gevierd werd en men zelfs de schaamteloosheid<br />

zoo ver dreef, dat men in Engelsche kerken voor de overwinning<br />

<strong>van</strong> de Sowjetwapens liet bidden, trachtten de Brittische<br />

raddraaiers voor de openbare meening alles te verdoezelen<br />

wat vroeger tegen Sowjet-Rusland d^zegd of geschreven<br />

was.<br />

Wat zich in de eerste dagen <strong>van</strong> den oorlog tegen de<br />

Sowjet-Unie in Engeland afspeelde zou in Duitschland onmogelijk<br />

geweest zijn. <strong>De</strong> Engelsche omroepstations speelden<br />

de Internationale en vierden, evenals Britsche diplomaten,<br />

de wapenbroederschap met de Sowjets door deze als medewerkers<br />

voor de ware idealen <strong>van</strong> <strong>het</strong> menschdom voor te<br />

stellen.<br />

Niettegenstaande de scherpste bewaking en afsluiting<br />

hebben de joodsch-bolsjewistische machthebbers niet kunnen<br />

verhinderen dat o. a. <strong>het</strong> volgende bekend werd:<br />

1. Bijna alle hoogste machtposities waren door joden bezet,<br />

(Een lijst met de namen <strong>van</strong> deze joden bevat <strong>het</strong><br />

vlugschrift nr. 924.)<br />

2. <strong>De</strong> geheele Russische intelligentie werd vermoord. In <strong>het</strong><br />

geheel zijn gedurende de joodsch-bolsjewistische heerschappij<br />

in Rusland tot <strong>het</strong> jaar 1937 door de G.P.Oe.<br />

rormoord, behalve de tsarenfamilie: 4.910 bisschoppen<br />

en priesters, 7.824 onderwijzers en professoren, 8.920<br />

artsen, 65,000 politieambtenaren, 75.490 officieren 120.600<br />

beambten, 360.000 soldaten, 420.000 intellectueelen,<br />

48.000 veldwachters, 892.000 arbeiders en 9,600.000 boeren.<br />

Ook aan de Engelsche machthebbers zijn de afschuwelijke<br />

misdaden der Sowjetrussische machthebbers in voldoende mate<br />

bekend. Immers de heer Churchill zeide zelf op 20 Januari<br />

1940 vor de radio:<br />

,,<strong>De</strong> voor <strong>het</strong> menschdom volbrachte prestaties <strong>van</strong> Finland<br />

zijn wonderbaar. Iedereen kan thans zien hoe <strong>het</strong> kommunisme<br />

den innerlijken samenhang <strong>van</strong> een natie ondermijnt,<br />

hoe <strong>het</strong> in tijden <strong>van</strong> vrede tot verworpenheid en honger, in<br />

tijden <strong>van</strong> oorlog tot verachtelijkheid en gemeenheid leidt."<br />

Het doel <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewisme was; de oprichting <strong>van</strong> een<br />

joodsche heerschappij over de geheele wereld. In <strong>het</strong> jaar<br />

1941 zou de revolutioneering <strong>van</strong> Europa met wapengeweld<br />

voorwaarts gestuwd worden, Adolf Hitier zag vroegtijdig <strong>het</strong><br />

gevaar. Het Sowjet-Russische leger, dat voor den oorlog niet<br />

alleen tegen Duitschland, maar tegen geheel Europa opgemarcheerd<br />

was, wefd uiteengejaagd. Daardoor heeft Adolf<br />

Hitier Europa voor de vreeselijkste ellende behoedt. Bijna<br />

alle landen <strong>van</strong> Europa hebben vrijwillige legioenen als helpers<br />

gestuurd.<br />

Engeland daarentegen beloofde den Russen bijstand en hulp.<br />

Daardoor werd verraden dat de joodsch-plutocratische laag<br />

Engelands <strong>het</strong>zelfde doel heeft als de sowjet-joodsche machthebbers<br />

in Rusland, namelijk de vernietiging <strong>van</strong><br />

de Europeesche kuituur en de oprichting <strong>van</strong><br />

de jodenheerschappij over de Europeesche<br />

volken.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President H einrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127.<br />

Falken-Verlag, Hamburg.<br />

Wih.


Wie verdient aan den oorlog?<br />

Te allen tijde zijn er gewetenloze menschen geweest, die in<br />

hunne begeerigheid naar goud geheele volken in nood en ellende<br />

gebracht hebben. <strong>De</strong>ze menschen zijn <strong>het</strong> dan ook, die de volken<br />

altijd weer in nieuwe oorlogen ophitsen. Eene zeer belangrijke<br />

bekentenis heeft de Londensche „Times" <strong>van</strong> 3 Maart 1917 gebracht.<br />

<strong>De</strong>ze publicatie is ook nog <strong>van</strong> bijzonder belang, omdat<br />

zij reeds voor de deelneming <strong>van</strong> de Vereenigde Staten aan<br />

den wereldoorlog heeft plaats gevonden. Het was de amerikaansche<br />

Jood Isaac Marcussohn, wiens volgende woorden<br />

gedrukt werden: „<strong>De</strong> oorlog is een reusachtige zaak, waarbij<br />

niet de heldenmoed der soldaten <strong>het</strong> schoonste is, maar wel<br />

de organisatie der zaken. Amerika is trotsch om den gunstigen<br />

staat waarin zich zijn zaken bevinden".<br />

Van alle staten <strong>van</strong> Europa heeft Frankrijk de meeste oorlogen<br />

gevoerd! Alleen de zestiende en de zeventiende eeuw hebben<br />

voor Frankrijk 154 oorlogsjaren gebracht. Het is nu echter<br />

karakteristiek, dat gedurende deze oorlogsjaren en bijzonders<br />

ook gedurende de bloedige uiteenzettingen tusschen Frankrijk en<br />

Engeland, die <strong>van</strong> 1688 tot 1815 duurden, de financiers, zooals<br />

de leveranciers <strong>van</strong> oorlogs- en legervoorraden op beide zijden<br />

Joden waren.<br />

In Frankrijk heeft gedurende langen tijd de Jood Samuel<br />

B e r n a r d („le juif Bernard") een rol gespeeld. In Engeland<br />

was <strong>het</strong> o. a. de bankier <strong>van</strong> den engelschen veldheer Lord<br />

Marlborough, de Jood Medina. <strong>De</strong>ze laatste heeft aan den<br />

veldheer een jaarlijksch pensioen <strong>van</strong> 6000 pond sterling gegeven<br />

en hij kreeg daarvoor als eerste de berichten <strong>van</strong> de veldtochten.<br />

In de kroniek uit die dagen staat woordelijk: „<strong>De</strong> zegedagen<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> engelsche leger waren voor hem even winstbringend<br />

als zij roemrijk waren voor de engelsche wapens. Alle kunstgrepen<br />

<strong>van</strong> de hausse en <strong>van</strong> de baisse, de valsche berichten <strong>van</strong><br />

den oorlogsplaats, de vermeende aangekomen koeriers, <strong>het</strong> geheele<br />

geheime raderwerk <strong>van</strong> den Mammon, was den eersten<br />

joodschen vaderen <strong>van</strong> de Londensche Beurs bekend, en werd<br />

door hen behoorlijk gebruikt."<br />

Voor geen enkelen staat bestond toenmaals eene uitzondering.<br />

<strong>De</strong> zaken der, wapen- en legerleveranciers bloeide evenwel<br />

in de vredes- als in de oorlogstijden. Aanstonds na den dertigjarigen<br />

oorlog brachten de Joden Qumperz en Elias al<br />

<strong>het</strong> in Europa berijkbare krijgsmateriëel in hun bezit en stapelden<br />

<strong>het</strong> in hunne filialen in Amsterdam, Lübeck en Hamburg op.<br />

üeschutten, geweren, schietpoeder, monteeringen, alles bevond<br />

zich in hunne handen en werd met reusachtigen winst verder<br />

verkocht.<br />

Zelfs Frederik de Groote, de koning <strong>van</strong> PreuBen, die bijzondere<br />

scherpe wetten tegen de Joden uitgevaardigd had, moest<br />

een deel <strong>van</strong> zijn legervoorraden bij Joden bestrijden. <strong>De</strong> historicus<br />

Brabant beklaagt zich bitter: „Zestig leveranciers,<br />

alles Joden, hadden de verpleging <strong>van</strong> <strong>het</strong> leger in hunne handen.<br />

Voor hen gold alleen <strong>het</strong> voordeel dat zij voor hun zaken konden<br />

behalen. Uit alle akten der kringen en der staven blijkt, dat <strong>het</strong><br />

schaamteloze voordeeldoen der leveranciers Zacharias en<br />

Elias Uumperz, Abraham Mendel, Levi Seligm<br />

a n n en aanhangers overal <strong>het</strong> zelfde was."<br />

Ook gedurende den amerikaanschen burgeroorlog beklaagde<br />

men zich overal over <strong>het</strong> veelvoudig, in een woord, hoogverraderlijke<br />

drijven der Joden. Als echte hyenas <strong>van</strong> <strong>het</strong> slagveld<br />

waren de Joden <strong>het</strong> leger steeds gevolgd. Dicht achter de<br />

front bedreven zij eenen krachtvollen handel en overbrachten<br />

bovendien aan hunne rassegenoten op den tegenover gestelden<br />

kant belangrijke oorlogsberichten. <strong>De</strong> amerikaansche veldheer,<br />

generaal Urant, zag zich op 17 december 1862 tot <strong>het</strong> volgend<br />

bevel genoodzaakt: „Geen Jood mag zich binnen 60 mijlen<br />

<strong>van</strong> de front ophouden."<br />

Hoe groot toenmaals de macht <strong>van</strong> <strong>het</strong> jodendom in de Vereenigde<br />

Staten <strong>van</strong> Amerika was, blijkt uit <strong>het</strong> feit dat generaal<br />

Grant zijn bevel op drukking <strong>van</strong> <strong>het</strong> geheele jodenschap<br />

moest terugtrekken. <strong>De</strong> nooit kapituleerende, dappere generaal<br />

Grant, de held <strong>van</strong> vele veldslagen, moest voor joodsche<br />

oorlogsleveranciers en zakenmakers terugwijken.<br />

Het schaamteloze misbruikingssysteem der Joden heeft dikwijls<br />

tot hevige afweerstrijden der uitgeplunderde volken gevoerd:<br />

I n Engeland werden de Joden in 1291 tot <strong>het</strong> verblijf ontzegd,<br />

toen over <strong>het</strong> geheele land verstrooide valschmunterijen ontdekt<br />

we iden, die <strong>het</strong> engelsche volk tot den bedelstaf brachten.<br />

I n F r a n k r ij k hadden de Joden <strong>het</strong> fransche volk door woeker-<br />

zaken zoodanig uitgeplunderd, dat <strong>het</strong> in 1394 <strong>het</strong> volledige uit­<br />

jagen <strong>van</strong> alle Joden herijkte. Er waren tot 80°/o Joden in <strong>het</strong><br />

land.<br />

In Spanje ging de koningin Isabella in 1492 met strenge maat­<br />

regelen tegen de Joden voor, als deze in den Granadschen oorlog<br />

weer in <strong>het</strong> geheim de vijanden <strong>van</strong> Spanje steunden. Toén moe­<br />

sten 300.000 Joden Spanje verlaten.<br />

Evenwel verstonden <strong>het</strong> de Joden zeer geschikt, weer in <strong>het</strong><br />

land te komen en hunne oude zakenpraktijken op nieuw te<br />

bedrijven. Van landbouw en <strong>van</strong> erlijk handwerk hielden zij<br />

niet. In handel, geld en muntwezen daarentegen zochten zij<br />

steeds den voorrang te herijken. Dikwijls waren de Joden de<br />

enkelen die over beschikbare geldmiddelen beschikten. Met<br />

deze drongen zij zich in de gunst der vorsten en der regeeringen,<br />

betaalden de hofhouding en financeerden de oorlogen, om er dan<br />

dubbel en drievoudig aan te verdienen.<br />

In alle landen ging <strong>het</strong> streven der Joden ook daarheen, hun<br />

namen af te leggen en zulke <strong>van</strong> eerbare burgers <strong>van</strong> hun<br />

gastland aan te nemen. Door geld verwierven vele Joden adelsbrieven<br />

en verkregen dan spoedig toegang in de hoogste kringen<br />

der gezelschap. Nog in den beginne der twintigste eeuw hebben<br />

alleen in Oostenrijk 274 Joden <strong>het</strong> verstaan, den erfelijken<br />

adeldom door <strong>het</strong> huis Habsburg te verkrijgen. In Engeland<br />

werden de Joden tot L o r d s , in Frankrijk tot barons.<br />

In de negentiende eeuw herijkten de Joden hunne volle gelijkstelling<br />

met de burgers <strong>van</strong> hun gastlanden. <strong>De</strong> afzonderlijke<br />

wetten voor Joden werden afgeschaft. Van kleine, vuile geldwisselaars<br />

werden binnen weinige jaren groote bankiers. Het<br />

mocht hier herinnerd worden aan de Rothschilds. <strong>De</strong><br />

eerste, Anselm Rothschild (1743—1812), stichtte te Fra-nfurt/<br />

Main eene bankzaak. <strong>De</strong> zaak te Frankfurt werd door<br />

zijn oudsten zoon aanvaard, de vier andere zonen stichtten<br />

zelfstandige banken te Londen, Parijs, Weenen en Napels,<br />

hielden echter nauwe voeling met elkander. Sedert den Weenschen<br />

Congres (1815) heerschten de Rothschilds reeds over de<br />

geheele leeningszaken der met schulden belastte staten.<br />

<strong>De</strong> oude Rothschild had aan zijn zonen den raad gegeven:<br />

Als je in den oorlog trekt, dan blijf <strong>van</strong> achteren, dan kun je<br />

als eerste weer thuis zijn. <strong>De</strong>zen vaderlijken raad had bijzonders<br />

de Londensche Rothschild bevolgd, die zich een naam door<br />

der zoo genoemden „Coup v a n W a t e r 1 o o" heeft gemaakt.<br />

In vlugge vaart was hij over <strong>het</strong> kanaal in Londen aangekomen<br />

No. 1204. Holliind. i


en hij was de enkele die den werkelijken uitgang <strong>van</strong> de beslissende<br />

veldslag <strong>van</strong> Waterloo kende. Toen aan de beurs<br />

een algemeene onzekerheid heerschte, verbreidde hij de<br />

leugen, dat Napoleon Engeland en Preussen te Waterloo had<br />

geslagen. <strong>De</strong> koersen daalden in den afgrond. Rothschild liet nu<br />

door zijn bemiddelaars zoo veel aktien opkopen als mogelijk.<br />

Als dan <strong>het</strong> bericht <strong>van</strong> den werkelijken staat der zaken binnenkwam<br />

en <strong>het</strong> Londensche volk vernam dat niet Napoleon maar<br />

wel de geallieerde Preussen en Engelschlieden de overwinnaars<br />

waren, snelden de koersen aan de beurs weer omhoog.<br />

In een paar dagen had deze Rothschild door zijn leugen <strong>van</strong><br />

de overwinning <strong>van</strong> Napoleon zeven millioenen pond sterling<br />

„verdiend". —<br />

Over dezen joodschen parvenu schreef voor niet al te langen<br />

tijd de „Chicago Evening American": „<strong>De</strong> Rothschilds kunnen<br />

oorlogen veroorzaken of beletten."<br />

Gedurende den wereldoorlog heeft zich Engeland de steun<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> geheele wereld-jodendom gezekerd daardoor dat <strong>het</strong><br />

hen een eigen nationaal tehuis voor de Joden in Palestina beloofde,<br />

ofschoon dit land heelemaal niet aan Engeland behoorde.<br />

<strong>De</strong> in den vorm <strong>van</strong> een officieel engelsche Regeeringsverklaring<br />

gekleedde belofte, de zoo genoemde Balfour-<strong>De</strong>claration,<br />

werd aan <strong>het</strong> joodsche huis Rothschild afgegeven.<br />

Gedurende den wereldoorlog werkten de groote joodsche<br />

bankiers te New York, Londen, Parijs enz. nauw tezamen. <strong>De</strong><br />

vredelievende burgers <strong>van</strong> U. S. A., die niets <strong>van</strong> oorlog wilden<br />

weten, hadden onder de parole: „Hij houdt ons den oorlog <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> lijf" Wilson als zoo genoemden „Vredespresident" op nieuw<br />

gekozen. Maar reeds voor de kiezingen had de Jood Bernhard<br />

M. B a r u c h <strong>het</strong> geheele economische plan der U. S. A. klaargemaakt.<br />

Zijne medewerkers heetten: Meyer, Rosenwald,<br />

Eisenman n, Guggenheim, Rosenstamm, Vogelstein,<br />

Loeb, Lewisohn enz. enz. allen waren Joden.<br />

<strong>De</strong> waarheid zegeviert!<br />

Aanstonds bij <strong>het</strong> ingaan in den oorlog, herijkte Baruch een<br />

echte dictatuur in U. S. A. Meer dan 400 takken der industrie<br />

stonden onder hem. Hij beschikte over alle goederen en over<br />

al <strong>het</strong> materiëel. Hij schreef niet alleen de prijzen voor, maar<br />

ook den arbeidsloon. Geen bouwmeester kon een huis bouwen,<br />

geen werkman een stuk metaal kopen zonder in <strong>het</strong> bezit te<br />

zijn <strong>van</strong> een goedkeuring <strong>van</strong> Baruch. Baruch zelfs, die <strong>van</strong>daag<br />

tot de rijkste Joden der wereld telt, had in de eerste plaats<br />

zijn rassegenoten aan de oorlogszaak laten deelnemen. <strong>De</strong> statistiek<br />

bewijst, dat er <strong>van</strong> alle nieuwe oorlogsmillionairen alleen<br />

70°/o in de stad New York waren en dat deze Joden waren.<br />

Op e e n niet joodsche oorlogsmillionair kwamen er 46 joodsche.<br />

Later werd Baruch de intiemste raadgever <strong>van</strong> den President<br />

Roosevelt.<br />

In haar Nr. 3 <strong>van</strong> Januari 1928 bracht de amerikaansche<br />

tijdschrift „The Century Magazine" een langer artikel <strong>van</strong> den<br />

Jood Marcus Eli Ravage. In dit artikel had de joodsche<br />

schrijver zaken verraden, die den Joden zoo gevaarlijk bleken,<br />

dat zij aanstonds de heele uitgaaf opkochten en een nieuwdruk<br />

beletten. In een passage <strong>van</strong> dit artikel bekent Ravage <strong>het</strong> volgende:<br />

Wij zijn indringers! Wij zijn vernielers. Wij zijn revolutionairs!<br />

Wij waren de diepste oorzaak niet alleen <strong>van</strong> den<br />

laatsten oorlog, maar wel <strong>van</strong> bijna alle oorlogen. „Wij zijn<br />

degenen aan wie hoofdzakelijk deze oorlogen ten goede komen."<br />

Wie verdient aan den oorlog? Gedurende den<br />

wereldoorlog moesten meer dan 10 millioenen menschen hun<br />

leven laten. <strong>De</strong> volken werden arm. Rijk werden echter de<br />

joodsche uitbuiters. Komt dat uit of komt dat niet uit?<br />

En heden? Weer zouden de volken bloeden. Duivelsche<br />

krachten zijn aan <strong>het</strong> werk. Juda wil weer eens een groote<br />

oorlogszaak maken. Dat is de diepste zin <strong>van</strong> de oorlogs­<br />

ophitsing in de heele wereld.<br />

U wordt beleefd verzocht, deze blaadjes aan Uw kennissen door te<br />

geven. - Verdere vlugschriften zijn gratis verkrijgbaar bij den uitgever.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Uitgever: Falken-Verlag, Hamburg Drukker: Vereinigte Druekereien, Hambuig-Iilankcnpse


LONDON, THURSDAY, AUGUST 31. 1939<br />

NEW BEITÏSH NOTE<br />

DELIVERED<br />

SENT BY AIR BY A SPECIAL<br />

COURIER<br />

HITLER FORMS DEFENCE<br />

COUNCIL<br />

POLISH GOVERNMENT CALLS UP<br />

MEN UNDER 40<br />

! Sir Nevile Henderson. the British Ambassador. was -<br />

; reeeived by Herr von Ribbentrop, the Foreign Minister,"<br />

; shortly hefni-p 1?-30 this morning and handed to him the<br />

K latest British reply to Herr Hitier.<br />

This was the_second reply made since the<br />

' FuehrèrVmëéÏÏng with Sir Nevile last lrjrid»y and<br />

fTwas sent in answer to the Note receiyed in bondon ~<br />

! late on Tuesdav night. It was taken to Berjrajg_alr<br />

| f by special courier.<br />

_At the Cabinet meeting yesterday, at which~~the_<br />

terjj^OTüTBritish Note were approved, it was decided<br />

to send améssageto Warsaw indiêating the extent_ot_tne~<br />

bTtèst demands from Berlin tor tnê~aTiïïéxajJön__of<br />

"Territojy.<br />

i of 40.<br />

Fnllnwing receint of th^message the Polish<br />

Government announced Textraordinary defenee<br />

measures, including the calling up of men to the age<br />

Announcements were made in Berlin shortly after.<br />

11 o'clock last night of the setting up of a German <strong>De</strong>f ence<br />

! Council and of the conferment of plenary powérs upon<br />

j . German Army Commanders in the frontier areas..<br />

! • Ftetd-Marshal Goering' was made head


<strong>van</strong>gst <strong>van</strong> <strong>het</strong> memorandum de algemeene mobilisatie<br />

gelast heeft.<br />

<strong>De</strong>ze publicatie, die bewijst dat <strong>het</strong> Duitsche memorandum<br />

in Londen en Warschau reeds den 30sten Augustus<br />

aangekomen is, heeft blijkbaar in <strong>het</strong> Foreign Office<br />

de grootste verslagenheid veroorzaakt.<br />

Tegen alle gewoonte in moest de „Daily Telegraph"<br />

daarom een nieuwe Laatste Editie uilgeven, waaruit deze<br />

voor de Engelsche regeering pijnlijke mededeeling verwijderd<br />

was-! Het Foreign Office had er dus belang bij<br />

dat <strong>het</strong> bericht dat Polen 48 uur voor de Duitsche maatregelen<br />

<strong>van</strong> den inhoud <strong>van</strong> de Duitsche voorstellen in<br />

den vorm <strong>van</strong> een vredesmemorandum op de hoogte gebracht<br />

was, geheim gehouden werd<br />

Het betreft de k arakteriseering <strong>van</strong> de Duitsche wenschen<br />

die de Führer 24 uur voor de kennisgeving <strong>van</strong> de<br />

bewoording der 16 punten den Engelschen gezant gaf.<br />

Als documentair bewijs word! ommestaand een phoiographische<br />

reproductie <strong>van</strong> de betreffende gedeelten <strong>van</strong><br />

de „Daily Telegraph" afgedrukt. <strong>De</strong> vertaling <strong>van</strong> de<br />

onderstreepte zinsneden <strong>van</strong> <strong>het</strong> eerste gedeelte luidt:<br />

„Sir Neville Henderson, de Britsche gezant, werd<br />

hedenmiddag 12,30 uur door den Minister <strong>van</strong> Buitenlandsche<br />

Zaken, den Heer von Ribbentrop, ont<strong>van</strong>gen en<br />

overhandigde dezen <strong>het</strong> nieuwste Britsche antwoord aan<br />

den Heer Hitler.<br />

Dit was <strong>het</strong> tweede antwoord sedert de conferentie die de<br />

Führer met Sir Neville Henderson laatsten Vrijdag had en<br />

<strong>het</strong> beantwoordde de nota die Dinsdagnacht te Londen werd<br />

ont<strong>van</strong>gen. Het werd door een specialen koerier per vliegmachine<br />

naar Berlijn gebracht.<br />

In den kabinetsraad <strong>van</strong> gisteren — dus op 30 Augustus<br />

— waarin de voorwaarden <strong>van</strong> de Britsche nota<br />

goedgekeurd werden, werd beslolen eenboodschap<br />

naar Waischau te sturen met de bewoording<br />

<strong>van</strong> de laatste eischen <strong>van</strong> Berlijn<br />

nopens de gebiedsinlijving.<br />

Na ont<strong>van</strong>gst <strong>van</strong> de mededeeling heeft Polen buitengewone<br />

maatregelen voor de verdediging aangekondigd, met inbegrip<br />

<strong>van</strong> de oproeping <strong>van</strong> alle lichtingen tot 40 jaar."<br />

<strong>De</strong> photographische reproductie <strong>van</strong> <strong>het</strong> tweede stuk<br />

laat zien hoe de bedoelde zinsneden <strong>van</strong> de eerste editie<br />

verwijderd werden. Echter is hierbij de „Daily Telegraph"<br />

weer een „ongelujke" overkomen. <strong>De</strong> vertaling <strong>van</strong> den<br />

links aangestreepten zin luidt namelijk:<br />

„Na de ont<strong>van</strong>gst <strong>van</strong> een mededeeling <strong>van</strong> Londen, die de<br />

strekking <strong>van</strong> de nieuwe door den Heer Hitler gestelde eischen<br />

inhield, heeft Polen buitengewone verdedigingsmaatregelen<br />

verkondigd."<br />

Ook door dezen zin wordt dus bevestigd dat Polen<br />

over Londen <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche memorandum in kennis<br />

gesteld werd en dat <strong>het</strong> daarop de algemeerie mobilisatie<br />

gelastte.<br />

Achteraf probeert <strong>het</strong> Britsche Foreign Office fe beweren<br />

dat men in Duitschland de feiten verdraaid heeft<br />

door lwee verschillende edities <strong>van</strong> de „Daily Telegraph*"<br />

aan te halen. Echter juist de uitgave <strong>van</strong> een tweede,<br />

overigens onveranderde editie <strong>van</strong> <strong>het</strong> Londensche blad,<br />

waarin de netelige mededeeling ontbrak, bewijst de Bril-<br />

sche schuld aan den oorlog. Onbelwislbaar blijkt uit de<br />

voorstelling <strong>van</strong> hel Britsche Foreign Office dat Engeland<br />

de Duitsche eischen gekend heeft. Er wordt namelijk op<br />

1 gewezen dat deze eischen aan Warschau alleen bij wijze<br />

<strong>van</strong> informatie en alleen in een zeer algemeene formuj<br />

leering konden worden medegedeeld. Daarmede wordt<br />

toegegeven dat de Engelsche regeering in <strong>het</strong> geheel niet<br />

bereid was een matigenden invloed op Polen uit te oefenen<br />

en dat <strong>het</strong> zijn plichten als bemiddelaar ien zeerste<br />

verwaarloosde.<br />

Om de oorzaken <strong>van</strong> den twist uit den weg te ruimen<br />

had de Duitsche regeering voorgesteld om de bevolking<br />

<strong>van</strong> den Corridor door een vrije afstemming onder internationale<br />

controle zelf te laten beslissen tot welken staat<br />

zij wenschte te behooren. <strong>De</strong> eenparige wensch <strong>van</strong> de<br />

bevolking <strong>van</strong> de oerduitsche stad Dantzig om tot<br />

Duitschland terug te keeren moest vervuld worden. <strong>De</strong>ze<br />

vredelievende voorstellen <strong>van</strong> Duitschland beantwoordde<br />

Polen met de algemeene mobilisatie en, behalve<br />

met talrijke grensschendingen, met de beschieting<br />

<strong>van</strong> de open Duitsche stad Beuthen door Poolsche<br />

artillerie.<br />

<strong>De</strong> , Daily Telegraph" heeft de geschiedschrijving<br />

<strong>van</strong> de 20e eeuw een builengewoon groolen dienst bewezen.<br />

Het blad heeft, zooals uit de ommestaande<br />

photographische reproducties <strong>van</strong> de twee berichten<br />

blijkt, onmiskenbaar bewezen dat de regeering te Warschau<br />

de Duitsche voorstellen voor de oplossing der<br />

problemen op den avond <strong>van</strong> den 30s'en Augustus kende<br />

en dat zij als antwoord daarop overgegaan is lot de algemeene<br />

mobilisatie. In de daarop volgende 24 uren vonden<br />

dan nieuwe aanvallen op Duitsch rijksgebied plaats die<br />

de Duitsche regeering tot den tegenstoot dwongen.<br />

Daarmede is niet alleen de oorlogsschuld <strong>van</strong> Polen<br />

onloochenbaar bewezen, maar ook de mcdeschuld <strong>van</strong><br />

de Britsche regeering, die achteraf de tijdige kennis <strong>van</strong><br />

de Duitsche voorstellen niet alleen voor Warschau maar<br />

ook voor zich zelf bestreed.<br />

*<br />

Om <strong>het</strong> dreigende oorlogsgevaar te keeren heeft de<br />

Duce, zooals aan <strong>het</strong> Duitsche <strong>De</strong>partement <strong>van</strong> Buitenlandsche<br />

Zaken den 2


Vrede of vernietigingsoorlog?<br />

Het vredesplan uit de Rijksdagrede <strong>van</strong> den Führer <strong>van</strong> 6 October 1939.<br />

Als ik tegenwoordig zekere internationale persorganen<br />

lees of de redevoeringen <strong>van</strong> verschillende heethooidige<br />

oorl'ogsverheerlijkeis hoor, geloof ik in naam <strong>van</strong><br />

degenen te mogen spreken en antwoorden, die de levende<br />

substantie voor de intellectueele bezigheid <strong>van</strong> deze<br />

oorlogsdoelstellers hebben te leveren. Die levende substantie,<br />

waartoe ik meer dan vier jaar lang in den Grooten<br />

Oorlog ook als onbekend soldaat heb behoord.<br />

Zij praten steeds <strong>van</strong> noodzakelijke wereldpolitieke<br />

gebeurtenissen, maar zij kennen niet <strong>het</strong> militaire verloop<br />

der dingen. Maar des te beter ken ik dat.<br />

Zes weken — och kom, veertien dagen trommelvuur —<br />

en de heeren oorlogspropagandisten zouden snel tot<br />

een andere opvatting komen.<br />

Waarom moet nu de oorlog in <strong>het</strong> westen plaats<br />

hebben? Voor <strong>het</strong> herstel <strong>van</strong> Poien?<br />

Het Polen <strong>van</strong> <strong>het</strong> verdrag <strong>van</strong> <strong>Versailles</strong> zal nooit<br />

meer herrijzen.<br />

Daarvoor staan twee der grootste staten <strong>van</strong> de aarde m.<br />

<strong>De</strong> uiteindelijke inrichting <strong>van</strong> dit gebied, de vraag ol<br />

een Poolsche Staat weer zal worden opgericht, zijn<br />

problemen, die niet door den oorlog in <strong>het</strong> westen<br />

worden opgelost, doch uitsluitend door Rusland in <strong>het</strong><br />

eene geval en door Duitschland in <strong>het</strong> andere.<br />

Moet deze oorlog echter werkelijk alleen worden gevoerd,<br />

om Duitschland een nieuw regime te geven, d. w. z.<br />

om <strong>het</strong> tegenwoordige Rijk weer aan stukken te slaan en<br />

dus een nieuw <strong>Versailles</strong> teweeg te brengen, dan worden<br />

millioenen menschen doelloos opgeofferd, want noch zal<br />

<strong>het</strong> Duitsche Rijk aan stukken breken, noch zal een<br />

tweede <strong>Versailles</strong> ontstaan. Neen, deze orlog in <strong>het</strong><br />

westen regelt in <strong>het</strong> geheel geen probleem, hoogstens de<br />

ontwrichte financiën <strong>van</strong> eenige wapenfabrikanten en<br />

dagbladeigenaars of andeie internationale oorlogswinstmakers.<br />

Twee problemen staan thans ter discussie:<br />

1. <strong>De</strong> regeling <strong>van</strong> de door <strong>het</strong> uiteenvallen <strong>van</strong> Polen<br />

ontstane vraagstukken en<br />

2. <strong>het</strong> probleem der opheffing <strong>van</strong> de internationale<br />

zorgen, welke politiek en economisch <strong>het</strong> leven der<br />

volken bemoeilijken.<br />

Wat zijn nu de doeleinden <strong>van</strong> de Rijksregeering met<br />

betrekking tot de regeling der verhoudingen in <strong>het</strong><br />

gebied, dat ten westen <strong>van</strong> de Duitsch-Sowjetrussische<br />

demarcatielijn als Duitsche invloedssfeer is erkend?<br />

1. Het trekken <strong>van</strong> een Rijksgrens, die — gelijk reeds<br />

betoogd — strookt met de historische, ethnografische en<br />

oeconomische voorwaarden.<br />

2. <strong>De</strong> ordening <strong>van</strong> <strong>het</strong> gezamenlijke levensgebied naar<br />

nationaliteiten, d. w. z.: een oplossing <strong>van</strong> de minderhedenvraagstukken,<br />

welke niet slechts dit gebied aangaan,<br />

doch die bovendien haast alle zuidelijke een<br />

zuidoostelijke Europeesche staten betreffen.<br />

3. In dit verband: de poging tot ordening en regeling<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> joodsche probleem.<br />

4. <strong>De</strong> nieuwe opbouw <strong>van</strong> <strong>het</strong> verkeers- en bedrijfsleven<br />

tot nut <strong>van</strong> alle in dit gebied levende menschen.<br />

5. <strong>De</strong> waarborg der veiligheid <strong>van</strong> dit geheele gebied.<br />

6. <strong>De</strong> stichting <strong>van</strong> een Poolschen staat, die in zijn<br />

opbouw en in zijn leiding den waarborg biedt, dat geen<br />

nieuwe brandhaard tegen <strong>het</strong> Duitsche Rijk ontstaat, noch<br />

een intrigencentrale tegen Duitschland en Rusland wordt<br />

gevormd.<br />

Als Europa werkelijk iets gelegen is aan rust en aan<br />

vrede, moesten de Europeesche staten er dankbaar voor<br />

zijn, dat Rusland en Duitschland 'bereid zijn uit dezen<br />

haard <strong>van</strong> onrust thans een zone <strong>van</strong> vreedzame ontwikkeling<br />

te maken, dat de beide landen daarvoor de verantwoording<br />

op zich nemen en de daaimede ook verbonden<br />

otlers brengen.<br />

<strong>De</strong> tweede en in mijn oogen verreweg belangrijkste<br />

taak is eenter <strong>het</strong> teweegbiengen niet slechts <strong>van</strong> de<br />

overtuiging, doch ook <strong>van</strong> hei gevoel <strong>van</strong> een Europeesche<br />

veiligheid. Daartoe is hei noodig, dat<br />

1. een onvoorwaardelijke duidelijkheid over de<br />

doeleinden der buitenlandsche politiek, <strong>van</strong> de Europeesche<br />

staten intreedt. Voor zoover <strong>het</strong> om Duitschland<br />

gaat, is de Rijksregeering bereid, een algeheele en voile<br />

opheldering over haar plannen in de buitenlandsche<br />

politiek te geven. Zij stelt daarbij aan <strong>het</strong> hoold <strong>van</strong> deze<br />

verklaring ue vaststelling, dal hei verdrag <strong>van</strong> <strong>Versailles</strong><br />

door haar als niet meer bestaande wordt beschouwd.<br />

<strong>De</strong>ze eisch naar koloniën is niet slechts gemotiveerd in<br />

de historische rechtsaanspraak op de Duitsche koloniën,<br />

doch vooral in de elementaire rechtsaanspraak op een<br />

aandeel in de grondstoibronnen der aaide. <strong>De</strong>ze eisch<br />

is geen uiumaueve en hij is geen eisen, waaiacnier <strong>het</strong><br />

geweid staat, doch een eisch <strong>van</strong> politieke recntvaardiglieid<br />

en economisch algemeen gezond verstand.<br />

2. <strong>De</strong> eisch tot een werkelijken opbloei <strong>van</strong> <strong>het</strong> internationale<br />

bedrijisleven in verband met de opvoering <strong>van</strong><br />

handel en verkeer heelt ais vooiwaarde, dat in de verschillende<br />

staten <strong>het</strong> binnenlandsche bedrijisleven of wel<br />

de pioducU.es in oide woiden geDiacht. 'ter vergemakkelijking<br />

<strong>van</strong> de uitwisseling dez.er producties eciuer moet<br />

men tot een nieuwe regeung der maikten komen en tot<br />

een deiimtieve regeling <strong>van</strong> de valuta's, teneinde zoo de<br />

belemmeringen voor een vrijen handel geleidelijk te<br />

veimindeien.<br />

3. <strong>De</strong> belangrijkste voorwaarde echter voor een werkelijken<br />

opbloei <strong>van</strong> <strong>het</strong> oeconomisch leven in en buiten<br />

Europa is <strong>het</strong> teweegbrengen <strong>van</strong> een onvoorwaardelijk<br />

gewaarborgden vrede en een gevoel <strong>van</strong> veiligheid bij de<br />

verschilienue volken. <strong>De</strong>ze veiligheid wordt niet slechts<br />

mogelijk gemaakt door <strong>het</strong><br />

reduceeren <strong>van</strong> de bewapeningen tot een redelijk en<br />

ook oeconomisch draagbaar peil.<br />

Tot dit noodzakelijke gevoel <strong>van</strong> veiligheid behoort<br />

vooral echter <strong>het</strong> verschatten <strong>van</strong> klaarheid omtrent <strong>het</strong><br />

gebruik <strong>van</strong> sommige moderne wapenen, die zich ertoe<br />

leenen om te allen tijde een aanval tot in <strong>het</strong> hart <strong>van</strong> elk<br />

volk te doen en die daardoor een blijvend gevoel <strong>van</strong><br />

onzekerheid zullen achterlaten. Ik heb reeds in mijn<br />

vroegere redevoeringen in den Rijksdag voorstellen in<br />

deze richting gedaan. Zij zijn toen — zeker wel, omdat zij<br />

<strong>van</strong> mij uitgingen — veiworpen. Ik geloof echter, dat <strong>het</strong><br />

gevoel <strong>van</strong> een nationale veiligheid in Europa eerst dan<br />

zal intreden,<br />

als op dit gebied door duidelijke internationale en<br />

geldige verplichtingen een omvattende vaststelling<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> begrip geoorloofd en ongeoorloofd wapengebruik<br />

plaats heeft.<br />

Evenals de Geneefsche Conventie er eens in is geslaagd,<br />

om tenminste bij de beschaafde staten <strong>het</strong> dooden<br />

<strong>van</strong> gewonden, de mishandeling <strong>van</strong> ge<strong>van</strong>genen, den<br />

oorlog tegen non-combattanten enz. te verbieden en<br />

evenals <strong>het</strong> mogelijk is geweest, dit verbod in den loop<br />

der tijden algemeen te doen respecteeren, moest men erin<br />

kunnen slagen, <strong>het</strong> gebruik <strong>van</strong> <strong>het</strong> luchtwapen, de<br />

toepassing <strong>van</strong> gas enz., <strong>van</strong> de onderzeebooten, maar ook<br />

No. 12ö4. Holl.


de begrippen <strong>van</strong> contrabande zoodanig vast te leggen,<br />

dat de oorlog wordt ontdaan <strong>van</strong> <strong>het</strong> vreeselijk karakter<br />

<strong>van</strong> een strijd tegen vrouwen en kinderen en tegen noncombattanten<br />

in <strong>het</strong> algemeen.<br />

Ik heb ernaar gestreefd, reeds in dezen oorlog met<br />

Polen <strong>het</strong> luchtwapen slechts tegen zoogenaamde<br />

objecten <strong>van</strong> militair belang te gebruiken resp. slechts te<br />

doen optreden, als een actieve tegenstand op de een of<br />

andere plek werd geboden. Het moet echter mogelijk<br />

zijn, gesteund op de ondervindingen met <strong>het</strong> Roode Kruis,<br />

een principieele algemeen geldige internationale regeling<br />

te vinden.<br />

Alleen onder zulke omstandigheden zal in <strong>het</strong> bijzonder<br />

in ons dicht bevolkt werelddeel een vrede zijn<br />

intrede kunnen doen,<br />

die dan, als de menschheid is bevrijd <strong>van</strong> wantrouwen<br />

en angst, den grondslag kan vormen voor een werkelijken<br />

bloei ook <strong>van</strong> <strong>het</strong> oeconomische leven. Ik geloof, dat er<br />

geen verantwoordelijk Europeesch staatsman is, die niet<br />

in <strong>het</strong> diepst <strong>van</strong> zijn hart den bloei <strong>van</strong> zijn volk<br />

wenscht. Een verwezenlijking <strong>van</strong> dezen wensch is<br />

echter slechts denkbaar binnen <strong>het</strong> kader <strong>van</strong> een<br />

algemeene samenwerking der naties <strong>van</strong> dit werelddeel.<br />

Het kan daarom slechts <strong>het</strong> doel <strong>van</strong> eiken werkelijk<br />

voor de toekomst ook <strong>van</strong> zijn eigen volk worstelenden<br />

man zijn, deze samenwerking te waarborgen.<br />

Om dit groote doel te bereiken, zullen toch eens de<br />

groote naties in dit weielddeel bijeen moeten komen,<br />

teneinde in een om<strong>van</strong>grijke regeling een statuut uit de<br />

werken, aan te nemen en te garandeeren, dat hun allen<br />

<strong>het</strong> gevoel <strong>van</strong> veiligheid, <strong>van</strong> rust en zoodoende <strong>van</strong><br />

vrede geeft.<br />

Het is onmogelijk, dat een dergelijke conferentie<br />

bijeen komt zonder de grondigste voorbereidende werkzaamheden,<br />

d. w. z. zonder de opheldering <strong>van</strong> de verschillende<br />

punten en vooral zonder een voorbereidend<br />

werk. Het is even onmogelijk, dat zulk een conferentie,<br />

welke <strong>het</strong> lot juist <strong>van</strong> dit werelddeel voor tientallen<br />

jaren moet bepaien, werkzaam is onder <strong>het</strong> dreunen <strong>van</strong><br />

de kanonnen of ook maar onder den druk <strong>van</strong> gemobiliseerde<br />

legers. Als echter vroeger of later deze problemen<br />

toch moeten worden opgelost, ware <strong>het</strong> verstandiger,<br />

met deze oplossing te beginnen, nog voordat eerst<br />

millioenen menschen doelloos verbloeden en milliarden<br />

aan waarden zijn verwoest.<br />

Het behoud <strong>van</strong> den tegenwoordigen toestand in <strong>het</strong><br />

westen is ondenkbaar. Elke dag zal weldra stijgende<br />

offers eischen. Éénmaal zal dan misschien Frankrijk voor<br />

den eersten keer Saarbrücken beschieten en verwoesten.<br />

<strong>De</strong> Duitsche artillerie zal <strong>van</strong> haar kant als wraak Mülhausen<br />

te pletter schieten. Frankrijk zal dan zelf weer als<br />

wraak Karlsruhe onder <strong>het</strong> vuur der kanonnen nemen en<br />

Duitschland weer Straatsburg. Dan zal d-3 Fransche<br />

artillerie naar Freiburg schieten en de Duitsche naar<br />

Kolmar of Schlettstadt. Men zal dan verder reikende<br />

kanonnen opstellen en naar beide kanten zal de verwoesting<br />

steeds dieper om zich heengrijpen en wat<br />

tenslotte door de vertragende kanonnen niet meer kan<br />

worden bereikt, zullen de vliegers vernietigen. En <strong>het</strong> zal<br />

zeer belangwekkend zijn voor een zekere internationale<br />

journalistiek en zeer nuttig voor de fabrikanten der<br />

vliegtuigen, der wapenen, der munitie enz., maar gruwelijk<br />

voor de slachtoffers. En deze strijd der vernietiging<br />

zal zich niet slechts beperken tot <strong>het</strong> vasteland, neen, hij<br />

zal zich ver uitstrekken over de zee. Er zijn tegenwoordig<br />

geen eilanden meer.<br />

En <strong>het</strong> Europeesche volksvermogen zal in granaten<br />

uiteenbarsten en de volkskracht zal op de slagvelden<br />

verbloeden. Maar op den een of anderen dag zal er toch<br />

tusschen Duitschland en Frankrijk weer een grens zijn;<br />

alleen zullen zich daarlangs dan ruïnevelden en<br />

eindelooze kerkhoven inplaats <strong>van</strong> bloeiende steden<br />

uitstrekken.<br />

Nu mogen de heeren Churchill en consorten deze<br />

opvattingen <strong>van</strong> mij kalm ais zwakte of lafheid uitleggen.<br />

Ik heb mij niet met hun meeningen bezig te houden. Ik<br />

leg deze verklaringen slechts, al, omdat ik naar <strong>van</strong>zelf<br />

spreekt ook mijn volk dit leed wil besparen.<br />

Zou echter de opvatting <strong>van</strong> den heer Churchill en zijn<br />

aanhang succes blijven hebben, dan zal deze verklaring<br />

mijn laatste zijn geweest. Wij zullen dan vechten.<br />

Noch wapengeweld, noch de tijd zullen Duitschland<br />

bedwingen. Een November 1918 zal zich in de<br />

Duitsche geschiedenis niet meer herhalen.<br />

<strong>De</strong> hoop op een demoralisatie <strong>van</strong> ons volk echter is<br />

kinderachtig. <strong>De</strong> heer Churchill moge er<strong>van</strong> overtuigd<br />

zijn, dat Groot-Brittannië zal zegevieren. Ik twijfel er<br />

echter geen seconde aan, dat Duitschland overwint. Het<br />

Noodlot zal beslissen wie gelijk heeft. Maar één ding is<br />

zeker: Er zijn in de wereldgeschiedenis nog nooit twee<br />

overwinnaars geweest, maar dikwijls alleen overwonnenen.<br />

Reeds in den laatsten oorlog schijnt mij dat<br />

<strong>het</strong> geval te zijn geweest.<br />

Mogen thans die volken en hun leiders <strong>het</strong> woord<br />

nemen, die <strong>van</strong> dezelfde meening zijn en mogen<br />

diegenen mijn hand terugstooten, die in den oorlog de<br />

betere oplossing meenen te moeten zien.<br />

Als Führer <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche volk en als kanselier <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> Rijk kan ik op dit oogenblik God den Heer slechts<br />

danken, dat Hij ons in den zwaren strijd om ons recht<br />

zoo wonderbaarlijk heeft gezegend en Hem bidden, dat<br />

Hij ons en alle anderen den juisten weg laat vinden,<br />

opdat niet alleen aan <strong>het</strong> Duitsche volk, doch aan heel<br />

Europa een nieuw geluk des vredes deelachtig worde!<br />

Dit rechtvaardig vredesplan werd door Engeland verworpen. Aan <strong>het</strong> Fransche volk werd <strong>het</strong> onthouden.<br />

Vervalscht, verminkt, de belangrijkste stukken uitgelaten, zoo werd de text in Frankrijk gepubliceerd.<br />

Op deze wijze werd <strong>het</strong> Fransche volk belogen en voor Engelands hegemonie-aanspraken naar den oorlog<br />

gedreven.<br />

Falken-Verlag, Hamburg


Politiek en phrase.<br />

Kort voor <strong>het</strong> uitbreken <strong>van</strong> den oorlog ondernam de chef<br />

<strong>van</strong> de regeering <strong>van</strong> Italië, Mussolini, een laatste<br />

poging om den vrede te redden. Hij deed <strong>het</strong> voorstel, de<br />

hangende kwesties door een conferentie op te lossen.<br />

Voor deze idee was Frankrijk wel te vinden; ook Duitschland<br />

stemde toe. <strong>De</strong> Engelsche regeering echter weigerde.<br />

Achteraf werd door Londen verklaard dat de Engelsche<br />

regeering oorlog voert om aan de Duitsche dreigementen<br />

een einde te maken. Duitschland zou de zelfstandigheid<br />

<strong>van</strong> de kleine staten willen vernietigen, terwijl Engeland<br />

voor zijn traditioneele plichten op zou komen door deze<br />

zelfstandigheid te beschermen.<br />

Een klassiek voorbeeld, hoe weinig Engeland de zelfstandigheid<br />

<strong>van</strong> de kleine staten respecteert is <strong>De</strong>nemarken.<br />

Midden in den vrede, op 2 April 1801, geschiedde<br />

een aanval <strong>van</strong> de Engelsche vloot op Kopenhagen. Aan<br />

de heldhaftige bemanningen <strong>van</strong> de <strong>De</strong>ensche batterijschepen<br />

gelukte <strong>het</strong> echter om de Engelschen in een<br />

gevaarlijke positie te brengen. Nu zond Nelscn een parlementair<br />

met een schrijven voor den <strong>De</strong>enschen kroonprins.<br />

In dit schrijven dreigde Nelson de aan de <strong>De</strong>nen<br />

afgenomen schepen met de zich aan Boord bevindende<br />

bemanningen te zullen verbranden indien niet <strong>het</strong> vuren<br />

onmiddelijk gestaakt werd. Dit vreeselijke dreigement<br />

noopte de <strong>De</strong>nen toe te geven.<br />

Een verderen overval op <strong>De</strong>nemarken ondernamen de<br />

Engelschen in <strong>het</strong> jaar 1807.<br />

<strong>De</strong>nemarken is een neutraal land en <strong>het</strong> wil niet in den<br />

oorlog betrokken worden. Zijn oeconomie lijdt onder <strong>het</strong><br />

continentaalstelsel, maar niet minder ook onder de Engelsche<br />

tegenblokkade. Bij <strong>het</strong> doorzoeken <strong>van</strong> <strong>De</strong>ensche<br />

koopvaardijschepen is <strong>het</strong> tot veel ongerechtigdheden gekomen.<br />

<strong>De</strong> <strong>De</strong>ensche oorlogsvloot ankert voor Kopenhagen.<br />

Nu verklaart de Engelsche gezant, Mr. Jackson,<br />

aan de <strong>De</strong>ensche regeering, dat haar handelwijze de veiligheid<br />

<strong>van</strong> Zijne Majesteit den Koning <strong>van</strong> Brittannië in<br />

gevaar brengt en dat zij den monarch <strong>het</strong> gevoel <strong>van</strong> veiligheid<br />

alleen kan teruggeven door de uitlevering <strong>van</strong><br />

haar oorlogsvloot. Om aan dit verlangen kracht bij te<br />

zetten verschijnt onmiddelijk een Engelsche vloot <strong>van</strong><br />

niet minder dan 88 schepen in de Sont. „<strong>De</strong>ze overweldigende<br />

demonstratie zijn wij aan de <strong>De</strong>ensche regeering<br />

schuldig als blijk <strong>van</strong> onze achting", zoo verklaarde de<br />

toenmalige eerste minister <strong>van</strong> Engeland. Kopenhagen<br />

weigerde om zich aan de Britsche dreigementen te onderwerpen.<br />

Nu werd den <strong>De</strong>nen aangezegd: „Wanneer ons niet tot<br />

1 September de '<strong>De</strong>ensche vloot uitgeleverd is, bombardeeren<br />

wij Kopenhagen." Op 2 September begonnen de<br />

kanonnen <strong>van</strong> de zee- en <strong>van</strong> de landzijde te vuren. Vijf<br />

dagen later stond de stad in brand. Van de burgerbevolking<br />

<strong>van</strong> de open stad werden 1600 menschen gedood.<br />

<strong>De</strong>nemarken kapituleerde. Haar vloot werd naar Engeland<br />

opgebracht.<br />

Niet beter ging <strong>het</strong> Noorwegen dat toen met <strong>De</strong>nemarken<br />

vereenigd was. <strong>De</strong> Engelsche blokkade tegen dit<br />

land werd zoo scherp gehandhaafd, dat <strong>het</strong>, om zijn bevolking<br />

niet aan den hongerdood prijs te geven, <strong>het</strong><br />

broodmeel met boomschors moest mengen.<br />

<strong>De</strong> ontwikkelinksgeschiedenis <strong>van</strong> <strong>het</strong> Engelsche<br />

wereldrijk is één vreeselijke aanklacht tegen den zich<br />

altijd herhalenden landenroof en de daarmee verbonden<br />

onderdrukking <strong>van</strong> andere volken.<br />

Waar<strong>van</strong> getuigen de volgende feiten?<br />

Canada werd door de Franschen verworven, ontsloten<br />

en bevolkt. Na gruwelijken strijd kwam <strong>het</strong> aan Engeland,<br />

daar Frankrijk door den onzinnigen oorlog tegen<br />

Pruisen met zijn hoofdstrijdmacht in Europa gebonden<br />

was. Een derde <strong>van</strong> alle Canadeezen is nog heden <strong>van</strong><br />

Franschen stam. Van Canada uit voerden de Engelschen<br />

nog in 1812/1814 een oorlog tegen de Amerikanen.<br />

Washington en <strong>het</strong> kapitool werden in brand gestoken.<br />

Indië kwam na <strong>het</strong> verdringen <strong>van</strong> de Franschen uitsluitend<br />

onder Engelsche heerschappij. <strong>De</strong> onverbiddelijke<br />

onderdrukking en uithongering door de Engelschen leidde<br />

tot opstanden. In den wereldoorlog wercWndië tot ontzaggelijke<br />

bloedoffers veroordeeld om voor de Engelsche zaak<br />

te vechten. <strong>De</strong> beloofde vrijheid en zelfstandigheid<br />

werden geweigerd.<br />

Australië werd aan de Franschen ontfutseld en de Engelschen<br />

stichtten er vooreerst een strafkolonie. <strong>De</strong> inboorlingen<br />

werden door de wapens en door alcohol gedecimeerd,<br />

op <strong>het</strong> eiland Tasmanië zelfs tot uitsterven<br />

gebracht.<br />

Nieuw-Zeeland werd buit der Engelschen in den strijd<br />

tegen de Maories. <strong>De</strong>ze werden eveneens grootendeels in<br />

de pan gehakt.<br />

Ceylon werd in <strong>het</strong> jaar 1802 door de Engelschen aan<br />

de Hollanders ontnomen.<br />

In strijd met de verdragen hield Engeland Malta in<br />

zijn bezit, waar<strong>van</strong> <strong>het</strong> de ontruiming bij den vrede <strong>van</strong><br />

Amiens in 1802 plechtig had beloofd.<br />

Mauritius werd in 1810 op de Franschen vermeesterd,<br />

die <strong>het</strong> eiland tot een bloeiende kolonie hadden ontwikkeld.<br />

<strong>De</strong> kustgebieden <strong>van</strong> <strong>het</strong> Malakarschiereiland werden<br />

sedert 1819 achtereenvolgens door de Engelschen met<br />

geweld bezet.<br />

In Aden vestigden de Engelschen zich in 1839. In <strong>het</strong><br />

vervolg breidden zij de grenzen <strong>van</strong> <strong>het</strong> protectoraat herhaaldelijk<br />

willekeurig uit. In latere jaren annexeerden ze<br />

kortweg <strong>het</strong> naburige Arabische kustgebied Hadramaut,<br />

een gebied <strong>van</strong> meer dan 100.000 vierkante kilometer.<br />

In <strong>het</strong> jaar 1842 werd een begin gemaakt met de onderwerping<br />

<strong>van</strong> Britsch-Borneo door de Engelschen.<br />

Hong-kong werd in den opiumoorlog tegen China in<br />

1842 aan de rechtmatige bezitters ontnomen. Van 1854 tot<br />

1860 viel Engeland China opnieuw aan en maakte zich<br />

meester <strong>van</strong> groote gebieden op <strong>het</strong> vaste land tegenover<br />

Hong-kong.<br />

Eveneens in strijd met de verdragen ontnam Engeland<br />

in 1878 Cyprus aan de Turken, zoogenaamd slechts voor<br />

tijdelijke bezetting.<br />

<strong>De</strong> B.'rtre'n-F/'rinden in de Perzische Golf, die onbetwistbaar<br />

tot Perzie fthans Tran) behoorden, werden in 1f"n oeannexeerd.<br />

Toen Tran in 1927 de teruggave eischte werd<br />

deze botweg geweigerd.<br />

Van 1885 tot 1888 werd Beetsjoeanaland door de Engelschen<br />

veroverd.<br />

<strong>De</strong> eilanden <strong>van</strong> den westelijken Grooten Oceaan werden<br />

in 1887 door Engeland geannexeerd.<br />

Zuid-Afrika werd bij gedeelten veroverd, eerst de<br />

Kaap-Kolonie. <strong>De</strong>ze werd den Hollanders afgenomen.<br />

Van <strong>het</strong> Kaapgebied breidde zich de Britsche heerschappij<br />

uit. <strong>De</strong> Boeren-republieken werden op ruwe wijze overweldigd<br />

en onderworpen. Het was Engeland dat toen<br />

de concentratie-kampen uitvond. Gedurende acht maanden<br />

— <strong>van</strong> Juli 1901 tot Februari 1902 — waren gemid-<br />

No. 1274. Holl.


deld 115.000 volwassenen (meestal vrouwen) en 55.000<br />

kinderen onder de 12 jaren in deze kampen ondergebracht.<br />

Er stierven er 17.664 volwassenen en 12.724 kinderen.<br />

Ongeveer drievierde der Boeren-bevolking werd<br />

naar de Britsche concentratie-kampen overgebracht; <strong>het</strong><br />

vijfde gedeelte der ge<strong>van</strong>genen kwam onder afgrijselijke<br />

kwellingen om.<br />

Argentinië bestrijdt thans met goede redenen <strong>het</strong> bezitrecht<br />

<strong>van</strong> Engeland op de Falklands-Eilanden.<br />

Guatemala bestrijdt de gerechtigdheid <strong>van</strong> de Engelsche<br />

bezetting <strong>van</strong> een gedeelte <strong>van</strong> ,,Britsen Honduras". Engeland<br />

had er steeds slag <strong>van</strong> zijn rechten „uit te zitten".<br />

Volgens deze methode werd ook Gibraltar <strong>van</strong> de Spanjaarden<br />

afgeperst.<br />

<strong>De</strong> Soedan was omstreeks <strong>het</strong> einde der vorige eeuw<br />

gemeenschappelijk bezit <strong>van</strong> Engeland en Egypte. In<br />

werkelijkheid was <strong>het</strong> een Engelsche kolonie. Aan Egypte<br />

werd pas in 1936 een schunnig aandeel toegestaan. Dit<br />

stond echter slechts op papier, zooals vele verdragen met<br />

Engelsche handteekening.<br />

Van Siam werd door Engeland in <strong>het</strong> jaar 1909 rond<br />

38.000 vierkante kilometer land afgeperst.<br />

Birma werd om doorzichtige redenen <strong>van</strong> zijn zelfstandigheid<br />

beroofd en geannexeerd.<br />

Ook <strong>van</strong> Ierland dat eeuwenlang uitgeperst en getart<br />

werd, houdt Engeland thans nog een gedeelte onder<br />

zijn macht.<br />

Griekenland was gedurende den wereldoorlog neutraal<br />

en wilde onder alle omstandigheden neutraal blijven. Wat<br />

deed de Engelsche regeering?<br />

In <strong>het</strong> jaar 1915 vonden vlootdemonstraties voor<br />

Athene, de bezetting <strong>van</strong> de Golf <strong>van</strong> Salamis en de<br />

landing <strong>van</strong> troepen plaats. Grieksche staatsburgers werden<br />

op den bodem <strong>van</strong> <strong>het</strong> souvereine Griekenland gearresteerd<br />

en weggesleept. Ten slotte werd Griekenland eenvoudig<br />

<strong>van</strong> zijn geheele vloot beroofd.<br />

Voorts werden regulaire marinetroepen in de Grieksche<br />

haven Pireus geland. Dan blokkeerde de Encel^che vloot<br />

de' Grieksche kust en vernietigde den gehcelen handel<br />

<strong>van</strong> net land. Een Grieksche courant, de „Nea Imera", gaf<br />

op 17 April 1916 <strong>het</strong> volgende 'relaas <strong>van</strong> de Engelsche<br />

gewelddadigheden; „Gestreng onderzoek <strong>van</strong> de schepen,<br />

controle <strong>van</strong> de Grieksche post, afsperring <strong>van</strong> gedeelten<br />

der zee door mijnen, bezetting <strong>van</strong> Grieksche telegraafkantoren<br />

en zelfs verbod <strong>van</strong> officieele scheepstelegrammen,<br />

vasthouding <strong>van</strong> graan- en kolenladingen, vernietiging<br />

<strong>van</strong> Grieksche spoorwegen en bruggen, verbranding<br />

<strong>van</strong> dorpen en uitdrijving <strong>van</strong> de bevolking, arrestaties,<br />

doorzoekingen, inmenging in de Grieksche justitie,<br />

enz., enz." <strong>De</strong> Engelsche regeering heeft op dit alles de<br />

kroon gezét door op 1 en 2 September 1916 te trachten <strong>het</strong><br />

Grieksche leger met geweld <strong>van</strong> de wapens te berooven.<br />

<strong>De</strong> Grieksche troepen verzetten zich echter verbitterd.<br />

Englands wraak was: versterking <strong>van</strong> de hongerblokkade,<br />

verdrijving <strong>van</strong> den koning, vernedering op<br />

vernedering.<br />

Na den wereldoorlog heeft Engeland <strong>het</strong> leeuwenaandeel<br />

<strong>van</strong> de Duitsche kolonies „overgenomen" en wel bij wijze<br />

<strong>van</strong> mandaat onder smadelijke verloochening <strong>van</strong> de door<br />

Engeland zelf uitdrukkelijk erkende grondslagen waarop<br />

<strong>het</strong> sluiten <strong>van</strong> den vrede zou berusten.<br />

Een soortgelijk tafreel biedt heden Palestina. In den<br />

wereldoorlog liet Engeland aan de Arabieren door den<br />

Engelschen overste Lawrence de volmaakte onafhankelijkheid<br />

in de hand beloven. Gelijktijdig beloofde <strong>het</strong> in<br />

1916 in een overeenkomst Palestina aan de Joden. Zóó<br />

hield Engeland de aan de Arabieren gedane belofte <strong>van</strong><br />

onafhankelijkheid.<br />

<strong>De</strong>ze gemeene woord<strong>breuk</strong> dreef zelfs den door de<br />

school <strong>van</strong> de Engelsche opvoeding geganen Lawrence de<br />

gal naar <strong>het</strong> aangezicht. Hij legde, toen zijn protesten<br />

niets uitwerkten, zijn ambt als hoofdcommissaris neer. In<br />

Palestine zelf heeft Engeland dan, toen de Arabieren zich<br />

tegen de Joodsche invasie trachtten te verzetten, een<br />

ware bloedheerschappij opgericht. Kinderen noch vrouwen<br />

werden gespaard, de open steden gebombardeerd,<br />

geheele dorpen neergebrand of in elkaar geschoten. Dat<br />

was <strong>het</strong> antwoord op <strong>het</strong> verlangen der Arabieren naar<br />

de beloofde zelfstandigheid.<br />

Terwijl Engeland zich <strong>het</strong> eene land na <strong>het</strong> andere<br />

toeeigent waakt <strong>het</strong> er gelijktijdig angstig over dat geen<br />

ander land eenige landaanwinst verkrijgt. Aan Italië<br />

werd bij voorbeeld met <strong>het</strong> Verdrag <strong>van</strong> Londen beloofd<br />

dat <strong>het</strong> overeenkomstige compensaties zou krijgen indien<br />

Engeland en Frankrijk na <strong>het</strong> einde <strong>van</strong> den oorlog hun<br />

bezittingen in Turkije, Azië en Afrika zouden uitbreiden.<br />

Engeland heeft dit woord gladweg gebroken. Daarenboven<br />

werd in <strong>het</strong> jaar 1939 Sandtsjak aan Turkije versjacherd,<br />

alleen om Turkije voor de Engelsche omsingelingspolitiek<br />

te winnen.<br />

<strong>De</strong>ze voorbeelden <strong>van</strong> Engelsche veroveringen en<br />

gewelddadigheden kunnen naar goeddunken vermeerderd<br />

worden. Dat Engeland ook in den jongsten tijd niet<br />

veranderd is, bewijzen de voortdurende klachten en protesten<br />

<strong>van</strong> kleine staten over <strong>het</strong> weken lange vasthouden<br />

<strong>van</strong> neutrale schepen in de Engelsche contröle-havens,<br />

inbeslagneming <strong>van</strong> goederen met inbegrip <strong>van</strong> de<br />

schepen, inkrimping <strong>van</strong> den buitenlandschen handel<br />

<strong>van</strong> deze staten met ingevaarbrenging <strong>van</strong> de eigen verzorging<br />

en <strong>het</strong> daardoor veroorzaakte schaarser en<br />

duurder worden <strong>van</strong> talrijke goederen <strong>van</strong> essentiël belang,<br />

levensmiddelen, enz.<br />

Het Noorsche blad „Ragnarock" bracht in <strong>het</strong> Julinummer<br />

<strong>van</strong> dit jaar, een artikel <strong>van</strong> dr. Hermann Harries<br />

Aall. In dit artikel wordt o. a. gezegd: Engeland heeft een<br />

<strong>De</strong>spotie over <strong>het</strong> geheele menschdom opgericht, die als<br />

de grootste misdaad ten hemel schreit. Nu willen de Engelsche<br />

politici ook weer de vaan <strong>van</strong> de „Vrijheid", de<br />

„<strong>De</strong>mocratie" en <strong>het</strong> „Recht" zwaaien. Dat geeft ons, zoo<br />

zegt de schrijver, redenen tot bezorgdheid, want geen<br />

staat heeft de vrijheid meer geschonden<br />

danEngeland.<br />

Engeland telt 47 millioen inwoners; <strong>het</strong> heerscht echter over in <strong>het</strong> geheel 525 millioen menschen, dat is ongeveer een<br />

vierde <strong>van</strong> de geheele bevolking der aarde. Officieele vertegenwoordigers <strong>van</strong> dit zelfde land durven beweren dat ze ter<br />

bescherming <strong>van</strong> de kleine naties tegen Duitschland oorlog voeren. Voor hoe dom moeten deze zoogenaamde beschermers<br />

der kleine naties de volken der wereld houden?<br />

Uitgever: Falken-Press, Hamburg.


Zoo luidt Duitschlands antwoord.<br />

Treffende zinsneden uit de groote sporipaleis-rede <strong>van</strong> den Führer en Rijkskanselier Adolf Hitler<br />

ter gelegenheid <strong>van</strong> de zevende verjaring <strong>van</strong> den dag der machtsovername.<br />

Uw eigen geschiedenis logenstraft U, Mr. Chamberlain!<br />

Sedert 300 jaren hebben Uw staatslieden bij <strong>het</strong><br />

uitbreken <strong>van</strong> een oorlog altijd gesproken als Gij, Mijnheer<br />

Chamberlain, thans spreekt. Gij hebt altijd „voor<br />

God" en „voor den godsdienst" gestreden. Gij hebt<br />

„nooit" een materieel doel gehad.<br />

Echter wilde Engeland niet de eenige strijder voor<br />

God zijn; <strong>het</strong> heeft steeds anderen uitgenoodigd om<br />

aan dezen „edelen" strijd deel te nemen. Dat doen de<br />

Engelschen ook thans. En <strong>het</strong> is voor hen de moeite<br />

waard geweest:<br />

Veertig millioen vierkante kilometer veroveringen!<br />

Een eenige reeks <strong>van</strong> verkrachtingen, <strong>van</strong> afpersingen,<br />

<strong>van</strong> tyrannieke mishandelingen, <strong>van</strong> verdrukkingen,<br />

<strong>van</strong> uitplunderingen.<br />

Men heeft om alles oorlogen gevoerd. Men voerde<br />

oorlog om zijn handel uit te breiden; men voerde oorlog<br />

om anderen te dwingen opium te rooken; men voerde<br />

oorlog om goudmijnen te veroveren of om de heerschappij<br />

over diamantvelden. Het waren steeds materieele<br />

doeleinden, altijd echter onder zoogenaamd edele<br />

voorwendsels. Dat men terloops nog de Duitsche koloniën<br />

in de zak stak, dat men onze vloot wegnam, dat<br />

men de Duitsche schuldvorderingen op <strong>het</strong> buitenland<br />

inkasseerde, zijn maar bijkomende omstandigheden in<br />

den „edelen" strijd voor de „heilige religie'. Als mijnheer<br />

Chamberlain met den bijbel rondloopt en zijn<br />

„vrome" oorlogsdoelstellingen predikt, dan lijkt <strong>het</strong> mij,<br />

alsof de duivel met <strong>het</strong> gebedenboek een arme ziel aanhaalt.<br />

Dan isMr. Churchill loch een andere kerel! Hij spreekt<br />

vrijmoedig uit, wat de oude Mr. Chamberlain stilletjes<br />

denkt en hoopt. Hij zegt hel: Ons doel is de ontbinding,<br />

de vernietiging <strong>van</strong> Duitschland! Ons doel is, indien<br />

mogelijk, de verdelging <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche volk. <strong>De</strong>ze<br />

openhartigheid, gelooft <strong>het</strong> mij, begroet ik.<br />

Ook de Fransche generaals zeggen vrijmoedig waarom<br />

<strong>het</strong> gaat. Ik geloof, dat wij ons zoo ook gemakkelijker<br />

verstaan. We weten precies welk doel ze hebben.<br />

Het is <strong>het</strong> Duitschland <strong>van</strong> 1648 dat hun voorzweeft, <strong>het</strong><br />

verbrokkelde en uiteengescheurde Duitschland!<br />

Wij weten <strong>het</strong> precies: Hier in Midden-Europa wonen<br />

er meer dan 80 millioen Duitschers. Als deze menschen<br />

een eenheid vormen, vertegenwoordigen zij een macht.<br />

Als zij verdeeld zijn, zijn ze weerloos en zwak. Wat doet<br />

<strong>het</strong> er toe of 30, 50 of 200 kleine staten protesteeren of<br />

voor hun levensrechten opkomen? Wie neemt daar<strong>van</strong><br />

notitie? Als er echter 80 millioen optreden, is <strong>het</strong> reeds<br />

iets anders. Vandaar de afkeer <strong>van</strong> de staatsvorming <strong>van</strong><br />

Italië, <strong>van</strong> de staatseenheid <strong>van</strong> Duitschland. Het liefst<br />

zouden ze deze staten weer in hun vroegere beslanddeelen<br />

ontleden.<br />

Dat is <strong>het</strong> probleem, dat thans aan de orde is. Hier<br />

zijn groote naties, wien in den loop der eeuwen ten<br />

gevolge <strong>van</strong> haar oneenigheid hun levensaandeelen in<br />

deze wereld door bedrog ontnomen werden. <strong>De</strong>ze<br />

naties hebben thans echter haar oneenigheid overwonnen.<br />

Zij zijn thans als jonge volken in den kring der<br />

andere getreden en stellen nu hun eischen. Tegenover<br />

hen bevinden z-ich de zoogenaamd bezittenden. <strong>De</strong>ze<br />

volken, die groote gebieden <strong>van</strong> de wereld zonder zin<br />

of doel eenvoudig blokkeeren, ja, buitendien nog enkele<br />

jaren geleden Duitschland uitplunderden, plaatsen zich<br />

nu op <strong>het</strong> standpunt der zoogenaamd bezittende klassen<br />

onder de volken.<br />

Het gaat niet aan, dat 46 millioen Engelschen 40 millioen<br />

vierkante kilometer der aarde eenvoudig blokkeeren<br />

en verklaren: „Dat is ons door God gegeven. Wij<br />

hebben 20 jaren geleden <strong>van</strong> jullie er nog iets bijgekregen.<br />

Ook dat is thans ons eigendom en wij geven<br />

<strong>het</strong> niet meer terug."<br />

En Frankrijk? Mei zijn werkelijk niet zeer vruchtbaar<br />

volk <strong>van</strong> nauwelijks 80 menschen per vierkante kilomeier<br />

in <strong>het</strong> moederland heeft <strong>het</strong> zelf 9 millioen vierkante<br />

kilometer ruimte veroverd. Duitschland daarentegen<br />

met meer dan 80 millioen zielen heeft nog niet<br />

eens 600.000 vierkante kilometer. Dat is <strong>het</strong> probleem,<br />

dat opgelost moet worden en dat precies zoo zal worden<br />

opgelost als de andere sociale vraagstukken opgelost<br />

worden.<br />

Thans roept nu de bezittende andere wereld: „Men<br />

moet Duitschland verbrokkelen!", „Men moei deze 80<br />

millioen atomiseeren!", „Men mag ze niet aaneengesloten<br />

laten in één staat, daardoor ontneemt men hun<br />

de kracht om hun eischen door te zetten!" Dat is <strong>het</strong><br />

doel, dat zich Engeland en Frankrijk in dezen oorlog<br />

gesteld hebben!<br />

In 1939 hebben de westersche staten <strong>het</strong> masker eindelijk<br />

laten vallen. Zij hebben aan Duitschland, niettegenstaande<br />

al onze pogingen en ons tegemoetkomen,<br />

hun oorlogsverklaring gestuurd. Ze geven thans ongegeneerd<br />

toe: „Zeker, Polen had waarschijnlijk bakzeil<br />

gehaald, maat dat wilden wij niet." Ze geven thans toe<br />

dat <strong>het</strong> mogelijk geweest was om tot een overeenstemming<br />

le komen. Maar zij wilden den oorlog!<br />

Goed dan — dat hebben mij eens de binnenlandsche<br />

tegenstanders ook gezegd. Ik heb hun de hand gereikt,<br />

maar ze hebben ze teruggewezen; zij riepen ook:<br />

„neen, geen accoord, maar strijd". Goed, zij hebben den<br />

strijd gekregen! En ik kan Frankrijk en Engeland alleen<br />

maar zeggen: Ook zij zullen den strijd krijgen!<br />

<strong>De</strong> eerste phase <strong>van</strong> dezen strijd was een politieke<br />

actie. Daardoor werd ons vooreerst de rug vrij gemaakt.<br />

Jaren lang heeft Duitschland met Italië een gemeenschappelijke<br />

politiek gevoerd. Aan deze politiek is lot<br />

op heden niets veranderd. <strong>De</strong> beiden staten zijn nauw<br />

bevriend. Hun gemeenschappelijke belangen kunnen op<br />

denzelfden noemer gebracht worden.<br />

Verleden jaar heb ik nu getracht om aan Engeland<br />

de mogelijkheid te ontnemen den beoogden oorlog tot<br />

een algemeenen wereldoorlog te doen worden. <strong>De</strong><br />

„vrome" mijnheer Chamberlain heeft zich toen maanden<br />

lang moeite gegeven om met den atheïst Stalin tot<br />

overeenstemming te geraken en met hem een verbond te<br />

sluiten. Dat is toen niet gelukt. Ik begrijp, dat men er in<br />

Engeland woest over is, dat ik gedaan heb wat mijnheer<br />

Chamberlain tevergeefs heeft trachten te doen. En ik<br />

begrijp ook, dat <strong>het</strong>geen bij mijnheer Chamberlain „een<br />

God welgevallige daad" geweest zou zijn, bij mij een<br />

God niet zoo welgevallige daad is. Maar toch — ik geloof,<br />

dat de Almachtige er tevreden over zal zijn, dat in<br />

een zoo groot gebied een zinnelooze strijd vermeden<br />

werd. Eeuwen hebben Duitschland en Rusland in vriendschap<br />

en vrede naast elkaar geleefd. Waarom zou dat<br />

in. de toekomst niet weer mogelijk zijn? Ik geloof, dat<br />

<strong>het</strong> mogelijk is omdat de beide volken <strong>het</strong> wenschen.<br />

Dus heeft Duitschland thans vooreerst in politiek opzicht<br />

den rug vrij.<br />

<strong>De</strong> tweede laak <strong>van</strong> <strong>het</strong> jaar 1939 was, ons ook in<br />

militair opzicht vrij te maken. <strong>De</strong> hoop <strong>van</strong> de Engelsche<br />

l oorlogsdeskundigen, dat de strijd in Polen in geen geval<br />

No. 1284 Holl.


voor een half tot een geheel jaar beslis} zou zijn, werd<br />

door de kracht von onze strijdmacht vernietigd. <strong>De</strong> staat<br />

die <strong>van</strong> Engeland de garantie gekregen heeft, is zonder<br />

de vervulling <strong>van</strong> deze garantie binnen 18 dagen <strong>van</strong><br />

de landkaart weggevaagd.<br />

Daarmede is de eerste phase <strong>van</strong> dezen strijd ten<br />

einde en de tweede begint.<br />

Mijnheer Churchill ziet deze phase met spanning<br />

tegemoet. Hij laat door zijn fusschenpersonen — en hij<br />

doet <strong>het</strong> ook persoonlijk — uitdrukking geven aan de<br />

hoop, dat nu eindelijk de strijd mei bommen moge beginnen.<br />

En ze verkondigen reeds, dat deze strijd niet<br />

voor vrouwen en kinderen halt zal houden. Wanneer<br />

heeft ooit Engeland voor vrouwen en kinderen halt gehouden?<br />

<strong>De</strong> geheele blokkadeoorlog is toch niets anders<br />

dan, zooals toenmaals de oorlog tegen de Boeren, een<br />

oorlog tegen vrouwen en kinderen. Toen werden de concentratiekampen<br />

uitgevonden. In Engelsche hersens werd<br />

deze idee geboren. Engeland heeft vrouwen en kinderen<br />

in deze kampen opgesloten. Meer dan 26.000 Boerenvrouwen<br />

zijn in deze kampen jammerlijk te gronde<br />

gegaan. Waarom zou Engeland thans anders strijden?<br />

Dat hebben wij vooruitgezien en wij hebben ons daarop<br />

voorbereid.<br />

Mijnheer Churchill mag er<strong>van</strong> overtuigd zijn: Wat<br />

Engeland in deze vijf maanden gedaan heeft, dat weten<br />

wij; wat Frankrijk gedaan heeft, ook. Maar <strong>het</strong> schijnt<br />

dat hij niet weet, wal Duitschland in deze vijf maanden<br />

gedaan heeft. <strong>De</strong> heeren zijn misschien <strong>van</strong> meening<br />

dat wij in deze vijf maanden geslapen hebben. Sedert<br />

ik de politieke arena betreden heb, heb ik nog geen dag<br />

<strong>van</strong> belang verslapen, laat staan vijf maanden. In deze<br />

vijf maanden is er ongehoords gepresteerd. Tegenover<br />

wat in deze vijf maanden gepresteerd is, verbleekt alles<br />

wat in de voorafgaande zeven jaren in Duitschland ontstond.<br />

Onze bewapening schrijdt voort volgens hef gestelde<br />

plan. Dit plan heeft goed gewerkt. Onze voorzorg<br />

begint thans vruchten te dragen, zoo groote vruchten,<br />

dat onze tegenstanders langzaam beginnen ons te copiëren.<br />

Toch zijn <strong>het</strong> maar nietige copiïsten. Natuurlijk —<br />

de Engelsche radio-omroep weet immers alles beter.<br />

Als <strong>het</strong> daarnaar ging, zou boven Engeland de zon niet<br />

meer kunnen schijnen omdat de Engelsche vliegtuigeskaders<br />

den hemel verduisteren. <strong>De</strong> wereld zou één<br />

wapenarsenaal zijn, uitgerust door Engeland, werkend<br />

voor Engeland, om de Engelsche reuzenlegers te verzorgen.<br />

Aan den anderen kant zou Duitschland voor de<br />

volkomen ineenstorting moeten staan.<br />

Als ik deze buitenlandsche propaganda beschouw,<br />

dan wordt mijn vertrouwen in onze overwinning onmetelijk!<br />

Want deze propaganda heb ik al een keer beleefd:<br />

bijna vijftien jaren lang werd deze propaganda tegen<br />

ons bedreven. Hei zijn dezelfde woorden en dezelfde ;<br />

Uitgever: Falken-Press, Hamburg.<br />

phrasen, ja, als wij goed toekijken, zelf dezelfde koppen<br />

en <strong>het</strong>zelfde dialect.<br />

Met deze lieden heb ik <strong>het</strong> opgenomen als een eenzame<br />

onbekende man, die een handvol menschen tot<br />

zich trok. Maar heden staan deze krachten tegenover<br />

de Duitsche strijdmacht, de machtigste op aarde! Vooral<br />

echter staan deze krachten tegenover <strong>het</strong> Duitsche<br />

volk met zijn vernuft en discipline. <strong>De</strong>ze gemeenschap<br />

is thans bezield met een eenig gloeiend vertrouwen en<br />

een fanatieken wil. <strong>De</strong>ze gemeenschap zal dezen keer<br />

niet de fouten <strong>van</strong> <strong>het</strong> jaar 1918 begaan.<br />

Wanneer thans mijnheer Daladier twijfel hecht aan<br />

deze gemeenschap of als hij <strong>het</strong> land <strong>van</strong> mijn herkomst<br />

citeert en daarmede medelijden gevoelt — oh, Monsieur<br />

Daladier, misschien zult U mijn Oosfmarkers nog leeren<br />

kennen. Zij zullen U dan persoonlijk op de hoogte stellen.<br />

Mijnheer Daladier, <strong>het</strong> geheele Duitsche volk staat<br />

tegenover LI!<br />

Eens, 25 jaren geleden aanvaardde <strong>het</strong> Duitsche volk<br />

den strijd, die <strong>het</strong> toen opgedrongen was. Het was niet<br />

goed voorbereid. Frankrijk had op geheel andere wijze<br />

profijt getrokken <strong>van</strong> zijn volkskracht dan <strong>het</strong> toenmalige<br />

Duitschland. Rusland was de geweldigste tegenstander.<br />

Een geheele wereld kon tegen dit Duiischland gemobiliseerd<br />

worden. Toen trok hel ten strijde en heeft wonderen<br />

<strong>van</strong> heldendaden verricht. En de voorziening was<br />

met ons volk. Maar <strong>het</strong> Duitsche volk werd ondankbaar.<br />

Hef begon toen, in plaals <strong>van</strong> op zjin eigen toekomst en<br />

zijn eigen kracht te zien, op de beloften <strong>van</strong> anderen le<br />

vertrouwen.<br />

Een tweeden keer zal zich dit in onze geschiedenis<br />

niet weer herhalen. Het waren vaak zorgenvolle tijden,<br />

reeds jubelden de tegenstanders over onze vernietiging.<br />

Maar de Beweging heeft de proef doorstaan; vol vreugde<br />

en met een sterk hart heeft zij telkens in <strong>het</strong> vertrouwen<br />

op de noodzakelijkheid <strong>van</strong> onzen strijd haar<br />

krachten ingespannen en den tegenstander opnieuw<br />

<strong>het</strong> hoofd geboden en hem ten sloffe overwonnen.<br />

Thans is dit nu de taak <strong>van</strong> de Duitsche natie. 80 Millioen<br />

treden thans <strong>het</strong> strijdperk binnen. Hen tegenover<br />

staaf een gelijk aantal tegenstanders. <strong>De</strong>ze onze 80<br />

millioen hebben thans een uitstekende innerlijke organisatie,<br />

de beste die er bestaan kan. Zij hebben een sterk<br />

geloof en niet de slechtste leiding, maar — naar mijn<br />

overtuiging — de beste.<br />

Fiiihrer en Volk zijn thans tot hef inzicht gekomen, dat<br />

er geen goede verstandhouding kan bestaan, indien wij<br />

niet bereiken, wat wij als ons recht beschouwen. Wij<br />

willen niet, dat misschien over twee, drie of vijf jaren de<br />

strijd om ons recht opnieuw uitbreekt. Hier is <strong>het</strong> recht<br />

<strong>van</strong> 80 millioen menschen aan de orde!<br />

<strong>De</strong> huidige generatie draagt Duitschlands levenslot,<br />

Duitschlands toekomst! Onze tegenstanders — zij roepen<br />

<strong>het</strong> uit: Duiischland moet ten onder gaan! Maar<br />

Duitschland kan slechts één antwoord geven: Duitschland<br />

zal leven en daarom zal Duitschland overwinnen!


„Handleiding voor Gruwelpropaganda"<br />

<strong>van</strong> Siflney Rogerson.<br />

Een <strong>van</strong> de verbazingwekkendste en overtuigendste<br />

bewijzen voor de ijskoude en ongebreidelde scrupelloosheid,<br />

waarmede Engeland de voorbereidingen tot den<br />

oorlog getroffen heeft, is een geschrift <strong>van</strong> den Engelschman<br />

Sidney Rogerson, dat hij „Handleiding voor gruwelpropaganda"<br />

noemt en den iïfel draagt: „Propaganda in<br />

den volgenden oorlog". Sidney Rogerson, die ui! de<br />

school <strong>van</strong> Lord Northcliffe voortgekomen is, is propagandachef<br />

<strong>van</strong> de joodsche chemietrust „Imperial Chemical<br />

Industries Ltd."<br />

Als hoofdvoorwaarde voor de Britsche oorlogspropaganda<br />

beveelt Rogerson aan orr met alle denkbare middelen<br />

den tegenstander te onleeren en haot tegen hem<br />

op te wekken. In den wereldoorlog was <strong>het</strong> ontketenen<br />

<strong>van</strong> den haat op uitstekende wijze geluld door de telkens<br />

weer door Northcliffe en zijn handlangers <strong>het</strong> Engelsche<br />

volk ingehamerde leuzen <strong>van</strong> de „blonde beesten <strong>van</strong><br />

Nietzsche", <strong>van</strong> de „hunnen <strong>van</strong> den keizer" en de<br />

„Duitsche barbaren". Grondbeginsel <strong>van</strong> de propagandistische<br />

bewerking <strong>van</strong> den tegenstander moesf zijn:<br />

„Houdt U aan de waarheid, maar legt ze zoo uit als <strong>het</strong> U<br />

past. Vermijdt <strong>het</strong> vooral, als <strong>het</strong> mogelijk is, direct te<br />

liegen; want op <strong>het</strong> gebied <strong>van</strong> propaganda is men verlorer<br />

op <strong>het</strong> oogenblik dat men op een leugen betrapt<br />

wordt."<br />

Dat Rogerson's geschrift niet <strong>het</strong> particuliere werk <strong>van</strong><br />

den een of anderen gewonen Engelschman is. blijkt uit<br />

<strong>het</strong> feit dat <strong>het</strong> door den in geheel Engeland als invloedrijkste<br />

autoriteit bekenden militairen schrijver Captain<br />

Liddell Hart in de door hem uitgegeven boekenreeks over<br />

„den volgenden oorlog" werd opgenomen. Liddell Hart<br />

is niet alleen militaire medewerker <strong>van</strong> de „Times" en<br />

<strong>van</strong> hef grootste Engelsche lexicon, de „Encyclopaedia<br />

Britannica", zijn groote invloed op den Engelschen generalen<br />

staf is een alom erkend feit.<br />

Rogerson's vierde hoofdstuk behandelt de propagandistische<br />

bewerking <strong>van</strong> de vijanden, de neutralen en de<br />

bondgenoten. Als vijanden worden Duitschland, Italië en<br />

Japan genoemd en met een zucht constateert de schrijver<br />

dat in Duiischland de situatie thans aanmerkelijk anders<br />

is dan in 1914.<br />

Daar had destijds de Engelsche propaganda in groote<br />

kringen <strong>van</strong> hef publiek open ooren gevonden, die gewillig<br />

naar de Engelsche lokstemmen luisterden. <strong>De</strong><br />

Britsche propaganda had alleen maar noodig <strong>het</strong>zelfde te<br />

beloven, waf ook de Duilsche partijen op hun vaan geschreven<br />

hadden: burgerlijke vrijheid en gelijkgerechtigdheid.<br />

<strong>De</strong> opruiende denkbeelden kon men gemakkelijk<br />

door de bladen <strong>van</strong> de oppositie en door vlugschriften<br />

onder <strong>het</strong> Duitsche volk verspreiden.<br />

Thans zou echter „de vijand", dus Duitschland niet<br />

werkeloos toekijken, maar zelf krachtdadig tot eenteyenactie<br />

overgaan. Vooral echter staat hel nieuwe regime<br />

in Duitschland op een brccdere basis dan <strong>het</strong> keizerlijke;<br />

zelfs <strong>het</strong> kleine aantal buitenstaanders zou niet<br />

meer vatbaar zijn voor democratische leuzen waaraan<br />

de herinneringen aan de harde lessen <strong>van</strong> na den oorlog<br />

verbonden zijn.<br />

Wat dus te doen? Vooreerst een propaganda die hoofdzakelijk<br />

door de lucht, namelijk door de radio en de vliegmachine<br />

schijnbaar opjeciieve berichten verspreidt.<br />

Wanl: „<strong>De</strong> Duitscher heeft een buifengewonen eerbied<br />

voor kennis en stelt er prijs op om steeds goed onderricht<br />

te schijnen. Daarbij voelt hij echter duidelijk dat hij slechts<br />

• een nieuweling in de Europeesche kuituur is." Van dit<br />

„minderwaardigheidsgevoel" moest men gebruik maken<br />

om den Duitscher wijs te maken dat hij in onwetendheid<br />

gelaten wordt. Want <strong>het</strong> komt er op aan, den gesloten wil<br />

<strong>van</strong> hef Duitsche volk te ondermijnen en wantrouwen te<br />

zaaien.<br />

Ook over den neutralen radio-omroep moest men aldus<br />

werken. Aan de Duitschers, die in vreemde landen leven,<br />

moesten de Britsche propagandisten een gestadigen<br />

stroom <strong>van</strong> doelmatig gekozen berichten doen toekomen<br />

en hun de mogelijkheid geven, den inhoud in hun brieven<br />

aan hun landgenoten thuis door te geven.<br />

Tevens moest men aan ontevreden intellectueelen en<br />

andere personen in Duitschland drukwerken en brieven<br />

zenden, die binnen de grenzen <strong>van</strong> Duiischland op de<br />

post gedaan moesten worden.<br />

Wal Italië betreft, zoo redeneert Rogerson met typisch<br />

Britsche laatdunkendheid, zouden Engelsche argumenien<br />

bij veel Italianen een welwillend oor vinden en de „traditïoneele<br />

sympalhie voor Brittanië" zou een bruikbare<br />

basis bieden voor de agitatie, in <strong>het</strong> bijzonder tegen den<br />

Duce. Verder moest men krachtig in Zuid-Tirol, Libye en<br />

Aethiopië agiteeren om aldus <strong>het</strong> vertrouwen <strong>van</strong> de<br />

Italianen in zich zelf en hun leider te ondermijnen en onrust<br />

te stoken onder de door hen beheerschte vreemde<br />

volken.<br />

Tegen Japan moest men vooral op Formoza, in Korea,<br />

Mantsjoekwo en Noord-China tot oproer en verontwaardiging<br />

opzetten. Daar was <strong>het</strong> afwerpen <strong>van</strong> vlugschriften<br />

en <strong>het</strong> voortdragen <strong>van</strong> opruiende ideeën <strong>van</strong> mond<br />

tof mond aan te bevelen.<br />

En nu de neutralen. Men moest trachten ze óver te<br />

halen tot een actieve deelname aan de zijde <strong>van</strong> Engeland<br />

en vooral verhinderen dat ze naar den vijand overloopen-<br />

bij de bondgenoten moest men er voor zorgen<br />

dat ze in hun inspanningen niet verslappen.<br />

Maar met de oude bezweringsformule uit den wereldoorlog<br />

„Redt de wereld voor de democratie'" zou nu niet<br />

meer veel te beginnen zijn, want de democratie was in<br />

een verr'edigingsstelling teruggedrongen, en Duitschland<br />

en Italië werken met een opbouwende contra-idee.<br />

Al mocht ook de volgende oorlog als een strijd<br />

tusschen de democratie en de dictatuur voorgesteld worde^<br />

de ooiiogsbondgenooischappen zouden toch in de<br />

eeiste plaats voortkomen uit de hoop op materiëele<br />

\oordeelen.<br />

In de propaganda moesf men dus de gebeurlijkheden<br />

voor <strong>het</strong> doel <strong>van</strong> de Engelsche zaak friseeren. Zoo zou<br />

men tegenover Frankrijk, de Vereenigde Staten en de<br />

deelen <strong>van</strong> <strong>het</strong> eigen wereldrijk met beslistheid moeten<br />

beweren dat <strong>het</strong> gaat om ee^ stiijd tusschen de democratie<br />

en de vrijheid tegen de dictatuur en de onderdrukking.<br />

Het zou echter zeer moeilijk zijn zich in de propaganda<br />

niet tegen te spreken en de noodige eenheid naar<br />

* alle kanten te bewaren.<br />

Wat zou men al kunnen bereiken, indien men Duitschland<br />

en Italië een verwijt zou maken <strong>van</strong> vergrijpen of<br />

wreedheden die op de Balkan, in Turkije en in Latijnsch<br />

No. 1294


Amerika aan de orde <strong>van</strong> den dag zijn? Welk doel zou<br />

<strong>het</strong> hebben om aan een Turksehen leider democratische<br />

duldzaamheid te prediken, die zijn geheele oppositiepartij<br />

eenvoudig heefl laten ophangen? Gruwelpropaganda<br />

zou in den volgenden oorlog weinig succes hebben;<br />

ze hebben er al gedurende den vrede meer dan<br />

genoeg <strong>van</strong> gehad.<br />

<strong>De</strong> verschillende instelling <strong>van</strong> de neutralen in aanmerking<br />

nemende, is <strong>het</strong> praktisch onmogelijk om aan de<br />

hoofdpropaganda dooi een leidende grondgedachte voldoende<br />

kracht te geven. Daarom is <strong>het</strong> noodig te fabriceeren,<br />

wat zich laat fabriceeren en <strong>het</strong> overal daar te<br />

verspreiden waar <strong>het</strong> in aanmerking komt. <strong>De</strong> Engelsche<br />

propagandisten zullen geen gemakkelijke taak hebben<br />

want ze moeten <strong>het</strong> geringe ter beschikking staande<br />

feitenmaleriaal zoo verspreiden en vervormen dal iets<br />

doelmatigs, iets doorslaands ontstaat; maar in den<br />

wereldoorlog hebben ze bewezen dat ze meesters zijn in<br />

deze kunst.<br />

Rogerson stelt zich veel voor <strong>van</strong> de Britsche invloeden<br />

op de pers <strong>van</strong> de neutrale landen; vooral in de aan<br />

Duitschland grenzende democratieën zou men veel <strong>van</strong> de<br />

Engelsche propaganda afdrukken om een goed deel<br />

daar<strong>van</strong> naar Duiischland te laten uitlekken. <strong>De</strong> filmpropaganda<br />

moest zich de Amerikaansche vervaardigers en<br />

hun beheersching <strong>van</strong> de wereldfilmmarkt dienstbaar<br />

maken.<br />

Vooral moest men de Vereenigde Staten bewerken.<br />

Sinds den wereldoorlog hebben de Amerikanen echter<br />

veel geleerd; ze bemoeien zich tegenwoordig veel meer<br />

met buitenlandsche politiek. Het volk in Amerika is nog<br />

steeds zeer toegankelijk voor influisteringen. Men mag<br />

echter niet uit <strong>het</strong> oog verliezen dat er in de Vereenigde<br />

Staten nog altijd een zeker geheim wantrouwen tegen<br />

Briltannië bestaat. Van groot belang zijn de rond 15<br />

millioen Joden in de wereld, waar<strong>van</strong> er minstens 5 millioen<br />

in de Vereenigde Staten wonen.<br />

Veel gunstiger zou de positie voor Engeland zijn, indien<br />

Japan in den oorlog verwikkeld zou worden; want<br />

dit zou waarschijnlijk zonder meer ook voor de Vereenigde<br />

Staten een beweegreden zijn om aan den oorlog<br />

deel ie nemen. Hef spreekt <strong>van</strong>zelf dat de Engelsche<br />

propagandisten in deze richting moeten werken; <strong>het</strong> is<br />

hun immers ook in den .wereldoorlog gelukt om de Vereenigde<br />

Staten tot actie, tegen Duitschland op tezweepen.<br />

Engeland zou, als vroeger, zijn literaire grootheden en<br />

andere mannen, die in de Vereenigde Staten een goeden<br />

naam hebben, erheen zenden, om bij diners redevoeringen<br />

te houden en zoodoende aan de Engelsche gezichtspunten<br />

gelding te verschaffen. Omgekeerd moest men<br />

zich ten volle de ideeën en ondervindingen <strong>van</strong> die Ame­<br />

Falken-Press, Hamburg<br />

rikanen ten nutte maken, die misschien bij de troepen der<br />

Engelschen of hun bondgenoten dienst doen. Men moest<br />

veel ophef <strong>van</strong> hen maken, hun onderscheidingen verleenen,<br />

in de pers eervol gewag maken <strong>van</strong> hun namen<br />

en hun verhalen gebruiken voor de propaganda in hun<br />

eigen land. Ten slotte moest men de medewerking zien<br />

ie verkrijgen <strong>van</strong> Amerikaansche krantenmenschen en<br />

fotografen. Men moest hun vooral steeds een voldoende<br />

grooten voorraad <strong>van</strong> „gruweltooneelen" verschaffen<br />

voor <strong>het</strong> „gebruik in een <strong>van</strong> de weinige groote landen<br />

waar de gruwelpropaganda, nog succes heeft."<br />

Over Frankrijk merkt Rogerson op, dat men geen constructieve<br />

propaganda-idee kan doorvoeren, zonder zich<br />

<strong>van</strong> Frankrijks toeslemming te verzekeren, en daar de<br />

wereldbeschouwingen zoo <strong>van</strong> elkander afwijken, zou<br />

Frankrijk misschien zelden de toestemming veiieenen.<br />

Aan den anderen kant zal men Frankrijks bondgenoten<br />

voortdurend met propaganda moeten bewerken om hel<br />

een riem onder <strong>het</strong> hart te steken. Frankrijk, dat altijd<br />

wantrouwend is, zou geneigd zijn, den ernsf <strong>van</strong> de oorlogsinspanningen<br />

<strong>van</strong> Briftannië en den om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> zijn<br />

verliezen in twijfel te trekken, als er niet voorldurend de<br />

bewijzen voor geleverd worden.<br />

Wij kregen kennis <strong>van</strong> dit veelzeggend geschrift <strong>van</strong><br />

Rogerson door verklaringen, die de USA-Senator N y e<br />

te zijner tijd in den Senaat deed en die in de Vereenigde<br />

Staten, zooals te begrijpen valt, groote verontwaardiging<br />

ten gevolge hadden wegens den onverholen aard waarop<br />

de schrijver de propagandistische bewerking <strong>van</strong><br />

Amerika aanbeval om <strong>het</strong> in den oorlog te verwikkelen.<br />

Senator Nye legde er den nadruk op, dat hem waarschijnlijk<br />

<strong>het</strong> eenige exemplaar <strong>van</strong> dit geschrift dat naar<br />

de Vereenigde Staten verdwaald was, toegankelijk gemaakt<br />

werd.<br />

Intusschen heeft de wereld ondervonden hoezeer de<br />

Britsche oorlogspropaganda volgens <strong>het</strong> recept <strong>van</strong> Rogerson<br />

werkt. Wat de „bewerking" <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche volk<br />

betreft, heeft de schrijver zelf toegegeven dat de uitzichten<br />

op succes zeer slecht zijn. <strong>De</strong> ondervindingen<br />

hebben dit vermoeden bevestigd.<br />

Hoe zeer ook deze vijandelijke propaganda in hef<br />

Duilsche volk bij voorbaat tol mislukking gedoemd is,<br />

zoo is daarmede toch niet de gevaarlijke uitwerking op<br />

de wereldopinie te niet gedaan. <strong>De</strong> onthullingen <strong>van</strong> de<br />

Britsche oorlogsophifsing en haar methodes zullen er toe<br />

bijdragen om een beeld te geven <strong>van</strong> de handlangersdiensten,<br />

die voor den Engelschen oorlog <strong>van</strong> de overige<br />

wereld verwacht worden.


Een volk in <strong>het</strong> concentratiekamp.<br />

Wanneer men in de wereld er naar omkijkt, waar de<br />

idealen der democratie <strong>het</strong> meest verraden zijn, dan<br />

blijft <strong>het</strong> oog rusten op Engeland. Engelands geweldheerschappij<br />

over den halven aardbol verdankt haar<br />

ontslaan niet aan den wensch om de wereld vrede en<br />

vrijheid te geven, maar aan de onverzadigde hebzucht<br />

<strong>van</strong> enkele rijken, die sedert eeuwen aan de Britsche<br />

machtspolitiek de leiding geven. Zij hebben de sprookjesachtige<br />

schatten <strong>van</strong> Indië uitgebuit; zij hebben ter<br />

wille <strong>van</strong> den handel met opium China in den oorlog<br />

gedreven; zij hebben koningen bedrogen om in Azië<br />

hun winsten op de olie in veiligheid te brengen. Wie verbaast<br />

er zich nog over dat deze plutokraten er niet voor<br />

terugschrikten om een geheel volk te knechten en uit te<br />

roeien toen <strong>het</strong> om goud en diamanten ging.<br />

Wij spreken hier <strong>van</strong> den overval op de Boerenrepublieken,<br />

waardoor zich de Engelsche geldkoningen meester<br />

maakten <strong>van</strong> de Zuidafrikaansche goud- en diamantvelden.<br />

Het dappere Boerenvolk heeft zich tegen de Engelsche<br />

indringers dapper geweerd. Het heeft den strijd<br />

alleen daarom afgebroken, omdat Engeland er toe overging,<br />

door <strong>het</strong> systematische vermoorden <strong>van</strong> Boerenvrouwen<br />

en -kinderen een geheel volk uit te roeien.<br />

„Geen ander volk" — zoo zegt de Engelschman Charles<br />

Dilke in zijn boek „Problems of Greater Brifain" — heeft<br />

<strong>het</strong> zoo goed als wij verstaan om de onderdrukte volken<br />

tot uitsterven te brengen!" Engelands beproefde middel<br />

om dit te bereiken is <strong>het</strong> concentratiekamp dat <strong>het</strong> in <strong>het</strong><br />

jaar 1900 voor de vrouwen en de kinderen der BoeFen<br />

uitvond. Met veertig <strong>van</strong> dergelijke martelaarskampen<br />

moest <strong>het</strong> Boerenvolk gebroken worden.<br />

Onder alle mogelijke voorwendsels werden niet alleen<br />

enkele boerenhoeven in brand gestoken, maar ook<br />

geheele landstreken systematisch vernield. In de meeste<br />

gevallen was reeds <strong>het</strong> feit dat de mannelijke bewoners<br />

hun vaderlandschen plicht als landsverdedigers vervulden<br />

voldoende om hoeven en velden in brand te steken<br />

en vrouwen en kinderen naar de concentratiekampen te<br />

brengen. Binnen acht maanden — <strong>van</strong> Juli 1901 tot Februari<br />

1902 — werden gemiddeld 115.000 vrouwen en 55.000<br />

kinderen <strong>van</strong> onder de 12 jaren in deze kampen ondergebracht.<br />

6189 Boeren vielen als soldaten in den open<br />

strijd. Boven deze verliezen verheft zich tot reusachtige<br />

hoogte <strong>het</strong> ontzaglijke sterven <strong>van</strong> vrouwen en kinderen<br />

in de concentratiekampen. 26.370 vrouwen en kinderen<br />

zijn in deze concentratiekampen omgekomen.<br />

<strong>De</strong> naar de concentratiekampen gebrachte vrouwen<br />

en kinderen hadden reeds een vreeselijk lijden doorgemaakt.<br />

Hoe de Engelsche soldaten op de boerenhoeven<br />

huisden beschrijft een bericht dat de predikant Broot<br />

Huyzen, Pretoria, over de vernietiging <strong>van</strong> de hoeve<br />

Boshof door de Engelschen aan den neef <strong>van</strong> den Boerengeneral<br />

<strong>De</strong> Wet zond. In dit bericht wordt gezegd:<br />

„<strong>De</strong> Britsche bevelhebber dreigde de Boerenvrouw<br />

dat haar huis binnen de tien minuten met dynamiet opgeblazen<br />

zou worden als ze niet een wapenvoorraad<br />

verried die zich'daar bevinden zou. Ofschoon de vrouw<br />

hem op de knieën bad <strong>van</strong> deze daad <strong>van</strong> geweld af te<br />

zien omdat ze geen wapens verborgen hield, werd toch<br />

<strong>het</strong> bevel tot de vernietiging gegeven.<br />

Half waanzinnig stond de vrouw er bij met haar vier<br />

onschuldige kinderen. Toen de tien minuten verstre­<br />

ken waren vloog hef huis in de lucht en de puinhoopen<br />

bedekten de lijken <strong>van</strong> de vijf beklagenswaardige<br />

schepsels."<br />

Uit talrijke andere bronnen blijkt dat niet minder dan<br />

een derde <strong>van</strong> alle Boerenvrouwen en Boerenmeisjes<br />

door Engelsche soldalen misbruikt zijn geworden, waarbij<br />

zelfs kleine kinderen niet gespaard werden.<br />

<strong>De</strong> thans volkomen aan Engeland onderhoorigeSmuts<br />

moest toen in een bericht constateeren dat de Engelschen<br />

de Boerenvrouwen zelfs aan de kaffers overleverden.<br />

In 1902 hield deze zelfde Smuls te Parijs een<br />

rede waarin hij <strong>het</strong> volgende verklaarde:<br />

„<strong>De</strong> Engelsche wijze <strong>van</strong> oorlogvoeren in Transvaal<br />

is een verloochening <strong>van</strong> alles wat recht, zedelijkheid<br />

en menschlijkheid heet. Lord Kitchener heeft een methode<br />

<strong>van</strong> oorlogvoeren die zich kenmerkt door ongehoorde<br />

barbaarschheid, wreedheid en miskenning <strong>van</strong><br />

de elementaarste beginselen <strong>van</strong> internationaal recht.<br />

Een nieuw foltermiddel vond de vijand in de ge<strong>van</strong>genneming<br />

en mishandeling <strong>van</strong> vrouwen en kinderen. Geen<br />

pen zal ooit kunnen beschrijven wat deze heldinnen geleden<br />

hebben. Maar toen de vijand daarmede zijn doel<br />

niet bereikte paste hij een ander middel toe: de ophitsing<br />

en bewapening <strong>van</strong> de kleurlingen."<br />

In een bericht dat Smuts dat jaar aan President<br />

Krüger deed toekomen wordt <strong>het</strong>zelfde geconstateerd<br />

en er aan toegevoegd:<br />

„Ons arm land en volk werd in den winter <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

jaar 1901 in een toestand <strong>van</strong> verwoesting en ellende<br />

gebracht die elke beschrijving te boven gaat. In beide<br />

republieken werden bijna alle hoeven en dorpen "in brand<br />

gestoken en tot op den grond vernield. Ook de vruchtenen<br />

korenvelden werden in brand gestoken. Tot zoo ver<br />

men kon zien was alles verkoold.<br />

<strong>De</strong> oorlog is reeds lang uifgeaard tof een onderneming<br />

tot <strong>het</strong> verdelgen <strong>van</strong> <strong>het</strong> Boerenvolk. Dag aan<br />

dag vernemen wij nieuwe daden die slechts een kommeniaar<br />

zijn op de beruchte woorden <strong>van</strong> den Engelschen<br />

oppercommissaris zelf: „<strong>De</strong> Boeren moeten vernietigd<br />

worden!"<br />

Aan de naar de concentratiekampen gebrachte vrouwen<br />

werd alleen gelaten wat zij op <strong>het</strong> lichaam droegen.<br />

Ze mochten <strong>van</strong> haar eigendom niet eens levensmiddelen<br />

voor de voeding <strong>van</strong> haar kinderen medenemen. Smuts<br />

haalde als bewijs voor de Britsche wreedheid een brief<br />

aan die in de zakken <strong>van</strong> een te Bosfontein gevallen<br />

Engelsch officier gevonden werd. In dezen brief beschreef<br />

de Engelschman hoe hij te werk gegaan was:<br />

In een boerenhuis had hij de vrouwen en kinderen<br />

om de piano bijeen laten komen. Ze moesten „God save<br />

the King" zingen en daarna <strong>het</strong> huis verlaten. Dat stak<br />

hij toen in brand. Een reusachtige pret had hij toen hij<br />

vrouwen uit een brandend huis haar bezittingen zag<br />

dragen. Hij spoorde ze tot haast aan. Toen ze hijgend<br />

bij haar geredde have stonden liet hij ook deze in brand<br />

steken. „Ze zetten vreeselijk domme gezichten. Enkele<br />

vrouwen waren door Kaap-jongens — Kaffers — misbruikt<br />

geworden", noteerde hij in zijn brief.<br />

<strong>De</strong> president <strong>van</strong> Oranje-Vrijstaat, Steyn, consta<br />

leerde in een schrijven aan Lord Kitchener dat de Engel-<br />

Nr. 1304


scrten op vluchtende vrouwen en kinderen geschoten<br />

hadden, ja, ze hadden ze zelfs als dekking tegen de<br />

troepen der Boeren gebruikt.<br />

<strong>De</strong> geestelijken <strong>van</strong> de Nederlandsche Hervormde<br />

Kerk te Kaapstad protesteerden op 7 <strong>De</strong>cember 1900<br />

tegen de Britsche gruweldaden. <strong>De</strong> gruweldaden vonden<br />

in de geheele wereld een verontwaardigd echo, niet <strong>het</strong><br />

minst in Frankrijk, waar men toen nog in staat was de<br />

Engelschen zoo te zien als ze zijn.<br />

Maar ook in Engeland zelf durfden zich enkele stemmen<br />

te verheffen tegen de schande der Kitchenermefhoden.<br />

<strong>De</strong>ze stemmen vonden echter geen gehoor.<br />

<strong>De</strong>s te meer gehoor vond een oorlogs-correspondent<br />

genaamd Winston Churchill, die in de „Morning Post"<br />

<strong>het</strong> volgende schreef:<br />

„Er bestaat slechts één middel om den tegenstand<br />

der Boeren te breken;.dat is de hardste onderdrukking.<br />

Met andere woorden: Wij moeten de ouders<br />

dooden om de kinderen ontzag voor ons te doen<br />

hebben."<br />

Na <strong>het</strong> einde <strong>van</strong> den oorlog konden niet dadelijk<br />

alle vrouwen de concentratiekampen verlaten omdat de<br />

Engelschen haar mannen gedood, haar huizen verbrand<br />

en haar hoeven verwoest hadden. In onze dagen nu,<br />

daar Adolf Hitler in zijn groote sporfpaleis-rede den<br />

strijd <strong>van</strong> de Engelschen tegen vrouwen en kinderen aan<br />

de kaak stelde en als voorbeeld op de Engelsche concentratiekampen<br />

in de toenmalige Boerenrepublieken<br />

wees, trachtte de Engelsche propaganda deze maatregelen<br />

goed te praten. Met verontwaardiging zal niet<br />

alleen <strong>het</strong> Boerenvolk, maar ook de geheele beschaafde<br />

wereld vernemen totwelke huichelarij de„Times"in staaf<br />

is. Dit regeeringsblad schreef daarover: „Lord Milner<br />

heeft de concentratiekampen ingericht om de Boeren­<br />

Falken-Press, Hamburg<br />

vrouwen en -kinderen niet <strong>van</strong> honger te laten sterven.<br />

Na aan<strong>van</strong>kelijke moeilijkheden waren de kampen zoo<br />

mooi geweest, dat vele vrouwen en kinderen er de voorkeur<br />

aan gegeven hadden, nog eenigen tijd in <strong>het</strong> kamp<br />

te blijven."<br />

Ook menig Engelschman zal <strong>van</strong> schaamte gebloosd<br />

hebben toen hij deze uitvluchten <strong>van</strong> de „Times" las. Wij<br />

herhalen: 6189 Boeren vielen in den open strijd. In de<br />

concentratiekampen echter stierven 26.370 vrouwen en<br />

kinderen!<br />

Zoo streden toen de Engelsche plutokraten tegen de<br />

vrouwen en kinderen <strong>van</strong> <strong>het</strong> vlijtige en zedelijk hoog<br />

staande Boerenvolk. En thans?<br />

<strong>De</strong> president <strong>van</strong> <strong>het</strong> Indische Congres, Rajendra<br />

Prassad, vaardigde in Januari 1940 een kennisgeving uit,<br />

waarin <strong>het</strong> heet:<br />

„<strong>De</strong> Engelschen beweren dat ze voor vrijheid en<br />

vrede strijden. In werkelijkheid is Engeland <strong>het</strong> volk dat<br />

alle andere volken tot zijn slaven wil maken, evenals<br />

<strong>het</strong> 350 millioen Indiërs verslaafd heeft, ze exploiteert,<br />

mishandelt, beleedigd, door alcohol en opium vergiftigt<br />

en ze ten slotte in hun ellende hulpeloos laat sterven.<br />

Dat noemen de Engelschen vrede en vrijheid!"<br />

In den Engelschen oorlog trachtte Engeland weer,<br />

evenals in den wereldoorlog, <strong>het</strong> niet strijdende deel <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> Duitsche volk door de hongerblokkade fe vernietigen.<br />

<strong>De</strong>ze blokkade trof niet alleen Duitschland maar<br />

ook de neutralen. Maar de situatie was anders dan in<br />

den wereldoorlog. Duitschland stond veilig en de blokkade<br />

richtte zich als een boemerang tegen <strong>het</strong> Engelsche<br />

volk zelf. In dezen strijd zal Duiischland Europa behoeden<br />

voor de verslaving door de Engelsche plutokratie.


noord op zee.<br />

Bij dc Britsche landingspogingen an deNoorsche kust<br />

werd de Engelsche torpedojager „Cossack" in brand<br />

geschoten en strandde. Dit schip genoot den Ireurigen<br />

roem dat zijn bemanning op weerlooze Duitsche matrozen<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> vrachtschip „Altmark" in de Noorsche<br />

Jossing-Fjord schoot en verscheidene vermoordde. Er<br />

mag daarom worden herinnerd aan een Britsche misdaad<br />

die onder den naam <strong>van</strong> „Baralong-moord" een plaats<br />

in de geschiedenis gevonden heeft.<br />

Op 5 en 8 October 1915 legden zes burgers der Vereenigde<br />

Staten ten overstaan <strong>van</strong> de notarissen M. E.<br />

Ansley te Hancock (Mississippi) en Charles ]. <strong>De</strong>nschaud<br />

te New-Orleans (Louisiana) onder eede een verklaring<br />

af. Het waren:<br />

J. M. Garret uit Kiln in <strong>het</strong> Graafschap Hancock in den<br />

staat Mississippi,<br />

Charles D. Hightower uit Crystal in den staat Texas,<br />

Bud Emerson Palen uit <strong>De</strong>troit in den staat Michigan,<br />

Edward Clark uit <strong>De</strong>troit in den staat Michigan,<br />

R. H. Cosby uit Crystal in den staat Texas en<br />

James J. Curran uit Chicago in den staat Illinois.<br />

<strong>De</strong> verklaring <strong>van</strong> een dezer getuigen, die met de<br />

andere verklaringen overeenkomt, luidt:<br />

„Wij hadden minstens een half uur noodig om <strong>van</strong> de<br />

„Nocosian" vrij te komen. <strong>De</strong> Duitsche kommandant was<br />

zeer tegemoetkomend.<br />

Ik hoorde iemand in onze boot juichen. Toen ik mij<br />

omdraaide zag ik dat een vreemd schip tof op 150 yards<br />

genaderd was. Aan den mast wapperde de Amerikaansche<br />

vlag. Midscheeps aan de zijde was nog een Amerikaansche<br />

vlag aangebracht. Oogenschijnlijk hadden de<br />

Duitschers <strong>het</strong> schip naderbij laten komen omdat ook zij<br />

<strong>het</strong> voor een Amerikaan hielden. Wij wisten nief dat <strong>het</strong><br />

een oorlogsschip was: de hulpkruiser „Baralong". Het<br />

onze vlag voerende schip draaide bij. Wij verwachtten<br />

aan boord te zullen worden genomen.<br />

Ik keek middelerwijl naar den onderzeeër. Een artillerist<br />

was bezig met <strong>het</strong> kanon op den boeg. Er waren er<br />

18 of 20 man aan dek. Dan kwamen <strong>van</strong> <strong>het</strong> vreemde<br />

schip plotseling schoten vlug achter elkaar. Het klonk<br />

als machinegeweervuur. Ik zag hoe de artillerist zich oprichtte.<br />

Hij wierp de armen omhoog en rolde in <strong>het</strong>water.<br />

Aan de verschansing <strong>van</strong> de „Baralong" stonden<br />

mannen in burgerkleeding. (Later vernamen wij dat <strong>het</strong><br />

manschappen <strong>van</strong> de Britsche oorlogsmarine waren.)<br />

Terwijl ik nog verwonderd naar hef schip keek, werd<br />

plotseling de Amerikaansche vlag neergehaald en in<br />

plaats daar<strong>van</strong> de Britsche vlag geheschen. Maar de<br />

Amerikaansche vlag aan de zijde bleef. <strong>De</strong> matrozen<br />

vuurden op de manschappen <strong>van</strong> den onderzeeër.<br />

<strong>De</strong> Duitsche zeelieden haastten zich naar den toren.<br />

Enkelen klauterden naar beneden. Elf bleven er achter.<br />

<strong>De</strong> Engelschen bleven vuren. Plotseling viel de schubachtige<br />

bovenbouw <strong>van</strong> de „Baralong" met <strong>het</strong> opschrift<br />

„Reddinggordels". Te voorschijn kwamen drie vierduims<br />

kanons. Een er<strong>van</strong> vuurde onmiddelijk. Schijnbaar zat<br />

<strong>het</strong> schot te kort, maar <strong>het</strong> bleek toch getroffen te hebben.<br />

<strong>De</strong> onderzeeër helde sterk naar bakboord over.<br />

Een tweede schot nam den periscoop en de vlag <strong>van</strong><br />

den onderzeeër mee. Enkele matrozen vielen onder <strong>het</strong><br />

geweervuur. Een half dozijn stond bij den toren.<br />

Nu belandde een voltreffer in den toren. Er volgde<br />

een dreunende explosie. <strong>De</strong> bovenbouw werd in stukken<br />

gescheurd en de mannen in zee geworpen.<br />

<strong>De</strong> onderzeeër zonk snel. Nu begon een vreeselijke<br />

schietpartij. Van den Duitschen onderzeeër viel geen<br />

schot meer sedert de artillerist door geweervuur gedood<br />

was geworden. Na de explosie <strong>van</strong> den bovenbouw<br />

stonden de overgebleven mannen een tijdlang radeloos.<br />

Dan waren de Duitschers zich zeker <strong>van</strong> de situatie bewust<br />

geworden. Ze renden naar achleren en wierpen de<br />

kleeren af om zwemmend de nabije „Nicosian" te bereiken.<br />

Slechts eenhunner bleef in uniform: hun kapitein.<br />

Gedurende den geheelen tijd bleven de Engelschen<br />

al maar schieten. Wij zagen hoe menig schot doel trof.<br />

Wij hadden aanwijzing gekregen om naar <strong>het</strong> schip<br />

te roeien <strong>van</strong>waar de Engelschen nog schoten.<br />

Aan boord <strong>van</strong> de „Baralong" was <strong>het</strong>alsof eenbende<br />

gekken door den aanblik <strong>van</strong> hef bloed dol geworden<br />

was. <strong>De</strong> kapitein <strong>van</strong> <strong>het</strong> schip was William McBride.<br />

Hij stond te glimlachen. Om ons heen stonden mannen,<br />

trotsch op hun bloedig werk. „Vooruit, jongens", schreeuwde<br />

kapitein McBride, „wij willen de duivels in <strong>het</strong><br />

water doodschieten".<br />

Ik werd misselijk toen de Engelschen opnieuw begonnen.<br />

Onder hèt vuren loeiden zij als een kudde bloeddorstige<br />

wolven. Enkele Duitschers waren op de „Nicosian"<br />

geklauterd. Juist greep er een naar de verschansing:<br />

loen trof hem de kogel.<br />

„Nu op de in <strong>het</strong> water!" <strong>De</strong> woorden <strong>van</strong> kapitein<br />

McBride schenen mij luider dan <strong>het</strong> geweervuur.<br />

<strong>De</strong> Duitschers wisten dat hun einde gekomen was.<br />

Maar ze streden er tegen zoo goed ze konden. lederen<br />

keer dat er geschoten werd doken ze onder.<br />

„Ik heb den grooten", schreeuwde een Engelschman.<br />

„Daar gaat er nog een", riep zijn buurman. —<br />

<strong>De</strong> plaats waar de Duitschers zwommen was door<br />

hun bloed gekleurd. <strong>De</strong> laatste hield zich nog boven<br />

water. Lijken <strong>van</strong> zijn kameraden dreven om hem heen.<br />

<strong>De</strong> schutters misfen, vloekten, schreeuwden. Dan vuurde<br />

er een dozijn gelijktijdig. Reeds stervend streed hij nog<br />

om zijn leven. —<br />

Het Engelsche schip maakle aan den boeg <strong>van</strong> de<br />

„Nicosian" vast. <strong>De</strong> matrozen werden er heen gestuurd.<br />

[.Haalt den rest, maakt geen ge<strong>van</strong>genen", kommandeerde<br />

kapitein McBride. Met een wild geschreeuw<br />

klommen zijn aan boord <strong>van</strong> de „Nicosian", <strong>het</strong> geweer<br />

in de hand.<br />

Aan de spits <strong>van</strong> de matrozen zag ik een timmerman.<br />

Hij zwaaide een pislool in zijn hand. Zijn buurman, de<br />

eerste machinist <strong>van</strong> de „Nicosian" had zich gewapend.<br />

Het was een vreeselijke droom. Wij konden niets<br />

voor de Duitschers doen. Als wij geprotesteerd hadden,<br />

zou men ons ook vermoord hebben. Ik stond <strong>van</strong> afgrijzen<br />

als versteend. Nog altijd vielen er schoten. —<br />

<strong>De</strong> timmerman kwam terug, zwaaiend met zijn pistool.<br />

Captn Manning, de Britsche kommandant <strong>van</strong> de „Nicosian",<br />

keek naar de matrozen. <strong>De</strong> timmerman zei tot hem:<br />

„Well, ik kreeg er een te pakken, Captn".<br />

<strong>De</strong> timmerman keek rond en zag mij. Met <strong>het</strong> pistool<br />

in de hand kwam hij op mij af. „Ik kreeg hem te pakken,<br />

all right!", snauwde hij. Je had eens moeten zien hoe<br />

verstoord hij mij aankeek toen ik <strong>het</strong> hem gaf. Drie <strong>van</strong><br />

hen vond ik in <strong>het</strong> stookruim. Ik richtte <strong>het</strong> pistool op<br />

den dichtslbij zijnden. .Handen omhoog!' dan ging ik op<br />

hem af. Toen ik bij hem was zei hij: .Waarom wil je mij<br />

doodschieten? Ik ben machinist'. Ik zei: .Corne' en ,Now,<br />

niets daai<strong>van</strong>'. Dan wierp hij de handen omhoog en zei:<br />

Nr. 1314


.Schiet, Engelsche bastaard!' Ik ging dicht bij hem staan<br />

en toen gaf ik <strong>het</strong> hem." —<br />

Een luid geschreeuw en een schot onderbraken hem.<br />

OR de „Nicosian" een wild doorelkaar. Uit zijn schuilplaats<br />

onder de brug kwam de kapitein <strong>van</strong> den Duitschen<br />

onderzeeër te voorschijn springen. <strong>De</strong> laatste <strong>van</strong><br />

de ten doode gedoemden sprong over boord en zwom<br />

om den boeg <strong>van</strong> de „Nicosian" op ons toe. Het schip<br />

droeg immers de Amerikaansche vlag.<br />

Maar men vuurde dadelijk op hem. Kapitein Manning<br />

stond naast mij op <strong>het</strong> voorschip. <strong>De</strong> Duitsche kapitein<br />

<strong>van</strong> den onderzeeër keek naar boven. Waarschijnlijk dat<br />

de uniform <strong>van</strong> kapitein Manning hem hoop gaf. <strong>De</strong><br />

Duitscher hief de hand op len teeken <strong>van</strong> overgave, dan<br />

drong een kogel in zijn mond. Hef was vreeselijk. Het<br />

volgende salvo doorboorde hem.<br />

Er werd een hand op mijn schouder gelegd. Toen ik<br />

mij omdraaide zag ik den eersten machinist <strong>van</strong> de<br />

„Nicosian". „Ik kreeg er ook een te pakken", zei hi) „Ik<br />

was direct achter den timmerman. Twee Duitschers sprongen<br />

in den tunnel. Ik snelde hen achterna. Ze klommen in<br />

een bunker, ik sloeg de deur dicht. Dan riep ik: ,Hier<br />

langs, jongens! Ik heb er twee'. Ik doodde een der Duitschers<br />

en de matrozen den anderen."<br />

Mijn ziel kwam in opstand tegen wat ik moesf aanschouwen.<br />

Daar de „Nicosian" bleef drijven kwam men<br />

overeen ze te bergen.<br />

Maar <strong>het</strong> stuitendste zou nog komen. Tegen zes uur<br />

's avonds gaf kapitein Manning <strong>het</strong> bevel de doode<br />

Duitschers naar boven te brengen. Eerst brachten ze<br />

dien uit de machinekamer. Een jonge man was <strong>het</strong>, nauwelijks<br />

meer dan een knaap. Een gat bevond zich midden<br />

in hed voorhoofd. <strong>De</strong> manschappen brachten de machine<br />

voor <strong>het</strong> ophijschen <strong>van</strong> de asch in werking. Een ketting<br />

werd neergelaten, <strong>het</strong> gerammel <strong>van</strong> de ketting, dan <strong>het</strong><br />

ratelen <strong>van</strong> de machine: <strong>het</strong> eene lijk na <strong>het</strong> andere werd<br />

aan dek gehaald. <strong>De</strong> ketting was om den hals gebonden<br />

en men sleepte de lijken naar de bakboordverschansing.<br />

leder had een gaf in <strong>het</strong> voorhoofd, op dezelfde<br />

plaats. Het maakte den indruk alsof er iemand hef laatst<br />

nog eens op geschoten had.<br />

<strong>De</strong> doode Duitschers werden gehoond. En daarin<br />

waren de officieren en de manschappen gelijk. Een hunner<br />

sfiet met zijn voet in <strong>het</strong> gelaat <strong>van</strong> een der dooden.<br />

Anderen volgden zijn voorbeeld.<br />

Toen de zon onderging wierp men de lijken over<br />

boord. Hun requiëm was <strong>het</strong> afschuwelijke vloeken der<br />

Engelsche bemanning. Van boord <strong>van</strong> de „Baralong"<br />

weerklonk dronken geschreeuw. <strong>De</strong> Amerikaansche vlag<br />

was nog altijd op de zijde <strong>van</strong> <strong>het</strong> schip zichtbaar.<br />

<strong>De</strong> „Nicosian" werd door de „Baralong" gesleept. Er<br />

waren 27 Amerikanen op dit schip. Toen de lijken <strong>van</strong><br />

Falken-Press, Hamburg<br />

de Duitschers wegzonken werd er een groote punchbowl<br />

aan dek gebracht. Matrozen en officieren schepten er<br />

met hun kopjes uit. <strong>De</strong> bowl werd telkens bijgevuld. —<br />

In den nacht liet McBride ons Amerikanen bijeen<br />

komen en hij waarschuwde ons, ooit tegen iemand een<br />

woord te zeggen <strong>van</strong> <strong>het</strong>geen wij gezien hadden."<br />

Zoover dit aangrijpende bericht. - Toen Duitschland<br />

Engeland met de bezetting <strong>van</strong> Noorwegen voorgekomen<br />

was, kwam <strong>het</strong> voor Narvik tot hevige gevechten tusschen<br />

de Duitsche torpedojagersvloot en Engelsche oorlogsschepen.<br />

Een deelnemer aan den strijd schreef ons:<br />

„Vreeselijk is dc misdaad der Britten. Menschen die met<br />

schoten door dc long hulpeloos met de golven streden werden<br />

hun slachtoffer. Op een vlot mei vveerlooze schip<strong>breuk</strong>elingen<br />

richtten zij hun snelvuur. Ze schoten neer wat<br />

hun voor den loop kwam. Met een ruwheid gingen de Britten<br />

te werk die waarlijk heestachtig was."<br />

Hoe handelden de Duitschers daarentegen?<br />

<strong>De</strong> Amerikaansche kapitein Steltman <strong>van</strong> <strong>het</strong> stoomschip<br />

„Washington" gaf in New York een bericht over de<br />

veiklaringen <strong>van</strong> de door hem opgenomen manschappen<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> in den grond geboorde Engelsche vrachtschip<br />

„Oliver Grove": <strong>De</strong> Engelschen hadden hem <strong>het</strong> volgende<br />

verklaard:<br />

„<strong>De</strong> Duitsche onderzeeër had aangeboden de reddingbooten<br />

<strong>van</strong> de „Oliver Grove" op sleeptouw te nemen en gelijktijdig<br />

sos-roepen uitgezonden, zoodat de „Washington" er<br />

in slaagde de reddingbooten op te nemen. <strong>De</strong> kommandant<br />

<strong>van</strong> den Duitschen onderzeeër had alles gedaan om voor dc<br />

veiligheid <strong>van</strong> de voltallig geredde 'bemanning <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

stoomschip zorg te dragen. Ersl toen dit gebeurd was had<br />

hij zijn reis voortgezet."<br />

Voorts mag gewag gemakt worden <strong>van</strong> hef bericht<br />

<strong>van</strong> de bemanning <strong>van</strong> den Britschen trawler„Cresswell"<br />

<strong>van</strong> Fleefwood. <strong>De</strong> onderzeeër nam de bemanning aan<br />

boord en voer zeven uren lang ioldat de stoomboot<br />

„Phvlisia" in <strong>het</strong> gezicht kwam. Aan dit schip werd de<br />

bemanning <strong>van</strong> de „Cresswell" overgegeven. <strong>De</strong> kapitein<br />

<strong>van</strong> den trawler berichtte dat de kommandant <strong>van</strong><br />

den onderzeeër hem bij <strong>het</strong> afscheid gezegd had: „Vertel<br />

aan mijnheer Churchill dat de bemanningen der<br />

Duitsche onderzeeërs geen ongevoelige moordenaars<br />

zijn".<br />

. Met beirekking tot de nieuwe moorddaden <strong>van</strong> de<br />

Engelschen hield een deelnemer aan den wereldoorlog<br />

een rede voor de microfoon over de beschieting in <strong>het</strong><br />

jaar 1915 <strong>van</strong> den kruiser „Dresden", die zich in een chileensche.dus<br />

neutrale haven bevond. <strong>De</strong> spreker besloot<br />

zijn rede met de woorden:<br />

„Ais de Engelsche machthebbers — <strong>het</strong> zijn thans dezelfde<br />

als voor twintig jaren — nog eens moeten boeten voor alles<br />

wat zij aan laagheid en gemeenheid hebben misdreven, dan<br />

zullen ze nog eens een heel leelijke pijp moeten rooken."


Onder de politieke methodes, de eigen handelingen<br />

door verdraaiing der feiten goed te praten en de handelingen<br />

<strong>van</strong> de tegenstanders met schijnheilige verontwaardiging<br />

te brandmerken, neemt <strong>het</strong> Engelsche begrip<br />

„cant" een bijzondere plaats in.<br />

Geen volk ter wereld heeft in zijn woordenschat een<br />

begrip dat, als <strong>het</strong> Engelsche woord „cant", huichelarij,<br />

schijnheiligheid, enz. in alle schakeeringen omvat. Wie<br />

zich een duidelijke voorstelling <strong>van</strong> de bijzondere methodes<br />

der Engelsche politiek wil maken, moet zich bezig<br />

houden met <strong>het</strong> begrip „cant".<br />

Oorspronkelijk beteekende „cant" <strong>het</strong> vrome geprevel<br />

der bedelaars. Eerst in den loop der tijden heeft <strong>het</strong><br />

woord die beteekenis gekregen die aan de volken die<br />

<strong>het</strong> slachtoffer <strong>van</strong> de Britsche exploitatiepolitiek waren,<br />

door de praktische uitwerkingen<br />

maar al te<br />

bekend geworden' is.<br />

In alle sociale, gezellige,<br />

politieke en godsdienstige<br />

sferen bestaat<br />

voor de Britten<br />

de mogelijkheid om<br />

„cant" toe te passen.<br />

Wij willen aan de hand<br />

<strong>van</strong> eenige praktische<br />

voorbeelden verklaren<br />

wat gemeend is.<br />

In <strong>het</strong> Britsche House<br />

of Lords zit, gelijk bekend<br />

is, de voorzitter<br />

op een wollen zak. Nu<br />

kan volgens, de grondwet<br />

deze voorzitter een<br />

burger zijn. Daar men<br />

echter <strong>van</strong> de edele<br />

Lords niet kan verwachten<br />

dat ze met een<br />

burger in één vertrek<br />

zitten en dezelfde lucht ademen, hebben ze besloten om<br />

te veronderstellen dat de wollen zak zich buiten <strong>het</strong> vertrek<br />

bevindt, leder verstandig mensch zou de handen in<br />

elkaar slaan <strong>van</strong> verbazing en zich afvragen hoe zoo iets<br />

mogelijk is. <strong>De</strong> Engelschman zal echter volgens zijn<br />

„cant" met denzelfden ademtocht zeggen dat Engeland<br />

<strong>het</strong> meest vrije en vooruitstrevende land is.<br />

Hier ontmoeten wij, zooals de biograaf <strong>van</strong> Carlyle<br />

<strong>het</strong> noemt, oprechte onoprechtheid. Men huichelt maar<br />

men weet niet meer dat men huichelt. Ondertusschen is<br />

deze soort <strong>van</strong> „cant" een voor de buitenwereld onbelangrijke<br />

bijkomstige omstandigheid. Belangrijker wordt<br />

de aangelegenheid zoodra de godsdienstige opvatting<br />

<strong>van</strong> de Engelsche puriteinsche leer een rol begint te spelen.<br />

<strong>De</strong> Engelsche theologen hebben zich de geloofsleer<br />

dat God de menschen of voor de eeuwige zaligheid of<br />

voor de eeuwige verdoemenis voorbestemd heeft volgens<br />

hun „cant" ten nutte gemaakt. Een bijna zeker kenmerk<br />

tot welke groep iemand behoort is de persoonlijke<br />

welstand. Is iemand rijk en wordt hij steeds rijker, dan is<br />

dat een teeken dat hij uitverkoren is. Is iemand arm en<br />

zinkt hij steeds dieper op de sociale ladder, dan is dat<br />

een teeken <strong>van</strong> verwerping. Is men echter uitverkoren<br />

dan kan men eigenlijk niet meer zondigen.<br />

Grijpen wij een voorbeeld uit de Engelsche sociale<br />

geschiedenis. Langen tijd bestond <strong>het</strong> volgende systeem.<br />

<strong>De</strong> eigenaars <strong>van</strong> kolenbooten die zeer goedkoop kolen<br />

naar Londen brachten bezaten aldaar havenkroegen<br />

waar de kolendragers aangeworven werden. Hoe meer<br />

ze daar dronken, en wel <strong>van</strong> de slechtste en ongezondste<br />

Wat is Cant?<br />

<strong>De</strong> Engelschen komen, breng je in veiligheid!<br />

(Uit <strong>het</strong> Parijsche blad „Crapouillot", 'November 1931.)<br />

foezel, des te meer kans hadden ze om aangenomen te<br />

worden. <strong>De</strong> werk zoekenden moesten een vierde <strong>van</strong><br />

hun loon verdrinken om arbeid te krijgen. Om zich niet<br />

volkomen te ruïneeren werd de foezel vaak weggegoien.<br />

Betaald moest ze echter worden opdat de slavenhouder<br />

twee keer aan hen kon verdienen, namelijk als kroegbaas<br />

en als werkgever. <strong>De</strong> families <strong>van</strong> deze „niet-uitverkorenen"<br />

gingen te gronde en de processen-verbaal<br />

<strong>van</strong> de getuigenissen der vrouwen zijn een vreeselijke<br />

aanklacht <strong>van</strong> wereldbeteekenis tegen de „cant". <strong>De</strong><br />

heerschende klassen negeerden deze hun wel bekende<br />

toestanden. Zij vervalschten de werkelijkheid door te<br />

zeggen: „<strong>De</strong> armen zijn er zelf aan schuld. Waarom<br />

drinken ze? Wij zullen er een paar redden met behulp<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> Leger des Heils of de Church Army. Dan hebben<br />

• wij een zuiver geweten!<br />

En dan logen zij<br />

„met een zuiver geweten"<br />

dat alles in orde<br />

was.<br />

In den Engelschman<br />

heeft zich dermate de<br />

overtuiging vastgezet<br />

dat de anderen achterlijk<br />

zijn en dat Engeland<br />

aan de spits staat,<br />

dat hij <strong>het</strong> altijd weer<br />

noodig acht om andere<br />

volken terecht te wijzen<br />

en zich als zedenrechter<br />

der wereld op<br />

te spelen. Zoo maken<br />

de Britten er aanmerkingen<br />

over dat de<br />

vrouwen in <strong>het</strong> buiten­<br />

land op <strong>het</strong> veld werken.<br />

Daarbij is <strong>het</strong><br />

buiten kijf dat de Engelsche<br />

vrouwen <strong>van</strong><br />

de „lagere standen", die men zonder schroom „lower<br />

classes" noemt, in de fabrieken boven haar krachten<br />

moeten werken. Daarom staat de internationale man<br />

<strong>van</strong> eer tot den Engelschen Gentleman als inhoud tot<br />

uiterlijk, als wezen lot schijn. Voor den Engelschman<br />

heeft de „cant" <strong>het</strong> woord geschapen:<br />

Gij behoeft geen gentleman te zijn; Ge moet maar de middelen<br />

hebben U als een gentleman voor te doen, en<br />

Ge zijt er een.<br />

Gij behoeft niet gelijk te hebben; Ge moet slechts binnen<br />

• de vormen <strong>van</strong> <strong>het</strong> recht blijven, en Ge hebt gelijk.<br />

Ook in <strong>het</strong> rechtsleven ontmoeten wij de „cant". <strong>De</strong><br />

Engelschman gelooft op een eerwaardige traditie te<br />

kunnen wijzen. <strong>De</strong> rechters dragen hun pruiken, de oude<br />

Engelsche wetten zijn ongeschreven en laten voor de<br />

„cant" een achterdeur open. Alle andere naties zouden<br />

b.v. de bepaling, dat in een zelfde zaak geen verder<br />

aanklachten gemengd mogen worden omdat dit een ongunstige<br />

uitwerking voor den beklaagde zou kunnen<br />

hebben, volgens <strong>het</strong> gezonde menschenverstand uitleggen.<br />

Wat maakt men er in Engeland <strong>van</strong>? <strong>De</strong> „cant"<br />

maakt hier<strong>van</strong> gebruik voor spitsvondigheden. Er bestaat<br />

een juristisch voorbeeld dat altijd weer aangehaald<br />

wordt.<br />

Een dief wordt ten laste gelegd een jonge koe gestolen<br />

te hebben. <strong>De</strong> advocaat, die alle kunstgrepen kent,<br />

bewijst dat er geen jonge koe gestolen is maar een kalf,<br />

want <strong>het</strong> gestolen dier zou men even goed een kalf kunnen<br />

noemen. <strong>De</strong> rechtbank accepteert dit bewijs! Omdat<br />

Nr. 1324 Holl.


er in de aanklacht niets <strong>van</strong> een kalf gezegd wordt, wordt<br />

die dief vrijgesproken.<br />

<strong>De</strong>ze voorbedde mogen aantoonen dat de ,„cant" in<br />

<strong>het</strong> Britsche leven tot een haast <strong>van</strong>zelfsprekend begrip<br />

geworden is. Men moet weten dat naar buiten, d.w. z. in<br />

de politiek, de Britsche eigenaardigheid niet daar ligt<br />

waar velen ze zoeken, in bijzondere ruwheid, bijzondere<br />

leugenachtigheid, bijzonder verwerpelijke diplomatieke<br />

methodes, maar in de verbinding <strong>van</strong> deze karaktertrekken<br />

met de „cant".<br />

Er bestaan drie hoofdregels waarin deze „cant" zich<br />

openbaart. <strong>De</strong>ze zijn:<br />

1. Wanneer Engeland koloniale volken of met Engeland gealliëerde<br />

volken onderdrukt, dan beweert de „cant" dat dit<br />

niet geschiedt in <strong>het</strong> belang <strong>van</strong> Engeland maar in <strong>het</strong> belang<br />

<strong>van</strong> deze volken zelf.<br />

2. Engeland en alleen Engeland is gerechtigd om in naam der<br />

humaniteit de ruwste onderdrukkingsmethodes toe te passen.<br />

Wanneer andere volken dezelfde methodes toepassen,<br />

dan zijn <strong>het</strong> barbaren die verdienen verdelgd te worden.<br />

3. <strong>De</strong> Engelschen zijn <strong>het</strong> uitverkoren volk Gods. Daarom<br />

beweerde de „Times" (1. 10. 1937) in vollen ernst dat de<br />

Engelschen afstammen <strong>van</strong> de tien verloren stammen <strong>van</strong><br />

Israël, die zich na een zwerftocht over <strong>het</strong> vasteland op de<br />

Britsche eilanden gevestigd hadden. Daarom heeft Engeland<br />

buiten alle goddelijke taken voor zijn politiek een goddelijke<br />

theologische taak. Engeland dwarsboomen heet dus<br />

gelijktijdig <strong>het</strong> goddelijk gezag dwarsboomen.<br />

<strong>De</strong> bekende Engelsche staatsman Pitt heeft eens tot<br />

den Spaanschen gezant gezegd:<br />

„Het verschil tusschen vrienden en neutralen is zeer groot,<br />

dat tusschen neutralen en vijanden daarentegen zeer klein;<br />

<strong>het</strong> kleinste toeval, een onbelangrijke aanleiding, een licht<br />

wantrouwen, zelfs een vergissing kunnen voldoende zijn<br />

om dit verschil te doen vergeten."<br />

<strong>De</strong> geschiedenis bewijst dat de Britsche „cant" <strong>het</strong><br />

op meesterlijke wijze klaargespeeld heeft om de gemeenste<br />

neutraliteitsschendingen te doen vergeten. In<br />

<strong>het</strong> jaar 1807 had Engeland in den diepsten vrede vier<br />

dagenlang zonder eenige oorlogsverklaring Kopenhagen<br />

beschoten, honderden huizen vernield en de <strong>De</strong>ensche<br />

vloot — 18 linieschepen, 15 fregatten en kleinere vaartuigen<br />

— weggesleept. Roovers bestaan er ook elders,<br />

maar ze trachten niet hun daden met den mantel der weldaad<br />

goed te praten. Engeland handelde ook hier weer<br />

volgens den geest <strong>van</strong> de „cant". Het trachtte immers<br />

dezen overval midden in den vrede te verontschuldigen<br />

door te zeggen dat de vloot anders in de handen <strong>van</strong><br />

Napoleon gevallen zou zijn.<br />

In <strong>het</strong> jaar 1857 stond de wereld onder den indruk <strong>van</strong><br />

de vreeselijke Britsche gruwelen in den Indischen opstand.<br />

Het was natuurlijk geen militaire opstand zooals<br />

men in Engeland beweerde, maar <strong>het</strong> verweer <strong>van</strong> een<br />

tot <strong>het</strong> bloed gepijnigd volk. <strong>De</strong> Ostindische Compagnie,<br />

die in aansluiting daaraan door den staat genaast werd,<br />

werd door den kanselier <strong>van</strong> de schatkist met de volgende<br />

„cant" tot de orde geroepen:<br />

„Indië is door de Compagnie, in strijd met de haar gegeven<br />

bevoegdheden, alleen door haar muitende ambtenaren veroverd<br />

geworden."<br />

Dat was natuurlijk alles geschied onder de oogen <strong>van</strong><br />

de Engelsche regeering, die ten allen tijde de macht had<br />

om in te grijpen. Maar de „cant" wilde zich <strong>van</strong> de rijkdommen<br />

<strong>van</strong> Indië meester maken zonder de verant­<br />

Falken-Press, Hamburg<br />

woording voor de vreeselijke slachtingen op zich te nemen.<br />

<strong>De</strong> „cant" schiep aldus de basis voor <strong>het</strong> verwerven<br />

<strong>van</strong> de rijkdommen <strong>van</strong> Indië op de goedkoopst<br />

mogelijke manier en zonder verantwoording naar buiten.<br />

In <strong>het</strong> gepijnigde land bleef natuurlijk alles bij <strong>het</strong> oude.<br />

In de zitting <strong>van</strong> <strong>het</strong> Lagerhuis <strong>van</strong> 14 Maart 1859<br />

vierde de „cant" ware triomfen. Een zekere Mr. Gilpin<br />

wees op de massakreering <strong>van</strong> <strong>het</strong> 26ste inboorlingenregiment,<br />

die op 1 Augustus in Oejoeala plaatsgevonden<br />

had. Het regiment had de wapens neergelegd na de belofte<br />

<strong>van</strong> een behoorlijk onderzoek. 230 man werden er<br />

neergeschoten, 45 gewurgd en 41 voor de kanonnen gebonden<br />

en in de lucht geschoten. Daarop verhief zich in<br />

de zitting de eerwaarde Lord Stanley en zeide:<br />

„Het bericht <strong>van</strong> Mr. Cooper is in zoo lichtvaardige en onbehoorlijke<br />

termen opgesteld dat men tevergeefs naar elk<br />

gevoel <strong>van</strong> fatsoen zoekt. Ik betreur <strong>het</strong> gebeurde en hoop<br />

dat de kamer er met stilzwijgen overheen zal stappen."<br />

Natuurlijk stapte men er met stilzwijgen overheen en<br />

de Britsche „cant" had weer eens voor de camoufleering<br />

<strong>van</strong> de bijna waterzuchtige gier der Britten naar macht<br />

en gelding op zich genomen.<br />

Thans is de ontmaskering <strong>van</strong> de „cant" een <strong>van</strong> de<br />

gewichtigsfe taken <strong>van</strong> den tegenwoordigentijd. Moesten<br />

niet eindelijk alle volken begrijpen wat „cant" beduidt?<br />

Zouden de plechtige beloften <strong>van</strong> bijstand aan Polen,<br />

Noorwegen, Nederland en België en ook aan Frankrijk<br />

weer worden vergeten? Hoopte niet <strong>het</strong> Britsche Imperialisme<br />

met zijn „cant" de volken ook thans weer naar<br />

de slachtbank te sturen door hun voor te spiegelen dat<br />

de heiligste goederen der menschheit, de civilisatie, de<br />

kuituur, enz. in gevaar verkeeren? <strong>De</strong> „cant" noemt zelfs<br />

de Turken bondgenoten in den strijd voor <strong>het</strong> Christen ­<br />

dom, ofschoon de geheele wereld weet dat de Turken<br />

Mohamedanen zijn.<br />

Met de oorlogsverklaring aan Duitschland beweerde<br />

Engeland schijnheilig dat <strong>het</strong> de wereld de gruwelen <strong>van</strong><br />

den oorlog wilde besparen. Wie had er den vrede aangeboden<br />

en nog wel in October 1939? <strong>De</strong> Duitsche rijkskanselier<br />

Adolf Hitler! Plechtig waren de grenzen <strong>van</strong><br />

Frankrijk in <strong>het</strong> vertrouwen op tegenzijdigheid door<br />

Duitschland erkend geworden, maar gedreven door de<br />

Engelsche „cant" verklaarde dit Frankrijk aan Duitschland<br />

den oorlog. In <strong>het</strong> uur waarin de Duitsche troepen<br />

de havens <strong>van</strong> <strong>het</strong> kanaal bereikten en de Engelsche<br />

volksmisleiders bang werden voor de gevolgen <strong>van</strong> hun<br />

oorlog, verkondigden zij in de hoop dat de wereld de<br />

oorlogsverklaring <strong>van</strong> Engeland aan Duitschland zou<br />

hebben vergeten, dat Duitschland hun den vrede genomen<br />

had. <strong>De</strong> „cant" was <strong>het</strong> die de ongelooflijke bewering<br />

door den Engelschen omroep verspreidde dat<br />

tegenover de Britsche eer eerloosheid, tegenover de<br />

Britsche trouw verraad, tegenover de Britsche rechtvaardigheid<br />

brutaal geweld stond.<br />

Dat was de kwitantie voor die Polen, Noren, Nederlanders,<br />

Belgen en Franschen die zich voor de Britsche<br />

belangen tot den oorlog lieten drijven. Zij zijn thans <strong>van</strong><br />

hun stuk gebracht door de eerloosheid, de ontrouw en<br />

<strong>het</strong> verraad <strong>van</strong> hun Britsche bondgenoten.<br />

<strong>De</strong> wereldgeschiedenis is <strong>het</strong> wereldgericht. Met Engeland<br />

zal ook over de Britsche „cant" <strong>het</strong> oordeel geveld<br />

worden.


Zo/<br />

Het rijkste Land der Wereld en zijn Arbeiders.<br />

Als wereldrijk staat <strong>het</strong> Britsche Imperium met zijn<br />

dominiens en koloniën dn den kring der volken. Nog in<br />

de jaren 1880 tot 1900 vergrootte zich <strong>het</strong> Imperium met<br />

<strong>het</strong> twintigvoudige <strong>van</strong> <strong>het</strong> moederland, na 1918 nog<br />

eens met <strong>het</strong> achtvoudige. Het omvat tegenwoordig ongeveer<br />

een vierde der oppervlakte en een vierde der<br />

bevolking der aarde.<br />

Maar al deze macht en<br />

de glans der gouden baren<br />

der Londensche City kunnen<br />

de onbeschrijflijke ellende<br />

der lage klassen der bevolking<br />

in Engeland niet toedekken.<br />

Slechts enkelen — zij<br />

noemen zich de „upper class"<br />

— bezitten de macht en <strong>het</strong><br />

geld. Exploiteering is hun<br />

leuze en <strong>het</strong> deert hen niet<br />

dat inboorlingen door den<br />

heerendienst te gronde gaan<br />

of dat Britsche arbeidersvrouwen<br />

in Old England zelf<br />

hongermarschen ondernemen.<br />

Onwrikbaar houden ze<br />

vast aan hun politieke leerstelling:<br />

„Not to commit himself"<br />

(Zich vooral niet blootstellen).<br />

fff Reeds anderhalve eeuw<br />

geleden liet de bekende Engelsche<br />

schrijver Thomas<br />

Carlyle in een <strong>van</strong> zijn geschriften<br />

de volgende aanklacht<br />

hooren:<br />

„Welk nut hebben jullie gesponnen<br />

hemden? Ze hangen<br />

er bij millioenen onverkoopbaar, ofschoon vlijtige ruggen er<br />

tevergeefs naar verlangen. <strong>De</strong> arbeider roept ook tevergeefs<br />

naar een loon waarmede hij ook maar de hoogst noodige<br />

levensmiddelen en kleeren zou kunnen aanschaffen."<br />

In 1911 schreven de Engelsche philantropen Sidney<br />

en Beatrice Webb in hun boek „Het probleem der armoede:<br />

„Het aantal werkloozen — 1<br />

vrouwen en kinderen inbegrepen<br />

—• bedraagt verscheidene honderdduizend. Ongeveer<br />

700000 oude menschen, die niet onder de armenwet vallen,<br />

zijn zonder ouderdomstoelage niet in staat om te bestaan.<br />

Helaas is <strong>het</strong> maar al te waar dat er in <strong>het</strong> Vereenigd Koninkrijk<br />

ten allen tijde tusschen de drie en vier millioen<br />

menschen <strong>van</strong> eiken leeftijd leven die, voor zoo verre niet<br />

door de overheid of <strong>van</strong> particuliere zijde ingegrepen wordt,<br />

door ontbering <strong>van</strong> <strong>het</strong> allernoodigste aan lichaam en ziel<br />

schade blijken te ondervinden."<br />

<strong>De</strong> Britsche minister <strong>van</strong> arbeid Brown verklaarde op<br />

4 <strong>De</strong>cember 1939 in de „Manchester Guardian" dat <strong>het</strong><br />

aantal werkloozen einde November 1939 in England 1,4<br />

millioen bedragen heeft.<br />

Onder den dekmantel <strong>van</strong> persoonlijke vrijheid en<br />

<strong>het</strong> devies „democratie" bereikten de Bnitsche hoogere<br />

standen dat zij hun arbeidsslaven tot <strong>het</strong> uiterste konden<br />

exploiteeren zonder door wettelijke bepalingen noemenswaard<br />

gehinderd te worden. Op ongeveer 14 millioen<br />

werknemers werden in 1924 slechts de loonsverhoudingen<br />

<strong>van</strong> anderhalf millioen arbeiders door officieele<br />

loonbureaux geconlroleerd. In <strong>het</strong> jaar 1938 waren hel<br />

nog slechts weinig meer dan een millioen. Tegenover de<br />

groolhandelsprijzen zijn de loonen in den tijd <strong>van</strong> 1934<br />

tot 1937 ongeveer 20 % teruggebleven. Bij <strong>het</strong> uitbreken<br />

Wij zullen den oorlog winnen want wij zijn <strong>het</strong><br />

rijkste volk der wereld.<br />

(fit „The Land Worker", Lontion, Maart 1940.)<br />

<strong>van</strong> den door Engeland verklaarden oorlog daalde de<br />

koopkracht der loonen plotseling sterk. <strong>De</strong> prijzen<br />

stegen ongeveer 70 %, de loonen daarentegen slechts<br />

hoogstens 30 %.<br />

Opmerkelijk zijn de door den bekenden Engelschen<br />

staathuishoudkundige Sir Robert Kinderslay gepubliceerde<br />

cijfers. Volgens deze<br />

cijfers hebben slechts 4 %<br />

der salarisont<strong>van</strong>gers een<br />

inkomen <strong>van</strong> meer dan 400<br />

Pond. Ofschoon de absolute<br />

hoogte <strong>van</strong> hef arbeidsloon<br />

reeds gering is, wordt de<br />

noodtoestand <strong>van</strong> de Engelsche<br />

arbeiders nog daardoor<br />

verergerd dat bijna de helft<br />

<strong>van</strong> hel loon voor woekerachtige<br />

huren uitgegeven<br />

moet worden. <strong>De</strong>ze onbegrijpelijke<br />

toestand vind! zijn<br />

verklaring in <strong>het</strong> feit dat de<br />

grond in Engeland slechts<br />

aan enkele gewinzuchtige<br />

grootgrondbezitters toebehoort.<br />

Volgens de onderzoekingen<strong>van</strong><br />

den Engelschen physiolog<br />

Sir )ohn Orr beloopen<br />

de onkosten voor <strong>het</strong><br />

levensonderhoud <strong>van</strong> een<br />

familie <strong>van</strong> vier personen op<br />

zijn minst 80 Pond per jaar.<br />

Slechts de helft <strong>van</strong> de Engelsche<br />

bevolking is bij<br />

machte dit bedrag uit te geven.<br />

Echter heeft 10 % <strong>van</strong><br />

de bevolking in plaats <strong>van</strong> de noodige 80 Pond slechts<br />

een inkomen <strong>van</strong> 50 Pond, waarbij men niet mag vergeten<br />

dat de helft dezer groep uit kinderen onder de<br />

14 jaar beslaat. Van overheids wege is in Engeland door<br />

tallooze commissies telkens weer een ondervoeding<br />

<strong>van</strong> de breede volkslagen geconstateerd geworden.<br />

Vooral ontbreekt <strong>het</strong> in Engeland aan een breedsporige<br />

steunactie <strong>van</strong> <strong>het</strong> volk voor <strong>het</strong> volk als b. v. hel<br />

Duitsche „Winterhilfswerk".<br />

Het is daarom begrijpelijk dat sedert 1921, met uitzondering<br />

<strong>van</strong> de jaren 1928 en 1934, hel geboortencijfer<br />

bijna onafgebroken daalt. Terwijl b.v. in Duiischland<br />

<strong>het</strong> geboortenoverschot <strong>van</strong> 1933 tot 1934 bijna<br />

verdubbeld was, vond in Engeland een angstwekkende<br />

achteruitgang plaats. <strong>De</strong>ze cijfers bewijzen op ondubbelzinnige<br />

wijze den socialen achterstand <strong>van</strong> Groot-<br />

Brittannië, want de huwelijken hebben in Engeland aanmerkelijk<br />

toegenomen. Ten gevolge <strong>van</strong> den socialen<br />

nood ziet men meer en meer op tegen de stijgende<br />

kosten voor <strong>het</strong> onderhoud <strong>van</strong> een gezin. <strong>De</strong>zelfde<br />

daling der geboortencijfers valt in <strong>het</strong> Britsche Imperium<br />

te constateeren.<br />

Wanneer men in aanmerking neemt dat Engeland<br />

met zijn geweldige schatten aan zijn kinderen slechts<br />

een leven <strong>van</strong> nood, honger en ellende biedt, dan is <strong>het</strong><br />

niet verbazingwekkend dat de prestaties op sociaal<br />

gebied, b. v. <strong>van</strong> de ziekteverzekering, karig genoemd<br />

moeten worden. Zoo bestaat b. v. in Engeland de toelage<br />

voor kraamvrouwen slechts uit een eenmalige uitkeering<br />

<strong>van</strong> twee Pond aan de verzekerde voor elke<br />

bevalling.<br />

1334 — H.


Volgens <strong>het</strong> Duitsche recht worden als bijstand voor<br />

kraamvrouwen bij bevallingen en ongemakken de<br />

kosten <strong>van</strong> de vroedvrouw, den dokter, medicijnen en<br />

andere kleine geneesmiddelen verstrekt. Voorts wordt<br />

een eenmalige toelage voor de verdere kosten der bevalling<br />

verleend en gedurende tien weken een weekgeld<br />

ter hoogte <strong>van</strong> de ziekteuitkeering, behalve de<br />

bijzondere bijdrage voor den tijd dat <strong>het</strong> kind gezoogd<br />

wordt. <strong>De</strong> Duitsche sociale verzekering heeft voor deze<br />

ondersteuningen in <strong>het</strong> jaar 1938/39 meer dan 110 millioen<br />

Rijksmark uitgekeerd.<br />

In Duitschland worden ook de kosten betaald voor<br />

gevallen <strong>van</strong> zware ziekte die de behandeling door een<br />

specialist, een operatie, de behandeling in een ziekenhuis,<br />

enz. noodzakelijk maken. Dit is in Engeland niet<br />

<strong>het</strong> geval.<br />

Daarvoor mogen in Engeland de arbeiders in verhouding<br />

tot de zeer geringe prestaties <strong>van</strong> de verzekeringsinstituten<br />

zeer hooge bijdragen betalen en ze moeten<br />

er mede rekening houden dat ze, als ze een ziekenhuisbehandeling<br />

aannemen, elk oogenbhk uit <strong>het</strong> ziekenhuis<br />

kunnen worden ontslagen. Het verzekeringsinstituut<br />

heeft alleen <strong>het</strong> recht, niet de plicht, om uit de<br />

voor de geneeskundige behandeling ter beschikking<br />

staande gelden aan de ziekenhuizen een bijdrage le<br />

betalen. Blijven deze bijdragen uit, dan zijn de ziekenhuizen<br />

ten allen tijde bevoegd om aan de verzekerden<br />

<strong>het</strong> verblijf te ontzeggen.<br />

Voor de toename <strong>van</strong> de sociale spanningen in Engeland<br />

is vooral de toename <strong>van</strong> de arbeidsgeschillen<br />

sedert 1933 kenmerkend. Van 1933 tot 1937 steeg <strong>het</strong><br />

aantal arbèidsgeschillen <strong>van</strong> 357 tot 1 122. Duidelijk<br />

blijkt uit <strong>het</strong> onderstaande overzicht de toename deisociale<br />

spanningen:<br />

. Aamal siakers-en Gedwongen V e r l o r e n werkdagen<br />

' a<br />

uitges'otenen werklno/en<br />

1933 114 000 22 000 1 070 000<br />

1934 109 000 25 000 960 000<br />

1935 230 000 41 000 1 960 000<br />

1936 241 000 75 000 1 830 000<br />

1937 390 000 205 000 3 420 000<br />

Vooral was de verminderde prestatie merkbaar bij<br />

de kolenmijnen in <strong>het</strong> jaar 1938 waarin op 173000 stakers<br />

697000 ploegen uitvielen.<br />

<strong>De</strong> kinderarbeid is een <strong>van</strong> de treurigste hoofdstukken<br />

<strong>van</strong> de sociale geschiedenis <strong>van</strong> Groot-Bnttanië.<br />

<strong>De</strong> betaling <strong>van</strong> dezen arbeid werd geregeld volgens<br />

gedanen arbeid. Daarom werden de kinderen bijna tot<br />

hun volle uitputting aangespoord. Vluchtten de kinderen<br />

uit hun werk, dan zag men er niet tegen op, ze als<br />

misdadigers in de boeien te slaan. <strong>De</strong> dood was de<br />

eenige uitweg en <strong>het</strong> aantal zelfmoorden onder de kinderen<br />

was ontzettend hoog.<br />

Eerst in <strong>het</strong> jaar 1937 werden bepalingen uitgevaardigd<br />

die elders reeds sedert generaties tot <strong>het</strong> ijzeren<br />

fonds <strong>van</strong> de arbeiderswetgeving behooren. Een verbod<br />

<strong>van</strong> nachtarbeid voor vrouwelijke en jeugdige arbeiders<br />

tusschen 14 en 21 jaar werd eveneens eerst in<br />

den laatsten tijd ingevoerd. Tot op dat tijdstip stonden<br />

in Engeland voor de exploileering <strong>van</strong> vrouwen en jeugdigen<br />

alle deuren wijd open. <strong>De</strong> werktijd <strong>van</strong> mannelijke<br />

arbeiders is in <strong>het</strong> geheel niet beperkt.<br />

Het schijnt verklaarbaar dal naar <strong>het</strong> voorbeeld <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> moederland de sociale toestanden in de kolomen<br />

en vooral in Indië vreeselijk zijn. <strong>De</strong> „upper classes" —<br />

de hoogere kringen — kennen slechts een doel: Niet<br />

voor hel welzijn <strong>van</strong> den arbeider moet gezorgd worden,<br />

maar voor de winsten der particuliere ondernemingen.<br />

Wanneer men zich deze toestanden voor oogen houdt<br />

is <strong>het</strong> begrijpelijk dat Engeland met schele oogen kijkt<br />

naar wat er in Duitschland op <strong>het</strong> gebied <strong>van</strong> socialen<br />

opbouw sedert 1933 gepresteerd is en dat hierin een <strong>van</strong><br />

de redenen <strong>van</strong> de oorlogsverklaring <strong>van</strong> Engeland aan<br />

Duitschland ligt. In de vrees voor <strong>het</strong> Duitsche voorbeeld<br />

en in de afgunst schuilen de diepste oorzaken <strong>van</strong> de<br />

oorlogsverklaring <strong>van</strong> Engeland aan Duitschland. Engeland<br />

duldt op sociaal gebied toestanden die meer dan<br />

achterlijk zijn. Nergens bestaan er zoo vreeselijke woonholen<br />

als in de Engelsche slums. Zoo brengt de Engelschman<br />

B.S. Townroe in zijn boek: „The Slum-Problem"<br />

<strong>het</strong> volgende voorbeeld uit de slums te Glasgow:<br />

„<strong>De</strong> bewoner had 14 jaar bij <strong>het</strong> leger gediend en was<br />

gedurende den wereldoorlog viermaal gewond geweest. <strong>De</strong><br />

eenige woning die hij bij de demobilisatie voor zijn vrouw<br />

en zijn kind vond was een huis <strong>van</strong> twee kamers, waaraan<br />

de volksmond den naam „Telescoop-type" gegeven heeft.<br />

Een huisdeur was er niet. Het water liep langs de wanden<br />

neer omdat de regen door de muur <strong>van</strong> <strong>het</strong> huis heendrong.<br />

<strong>De</strong>ze gewezen soldaat zeide tegen mij vol bitterheid: ,Men<br />

moet een held zijn als men in zulke kamers wil leven'."<br />

Zoo behandelde Engeland zijn soldaten die uit de hel<br />

<strong>van</strong> den wereldoorlog terugkwamen. Nog heden strekt<br />

zich de wijk der armoede uit over een gebied dat ongeveer<br />

overeenkomt met den om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> een gemiddelde<br />

groote stad. <strong>De</strong> genoemde Townroe schrijft dat^^<br />

in Liverpool alleen 20 000 menschen in kleine keld


Weliswaar praalde de waard ouder gewoonte nog steeds met zijne<br />

vrome uitlatingen, dt>ch sedert hij zich de buldoggen had aangeschaft, <strong>het</strong><br />

hij <strong>het</strong> mom <strong>van</strong> gehuichelde beminlijfiheid steeds meer vallen, althans<br />

wanneer de reiziger niet den indruk maakte <strong>van</strong> een machtig en invloedrijk<br />

man te zijn. Bij de meesten legde hij <strong>het</strong> er zonder veel omslag op toe, dat<br />

zij alles uitpakten, wat zij in hun zakken en in hun bagage hadden, om zich<br />

dan datgene toe te eigenen, wat hem <strong>het</strong> meest aanstond. Ook uit de postkoetsen,<br />

die elke week den weg naar den pas moesten afleggen, sleepte hij<br />

paketten en brieven in zijn huis, al was <strong>het</strong> alleen maar om te weten te<br />

komen, of er nieuwe zendingen via den pas aangekondigd werden, die <strong>het</strong><br />

rooven waard waren.<br />

Doch bij al zijn vrijpostig gedoe, pochte hij doorloopend op zijne vroomheid<br />

en prees de gerechtigheid. En niemand <strong>van</strong> de uitgeplunderden <strong>het</strong> hij<br />

gaan, zonder hem de op zalvenden toon uitgesproken troostwoorden op zijn<br />

verderen weg mede te geven: „Luister naar mij, beste vriend, deze wereld is<br />

vol slechtheid en rooflust. Hoe gemakkelijk hadt gij op den verderen tocht<br />

bij roovers terecht kunnen komen, en al je hebben en houden zou dan in<br />

... of er nieuwe zendingen angekondigtl werden, die <strong>het</strong> rooven waard waren.<br />

handen gekomen zijn <strong>van</strong> slechte menschen. Dat kan nu niet meer gebeuren, verheug<br />

je, dat alles opgeborgen werd in <strong>het</strong> huis <strong>van</strong> een rechtvaardig mensch!<br />

Ga met God!" Vervolgens floot hij dan zijn buldoggen, opdat deze den armen<br />

vreemdeling voorbij zouden laten. Hijzelf vouwde zijn handen op zijn wanstaltig<br />

lijf en knikte den vertrekkende zelfgenoegzaam na. Hij was zoozeer<br />

overtuigd <strong>van</strong> zijn eigen rechtschapenheid, dat <strong>het</strong> geen enkelen keer bij hem<br />

opkwam, dat de ware gerechtigheid op een kwaden dag weieens zou kunnen<br />

komen opdagen, ten einde zijn buldoggen op te ruimen en om voorgoed met<br />

hem af te rekenen wegens zijn keurig bedrijf.<br />

Hij was immers niemand anders dan „John Buil", en ondanks <strong>het</strong><br />

nieuwe opschrift „Kom binnen" op <strong>het</strong> bord boven zijn deur, schemerden<br />

nog duidelijk de woorden „Gibraltar", „Cyprus", „Suez",„Aden", „Singapore",<br />

„Hongkong" door!<br />

Falken-Press, Hamburg / N r.. 1344


Aan den smallen weg, die naar den pas over <strong>het</strong> gebergte voerde, lag een<br />

eenzaam gebouw. Het behoorde tot <strong>het</strong> eertijds welvarende dorp, welks<br />

huizen op de hellingen en tusschen de alpenweiden aan den noordkant <strong>van</strong><br />

den weg yer uit elkaar opdoemden. Waar de spits toeloopende weidestrook<br />

tusschen de klippen en kloven<br />

zich voortzette tot aan<br />

den weg, was <strong>het</strong> hecht gebouwde<br />

huis lang geleden<br />

verrezen. Aan den overkant<br />

zag men niets dan steile rotswanden,<br />

aan wier voet de<br />

schuimende beek zich een'<br />

weg gebaand had tusschen<br />

haar loodrecht oprijzende<br />

oevers.<br />

Toen <strong>het</strong> vroeger zoo<br />

bloeiende dorp in verval geraakte,<br />

was iemand <strong>van</strong> uitheemschen<br />

landaard in <strong>het</strong><br />

bezit weten te komen <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> gebouw. Weldra gingen<br />

de dorpsbewoners er aan<br />

twijfelen, of zulks wel op<br />

rechtmatige wijze geschied<br />

kon zijn. Immers de oude<br />

man, aan wien <strong>het</strong> huis <strong>het</strong><br />

laatst behoord had, was op-<br />

.ens spoorloos verdwenen.<br />

.. iemand <strong>van</strong> uitheemschen landaard had in <strong>het</strong> bezit °P welken eigendom stitel<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> gebouw weten te komen ... de nieuwe bezitter zich kon<br />

beroepen, wist niemand te<br />

zeggen. Niet lang daarna was er brand uitgebroken in <strong>het</strong> gemeentehuis, zoodat<br />

<strong>het</strong> geheele archief verloren gegaan was. Toen men er toe overging,<br />

nieuwe registers aan te leggen, moest <strong>het</strong> gemeentebestuur afgaan op de<br />

onder eede afgegeven getuigenissen <strong>van</strong> de werkelijke of vermeende eigenaren.<br />

En de vreemdeling in <strong>het</strong> dal deindse er heelemaal niet voor terug om den<br />

vereischten eed af te leggen. Van toen af zagen de rechtgeaarde dorpelingen<br />

geen kans meer, den vreemdeling kwijt te raken, wiens hoovaardig gedrag<br />

en ongebreideld winstbejag den roep <strong>van</strong> <strong>het</strong> dorp geen goed deden. <strong>De</strong><br />

ordentelijke boeren vermeden met hem in aanraking te komen. Zij noemden<br />

hem nooit bij zijn eigenlijken naam, doch zij hadden <strong>het</strong> steeds over den<br />

indringer.<br />

Niettemin ging deze allerminst gebukt onder de eenzaamheid, want <strong>het</strong><br />

drukke verkeer op den weg ging immers vlak langs zijn huis. Verder had de<br />

vreemdeling blijkbaar in <strong>het</strong> geheel geen lust om <strong>het</strong> terrein achter zijn huis<br />

te bewerken. <strong>De</strong> weiden zagen er verwaarloosd uit, want hij hield zich evenmin<br />

op met veeteelt. Hij bepaalde zich er toe, een bord boven zijn deur aan<br />

te brengen, waarop met vette letters te lezen stond „Kom binnen". Zulks kon<br />

door de voorbijtrekkende kooplieden en toeristen uitgelegd worden als eene<br />

vriendelijk bedoelde uitnoodiging, dan wel als een bruusk bevel. <strong>De</strong> ligging<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> gebouw maakte, dat men <strong>het</strong> tot pleisterplaats moest kiezen. <strong>De</strong><br />

waard was een robuste kerel met een geweldigen buik en hoeveel moeite <strong>het</strong><br />

hem ook kostte om een innemenden plooi op zijn grof gelaat te tooveren,<br />

zijne zaakjes verstond hij opperbest. <strong>De</strong> wanden <strong>van</strong> zijn gelagkamer prijkten<br />

met tal <strong>van</strong> vrome spreuken en de waard zelf liet geen gelegenheid voorbijgaan<br />

om zijn kwezelachtige gemoed te luchten. Aangezien aan gene zijde<br />

<strong>van</strong> den pas telkens oorlog heerschte en onlusten uitbraken, was hij evenmin<br />

•<br />

karig met zijne zalvende ontboezemingen aangaande de slechtheid dezer<br />

wereld. Voortdurend zinspeelde hij op de gevaren, die men te duchten had.<br />

Zoodoende kwam <strong>het</strong>, dat menig reiziger een dag of wat langer bij den<br />

vromen waard vertoefde, dan hij aan<strong>van</strong>kelijk <strong>van</strong> plan was. Het kwam<br />

eveneens voor, dat zij hun reis in <strong>het</strong> geheel niet voortzetten. Hun geld verhuisde<br />

dan naar den zak <strong>van</strong> den waard en hun overige hebben en houden<br />

naar zijn kelder. Hun lijken evenwel kwamen in een duistere nacht terecht<br />

in <strong>het</strong> woelige water <strong>van</strong> <strong>het</strong> bergstroompje, om door de kolkende golven<br />

medegesleurd te worden tot ver in <strong>het</strong> dal. Het kwam zelden voor, dat één<br />

<strong>van</strong> die lichamen gevonden werd. Aah<strong>van</strong>kelijk viel de verdenking dan ook<br />

. . . hun lijken werden door de kolkende golven medegesleurd tot ver in <strong>het</strong> dal.<br />

nooit op den waard, want in verband met diens vrome manier <strong>van</strong> praten en<br />

doen hield niemand hem tot dergelijke euveldaden in staat. Bovendien was<br />

hij ook leep genoeg, om zijn geniepigen moordlust slechts bot te vieren,<br />

wanneer er krijgsbedrijven of woelingen in de buurt <strong>van</strong> den bergpas aan<br />

den gang waren, zoodat de verdenking allicht op anderen moest vallen.<br />

Toen zich hier en daar gaandeweg toch argwaan tegen hem begon voor te<br />

doen, was hij door zijn geroof reeds zoo rijk geworden, dat niemand er<br />

openlijk voor uit durfde komen, waartoe hij den waard met zijn vrome<br />

praatjes in staat achtte. Toch kreeg hij steeds vaker te hooren, dat hij feitelijk<br />

een vreemde eend in de bijt was. Doch daarom bekreunde hij zich al<br />

bitter weinig, want hij was buitengewoon dikhuidig. Het deerde hem echter<br />

meer, dat ook de doortrekkende lieden zijn logement begonnen te mijden,<br />

en dat de verlokkelijke uitnoodiging om binnen te komen steeds minder uitwerking<br />

had.<br />

Opeens liet de waard uit zijn geboorteland een koppel vinnige buldoggen<br />

komen. Aan die beesten gaf hij de zonderlingste benamingen, zooals „Hood",<br />

„Nelson" en „Rodney". Altoos lagen er een stuk of wat op den smallen weg<br />

en zoodra er een reiziger kwam opdagen, loerden zij naar hem met hun met<br />

bloed beloopen druipoogen. Brommend lieten zij hun tanden zien, zoodat<br />

den toeristen vrijwel niets anders overbleef, dan zoo spoedig mogelijk een<br />

goed heenkomen te zoeken achter de beschermende deur, waarboven de<br />

gelastende woorden „Kom binnen" prijkten.


„Een beeld <strong>van</strong> den toestónd, zooals f k dien zie"<br />

Kernstuk <strong>van</strong> de rede Van den Führer en Rijkskanselier Adolf Hitler naar aanleiding <strong>van</strong> <strong>het</strong> ten einde brengen<br />

<strong>van</strong> den oorlog in Frankrijk.<br />

Ten eerste: Het verloop <strong>van</strong> de achter ons liggende<br />

tien maanden heeft mij gelijk en onzen tegenstanders<br />

ongelijk gegeven.<br />

Als zoogenaamde Engelsche staatslieden verzekeren<br />

dat hun land uit iedere nederlaag en ieder wansucces<br />

sterker te voorschijn treedt, dan is <strong>het</strong> zeker geen overdrijving<br />

als ik hierbij verklaar dat wij uit de successen<br />

eveneens sterker te voorschijn gekomen zijn.<br />

Ik heb U reeds op 1 September<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> laatste jaar verklaard<br />

dat, wat er ook moge gebeuren,<br />

Duitschland noch door wapengeweld<br />

noch door den tijd zal worden<br />

overmeesterd. <strong>De</strong> militaire<br />

situatie <strong>van</strong> hef Rijk is thans sterker<br />

dan ooit. Gij hebt de op zich<br />

zelf zware, maar over <strong>het</strong> geheel<br />

toch zoo geringe verliezen gezien,<br />

die de Duitsche strijdmacht gedurende<br />

de laatste drie maanden<br />

geleden heeft. Wanneer gij bedenkt<br />

dat wij in dezen tijd een front gevormd<br />

hebben, dat thans <strong>van</strong> den<br />

Noordkaap tot de Spaansche grens<br />

reikt, zijn de verliezen, in <strong>het</strong> bijzonder<br />

wanneer zij met den wereldoorlog<br />

vergeleken worden,<br />

buitengewoon gering.<br />

Ten tweede: <strong>De</strong> wapens. Niettemin<br />

hebben wij natuurlijk voorzorgsmaatregelen<br />

genomen voor<br />

verliezen, welke veel grooter zijn.<br />

<strong>De</strong> daardoor uitgespaarde mannen<br />

<strong>van</strong> ons volk zullen ten goede<br />

komen aan de voortzetting <strong>van</strong><br />

den vrijheidsoorlog, die ons is opgedrongen.<br />

Het verlies aan wapens<br />

in den veldtocht tegen Noorwegen<br />

envooral ook tegen Nederland,<br />

België en Frankrijk, is volkomen<br />

onbeteekenend. Het staat<br />

in geen verhouding tot de productie.<br />

Leger en luchtmacht zijn op<br />

<strong>het</strong> oogenblik dat ik tot U spreek, Adolf Hitler, de Führer <strong>van</strong> Grootduitschland<br />

ook wat hun uitrusting betreft, volkomener<br />

en sterker dan zij voor <strong>het</strong> offensief in <strong>het</strong><br />

Westen waren.<br />

Ten derde: <strong>De</strong> rnuniiievoorziening. <strong>De</strong> munilievoorziening<br />

werd op zulk een schaal voorbereid en de aangelegde<br />

voorraden zijn zoo groot dat op vele gebieden<br />

thans moet worden overgegaan tot een beperking, resp.<br />

omschakeling der productie, daar de ter beschikking<br />

staande depots en opslagruimten, ook bij de grootste<br />

uitbreiding, voor een deel niet meer de sterk toegenomen<br />

aanvoeren zouden kunnen bergen. <strong>De</strong> gezamenlijke<br />

voorraden zijn derhalve bij <strong>het</strong> leger en de luchtmacht<br />

op <strong>het</strong> oogenblik voor alle wapens aanzienlijk<br />

grooter dan voor den aanval in <strong>het</strong> Westen.<br />

Ten vierde: Voorden oorlog belangrijke grondstof f en.<br />

Dank zij <strong>het</strong> vierjarenplan was Duitschland uitstekend<br />

voorbereid op de zwaarste beproevingen. In geen enkele<br />

weermacht op aarde is ook maar benaderend zooals<br />

in Duitschland een omschakeling bereikt <strong>van</strong> voor<br />

den oorlog belangrijke grondstoffen die geïmporteerd<br />

moeten worden tot stoffen die in <strong>het</strong> land zelf voor-<br />

komen. Wij bezitten in de eerste plaais de beide belangrijkste<br />

grondstoffen, kolen en ijzer, in — ik mag<br />

thans wel zeggen — onbegrensde mate. Wat de brandstofvoorziening<br />

betreft, de voorraden zijn rijkelijk groot<br />

en de capaciteit <strong>van</strong> onze productie stijgt en zal binnenkort<br />

— zelfs wanneer iedere invoer uitblijft — voor onze<br />

behoeften volkomen toereikend zijn. — Door onze inzameling<br />

<strong>van</strong> metaal is reeds aanstonds onze metaalreserve<br />

zoovergroot dat wij tegen<br />

een oorlog <strong>van</strong> eiken duur zijn<br />

opgewassen en geen enkele gebeurlijkheid<br />

behoeven te vreezen.<br />

Hierbij komen nog de geweldige<br />

mogelijkheden, die in <strong>het</strong> verkrijgen<br />

<strong>van</strong> een onafzienbaren buit,<br />

zoowel als in <strong>het</strong> ontsluiten <strong>van</strong><br />

de door ons bezette gebieden liggen.<br />

Duitschland en Italië bezitten<br />

in de door hen gereguleerde<br />

en beheerschte oeconomische<br />

ruimte rond 200 millioen menschen,<br />

waar<strong>van</strong> slechts 130 millioen soldaten<br />

opleveren, terwijl meer dan<br />

70 millioen uitsluitend in oeconomisch<br />

opzicht werkzaam kunnen<br />

zijn.<br />

Ook de voedselvoorziening is<br />

dezen keer, dank zij de tijdig getroffen<br />

maatregelen, voor den<br />

duur <strong>van</strong> den oorlog verzekerd.<br />

Ten vijfde: <strong>De</strong> houding <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

Duitsche volk. Het Duitsche volk<br />

is dank zij de nationaal-socialistische<br />

opvoeding niet in dezen<br />

oorlog gegaan met de oppervlakkigheid<br />

<strong>van</strong> een hoera-patriotisme.doch<br />

met den fanatieken ernst<br />

<strong>van</strong> een ras dat <strong>het</strong> lot kent dat<br />

<strong>het</strong> fe waehfen staat voor <strong>het</strong> geval<br />

<strong>het</strong> overwonnen zou worden.<br />

<strong>De</strong> pogingen <strong>van</strong> de propaganda<br />

<strong>van</strong> onze tegenstanders om deze<br />

aaneengeslotenheid te verbreken<br />

waren even dom als nulteloos.<br />

Tien maanden oorlog hebben dit<br />

fanatisme verdiept. Het Duitsche<br />

volk heeft zijn innerlijke houding voor alles bewezen<br />

door zijn zoonen die op de slagvelden streden en die in<br />

enkele weken den na Duitschland sterksten militairen<br />

legenslander hebben verslagen en vernietigd. Hun geest<br />

was en is ook de geest <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche vaderland.<br />

Ten zesde: Het overige deel ven de wereld <strong>De</strong> laatste<br />

hoop schijnt in de oogen der Engelsche politici, behalve<br />

op de vei bonden en geallieerde naties, bestaande<br />

uit een aantal <strong>van</strong> door hen onderhouden staatshoofden<br />

zonder troon, steaislieden zonder volken en gerer?als<br />

zonder legers, op nieuwe verwikkelingen gevestigd te<br />

zijn, die zij hopen te voorschijn te kunnen roepen dank<br />

zij hun in dit opzicht beproefde handigheid. Het geloof<br />

aan een mogelijke nieuwe vervreemding tusschen<br />

Duitschland en Rusland is <strong>van</strong> deze verwachting een<br />

werkelijke Ahasverus.<br />

<strong>De</strong> Duitsch-Russische verhouding is definitief bepaald.<br />

Het motief hiertoe lag in <strong>het</strong> feit dat Engeland<br />

en Frankrijk, ondersteund door zekere kleine staten,<br />

Duitschland veroveringsplannen in gebieden toedichtten,<br />

/ —<br />

Nr. 1354 Holl'.


die buiten alle Duitsche belangen lagen. Nu eens werd<br />

gezegd, Duitschland wil de Oekraine bezetten, dan weer<br />

Duitschland wil Finland binnenrukken. Een andere keer<br />

beweerde men, Roemenië wordt bedreigd, ja tenslotte<br />

was men zelfs voor Turkije bevreesd.<br />

Ik achtte <strong>het</strong> onder deze omstandigheden juist om<br />

voornamelijk met Rusland over te gaan tot een nuchtere<br />

vaststelling der belangen, teneinde eens en voor altijd<br />

duidelijk te maken, wat Duitschland voor zijn toekomst<br />

als belangengebied meent te moeten beschouwen en wat<br />

omgekeerd Rusland voor zijn bestaan belangrijk acht.<br />

Op deze duidelijke afbakening <strong>van</strong> de wederzijdsche<br />

belangengebieden volgde de nieuwe regeling <strong>van</strong> de<br />

Duitsch-Russische verhouding. Alle hoop dat thans in hef<br />

kader daar<strong>van</strong> een nieuwe Duitsch-Russische spanning<br />

zou kunnen intreden, is kinderachtig. Noch Duitschland<br />

heeft een stap gedaan die <strong>het</strong> buiten zijn belangengebied<br />

bracht, noch Rusland heeft zulks gedaan. <strong>De</strong> hoop<br />

<strong>van</strong> Engeland echter, door <strong>het</strong> uitlokken <strong>van</strong> de een of<br />

andere nieuwe Europeesche crisis een ontlasting <strong>van</strong><br />

zijn eigen situatie te kunnen bereiken is, voorzoover <strong>het</strong><br />

de verhouding tusschen Duitschland en Rusland betreft,<br />

een valsche gevolgtrekking. <strong>De</strong> Britsche staatslieden<br />

zien alles iets langzamer in, zij zullen derhalve ook dit<br />

nog in den loop der lijden leeren begrijpen.<br />

Ik heb in mijn rede <strong>van</strong> den zesden October de verdere<br />

ontwikkeling <strong>van</strong> dezen oorlog wel juist voorspeld.<br />

Ik verzeker U, heeren afgevaardigden, dat ik geen<br />

oogenblik aan de overwinning kon twijfelen. Wanneer<br />

men thans niet juist in de nederlagen de teekenen en<br />

waarborgen <strong>van</strong> de eindoverwinning ziet, dan geloof ik,<br />

dat de ontwikkeling mij tot dusver wel in <strong>het</strong> gelijk heeft<br />

gesteld. Niettegenstaande ik <strong>van</strong> deze ontwikkeling<br />

overtuigd was, heb ik destijds Frankrijk en Engeland de<br />

hand toegestoken om tot overeenstemming te komen.<br />

Ik heb U destijds tegelijkertijd verzekerd, dat ik<br />

vreesde wegens mijn vredesvoorstel zelfs te worden uitgekreten<br />

voor bangerd, die niet wil vechten omdat hij<br />

niet meer vechten kan. Het is ook precies zoo gebeurd.<br />

Ik geloof echter wel dat reeds thans Frankrijk — minderde<br />

schuldige staatslieden als <strong>het</strong> volk — over dezen sesden<br />

October anders zal denken. Welk een onnoemelijke ellende<br />

is sindsdien over dit groote land en volk gekomen! Ik<br />

wil <strong>het</strong> er niet nog eens over hebben, wat een leed deze<br />

oorlog den soldaten heeft gebracht. Want bijna hier<br />

bovenuit gaat nog <strong>het</strong> leed dat ontstaan is door de gewetenloosheid<br />

<strong>van</strong> hen, die millioenen menschen zonder<br />

eenigen grond <strong>van</strong> hun haardsteden hebben verdreven,<br />

slechts met de gedachte, hierdoor wellicht de Duitsche<br />

oorlogsvoering moeilijkheden te kunnen bereiden.<br />

Dit alles had — zooals gezegd — niet behoeven te<br />

gebeuren. Want ik heb nog in October noch <strong>van</strong> Frankrijk,<br />

noch <strong>van</strong> Engeland iets anders verlangd dan alleen<br />

den vrede.<br />

Doch de heeren belanghebbenden bij de wapenindustrie<br />

wilden de voortzetting <strong>van</strong> dezen oorlog tot eiken<br />

prijs en zij hebben dezen oorlog thans gekregen.<br />

Ik ben zelf te zeer soldaat om geen begrip te hebben<br />

voor de rampzalige gevolgen <strong>van</strong> een dergelijke ontwikkeling.<br />

Ik hoor thans uit Londen slechts een schreeuwen<br />

— <strong>het</strong> is niet <strong>het</strong> schreeuwen der massa's, doch der<br />

politici — dat de strijd nu juist moet worden voortgezet.<br />

Ik weet niet of deze politici reeds de juiste voorstelling<br />

<strong>van</strong> de komende voortzetting <strong>van</strong> dezen strijd hebben.<br />

Ze verklaren weliswaar dat zij dezen oorlog zullen voortzetten,<br />

en, wanneer Engeland er aan te gronde zou gaan,<br />

<strong>van</strong> Canada uit. Ik geloof nauwelijks, dat dit zoo te be­<br />

grijpen is, dat <strong>het</strong> Engelsche volk naar Canada gaat,<br />

doch <strong>het</strong> zullen toch wel alleen de heeren belanghebbenden<br />

bij den oorlog zijn, die zich naar Canada terugtrekken.<br />

Het volk zal, naar ik meen, toch wel in Engeland<br />

moeten blijven.<br />

En <strong>het</strong> zal den oorlog in Londen toen ongetwijfeld met<br />

andere oogen bezien dan zijn zoogenaamde leiders in<br />

Canada.<br />

<strong>De</strong> heer Churchill heeft <strong>het</strong> zoojuist weer verklaard<br />

dat hij den oorlog wil. Hij is thans ongeveer zes weken<br />

geleden begonnen met den oorlog op <strong>het</strong> terrein, waar<br />

hij schijnbaar gelooft, wel bijzonder sterk te zijn, namelijk<br />

den luchtoorlog tegen de burgerbevolking, zij <strong>het</strong><br />

ook onder <strong>het</strong> op den voorgrond geschoven motto tegen<br />

zoogenaamde oorlogsdoelen. <strong>De</strong>ze oorlogsdoelen zijn<br />

sinds Freiburg open steden, gehuchten en boerendorpen,<br />

woonhuizen, ziekenhuizen, scholen, kinderbewaarplaatsen<br />

wat er al meer getroffen wordt.<br />

Ik ben mij er <strong>van</strong> bewust, dat ons antwoord, dat eens<br />

zal komen, onnoemelijk leed en ongeluk over de menschen<br />

zal uitstorten.<br />

Natuurlijk niet over den heer Churchill; want hij zal<br />

dan immers ongetwijfeld in Canada zitten, daar waar<br />

men reeds <strong>het</strong> vermogen en de kinderen der voornaamste<br />

belanghebbenden bij den oorlog heengebracht heeft.<br />

Maar voor millioenen andere menschen zal <strong>het</strong> groot<br />

leed veroorzaken. <strong>De</strong> heer Churchill zal mij ditmaal wellicht<br />

bij uitzondering gelooven, wanneer ik als profeet<br />

nu <strong>het</strong> volgende verklaar: Er zal daardoor een groot<br />

wereldrijk vernietigd worden. Een wereldrijk dat ik nimmer<br />

heb willen vernietigen of zelfs maar heb willen benadeelen.<br />

Alleen ben ik <strong>het</strong> er met mijzelf over eens dat<br />

de voortzetting <strong>van</strong> dezen strijd slechts met de volkomen<br />

vernietiging <strong>van</strong> een der beide oorlogvoerenden zal eindigen.<br />

Mister Churchill moge gelooven dat <strong>het</strong> Duitschland<br />

is. Ik weet dat <strong>het</strong> Engeland zal zijn.<br />

In dit uur voel ik mij verplicht ter wille <strong>van</strong> mijn geweten<br />

nog eenmaal een beroep op <strong>het</strong> gezond verstand<br />

ook <strong>van</strong> Engeland te doen. Ik geloof dit te kunnen doen,<br />

omdat ik niet als overwonnene om iets smeek, maar als<br />

overwinnaar tot <strong>het</strong> gezond verstand spreek, ik zie geen<br />

reden die tot voortzetting <strong>van</strong> dezen strijd kan dwingen.<br />

Ik betreur de offers die hij eischen zal. Ook mijn eigen<br />

volk zou ik die willen besparen. Ik weet dat millioenen<br />

Duitsche mannen en jongelingen vlam vatten bij de gedachte,<br />

eindelijk zich met den vijand te kunnen meten,<br />

die ons zonder eenige reden ten tweeden male den oorlog<br />

verklaarde.<br />

Alleen weet ik dat er thuis vele vrouwen en moeders<br />

zijn, die in weerwil <strong>van</strong> de groote bereidwilligheid om<br />

ook' <strong>het</strong> laatste op te offeren, toch met haar hart aan dit<br />

laatste gehecht zijn. <strong>De</strong> heer Churchill moge zich <strong>van</strong><br />

deze mijne verklaring wederom afmaken met den kreet<br />

dat dit slechts <strong>het</strong> voortbrengsel <strong>van</strong> mijn angst zou zijn<br />

en <strong>van</strong> mijn twijfel aan de eindoverwinning, maar ik heb<br />

dan in ieder geval mijn geweten verlicht ten aanzien <strong>van</strong><br />

de dingen die komen gaan.<br />

Terugziende op de tien maanden die achter ons liggen,<br />

worden wij allen door de genade <strong>van</strong> de Voorzienigheid<br />

overweldigd, die ons in staat stelde in <strong>het</strong> groote<br />

werk te slagen. Zij heeft onze besluiten gezegend en ons<br />

op de moeilijke wegen vergezeld. Ik ben aangegrepen<br />

door <strong>het</strong> bewustzijn <strong>van</strong> de bestemming die zij mij heeft<br />

gegeven, namelijk aan mijn volk de vrijheid en de eer te<br />

hebben teruggegeven. <strong>De</strong> schande die 22 jaar geleden in<br />

<strong>het</strong> boseh <strong>van</strong> Compiègne begon, is op die zelfde plaats<br />

voor altijd uitgewischt.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Uitgever en Drukker: Falken-Verlag, Hamburg


John Buil en de kleine natiën<br />

Dc Pool: Dantaig en Oost-Pruisen voor Polen! <strong>De</strong> Pool: Help! Help! lk bezwijk! Buil- Het overschotje <strong>van</strong> de Poolsdie schepen en<br />

<strong>De</strong> Duitscher: Ik weet wel, dat Engeland je stijft in je John Buil: Volhouden, vriendje, volhouden. s ol a» t e n komt mij goed <strong>van</strong> pas. Het Poolsche goud<br />

eischen, doch ik waarschuw je voor onbekooktheden, ^ m ( J t e e n m a a r i n d e w a c n t slèepen.<br />

die je duur te staan moeten komen.<br />

John Buil: Alleen maar een stuk of wat mijnt- <strong>De</strong> Noor: Asjeblief,, mijn koopvaardijvloot <strong>De</strong> Noor: Hoe heb ik <strong>het</strong> nu, , 8 dat «te ,nge.-<br />

Termijn brave Noren! Bekommer je maar John Buil: Ik zweer je: er kan je niemendal sche hulp.<br />

niet om <strong>het</strong> volkenrecht en om Duitschland. overkomen!<br />

D^nandsclie Maagd: Haast je.TeTte <strong>De</strong> Nederlandse Maagd: Oh wee, daa, is de <strong>De</strong> ^ * *<br />

JohSul.T kunt er op aan, ik hen <strong>van</strong> de JohnX^L^t hem, hij zal niets meer <strong>van</strong> JohnBu.1: Dat moeten wij in London opbergen.<br />

tijj zijne gading vinden!<br />

Nr. 1364 hotl.


lohn Buil: Vooruit maar, door België naar In België valt er ook flink wat te halen. <strong>De</strong> beteuterde Belgen dekken den ^egevie-<br />

, „ .. renden aftocht <strong>van</strong> de hngelschen uit<br />

<strong>het</strong> Roergeb.ed! Duinkerken.<br />

John Buil: Sdi.et op, met ons tweetjes tegen <strong>De</strong> FransAmann: John Bn.1, waar hang je ^^[^^ ^1^^<br />

dat Duitsche gespuis! toon uit. '<br />

<strong>De</strong> Franschman: Ik reken op jouw hulp! John Buil: Standhouden, over een jaar ot<br />

wat ben ik zoo ver!<br />

<strong>De</strong> Franschman: Dat heb ik nu voor dank! In John Buil: Merkwaardig, waarom voelt nie-<br />

Oran en Dakar wentelen zich een duizend- mand meer ietBVOor eene garantie <strong>van</strong> mij.<br />

tal mijner matrozen in hun bloed.<br />

Drukken Falken-VerUg, Hamburg


<strong>De</strong> waarheid over <strong>het</strong> Reuter-bureau.<br />

Israël Beer Josaphat,<br />

In <strong>het</strong> jaar 1816 werd den uit<br />

Galicië geïmmigreerden en te<br />

Kassei wonenden rabbinaatsbeheerder<br />

Samuel Levi Josaphat een<br />

zoon geboren, die de voornamen<br />

IsraëlBeer kreeg. <strong>De</strong>ze Jodentelg<br />

heeft op de wereldpers<br />

zulk een invloed weten uit te<br />

oefenen, dat <strong>het</strong> de moeite waard<br />

is zich eens kritisch met hem bezig<br />

le houden.<br />

Reeds vroeg ontwikkelde Israël<br />

Beer Josaphat een uitgesproken<br />

neiging tot sjacheren en handelen.<br />

Daartoe gaf hem de geldschieterszaak<br />

<strong>van</strong> zijn oom goede gelegenheid.<br />

In plaats <strong>van</strong> zijn oom le dienen<br />

deed hij met merkwaardige sluwheid<br />

en geslepenheid geldzaken<br />

voor eigen rekening. Spoedig liet<br />

hij zich niet alleen doopen, maar<br />

nam ook te zelfder tiid een ande­<br />

de zoo Senaamde Baron von Reuter. r en naam aan. Israël Beer Josaphat<br />

aar een^ar^atuur <strong>van</strong> een n o e m c | e pgyl<br />

] ulj us Reuler.<br />

Achter dezen naam vermoedde niemand meer een<br />

Jood. Daarom gelukte <strong>het</strong> hem ook onder deze vermomming<br />

een betrekking te krijgen in een grooten Berlijnschen<br />

boekenhandel. Gesteund door hel vertrouwen <strong>van</strong><br />

den goedgeloovigen eigenaar werd hij in 1848 belast<br />

met de waarneming <strong>van</strong> de belangen der firma op de<br />

bekende boekenhandelaarsbeurs te Leipzig. Daar verduisterde<br />

hij de gezamenlijke kasont<strong>van</strong>gsten <strong>van</strong> hel<br />

geheele jaar ten bedrage <strong>van</strong> 6.000 daalders en vluchtte<br />

daarmede over de grens. In Parijs speelde hij de rol <strong>van</strong><br />

politiek vluchteling en richtte een inlichtingenkantoor op<br />

voor zakenlieden en couranten. Het vooruitstrevende<br />

Agentschap Havas te Parijs (gefinancierd door de<br />

Joodsche bankiers Hirsch en Erlanger deed hem een<br />

te groote concurrentie aan. Daarom vestigde hij in 1851<br />

zijn bureau in Londen, waar hij om zoo te zeggen <strong>het</strong><br />

monopolie bezat.<br />

Het Jodendom bezit over de geheele wereld in zijn<br />

overal verspreide handelslieden die hand aan hand<br />

werken een soort vennootschap. Het is een merkwaardig<br />

verschijnsel dat een groot gedeelte der vaktermen<br />

<strong>van</strong> de internationale gauwdieventaal Joodsch is.<br />

Het vaaks! komt <strong>het</strong> woord „baldowern" voor, d.w.z.<br />

uiihooren, inlichtingen verschaffen. Reuler loonde spoedig<br />

dal hij op dit gebied een bijzonder soort vakman was.<br />

Spoedig gelukte hel hem met de „Times" op voet <strong>van</strong><br />

zaken te komen; nu kon Reuter-Josaphat zijn bureau<br />

grootscheeps optrekken.<br />

Hij liet kabels en telegraaflijnen aanleggen die hij met<br />

woekerwinsten <strong>van</strong> deels meer dan 600 % weer verkocht.<br />

Zoo verkocht hij b.v. de voor een bedrag <strong>van</strong> 100.000<br />

Pond Sterling aangelegde kabellijn Londen-Hannover<br />

later voor 726.000 Pond Sterling. Overal waar de mogelijkheid<br />

bestond om aansluiting aan nieuwe telegraafnetten<br />

te verkrijgen verstond Reuter <strong>het</strong> om zich een<br />

domineerende positie te verschaffen. Vooral gelukte <strong>het</strong><br />

hem in den Amerikaanschen burgeroorlog geld te maken.<br />

Hij liet de aankomende schepen snelle jachten legemoel<br />

varen en de ont<strong>van</strong>gen berichten door telegrafen naar<br />

Londen doorgeven. Hier werden ze voor beursspeculaties<br />

en krantenzaken in klinkende munt omgezet.<br />

In Engeland bestond toen nog altijd een soort rasbewustzijn.<br />

Man zag den kleinen Jood, die in zijn zucht<br />

om een waardig uiterlijk ten toon te spreiden den indruk<br />

<strong>van</strong> een karikatuur maakte, over den schouder aan. Ook<br />

was de straat waar hij voor zijn altijd grooter wordende<br />

kantoren een huis gekocht had, naar buiten al le zeer een<br />

uithangbord <strong>van</strong> <strong>het</strong>geen er in werkelijkheid achter zat.<br />

Het was namelijk de oude Jodensteeg (Old Jewry) te<br />

Londen.<br />

Reeds in <strong>het</strong> jaar 1871 had Reuter-Josaphat den titel<br />

<strong>van</strong> baron gekocht. <strong>De</strong> permissie om den titel ook in<br />

Engeland te voeren verkreeg hij echter eersl kort voor<br />

zijn dood. Duitsche wapenkundigen hadden <strong>het</strong> voorstel<br />

gedaan dat Reuter in zijn wapen een zak met 6.000 daalders<br />

en <strong>het</strong> devies „non olet" (Geld stinkt niet) zou opnemen.<br />

Men had dus zijn gauwdievenstreken bij zijn vertrek<br />

uit Duitschland niet vergeten.<br />

In 1872 wisl Reuter-Josaphai den Sjah <strong>van</strong> Perzië te<br />

bewegen hem om<strong>van</strong>grijke concessies voor spoorwegen<br />

en voor de exploitatie <strong>van</strong> de bodemschatten <strong>van</strong> Perzië<br />

te verleenen. Maar in plaats <strong>van</strong> spoorwegen le bouwen<br />

en bodemschatten te exploileeren versjacherde hij de<br />

concessie tegen een andere waardoor hij <strong>het</strong> oprichtersprivilegie<br />

voor de Bank <strong>van</strong> Perzië verkreeg. Dus was<br />

hij weer eens bij <strong>het</strong> Joodsche einde <strong>van</strong> alle dingen<br />

aangekomen, <strong>het</strong> gelduitleenen.<br />

In 1879 ging de leiding <strong>van</strong> <strong>het</strong> Reuter-bureau dan<br />

over op zijn zoon H e r b e r f, die <strong>het</strong> nog beter dan zijn<br />

vader klaarspeelde om zich met zijn Joodsch aanpassingsvermogen<br />

<strong>het</strong> air <strong>van</strong> een „echt" Engelschman le<br />

geven.<br />

<strong>De</strong> onder leiding <strong>van</strong> „Baron" Herbert gedurende den<br />

wereldoorlog over de wereld verspreide leugens zijn<br />

bekend. <strong>De</strong> gemeene verzinsels <strong>van</strong> afgehakte kinderhanden,<br />

gekruisigde soldaten en lijkenvetfabrieken zijn<br />

zonder twijfel voortbrengsels <strong>van</strong> ziekelijke hersens geweest.<br />

Dat was echter geen beletsel voor de Engelsche<br />

regeering om de verspreiding <strong>van</strong> deze waanzinnige<br />

geruchten te ondersteunen. Maar <strong>het</strong> telkens weer verspreiden<br />

<strong>van</strong> deze dik opgelegde leugens der Reulerbenchtgeving<br />

werd zeits<br />

voor de neutrale afnemers te<br />

veel en de zaken begonnen<br />

te kwijnen. Baron Herbert<br />

pleegde in <strong>het</strong> jaar 1915 zelfmoord.<br />

Nu is <strong>het</strong> gebleken dat de<br />

leugen, zooals de Engelschman<br />

Sir Arlhur Ponsonbv in<br />

zijn boek„Falsehood inWartime"<br />

schrijft, voor Engeland<br />

een uiterst nuttig oorlogswapen<br />

was. Regelrecht<br />

onontbeerlijk was in dit wereldwijde<br />

leugensysteem <strong>het</strong><br />

Reuler-bureau, waar<strong>van</strong> men<br />

den ondergang met zorg<br />

gadesloeg. Men kocht vlug<br />

onder de hand de aandeelen<br />

op onder opoffering <strong>van</strong><br />

1. B. Rickettson-Hatt,<br />

Hoofdredacteur <strong>van</strong> <strong>het</strong> Reuter-bureau,<br />

bekleedde gedurende den wereldoorlog<br />

ala officier <strong>van</strong> den Iutetligence.Service<br />

een leidende positie.<br />

een half millioen Pond Sterling<br />

en verkondigde dat men<br />

met „eerlijkheid" en „rechtschapenheid"<br />

overeenkom-<br />

No. 1374 holl.


stig de Engelsche traditie <strong>het</strong> bureau „onafhankelijk" en<br />

„onpartijdig" zou voortzetten.<br />

Over de vraag in hoeverre <strong>het</strong> Reuter-bureau nu werkelijk<br />

„onpartijdig" en „onafhankelijk" werkte, heeft zich<br />

Herbert Reuter reeds vroeger uitgelaten:<br />

„Natuurlijk zijn wij officieus in zooverre dal wij communigués<br />

<strong>van</strong> de regeering verspreiden en <strong>het</strong> spreekt<br />

<strong>van</strong>zelf dat wij in kritieke dagen, als de belangen <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> Britsche Rijk op <strong>het</strong> spel staan, altijd de meening<br />

<strong>van</strong> de Britsche regeering en <strong>van</strong> de competente<br />

Engelsche pers tot de onze maken."<br />

<strong>De</strong> lezers <strong>van</strong> neutrale bladen moesten zich nu eens<br />

voorhouden of zij zich met dergelijke „objectieve" Reuterberichten<br />

willen laten volstoppen, als de belangen<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> eigen land met de Britsche belangen in botsing<br />

komen.<br />

Hoe groot ook <strong>het</strong> gevaar moge zijn dat de vrije<br />

meeningsvorming der volken door de pers <strong>van</strong> <strong>het</strong> eigen<br />

land in de richting <strong>van</strong> de Engelsche belangen beïnvloedt<br />

wordt, nog grooter is een ander gevaar dat de veiligheid<br />

<strong>van</strong> de natie bedreigt. Als de eigenlijke spin in hef<br />

Reuter-web is de nieuwe leider, Sir Roderick ) o n e s ,<br />

slechts aan weinigen bekend. Als hoofdredacteur treedt<br />

op I. B. Rickettson-Hait. <strong>De</strong>ze was actief garde-officier<br />

en gedurende den wereldoorlog leider <strong>van</strong> den Inlelligence-Service.<br />

Reeds sedert geruimen tijd is <strong>het</strong> wereldomvattende<br />

inlichtingen-net <strong>van</strong> Reuter den met alle middelen werkenden<br />

Intelligence-Service, den Britsche geheimen<br />

dienst, gedienstig geweest. Toen de Japansche regeering<br />

in Augustus 1940 doortastte en een in Japan bestaande<br />

Britsche spionage-organisatie ophief, bekende de vertegenwoordiger<br />

<strong>van</strong> Reuter te Tokio.,Cox, dat hij de<br />

leider <strong>van</strong> de spionage-organisatie was. Cox pleegde<br />

naderhand zelfmoord. <strong>De</strong> Britsche regeering had in schijn<br />

tegen de arrestatie <strong>van</strong> Cox geprotesteerd. Toen echter<br />

de Japansche regeering de publicatie <strong>van</strong> de bewijsstukken<br />

aanbood, kreeg men over de Engelsche stappen<br />

niet veel meer te hooren.<br />

Naar aanleiding <strong>van</strong> deze gebeurtenis brandmerkte<br />

de gewezen Reuter-correspondent te Praag, R u d e 1,<br />

de geheime betrekkingen <strong>van</strong> den Intelligence-Service<br />

lot den internationalen Reuter-dienst. Zooals Rudel<br />

verklaarde bestaat er in de kantoren <strong>van</strong> Reuter in<br />

alle groote steden <strong>van</strong> de wereld een strenge scheiding<br />

tusschen den dagelijkschen gewonen jouralistischen<br />

diens! en de politieke afdeeling voor oeconomie en<br />

landsverdediging. <strong>De</strong>ze iweede, zoogenaamde groote<br />

afdeeling wordt waargenomen door ervaren Reutercorrespondenten<br />

die doorgaans Engelschen en meestal<br />

gewezen officieren zijn. <strong>De</strong> groote afdeeling staat<br />

onder leiding <strong>van</strong> haar organisator, den meergenoemden<br />

hoofdredacteur I. B. Rickettson-Hait. Naar buiten<br />

zijn de geheime agenten geaccrediteerde vertegenwoordigers<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> agentschap. Tot de plichten <strong>van</strong><br />

deze Reuter-vertegenwoordigers behoort ook <strong>het</strong> geven<br />

<strong>van</strong> steekpenningen aan journalisten en makers der<br />

openbare meening. Hun geheime berichten geven ze<br />

aan de Britsche diplomatieke vertegenwoordigers, die<br />

ze dan gechiffreerd naar Londen doorgeven.<br />

Gedurende de tchechische crisis was in Praag de<br />

Reuter-man F. J. Ferguson KEB. leider <strong>van</strong> de geheele<br />

organisatie. Ferguson was vroeger in Genève werkzaam<br />

geweest en gedurende den wereldoorlog aan generaal<br />

Allenby in <strong>het</strong> nabije Oosten toegevoegd. Naast<br />

Ferguson had ook de Reuter-man W. Cross in dienst<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> agentschap de belangen <strong>van</strong> den Intelligence-<br />

Service waar te nemen.<br />

Kort na <strong>het</strong> uitbreken <strong>van</strong> den Engelschen oorlog werd<br />

Ferguson met speciale opdrachten voor de kleine Balkanstaten<br />

belast. Het net <strong>van</strong> den Britschen Intelligence-<br />

Service op de Balkan, waarin ook de Reuter-dienst een<br />

rol speelde, kon de voorgenomen groote slagen niet meer<br />

uitvoeren. Het betrof <strong>het</strong> opblazen <strong>van</strong> de Ijzeren Poort<br />

om de scheepvaart op den Donau stop te zetten en<br />

voorts de vernietiging <strong>van</strong> de Roemeensche oliebronnen.<br />

Dank zij de maatregelen <strong>van</strong> de betrokken regeeringen<br />

werd dit verhinderd. In elk geval hebben de volken intusschen<br />

geleerd wat er achter den titel „Reuter-bericht"<br />

schuil gaat.<br />

Uit <strong>het</strong> gestolen bedrag <strong>van</strong> 6.000 daalders groeide <strong>het</strong><br />

Reuter-bureau. Leugen, spionnage, verraad en volksophitsing,<br />

dat zijn de kenmerken <strong>van</strong> <strong>het</strong> werk daar<strong>van</strong>.<br />

Helmut Sündermann, de stafleider <strong>van</strong> den Duitschen<br />

Reichspressechef, heeft de leugenachtigheid <strong>van</strong><br />

de Engelsche pers aan de kaak gesteld door te zeggen:<br />

„<strong>De</strong> Engelsche generaal Fuller heeft eens gezegd dat<br />

de oorlog <strong>van</strong> <strong>het</strong> woord even belangrijk was als de<br />

oorlog <strong>van</strong> de wapens. <strong>De</strong> droevige vlucht uit alle<br />

landen, die de Engelschen beloofd hadden te zullen<br />

helpen, staat dezen veldtocht <strong>van</strong> de leugen, waarmede<br />

zij Europa en de wereld trachten le misleiden, waardig<br />

Ier zijde."<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinricn Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Uitgever en Drukker: Falken-Verlag, Hamburg


<strong>De</strong> balans <strong>van</strong> den Engelschen oorlog.<br />

Het opperbevel <strong>van</strong> de Duitsche weermacht publiceerde<br />

begin Januari 1941 <strong>het</strong> volgende rapport over <strong>het</strong> tweede<br />

halfjaar 1940:<br />

„Het oorlogsjaar 1940 was een jaar <strong>van</strong> Duitsche over­<br />

winningen. In nauwelijks drie maanden werden de<br />

Engelschen uit Noorwegen<br />

verdreven, Nederland en België<br />

tot capitulatie gedwongen,<br />

Frankrijk na harden strijd<br />

neergeslagen, <strong>het</strong> Engelsche<br />

expeditieleger in Vlaanderen<br />

verslagen, <strong>van</strong> zijn wapens en<br />

uitrusting beroofd en op de<br />

schepen gejaagd.<br />

Daar de Engelsche propaganda<br />

getracht heeft, de weergalooze<br />

successen <strong>van</strong> de<br />

Duitsche weermacht eerst te<br />

loochenen en dan te kleineeren,<br />

heeft zij iedere geloofwaardigheid<br />

verloren. Ten<br />

slotte moest zij zich echter<br />

toch buigen voor <strong>het</strong> feit, dat<br />

Duitschland de door de blokkade<br />

in gevaar gebrachte<br />

nauwe Noordzeebasis heeft<br />

doen springen en ze uitgebreid<br />

heeft over een ruimte die sich<br />

uitstrekt <strong>van</strong> de Noordkaap<br />

tot aan de Spaansche grens,<br />

en die <strong>het</strong> mogelijk maakt<br />

Engeland zelf doodelijke slagen<br />

toe te brengen.<br />

Sedert <strong>het</strong> ophouden <strong>van</strong> den<br />

strijd in Frankrijk zijn de<br />

voorbereidingen voor den<br />

strijd tegen Engeland begonnen.<br />

Terwijl divisies <strong>van</strong> <strong>het</strong> leger<br />

de Atlantische kust <strong>van</strong> Frankrijk<br />

tot aan de Spaansche<br />

grens bezetten, de resteerende<br />

steunpunten <strong>van</strong> de Maginotlinie<br />

zuiverden en den onoverzienbaren<br />

buit schiftten,<br />

maakten de marine en de<br />

luchtmacht zich gereed om den<br />

strijd tegen Engeland te be­<br />

ginnen. <strong>De</strong> Italiaansche weermacht<br />

hield intusschen steeds sterkere Britsche strijdkrachten<br />

vast.<br />

<strong>De</strong> oorlogsmarine kweet zich in korten tijd <strong>van</strong> de<br />

moeilijke taak, alle in bezit genomen vijandelijke kustgebieden<br />

<strong>van</strong> de Noordelijke IJszee tot de Golf <strong>van</strong> Biscaye<br />

met spoed te beveiligen, de gedeeltelijk totaal vernielde<br />

haveninrichtingen weer bruikbaar te maken, de<br />

aangetroffen kustfortificaties weer in staat <strong>van</strong> verdediging<br />

te brengen, en, waar noodig, nieuwe batterijen<br />

in stelling te brengen.<br />

Na een gevaarvolle zuivering en beveiliging <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

uitgebreide kustvoorterrein namen onmiddelijk lichte<br />

zeestrijdkrachten aan den strijd deel. <strong>De</strong> met bijzondere<br />

stoutmoedigheid uitgevoerde uitvallen werden steeds<br />

weer tot ver in <strong>het</strong> Engelsche kustvoorterrein doorgevoerd.<br />

Bijzonder succesrijk was <strong>het</strong> optreden <strong>van</strong> zeestrijd-<br />

• krachten in overzeesche wateren. Telkens wanneer de<br />

~ Duitsche frontlijn tegen Engeland.<br />

•ggnBOBBi Duitsche blokkadekring om Engeland.<br />

vijand <strong>het</strong> optreden <strong>van</strong> de Duitsche kaperschepen<br />

trachtte te belemmeren, leverden de Duitsche oorlogsschepen<br />

met hem zeegevechten, waaruit zij zelf met<br />

succes e^ nog ten volle strijdvaardig te voorschijn kwamen,<br />

terwijl de tegenstander met beschadigingen en vei liezen<br />

<strong>het</strong> tooneel <strong>van</strong> den stiijd<br />

moest verlaten en de dichtstbijzijnde<br />

haven moest opzoeken.<br />

Zoo zag zich de<br />

vijandelijke leiding <strong>van</strong> den<br />

zeeoorlog voortdurend voor<br />

nieuwe verrassingen geplaatst.<br />

Aan deze gevechtshandelingen<br />

der oorlogsmai ine, in<br />

vereeniging met de aanvallen<br />

<strong>van</strong> de luchtmacht, viel een<br />

aanzienlijk aantal Biitche<br />

oorlogsschepen ten offer. D ior<br />

de marine werden 12 torpedobootjagers,<br />

9 hulpkruisers, 3<br />

kanonneerbooten, 63 kleine<br />

oorlogsvaartuigen, door rie<br />

luchtmacht in totaal 32 verschillende<br />

eenheden <strong>van</strong> de<br />

Britsche marine tot zinken gebracht.<br />

<strong>De</strong> totale tonnage <strong>van</strong> deze<br />

tot zinken gebrachte oorlogsschepen<br />

bedraagt rond 190.000<br />

ton.<br />

In nog veel grootere mate<br />

kreeg de Britsche koopvaaidij<br />

de gevolgen <strong>van</strong> de nieuw<br />

veroverde breede en voor<br />

Engeland zoo nabije basis te<br />

bespeuren. In samenwerking<br />

met de duikbooten <strong>van</strong> rie<br />

Italiaansche marine hebben<br />

Duitsche duikbooten haar successen<br />

steeds meer opgevoeid<br />

<strong>De</strong> stijgende cijfers <strong>van</strong> rie in<br />

den grond geboorde schepen<br />

beteekenen een aantasting<br />

<strong>van</strong> de levensader <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

Britsche eiland. Voor de eerste<br />

maal konden ook door gewapende<br />

koopvaardijschepen<br />

in overzeesche wateren vij­<br />

andelijke schepen voor goeden<br />

prijs verklaard en naar Duitschland opgebracht<br />

worden. Tegelijkertijd brachten Duitsche gevechts- en<br />

duikvliegers door onvermoeide aanvallen op Britsche<br />

konvooien en afzonderlijk varende, koopvaardijschepen<br />

den tegenstander ernstige verliezen toe. Van IJsland tot<br />

de Noordkust <strong>van</strong> Afrika bewaakte de gewapende luchtverkenning<br />

<strong>het</strong> Atlantische luchtruim en verlichtte door<br />

haar lange-afstands-meldingen de zware taak der Duitsche<br />

duikbooten. Engeland verloor <strong>van</strong> 25 Juni tot <strong>het</strong><br />

einde <strong>van</strong> <strong>het</strong> jaar aan eigen of in zijn dienst vatende<br />

koopvaardijschepen: als gevolg <strong>van</strong> gevechtshandelingen<br />

<strong>van</strong> de Duitsche oorlogsvloot 3.200.000 bit., door gevechtshandelingen<br />

<strong>van</strong> de Duitsche luchtmacht meer dan<br />

700.000 brt. In totaal meer dan 3.900.000 bit.<br />

Daaronder zijn de resultaten <strong>van</strong> <strong>het</strong> leggen <strong>van</strong> mijnen,<br />

dat zich tot de verst verwijderde zeeën heeft uiige strekt,<br />

tot dusver nog slechts voor een klein deel begrepen<br />

Een verder verlies leed de vijand door de beschadiging<br />

Ho. K!84 llull.


<strong>van</strong> minstens 264 koopvaardijschepen <strong>van</strong> ruim 2.000.0G" 1<br />

brt. in totaal.<br />

<strong>De</strong>ze resultaten werden met slechts geringe verliezen<br />

<strong>van</strong> de oorlogsvloot behaéld. Zij bedroegen sedert den<br />

25en Juni: 3 torpedobooten, 5 mijnenlegers, 3 duikbooten<br />

en 12 kleinere oorlogsvaartuigen.<br />

Een deel der verloren gegane schepen kon gelicht en<br />

weer in dienst gesteld worden. Overigens zijn de verliezen<br />

in <strong>het</strong> kader <strong>van</strong> <strong>het</strong> bewapeningsprogramma der<br />

marine dat met inbegrip <strong>van</strong> de zwaarste slagschepen<br />

ongestoord verder werd uitgevoerd, niet slechts gecompenseerd,<br />

doch de marine kon integendeel op <strong>het</strong> punt <strong>van</strong><br />

slagvaardigheid belangrijk versterkt worden.<br />

Door gebruik te maken <strong>van</strong> alle beschikbare middelen<br />

heeft de Duitsche luchtmacht na beëindiging <strong>van</strong> den<br />

veldtocht in Frankrijk in een paar weken den opmarsen<br />

voor den concentrischen aanval op de Britsche eilanden<br />

voltooid.<br />

Sedert Mei heeft de Britsche luchtmacht in nachtelijke<br />

vluchten Duitsch rijksgebied aangevallen en daarbij<br />

vrijwel uitsluitend niet-militaire objecten getroffen. <strong>De</strong>n<br />

8en Augustus begon de Duitsche vergelding voor een<br />

vorm <strong>van</strong> den luchtoorlog, dien Duitschland noch gewild<br />

noch aange<strong>van</strong>gen heeft, ofschoon alle voordeelen aan<br />

Duitschen kant lagen.<br />

Sindsdien hebben Duitsche gevechtsformaties in meer<br />

dan 130 grootscheepsche aanvallen telkens tusschen de<br />

100.000 en 700.000 KG. bommen uitgeworpen.<br />

Ofschoon reeds een reeks vijandelijke aanvallen op<br />

Berlijn vooraf was gegaan, werd de eerste vergeldigingsaanval<br />

op de Britsche hoofdstad pas den 6en September<br />

ondernomen. Sindsdien heeft Londen meegemaakt, wat<br />

aan de Duitsche steden was toegedacht. Meer dan 450<br />

maal luchtalarm en meer dan honderd Duitsche aanvallen,<br />

waaronder eenige <strong>van</strong> geweldigen om<strong>van</strong>g,<br />

hebben <strong>het</strong> normale leven <strong>van</strong> deze stad onmogelijk gemaakt,<br />

haveninstallaties, dokken en opslagplaatsen vernield.<br />

Sedert den 15en November strekken de Duitsche luchtaanvallen<br />

zich ook uit tot andere centra <strong>van</strong> de Britsche<br />

oorlogsindustrie. In 80 aanvallen in groot verband en<br />

325 andere aanvallen op belangrijke industriëele bedrijven<br />

is de Britsche bewapening, in <strong>het</strong> bijzonder in <strong>het</strong><br />

midden-Engelsche industriegebied zoo zwaar getroffen,<br />

dat de vermindering der productie voor Engeland gevaarlijke<br />

afmetingen aanneemt.<br />

Daarnaast werd echter ook door 350 aanvallen op de<br />

belangrijkste haveninstallaties aan den Britschen invoer<br />

en de capaciteit <strong>van</strong> deze invoerhavens zeer ernstige<br />

schade toegebracht.<br />

Ver over de duizend kleine aanvalsacties richtten zich<br />

tegen militaire doelen als vliegvelden, troepenkampen,<br />

stellingen <strong>van</strong> luchtdoelgeschut, tankparken, pakhuizen,<br />

electrische centrales en verkeerswerken.<br />

Tijdens deze vrijwel ononderbroken bombardementen<br />

daagden formaties jagers en jachtkruisers den vijand tot<br />

<strong>De</strong> Engelsche balans.<br />

luchtgevechten uit en brachten hem zware verliezen toe.<br />

Zij beveiligden door haar escorte de gevechtsformaties<br />

op de heen- en thuisvlucht.<br />

Sedert den 25en Juni heeft de vijand aan vliegtuigen<br />

ongeveer <strong>het</strong> drievoudige verloren <strong>van</strong> de verliezen der<br />

Duitsche luchtmacht.<br />

Sedert den 24en October hebben ook escadrilles <strong>van</strong><br />

de Italiaansche luchtmacht zijde aan zijde met de<br />

Duitsché formaties met succes aan de aanvallen op Engeland<br />

deelgenomen.<br />

Verdragende batterijen <strong>van</strong> <strong>het</strong> leger en de marine<br />

slaagden er herhaaldelijk in, konvooien, die door <strong>het</strong><br />

Kanaal trachtten te varen, met verliezen voor den<br />

tegenstander uiteen te jagen. Met goed gevolg werden<br />

ook militaire objecten in <strong>het</strong> gebied <strong>van</strong> Dover en ten<br />

Zuiden <strong>van</strong> Londen aangevallen. Het verdragend geschut<br />

<strong>van</strong> den vijand beantwoordde <strong>het</strong> vuur slechts nu en dan<br />

en zonder eenige uitwerking.<br />

In <strong>het</strong> eigen land en in <strong>het</strong> bezette gebied weerden<br />

jachtformaties en de luchtdoelartillerie de aanvallen <strong>van</strong><br />

den vijand, die bijna alleen bij duisternis, bij gunstig<br />

weer en met kleine eenheden plaats vonden, af.<br />

Terwijl de Duitsche luchtmacht sedert den 8en Augustus<br />

meer dan 43 millioen KG. brisantbommen en meer dan<br />

1.600.000 KG. brandbommen in meer dan 2000 aanvalsacties<br />

op strategische doelen <strong>van</strong> de Britsche eilanden<br />

heeft geworpen, bedroeg de door den vijand uitgeworpen<br />

bommenlast slechts rond een vijfentwintigste deel <strong>van</strong><br />

deze hoeveelheden; <strong>het</strong> meerendeel <strong>van</strong> de vijandelijke<br />

bommen kwam terecht op woonwijken, o. a. op 30 ziekenhuizen<br />

en hospitalen, alsmede op 40 kerken en begraafplaatsen.<br />

<strong>De</strong> aangerichte militaire en oorlogsoeconomische<br />

schade is daarentegen gering. <strong>De</strong> Duitsche<br />

oorlogsoeconomie heeft er, over <strong>het</strong> geheel genomen,<br />

niet in <strong>het</strong> minst schade door ondervonden. Dank zij de<br />

voorbeeldige houding <strong>van</strong> de burgerbevolking en <strong>van</strong> alle<br />

organisaties <strong>van</strong> de luchtbescherming mislukten alle<br />

pogingen <strong>van</strong> den vijand om Duitschland grootere schade<br />

aan goed en bloed te berokkenen.<br />

In tegenstelling met de strenge Engelsche censuur<br />

werden neutrale dagbladcorrespondenten in Duitschland<br />

in de gelegenheid gesteld, zich <strong>van</strong> de uitwerking der<br />

vijandelijke aanvallen in de volgens officieele Engelsche<br />

berichten zwaar getroffen Duitsche steden te overtuigen.<br />

Van week tot week werd in Engelsche berichten melding<br />

gemaakt <strong>van</strong> hevige aanvallen op Duitsche steden,<br />

waarop geen enkele bom is gevallen — ja, waarboven<br />

niet eens gevlogen is.<br />

<strong>De</strong> strijd tegen Engeland gaat voort. <strong>De</strong> uitwerking is<br />

tot dusver veel grooter dan uiterlijk constateerbaar. Het<br />

jaar 1941 zal daar<strong>van</strong> hat bewijs brengen.<br />

Gewend te zegevieren en gehard door den strijd ziet<br />

de Duitsche weermacht terug op een jaar <strong>van</strong> grootsche<br />

successen. Zeker <strong>van</strong> de overwinning en sterker en beier<br />

uitgerust dan ooit ziet de weermacht <strong>het</strong> komende jaar<br />

tegemoet."<br />

Het Londensche dagblad, de „Daily Mail" <strong>van</strong> 1 Januari schrijft in zijn overzicht over <strong>het</strong><br />

jaar 1940: „Een jaar geleden hadden wij slechts één enkelen vijand en een machtigen<br />

bondgenoot. Dat is thans omgekeerd. Het Britsche Empire staat thans zoo goed als alleen.<br />

Duitschland verkreeg in <strong>het</strong> afgeloopen jaar niet alleen een bondgenoot met een groot<br />

leger, een groote luchtmacht en een groote vloot, maar <strong>het</strong> verkreeg ook de heerschappij<br />

over de industriëele en landbouw-oeconomische hulpbronnen <strong>van</strong> Europa, <strong>van</strong> de Noordkaap<br />

tot de Pyreneeën en <strong>van</strong> Brest tot de Zwarte Zee. Tegenwoordig staan 225 millioen<br />

menschen onder Duitsche leiding. Als iemand dat een jaar geleden voorspeld had, zou men<br />

hem voor krankzinnig verklaard hebben!"<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee V2.7<br />

Uitjrevor en Drukker: Falken-Verlag, Hamburg.


Aan de kaak gesteld!<br />

Kernstukken <strong>van</strong> de rede <strong>van</strong> den Führer ter gelegenheid <strong>van</strong> den achtsten verjaardag <strong>van</strong> de machtsovername.<br />

Terwijl Duitschland eeuwen achtereen zijn oeconomischen<br />

nood trachtte te lenigen door menschen tot de<br />

emigratie te dwingen, had Engeland langzamerhand zijn<br />

zoogenaamd wereldrijk opgebouwd. Niet uit vrijen wil<br />

of door de macht <strong>van</strong> <strong>het</strong> denkbeeld, maar door geweld<br />

is dit wereldrijk aaneengesmeed. Oorlog na oorlog werd<br />

er gevoerd, volk na volk <strong>van</strong> zijn vrijheid beroofd, staat<br />

na staat vernietigd.<br />

Als spreekwoord wordt gezegd, dat wanneer de Engelschman<br />

<strong>van</strong> God spreekt, hij katoen bedoelt. Dat is<br />

heden ten dage nog zoo. Als men bedenkt hoe vroom en<br />

geloovig deze menschen zich voordoen, die ijskoud volk<br />

na volk een strijd opdringen die slechts hun materieele<br />

belangen dient, dan kan men slechts zeggen: Zelden<br />

is de menschelijke huichelarij tot een<br />

dergelijk maximum gestegen<br />

In elk geval is <strong>het</strong> resultaat <strong>van</strong> dezen 300 jaar langen<br />

en met bloed bevlekten weg <strong>het</strong> feit, dat 46 millioen<br />

Engelschen in <strong>het</strong> moederland drievierde deel <strong>van</strong> de<br />

wereld beheerschen.<br />

Maar niet alleen Duitschland was in dezen driehonderdjarigen<br />

concurrentiestrijd dezeraarde uitgeschakeld.<br />

Hetzelfde geldt ook voor Italië.<br />

Het is <strong>van</strong> belang, dat wij telkens weer met luider stem<br />

hierop wijzen, omdat onbeschaamde democratische leugenaars<br />

optreden en -beweren, dat de z. g. autoritaire<br />

staten de wereld wilden veroveren, terwijl in werkelijkheid<br />

onze oude vijanden <strong>van</strong> ouds her de wereldveroveraars<br />

zijn.<br />

Daarbij is <strong>het</strong> interessant <strong>het</strong> verloop <strong>van</strong> de ontwikkeling<br />

<strong>van</strong> de Brilsche wereldmachtspolitiek sedert ongeveer<br />

400 jaar na te gaan.<br />

Eerst de strijd tegen Spanje met behulp <strong>van</strong><br />

de Hollanders;<br />

dan de strijd tegen de Hollanders met<br />

behulp <strong>van</strong> andere Europeesche landen, waaronder<br />

ook <strong>van</strong> Frankrijk;<br />

dan de strijd tegen Frankrijk met de hulp<br />

<strong>van</strong> Europa;<br />

dan eindelijk de strijd tegen Duitschland<br />

met behulp <strong>van</strong> Europa en behulp <strong>van</strong> de rest <strong>van</strong><br />

de wereld, welke ter beschikking stond.<br />

<strong>De</strong> wereldoorlog die <strong>van</strong> 1914 tot 1918 Europa ontwrichtte,<br />

was uitsluitend <strong>het</strong> beoogde product <strong>van</strong> Britsche<br />

staatsmanskunst. Ondanks <strong>het</strong> feit dat de geheele<br />

wereld toen tegen Duitschland gemobiliseerd was, is<br />

Duitschland in feite niel overwonnen. Wij kunnen dat<br />

thans rustig zeggen. <strong>De</strong> Duitsche soldaat heeft ruim vier<br />

jaar lang stand gehouden tegen den aanval <strong>van</strong> een vijandelijke<br />

wereld en had nog langer stand'gehouden als<br />

niet de toen nog aanwezige lichtgeloovigheid <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

Duitsche volk in de achtenswaardigheid <strong>van</strong> de democratische<br />

wereld en haar staatslieden er nog bijgekomen<br />

was. Maar deze lichtgeloovigheid <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche volk<br />

is op vreeselijke wijze beloond geworden. <strong>De</strong> geschiedenis<br />

maakt herhaaldelijk melding <strong>van</strong> afzonderlijke woord<strong>breuk</strong>en.<br />

Wat echter in de jaren 1918, 1919, 1920 en 1921<br />

is geschied, waren woord<strong>breuk</strong>en aan de loopende band.<br />

Nog nooit is een volk zoo bedrogen geworden als<br />

toen <strong>het</strong> Duitsche volk. Wat heeft men aan dit lichtgeloovige<br />

volk niet allemaal beloofd - en wat hebben ze<br />

ons volk aangedaan! Men heeft <strong>het</strong> uitgeplunderd en uit­<br />

geperst. Men heeft zich daarbij <strong>van</strong> een buitenlandschen<br />

staatsman, een Amerikaan, bediend, om een nog grootere<br />

lichtgeloovigheid bij <strong>het</strong> Duitsche volk te bereiken.<br />

Wien hebben ze bedrogen en afgeperst? <strong>De</strong>n nationaalsocialistischen<br />

staat soms? Neen, de Duitsche democratie.<br />

<strong>De</strong> Duitsche democratie <strong>van</strong> toen had natuurlijk<br />

gehoopt de sympathieën <strong>van</strong> de anderen te verwerven,<br />

maar ze heeft niets anders dan <strong>het</strong> naakte<br />

egoïsme <strong>van</strong> wreede, gemeene financiers leeren kennen,<br />

die nu begonnen te plunderen wat er te halen was.<br />

Vaker dan ik heeft geen mensch ooit verklaard en<br />

neergeschreven wat hij wil; ik schreef <strong>het</strong> telkens weer:<br />

Liquidatie <strong>van</strong> V e r s a i 11 e s. En dat dit verdrag<br />

een gemeen document was, dat hebben tenslotte zijn<br />

makers zelf toegegeven, ja, zij hebben zelfs toegegeven,<br />

dat de mogelijkheid <strong>van</strong> een herziening onder hel oog<br />

moest worden gezien.<br />

Toen Frankrijk dezen oorlog begon, had <strong>het</strong> in <strong>het</strong> geheel<br />

geen reden daartoe. Het was eenvoudig de lust om<br />

weer tegen Duitschland te vechten. Maar zij zeiden: „Wij<br />

willen de Oostmark wegnemen, Duitschland uit elkaar<br />

rukken!" Zij hebben zich overgegeven aan fantasieën der<br />

vernietiging <strong>van</strong> ons rijk.<br />

En Engeland? Herhaalde malen heb ik Engeland de<br />

hand gereikt. Het was juist een punt <strong>van</strong> mijn programma,<br />

met <strong>het</strong> Engelsche volk tot een accoord te komen. Wij<br />

hadden ook in <strong>het</strong> geheel geen conflict. Een enkel punt<br />

bestond er: <strong>het</strong> teruggeven <strong>van</strong> de Duitsche koloniën en<br />

daarover zeide ik: daar zullen wij eens onderhandelen.<br />

Ook de lijd speelde geen rol. Ik noemde geen termijn.<br />

Voor Engeland zijn deze koloniën doelloos. Het heeft<br />

immers 40 millioen vierkante kilometer. Wat doet <strong>het</strong> ermede?<br />

In <strong>het</strong> geheel niets. Het is slechts de geest <strong>van</strong><br />

oude woekeraars, die, wat zij bezitten niet willen afstaan.<br />

Het zijn ziekelijke wezens, die zien dat hun buurman<br />

niets te eten heeft, die dat wat ze bezitten niet kunnen<br />

gebruiken, maar die <strong>het</strong> liever in de zee gooien, dan<br />

er iets <strong>van</strong> weg te geven. Niets heb ik verlangd, wat den<br />

Engelschen heeft toebehoord. Slechts datgene, wat zij<br />

ons in 1918 en 1919 geroofd en gestolen hebben: — geroofd<br />

en gestolen in strijd met de plechtige verzekeringen<br />

<strong>van</strong> den Amerikaanschen president Wilson!<br />

Wij hadden ten opzichte <strong>van</strong> de andere wereld geen<br />

reden om ons aan haar wil te onderwerpen. <strong>De</strong>nken de<br />

Engelschen misschien dat ik tegenover Engeland aan<br />

minderwaardigheidsgevoelens lijd? Zij hebben ons destijds<br />

met hun zwendel en hun leugen bedrogen! Maar de<br />

Britsche soldaten hebben ons niet overwonnen!<br />

<strong>De</strong> redenen zijn ons duidelijk. Zij haten onzen staal,<br />

onverschillig hoe hij er uit ziet, keizerlijk, of nationaalsocialistisch,<br />

democratisch of autoritair. Dat is hun <strong>het</strong>zelfde<br />

Zij haten vooral den socialen bloei <strong>van</strong> dit rijk.<br />

En hier verbindt zich de zucht om over anderen te heerschen<br />

met <strong>het</strong> gemeenste innerlijke egoïsme.<br />

Daardoor is <strong>het</strong> mogelijk dat in een staat die over de<br />

grootste rijkdommen ter wereld en over een reusachtige<br />

levensruimte beschikt, millioenen menschen aan deze<br />

zegeningen geen deel hebben, maar armzaliger leven dan<br />

al de menschen in onze overbevolkte staten in <strong>het</strong> hart<br />

<strong>van</strong> Europa. Het land, dat voor enkele menschen een paradijs<br />

is biedt de massa in werkelijkheid slechts eindelooze<br />

ellende, ellendige voeding, ellendige kleeding,<br />

vooral ellendige huisvesting, ellendige verdienste en een<br />

ellendige sociale wetgeving.<br />

Nr. 1394 Holl.


Als zij zeggen: „Mei deze wereld kunnen wij nooif<br />

tot een accoord komen", dan is <strong>het</strong> de wereld <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

ontwakende sociale geweien, waarmee zij niet tot een<br />

accoord kunnen komen. Daarop kan ik aan de heeren aan<br />

deze zijde en aan de overzijde <strong>van</strong> den Oceaan slechts<br />

dit eene zeggen: de sociale wereld zal tenslotte<br />

de succesrijke wereld zijn!<br />

Zij kunnen oorlogen voeren voor hun kapitalistische<br />

belangen, maar de oorlogen zelf zullen tenslotte de wegbaners<br />

voor de sociale wedergeboorte der volken zijn.<br />

liet is onmogelijk dal op den duur honderden millioenen<br />

menschen naar de belangen <strong>van</strong> enkelingen hun leven<br />

moeten inrichten.<br />

Ja, waarom voeren de heeren eigenlijk oorlog? Eerst<br />

zeggen ze: Om <strong>het</strong> nationalisme te bestrijden moeten de<br />

volken der wereld verbloeden — en nu komen ze plotseling<br />

met oude en versleten sociale gedachten <strong>van</strong> onze<br />

overvoorgangers. Leg ze weer terug in de kist, dat is<br />

reeds afgedankt materiaal <strong>van</strong> ons, mijne heeren! Wanneer<br />

men welen wil, hoe zoo iets gedaan wordt, dan moet<br />

men niet programma's nemen, die bij ons omstreeks de<br />

jaren <strong>van</strong> 1880 of 1890 modern waren. En als thans plotseling<br />

een Britsche arbeiders-secretaris, die echter daarnaast<br />

als „man <strong>van</strong> de oppositie" door den staat betaald<br />

wordt, opstaat en zegt:<br />

„Engeland zal na dezen oorlog ermede moeten beginnen,<br />

sociale vraagstukken aan te pakken en sociale<br />

programma's op te lossen. Wij zullen ons ook<br />

om de breede massa moeten bekommeren", enz.<br />

dan kan ik dezen secretaris slechts zeggen: Dat is bij ons<br />

reeds lang gebeurd. U moet bij ons komen, mijne heeren,<br />

als U will leeren, hoe men dat aanpakt.<br />

Maar reeds hel feit is voldoende, dat men zooiets nu<br />

plotseling als een doelstelling beschouwt. Plotseling zullen<br />

de Engelschen misschien een commissie sturen om<br />

ons programma over te nemen.<br />

Zelfs in den oorlog bestond nog de mogelijkheid om<br />

tot een accoord te komen. Terstond na den Poolschen<br />

veldtocht heb ik weer de hand uitgestoken. Ik heb niets<br />

verlangd, noch <strong>van</strong> Frankrijk, noch <strong>van</strong> Engeland, liet was<br />

ievergeefseh. Terstond na de ineenstorting in <strong>het</strong> Westen<br />

heb ik weer de hand uitgestoken naar Engeland. Mei gekakel<br />

en geschreeuw ben ik ont<strong>van</strong>gen. Zij spuwden feitelijk<br />

op mij. Zij waren verontwaardigd.<br />

Het sociale Duitschland is <strong>het</strong>, wat deze uit Joden en<br />

hun financiers en sjacheraars bestaande kliek daar ginder<br />

<strong>het</strong> meeste haat. <strong>De</strong> financieele belangen zegevieren<br />

over de echte volksbelangen. Hel bloed der volkeren<br />

moet dus weer in dienst <strong>van</strong> <strong>het</strong> geld <strong>van</strong> een kleine belangengroep<br />

gesteld worden.<br />

Wij staan hier op dit Continent en waar wij staan,<br />

haalt niemand ons meer weg. Wij hebben bepaalde steunpunten<br />

voor ons ingericht en wij zullen, wanneer <strong>het</strong> uur<br />

komt, den beslissenden slag slaan. Dat wij den tijd daarvoor<br />

gebruikt hebben, dat zullen de heeren dit jaar meemaken.<br />

Waar hopen zij op? Op hulp <strong>van</strong> anderen? Op Amerika?<br />

Ik kan slechts <strong>het</strong> volgende zeggen: Wij hebben <strong>van</strong><br />

tevoren met alle mogelijkheden rekening gehouden. Dat<br />

<strong>het</strong> Duitsche volk tegen <strong>het</strong> Amerikaansche volk niets<br />

heeft, is iedereen duidelijk, die niet bewust de waarheid<br />

verdraaien will. Duitschland heeft nog nooit op <strong>het</strong> Amerikaansche<br />

vasteland belangen vertegenwoordigd, tenzij<br />

dat <strong>het</strong> medegestreden heeft voor de vrijheid <strong>van</strong> dil<br />

Continent. Wanneer stalen <strong>van</strong> dit Continent nu probeeren,<br />

wellicht in hel Europeesche conflict in te grijpen, dan<br />

zal de doelstelling zich nog sneller wijzigen. Dan zal zich<br />

juist Europa verdedigen. Men moet zich daarover geen<br />

verkeerde voorstelling maken. Wie meent Engeland te<br />

kunnen helpen, moet in ieder geval zich <strong>van</strong> <strong>het</strong> volgende<br />

bewust zijn:<br />

Elk schip, <strong>het</strong> zij onder escorte of niet,<br />

dat voor onze torpedolanceerbuizen<br />

komt, wordt getorpedeerd.<br />

Wij bevinden ons in een oorlog, dien wij niet gewild<br />

hebben, integendeel! Vaker kan men de andere partij<br />

niet de hand gereikt hebben. Wanneer de anderen dan<br />

echter willen vechten en als doel hebben hel Duitsche volk<br />

uit te roeien, dan zullen zij leelijk hun neus stooten. Ditmaal<br />

vechl men niet tegen een afgemat Duitschland als<br />

in den wereldoorlog, maar dezen keer sluit men op een<br />

in hoogste mate gemobiliseerd, strijdvaardig en vastberaden<br />

Duitschland. Waar wij Engeland kunnen verslaan,<br />

zullen wij Engeland verslaan!<br />

Ons volk wordt door een wonderlijke gedachte <strong>van</strong><br />

gemeenschap beheerscht! Dat deze gedachte in haar<br />

volle krach! ons moge bijblijven is de wensch <strong>van</strong> den dag<br />

<strong>van</strong> heden. Da! wij voor deze gemeenschap willen werken<br />

is onze gelofte. Dat wij in dienst <strong>van</strong> deze gemeenschap<br />

de overwinning behalen, is ons geloof en ons vertrouwen.<br />

In <strong>het</strong> Duitsche volk is weer een geest ontwaak!, die<br />

ons reeds eenmaal langen tijd begeleid heefl. <strong>De</strong>ze fa­<br />

natieke bereidwilligheid om alles op zich te nemen! Eiken<br />

slag, dien wij ont<strong>van</strong>gen zullen wij met interest op in­<br />

terest teruggeven! Alles wal ze legen ons mobiliseeren<br />

zal ons slechts harder maken. „En al ware de wereld vol<br />

duivels — wij zullen toch zegevieren."<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Uitgever en Drukker: Falken-Veilag, Hamburg


<strong>De</strong> Zeeoorlog tusschen Duitschland en Engeland<br />

Wanneer men • de<br />

positie <strong>van</strong> Engeland<br />

en <strong>van</strong> Duiischland<br />

bij <strong>het</strong> begin <strong>van</strong> den<br />

oorlog met die bij<br />

begin <strong>van</strong> <strong>het</strong> jaar<br />

1941 vergelijkt, merkt<br />

men <strong>het</strong> groote verschil<br />

op, en men kan<br />

zich er een beeld <strong>van</strong><br />

maken, hoe zich waarschijnlijk<br />

<strong>het</strong> einde<br />

<strong>van</strong> den oorlog zal<br />

voordoen.<br />

Daar Engeland een<br />

eilandenrijk is, waar<strong>van</strong><br />

de militaire<br />

kracht op de vlooi gebaseerd<br />

is, evenals<br />

zijn oeconomiisch-politieke<br />

kracht <strong>van</strong> de<br />

veiligheid zijner verbindinoen<br />

met de overige<br />

wereld afhangt,<br />

heeft voor Engeland de zeeoorlog sleeds de hoofdrol<br />

gespeeld. Toen Engeland in September 1939 aan<br />

Duitschland den oorlog verklaarde, was <strong>het</strong> in <strong>het</strong> bezit<br />

<strong>van</strong> de grootste vloot ter wereld en geallieerd met<br />

een <strong>van</strong> de sterkste Europeesche groote mogendheden.<br />

Daar ook de kleine landen aan de Kanaalkust en aan<br />

de Noordzee — België, Nederland, <strong>De</strong>nemarken —<br />

nauwe verbindingen met Engeland zoowel als met<br />

Frankrijk onderhielden, waren zij rechtstreeks afhankelijk<br />

<strong>van</strong> deze beide landen, en daarmee waren<br />

alle voorwaarden voor een overwinning der westelijke<br />

staten gegeven. Duitschland bezat buitendien<br />

slechts een relalief kleine vloot, die slechts ongeveer<br />

10% <strong>van</strong> de vereenigde Engelsch-Fransche zeestrijdmachten<br />

uitmaakte. Wie kon daarom ook aan een voor<br />

Engeland succesvol einde <strong>van</strong> den oorlog twijfelen?<br />

Zo was de situatie in September 1939.<br />

Beschouwen wij de tegenwoordige situatie, zoo zien<br />

wij vooreerst,- dat Engeland met geen groote Europeesche<br />

mogendheid meer gealliëerd is, daar Frankrijk<br />

overwonnen is en Griekenland niet tot de groote<br />

mogendheden gerekend kan worden. Daarentegen<br />

heeft Duitschland Italië als bondgenoot. Beschouwt men<br />

nu de ten Oosten <strong>van</strong> Engeland en Scholland gelegen<br />

kusten, dan valt te constateeren, dat deze vroeger<br />

onder den invloed <strong>van</strong> de Gealliëerden stonden, thans<br />

echler door Duitschland bezet zijn. Hetzelfde geldt<br />

voor de Fransche Kanaalkust, waar de Duitsche kustartilierie<br />

haar vuurmonden tegen Engeland gericht<br />

heeft, Duitsche troepen <strong>het</strong> achterland beheerschen en<br />

duizenden Duitsche vliegmachines slechts op <strong>het</strong> teeken<br />

wachten om <strong>van</strong> Fransche, Belgische, Nederlandsche of<br />

Noorsche vliegvelden tegen Engeland te starten.<br />

Duitsche torpedobooten, torpedobootjagers en<br />

onderzeeërs liggen in elke haven <strong>van</strong> deze schier eindelooze<br />

kust. Zij vreezen de Engelsche vloot niet, integendeel,<br />

zij wachten elk Engelsch vaartuig op en beschouwen<br />

<strong>het</strong> als hun rechtmatige buit.<br />

Waar is nu de Engelsche vloot?<br />

Vroeger strekte zich de Engelsche blokkade tot zoo<br />

dicht als mogelijk bij de vijandelijke havens uit, zoodat<br />

Door Admiraal G. v. S c h o u 1 i z , Helsingfors<br />

zelfs <strong>het</strong> verkeer tusschen deze havens onderling zoo<br />

goed als onmogelijk was. Nu doorkruist de Engelsche<br />

vloot de eindelooze oceanen om Engelands zeewegen<br />

naar Afrika en Australië en naar <strong>het</strong> Amerikaansche<br />

continent te beschermen. Dat is een omslachtige en dure<br />

bezigheid, die nauwelijks iets zal opbrengen.<br />

In vroegere tijden was een zeeoorlog een winstbrengende<br />

onderneming. <strong>De</strong> Engelsche vloot trad steeds<br />

aanvallend op en <strong>het</strong> hoofddoel was kostbare koopvaardijschepen<br />

prijs te maken, waarmede de vloot als<br />

ook Engeland gebaat waren. Toen zeide men:<br />

„Zeeoorlog kweekt,<br />

Landoorlog breek t",<br />

en liet den landoorlog aan de continentale gealliëerden<br />

over om zich zelf door den zeeoorlog schadeloos te<br />

stellen.<br />

Nu is <strong>het</strong> daarmede uit. <strong>De</strong> tijden zijn anders geworden.<br />

In Europa heeft Engeland geen gealliëerde<br />

meer, die tegen Duitschland kan optreden, en nog niet<br />

eens de beste Engelsche havens, de oorlogshavens inbegrepen,<br />

kunnen aan de vloot voldoende bescherming<br />

bieden. Als de schepen <strong>van</strong> een lange reis terugkeeren<br />

zoeken zij noch Porlsmouth noch Plymouth op, niet eens<br />

de anders zoo rustige havens <strong>van</strong> Chatham en Sheerness<br />

aan de monding <strong>van</strong> de Theems. <strong>De</strong>ze havens zijn Ihans<br />

vernietigd en verlaten. Scapa Flow en Rosyth liggen te<br />

ver <strong>van</strong> <strong>het</strong> Kanaal verwijderd, dat men niet onbewaakt<br />

kan laten. <strong>De</strong> Engelsche vloot heeft dus geen veilige<br />

vluchthaven meer en moet zich in de Iersche zee ophouden<br />

om tegen de vliegers eenigermate beveiligd<br />

te zijn.<br />

Er beslaan nog wel enkele verborgen ankerplaatsen<br />

aan de westkust <strong>van</strong> <strong>het</strong> eilandenrijk, maar daar ontbreken<br />

de werven en de gelegenheden om brandstof en<br />

munitie te laden. <strong>De</strong> voorraden voor de schepen moeten<br />

dus naar die Iersche zee gebracht worden en daarvoor<br />

ontbreekt de noodige scheepsruimte, en in dit opzicht<br />

is spaarzaamheid dringend noodzakelijk. Bij ongunstig<br />

weer kunnen de groote vaartuigen zich ook hier slecht<br />

ophouden en zij zijn gedwongen om voor de Duitsche<br />

vliegers naar zee te vluchten. <strong>De</strong> Engelsche vloot heeft<br />

geen rust meer. Zij heeft geen gelijkwaardigen tegenstander,<br />

dien ze in de traditioneele kielwater-formatie<br />

zou kunnen aanvallen, zooals dit ten tijde der zeilschepen<br />

mogelijk was; vooral vindt zij ook in de eigen<br />

havens geen rust, en dat is voor een zeeman slechter<br />

dan men zich voorstellen kan. Het verlies <strong>van</strong> verscheidene<br />

<strong>van</strong> de belangrijkste eigen en gealliëerde havens<br />

heeft de blokkade tegen Duitschland dermate verzwaard,<br />

dat de Engelsche vloot tegen deze taak niet<br />

opgewassen is. Dit bewijst <strong>het</strong> toenemende aantal Duitsche<br />

hulpkruisers en handelsschepen, die voortdurend<br />

den Engelschen blokkadering doorbreken.<br />

Buitendien heeft <strong>het</strong> Engelsche konvooi-systeem met<br />

steeds grooter wordende moeilijkheden te kampen, daar<br />

de bemanningen <strong>van</strong> neutrale en in den laatsten tijd ook<br />

<strong>van</strong> Engelsche schepen weigeren om de reis naar Engeland<br />

te aanvaarden, omdat ze in de Engelsche bescherming<br />

geen vertrouwen meer slellen, of zoo hooge loonen<br />

verlangen dat de reeders deze niet meer kunnen betalen.<br />

In gelijke mate stijgen ook de assurantiepremies, voor<br />

zooverre de handelsschepen in de vaart op Engeland<br />

nog verzekerd kunnen worden.<br />

Nr. 1404 Holl,


Daarentegen groeit <strong>het</strong> aantal Duitsche onderzeeërs<br />

in een steeds toenemend tempo, want deze booten<br />

kunnen seriesgewijze gebouwd en in minder dan twaalf<br />

maanden na de kiellegging reeds in dienst gesteld worden.<br />

In samenhang hiermede kan men de woorden <strong>van</strong><br />

Adolf Hitler citeeren: „Maar onderzeebooten worden<br />

nog en nog gebouwd."<br />

Kenmerkend zijn ook de cijfers die in Duitschland<br />

gepubliceerd zijn over de in den grond geboorde<br />

vijandelijke handelstonnage. In <strong>het</strong> tweede halfjaar <strong>van</strong><br />

1940 zouden de Duitsche onderzeeërs 3,2 millioen en de<br />

luchtmacht 0,7 millioen brt. tot zinken gebracht hebben.<br />

Daarrbij zijn de verliezen door Duitsche mijnen, die<br />

voortdurend in de Engelsche havens uitgelegd worden,<br />

slechts voor een klein deel meegerekend, daar de<br />

meeste door mijnen veroorzaakte scheepsrampen onbekend<br />

blijven. Buitendien zouden 264 Engelsche of in<br />

Engelschen dienst varende handelsschepen met meer<br />

dan 2 millioen brt. beschadigd geworden zijn<br />

Zelfs wanneer deze cijfers niet absoluut juist zijn,<br />

geven zij toch een schrikwekkende schildering <strong>van</strong> de<br />

uitwerking <strong>van</strong> den zee- en luchtoorlog op de gevoeligste<br />

plek <strong>van</strong> de Engelsche volkshuishouding, ml. op<br />

de verzorging met levensmiddelen en grondstoffen.<br />

Volgens de berekeningen <strong>van</strong> neutrale vaklieden moet<br />

Engeland sedert hef begin <strong>van</strong> den oorlog tot einde<br />

1940 minstens de helft <strong>van</strong> de eigen en <strong>van</strong> de vreemde<br />

voor Engeland varende tonnage verloren hebben. Geen<br />

wonder dus dat de Engelsche regeering thans de Vereenigde<br />

Staten nog dringender om scheepsruimte dan<br />

om wapens verzoekt. Maar oude handelsschepen zijn<br />

te langzaam en in de exploitatie te oneconomisch.<br />

Buitendien houden zij in <strong>het</strong> konvooi de snellere schepen<br />

op en stellen deze zoodoende nog meer aan de gevaren<br />

<strong>van</strong> de Duitsche onderzeeërs bloot. Het bouwen<br />

<strong>van</strong> nieuwe schepen duurt daarentegen te lang: voor<br />

1942 kunnen niet eens de eenvoudigste typen geleverd<br />

worden.<br />

Hoe lang Engeland nog aan de Duitsche blokkade<br />

weerstand kan bieden hangt volkomen af <strong>van</strong> de manier<br />

waarop Duitschland den zeeoorlog voert. Politieke invloeden<br />

spelen daarbij geen beslissende rol.<br />

Als men de positie <strong>van</strong> de beide tegenstanders bij<br />

<strong>het</strong> begin <strong>van</strong> den oorlog vergelijkt met de tegenwoordige<br />

positie, dan kan men zeggen, dat<br />

Duits ch land zeer veel sterker en Enge­<br />

land zeer veel zwakker<br />

geworden is, en dat over den afloop <strong>van</strong> den oorlog<br />

op zee, in de lucht of ook op <strong>het</strong> land beslist kan worden.<br />

Als men de vergelijking nog verder wil doorvoeren,<br />

kan men ook de verliezen <strong>van</strong> de beide tegenstanders<br />

aan oorlogsschepen in rekening stellen. <strong>De</strong> Engelsche<br />

admiraliteit heeft bekend gemaakt, dat Engeland ongeveer<br />

460 000 tons verloren heeft, terwijl de Duitsche verliezen<br />

75 000 tons bedragen. Daarbij was de strategie<br />

en de taktiek <strong>van</strong> de Duitsche vloot, ondersteund door<br />

den aanvalsgeest en de offervaardigheid <strong>van</strong> de<br />

Duitsche Luchtmacht, in hoogste mate offensief.<br />

<strong>De</strong> Duitsche vliegers verzorgen de Hochseeflofte met<br />

berichten over de positie en de sterkte der vijandelijke<br />

zeestrijdkrachten en zorgen ook voor de berichten aan<br />

de onderzeeërs, waar deze ook op de verre oceanen<br />

mogen kruisen. Er kan er geen twijfel over bestaan, of<br />

de Engelsche vloot en de marineluchtmacht hebben <strong>het</strong><br />

uiterste geprobeerd, om den vijand schade toe te<br />

voegen. Het succes was echter onbeduidend en de verliezen<br />

stonden niet in evenredigheid met die <strong>van</strong> den<br />

tegenstander. <strong>De</strong> voortdurend wisselende leiding in<br />

de Britsche Admiraliteit heeft er zonder twijfel toe bijgedragen,<br />

om <strong>het</strong> vertrouwen in de vloot zelf te ondermijnen.<br />

Tegenwoordig is de taak <strong>van</strong> de Engelsche vloot<br />

dermate om<strong>van</strong>grijk, dat ze alleen doör een overeenkomstig<br />

opgevoerde paraafheid op de steunpunten, in<br />

de havens en wat de verdere hulpmiddelen betreft, bedwongen<br />

kan worden. Daar deze zich niet meer in de<br />

vereischte conditie bevinden, de wapeningsindustrie<br />

groote schade geleden heeft, en de strategische positie<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> eilandenrijk steeds moeilijker geworden is, kan<br />

<strong>het</strong> resultaat <strong>van</strong> een objectief onderzoek, niettegenstaande<br />

de materieele meerderheid <strong>van</strong> de Engelsche<br />

vloot, niet anders duiden dan op de verrassende waarschijnlijkheid<br />

<strong>van</strong> een spoedige Duitsche overwinning.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Falken-Verlag, Hamburg


Heldengedenkdag in Groof-DuUsdiland<br />

In lange vreedzame jaren verbleeken in de herinnering<br />

langzamerhand de indrukken <strong>van</strong> de vreeselijke<br />

belevenissen <strong>van</strong> den oorlog, waaruit heldendom en<br />

doodsoffers verrijzen. Het kan dan gebeuren, dat een<br />

generatie den oorlog in zijn wezen niet meer kent, en<br />

helden vereert, zonder ze ook nog maar in <strong>het</strong> minst<br />

waardig te zijn. Dan wordt <strong>het</strong> grootste offer <strong>van</strong> den<br />

mensch met holle phrasen gevierd, ja, er bestaal hel<br />

gevaar, dat door de herinnering aan de heldendaden <strong>van</strong><br />

vervlogen tijden, <strong>het</strong> tegenwoordige geslacht zich <strong>van</strong><br />

de verplichtingen tot een dusdanige houding ontbonden<br />

gelooft to mogen gevoelen. Als echter <strong>het</strong> Duitsche volk<br />

in 1941 zijn helden eert, geschiedt dit in een tijd en in<br />

omstandigheden, die ons <strong>het</strong> recht geven met opgeheven<br />

hoofd degenen te herdenken, die in de gevechten in een<br />

ver en in een nabij verleden hun leven voor de natie geofferd<br />

hebben.<br />

Toen wij twaalf maanden geleden in deze gewijde<br />

hal onze helden herdachten lag achter ons <strong>het</strong> alleszins<br />

geslaagde begin <strong>van</strong> een oorlog, dien Duitschland niet<br />

gewild heeft, doch die ons opgedrongen was door dezelfde<br />

krachten, die voor de geschiedenis reeds de verantwoordelijkheid<br />

dragen voor den grooten volkerenoorlog<br />

<strong>van</strong> 1914-1918.<br />

Het waren de elementen, die zich destijds ten doel<br />

stelden de Duitsche natie <strong>het</strong> primitiefste levensrecht te<br />

ontrooven; die in de jaren <strong>van</strong> <strong>het</strong> dictaat <strong>van</strong> <strong>Versailles</strong><br />

de politieke slavernij en oeconomische verarming <strong>van</strong><br />

Duitschland tot dogma <strong>van</strong> een nieuwe wereldorde maakten<br />

en die nu weer aan de wederopstanding <strong>van</strong> ons'<br />

volk denzelfden haat toedragen, waarmee ze eens hei<br />

Tweede Rijk vervolgden.<br />

Met volslagen miskenning <strong>van</strong> den toestand en een<br />

daaruit voortvloeiende misrekening <strong>van</strong> de eigen en de<br />

Duitsche kracht, echter ook in de algeheele onwetendheid<br />

omtrent de wilskracht en de vastberadenheid <strong>van</strong><br />

de nieuwe Duitsche leiding geloofden zij dat <strong>het</strong> voor de<br />

tweede maal terneer slaan <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche volk gemakkelijker<br />

zou zijn dan de eerste maal. Toen de Amerikaansche<br />

generaal Wood voor de commissie <strong>van</strong><br />

onderzoek <strong>van</strong> den Amerikaanschen senaat verzekerde,<br />

dat Mister Churchill reeds in 1936 hat verklaard, dat<br />

Duitschland reeds weder ie machtig was geworden<br />

en daarom in een nieuwen oorlog vernietigd moest<br />

worden,<br />

werd door dit feit, dat thans door de geschiedenis is bevestigd,<br />

slechts de ware verantwoordelijkheid voor de<br />

tegenwoordige ontwikkeling in <strong>het</strong> licht gesteld. Engeland<br />

en Frankrijk wilden den oorlog, alleen <strong>het</strong> waren<br />

minderde volkemdan wel de dunne lagen, die op politiek en<br />

financieel gebied leiding gaven en waarachter als laatste<br />

drijvende kracht <strong>het</strong> internationale Jodendom staat.<br />

<strong>De</strong>ze verantwoordelijke oorlogsstokers hoopten echter,<br />

door Polen op den voorgrond te schuiven, niet<br />

slechts de uiterlijke aanleiding tot den oorlog te vinden,<br />

maar ook de versplintering <strong>van</strong> de Duitsche krachten,<br />

die hun reeds in den wereldoorlog zoo nuttig voorkwam,<br />

reeds bij voorbaat te verzekeren.<br />

<strong>De</strong> 18-daagsche veldtocht in Polen heeft aan die hoop<br />

den bodem ingeslagen. In trotsch vertrouwen kon de<br />

Duitsche natie in deze omstandigheden <strong>het</strong> jaar 1940 beginnen.<br />

<strong>De</strong>sondanks leefde ons volk geenszins in zelfmisleiding<br />

omtrent de moeilijkheden <strong>van</strong> <strong>het</strong> aanbrekende<br />

jaar. <strong>De</strong> strijd in <strong>het</strong> Westen, waaraan iedere oude<br />

Duitsche frontsoldaat nog thans een herinnering bewaart<br />

<strong>van</strong> een lijdensweg zonder einde, moest worden beslist.<br />

Met volledige kennis varr onze voorbereidingen en<br />

plannen, in grenzenloos vertrouwen op den Duitschen<br />

soldaat, op zijn wapening, zij aanvoering, zijn kunnen en<br />

vooral zijn houding waagde ik <strong>het</strong> op den heldengedenkdag<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> jaar 1940 den aanstaanden strijd als de<br />

roemrijkste overwinning <strong>van</strong> onze geschiedenis aan le<br />

kondigen.<br />

Acht weken later begon deze strijd. Doch nog voor<br />

de weermacht in <strong>het</strong> Westen aantrad was misschien de<br />

belangrijkste beslissing in dezen oorlog reeds gevallen.<br />

Op 9 April is met weinige uren voorsprong de gevaarlijkste<br />

poging <strong>van</strong> Engeland verijdeld om de Duitsche<br />

verdedigingskracht <strong>van</strong> <strong>het</strong> Noorden uit in <strong>het</strong> hart te<br />

treffen. Toen de ochtend <strong>van</strong> 10 Mei gloorde was deze in<br />

haar gevolgen misschien ernstigste bedreiging <strong>van</strong> onze<br />

militaire en oeconomische positie reeds met succes afgeweerd.<br />

<strong>De</strong> strijd om de beslissing in <strong>het</strong> Weslen kon<br />

dus beginnen. Hij verliep volgens <strong>het</strong> plan.<br />

Wat in vier jaar <strong>van</strong> onuitsprekelijke opofferingen in<br />

den wereldoorlog niet gelukt was kreeg binnen enkele<br />

weken zijn beslag: de ineenstorting <strong>van</strong> <strong>het</strong> Briisch-<br />

Fransche front.<br />

<strong>De</strong>ze ineenstorting was een verschuiving <strong>van</strong> krachten<br />

<strong>van</strong> waarlijk historische beteekenis. Als Duitschland<br />

nog in <strong>het</strong> jaar 1918 slechts een deel <strong>van</strong> deze successen<br />

had kunnen boeken, zou de wereldoorlog gewonnen geweest<br />

zijn.<br />

Thans staat de Duitsche weermacht in een gebied <strong>van</strong><br />

wereldwijde afmetingen gereed om, in aantal en materiaal<br />

op de geduchtste wijze versterkt, besluitvaardig en<br />

vol vertrouwen datgene te voltooien, wat in <strong>het</strong> historisch<br />

beslissende jaar 1940 begonnen was.<br />

Hiermede treden wij thans met nog meer recht dan in<br />

1940 voor de Duitsche helden <strong>van</strong> <strong>het</strong> verleden. Nog<br />

welen wij allen wat zij vooral in den wereldoorlog<br />

moesten doorstaan en hebben tot stand gebracht. Maar<br />

voor hun offer zelve buigen wij ons niet meer als onwaardigen<br />

neder. Toen de Duitsche divisies hun opmarsen<br />

in <strong>het</strong> Westen begonnen, heeft de huidige herdenking<br />

<strong>van</strong> de gevallenen haar verheven begin genomen.<br />

Want op ontelbare soldatenkerkhoven stonden<br />

in dankbare onlroering de zegevierende zonen aan de<br />

graven <strong>van</strong> hun heldhaftige vaders.<br />

Het Duitsche volk heeft alles weder goedgemaakt,<br />

wat <strong>het</strong> eens in waanzinnige verblinding prijsgaf en verloor.<br />

Daarom kunnen wij juist <strong>van</strong>daag weer met een<br />

verheven hart terugdenken aan de slachtoffers <strong>van</strong> den<br />

wereldoorlog. Te midden <strong>van</strong> de roemrijke gebeurtenissen<br />

<strong>van</strong> den tegenwoordigen tijd willen wij niet de onmeetbare<br />

zielskracht vergeten, die hef Duitsche volk en<br />

zijn soldaten te danken hebben aan de heldhaftigheid<br />

hunner voorzalen.<br />

<strong>De</strong> soldaten <strong>van</strong> den wereldoorlog zijn niet tevergeefs<br />

gevallen. Al zijn toen ook hun offers <strong>van</strong> een<br />

onmiddelijk succes verstoken gebleven, toch heeft hun<br />

heldhaftige offervaardigheid, hun boven <strong>het</strong> menschelijke<br />

verheven moed aan <strong>het</strong> Duitsche volk iets nagelaten,<br />

waaraan niet alleen elke Duitsche generatie met<br />

aandacht en innerlijke aangegrepenheid terugdenkt,<br />

maar dat ook bij onze tegenstanders in verlammende<br />

herinnering gebleven is. Wellicht is <strong>het</strong> ook dit krachtvolle<br />

besef dai <strong>het</strong> Duitsche volk tof zoo oneindig groote<br />

daden in staat stelde. Het gevoelt zich weer de voltrekker<br />

<strong>van</strong> den wil zijner dappere voorvaders.<br />

No. 1414 Holl.


Naast de dooden <strong>van</strong> den wereldoorlog rijen zich nu<br />

de slachtoffers <strong>van</strong> de voortzetting <strong>van</strong> dezen strijd. En<br />

weer liggen als destijds de zonen <strong>van</strong> ons volk overal<br />

verspreid in de wijdheid <strong>van</strong> landen en zeeën als de<br />

dappere strijders voor hun Groot-Duitsch vaderland. Hef<br />

is dezelfde menseh, die —. <strong>het</strong>zij in den wereldoorlog, of<br />

in den arbeid of in den ons opgedrongen strijd — zijn<br />

leven op <strong>het</strong> spel zet en offert om aan zijn volk als geheel<br />

de toekomst eindelijk te verzekeren en een vrede af<br />

te dwingen, die tot een betere organisatie der menschelijke<br />

gemeenschap leidt dan die vrede welke de dictatoren<br />

<strong>van</strong> <strong>Versailles</strong> op hun geweten hebben.<br />

Wij herdenken echter ook de Italiaansche soldaten,<br />

die thans als bondgenooten in een groot deel <strong>van</strong> de<br />

wereld eveneens hun leven hebben moeten geven.<br />

Hun idealen en strijddoeleinden zijn dezelfde als de<br />

onze: de wereld is er niet alleen maar voor enkele weinige<br />

volken, en een orde die zich voor eeuwig slechts op<br />

bezitters en niet-bezittenden wil baseeren, bestaat<br />

slechts tot de niet-bezittenden besluiten hun recht op<br />

Gods aarde uit te roepen en er voor op te komen.<br />

<strong>De</strong> natie is thans een strijdende eenheid geworden.<br />

Niet omdat zij dezen strijd zocht, maar omdat hij haar<br />

opgedrongen werd. Zoodra Engeland en Frankrijk den<br />

oorlog verklaard hadden begon Engeland ook den oorlog<br />

tegen <strong>het</strong> burgerleven. Aan de blokkade <strong>van</strong> den<br />

wereldoorlog, aan den oorlog <strong>van</strong> den honger tegen<br />

vrouwen en kinderen voegde <strong>het</strong> ditmaal den lucht- en<br />

brandoorlog tegen vreedzame dorpen en steden toe.<br />

Maar Engeland zal in beide oorlogen <strong>het</strong> onderspit<br />

delven; Churchill zal met den door hem misdadig ontketenden<br />

luchtoorlog niet Duitschland vernietigen,<br />

doch Britannië zelf. En evenzoo zal de blokkade niet<br />

Duitschland treffen, doch degenen die haar ontketend<br />

hebben.<br />

Geen macht en geen steun ter wereld zullen aan den<br />

uitslag <strong>van</strong> dezen strijd iets veranderen. Engeland<br />

zal vallen!<br />

<strong>De</strong> Eeuwige Voorzienigheid laat niet diegenen zegevieren,<br />

die bereid zijn slechts voor de heerschappij <strong>van</strong><br />

hun goud <strong>het</strong> bloed <strong>van</strong> menschen te vergieten. Duitschland<br />

heeft <strong>van</strong> Engeland en Frankrijk niets verlangd. Al<br />

zijn vredesvoorslellen waren vergeefsch.<br />

<strong>De</strong> internationale financieele plutocratie wil dezen<br />

oorlog tot <strong>het</strong> einde toe voeren. <strong>De</strong>rhalve moet en zal<br />

<strong>het</strong> einde <strong>van</strong> dezen oorlog haar vernietiging zijn. Moge<br />

dap de Voorzienigheid ons den juisten weg doen vinden<br />

'om de volken, die hun boeien zijn kwijt geraakt naar<br />

een betere orde te leiden.<br />

Koelbloedig en vastberaden zullen wij derhalve in<br />

1941 aantreden. Onverschillig waar, te land, ter zee of<br />

in de lucht, Duitsche soldaten strijden, zij zullen weten<br />

dat deze strijd <strong>het</strong> lot, de vrijheid en de toekomst <strong>van</strong><br />

ons volk beslist voor altijd! Door dezen strijd zegevierend<br />

te eindigen danken wij alle helden <strong>van</strong> <strong>het</strong> verleden<br />

op de waardigste wijze: Want wij redden datgene,<br />

waarvoor ook zij eenmaal gevallen zijn: Duitschland,<br />

ons volk en zijn Groot-Duitsch Rijk!<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hocballee 127<br />

Falken-Verlag, Hamburg


THE<br />

Door de straten <strong>van</strong> Londen veegt de Aprilstorm.<br />

John Walter, die tot nu toe zwijgend naar <strong>het</strong> onweer<br />

gestaard had, draaide zich weer langzaam naar zijn<br />

bezoeker om en zei: „Ik heb de geheele aangelegenheid<br />

overdacht. Mr. Johnson. Ik ben bereid, Uw nieuwe drukmethode<br />

te koopen."<br />

Henry Johnson had geen groote keus onder de geldmannen,<br />

die in zijn uitvinding belang stelden. <strong>De</strong>ze<br />

John Walter, voor wiens geslepenheid men hem gewaarschuwd<br />

had, had echter plotseling vlam gevat voor een<br />

technische aangelegenheid, waar<strong>van</strong> hij beslist niets<br />

verstond.<br />

„Met Uwe methode, Mr. Johnson, kan men dus dadelijk<br />

geheele woorden zetten."<br />

Johnson knikte <strong>van</strong> ja. „Bij <strong>het</strong> logographische zetten<br />

zijn reeds geheele lettergroepen met elkander verbonden."<br />

„Men zou dus een courant zeer veel vroeger kunnen<br />

doen verschijnen, dan dit tot nu toe mogelijk is?"<br />

„Ja . . ."<br />

John Walter richtte zich op. Hij zag een nieuwe mogelijkheid<br />

om zijn door speculaties verknoeid leven weer<br />

omhoog te werken. Met ietwat sidderende handen onderleekende<br />

hij <strong>het</strong> koopcontract.<br />

Enkele weken later, <strong>het</strong> was in Mei 1784, deelde hij<br />

den Londenaars mede, dat hij <strong>het</strong> voormalige Koninklijke<br />

drukkershuis, in de nabijheid <strong>van</strong> de Apoihecanes Hall,<br />

gekocht en aldaar een inrichting voor logographischen<br />

druk geopend had.<br />

Bijna scheen <strong>het</strong> alsof deze speculatie <strong>van</strong> John Walter<br />

een mislukking zou worden. Men lette weinig op de<br />

nieuwe methode. Reeds zag Walter zijn ondergang voor<br />

zich. Vastberaden weigerde hij Henry Johnson de uitbetaling<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> resteerende bedrag voor den koop <strong>van</strong><br />

diens melhode. Terwijl Johnson de rechtbank aanriep,<br />

begon Walter met <strong>het</strong> geld, dat hij aan Johnson geweigerd<br />

had, in de grootste haast, op 1 Januari 1785, met<br />

<strong>het</strong> uitgeven <strong>van</strong> zijn couranl „Daily Universal Register".<br />

Dat was <strong>het</strong> uur der geboorte der „Times".<br />

1788. Er werd hard aan John Walter's deur geklopt.<br />

<strong>De</strong> meesterknecht <strong>van</strong> de drukkerij trad binnen; in de<br />

hand had hij <strong>het</strong> nog vochtige exemplaar <strong>van</strong> <strong>het</strong> blad.<br />

„Heb je den nieuwen titel gezet?"<br />

<strong>De</strong> meesterknecht knikte met <strong>het</strong> hoofd. „The Times",<br />

zooals U bevolen heeft, Sir. Tot de nieuwe titel zich ingeburgerd<br />

heeft, blijft de oude nog als ondertitel staan."<br />

„Wij nummeren verder", besliste Walter. „Vandaag,<br />

2 Januari 1788, gaan wij door met no. 940."<br />

John Walter zag den meesterknecht vergenoegd na.<br />

Hij had hei klaargespeeld. Die nieuwe methode stelde<br />

hem in staat, de berichten <strong>van</strong> de Parlemeniszittingen,<br />

die voor de Londensche kooplieden vaak <strong>van</strong> groot belang<br />

waren, vroeger ie doen verschijnen, dan de concurrentie.<br />

<strong>De</strong> regeering begon reeds op zijn blad attent<br />

te worden. Bij de 300 Pond Sterling die hij nu voor de<br />

regeeringsgezinde houding <strong>van</strong> hei blad als belooning<br />

zou krijgen, kwamen nog de goede inkomsten uil de<br />

advertenties en de groote verdienste door de gelden,<br />

die vele personen hem voor de publicatie <strong>van</strong> hun artikels<br />

betaalden. Wat deerde <strong>het</strong> hem dat met deze<br />

artikels vaak zeer baatzuchtige belangen nagestreefd<br />

TIMES<br />

werden. Als de regeering eens niet betaalde ging hij<br />

naar de oppositie, en als een koopman die tegen den<br />

vrijen handel was, hem niet de verlangde som verstrekte,<br />

stelde hij de kolommen <strong>van</strong> zijn blad ter beschikking <strong>van</strong><br />

een koopman die alleen <strong>van</strong> den vrijen handel kon profiieeren;<br />

In 1812 nam John Walter II de leiding <strong>van</strong> de „Times"<br />

over. Reeds na <strong>het</strong> beëindigen <strong>van</strong> zijn studies te Oxford<br />

had hij in 1798, op den leeftijd <strong>van</strong> 22 jaren de<br />

medewerking aan <strong>het</strong> ondertusschen veel grooter geworden<br />

blad op zich genomen, en in <strong>het</strong> jaar 1810, kort<br />

voor den dood <strong>van</strong> zijn vader, had hij tot hoofdredacteur<br />

<strong>van</strong> de „Times" den lateren gouverneur <strong>van</strong> Malta,<br />

Dr. Sioddart, benoemd. John Walter II constateerde dat<br />

de vergroote oplaag <strong>van</strong> <strong>het</strong> blad alleen gehouden kon<br />

worden, als hij in <strong>het</strong> bezit <strong>van</strong> een nieuwe drukmachine<br />

kwam. <strong>De</strong>ze moest hem in staat stellen, verreweg meer<br />

exemplaren te drukken dan andere bladen in denzelfden<br />

tijd. Een Duitsch uitvinder en ingenieur zou, zooals hij te<br />

weten gekomen was, zulk een machine geconstrueerd<br />

hebben.<br />

Op een helderen Novembermorgen <strong>van</strong> <strong>het</strong> jaar 1814<br />

onderhandelde John Walter met König over den koop<br />

<strong>van</strong> de nieuwe machine. In den loop <strong>van</strong> dit onderhoud<br />

liet hij zich <strong>van</strong> de constructie <strong>van</strong> de nieuwe machine<br />

geheel op de hoogte brengen.<br />

König moest met een vertroosting naar Würzburg<br />

terugkeeren. Zonder zich in <strong>het</strong> minst <strong>van</strong> de patenten<br />

<strong>van</strong> den Duitschen uitvinder iets aan te trekken gaf hij,<br />

op grond <strong>van</strong> wat hij ie weten gekomen was, aan een<br />

Engelsch constructeur de opdracht voor hei vervaardigen<br />

<strong>van</strong> een nieuwe drukmachine.<br />

Nadat dus nu de vluggere uitgave <strong>van</strong> zijn blad verzekerd<br />

was, begon hij met <strong>het</strong> verwezenlijken <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

tweede gedeelie <strong>van</strong> zijn plan. Hij werd aangespoord<br />

door <strong>het</strong> woord <strong>van</strong> zijn vader, dat de courant hem<br />

machtiger zou maken dan den Koning <strong>van</strong> Engeland.<br />

Meedoogenloos begon nu de „Times", de regeering en<br />

de politieke toestanden in haar hoofdartikels aan de<br />

kaak te stellen. Spoedig werd de „Times" een gevreesde<br />

politieke macht.<br />

John Walter confereerde vaak met zijn hoofdredacteur<br />

Dr. Sioddart. „Wij mogen onze aanvallen op de<br />

politieke toestanden steeds maar zoo ver drijven dat<br />

onze naam als onafhankelijk blad niet aangetast kan<br />

worden, maar in de groote lijnen moeien wij met de<br />

belangen <strong>van</strong> Engeland meegaan." Lachend-antwoorde<br />

John Walter:<br />

Wij moeien ons patriotisch voordoen en mei <strong>het</strong> patrioiisme<br />

den Engelschen geldzak niet vergeten. Ik<br />

geloof, mijn waarde, dat de stem <strong>van</strong> <strong>het</strong> volk ons<br />

blad dan steeds krachtig omhoog zal brengen."<br />

1877. <strong>De</strong> derde hoofdredacteur <strong>van</strong> de „Times", John<br />

Thaddeus <strong>De</strong>lane, zat over zijn werk gebogen. John<br />

Walter had de kamer beireden en de hand op <strong>De</strong>lane's<br />

schouder gelegd.<br />

„U ziet er niet goed uit, <strong>De</strong>lane, U moest eens naai<br />

Nice gaan. U kon dan i Parijs eens naar dien Blowitz<br />

omkijken, dien we daar als nieuwen correspondent aangesteld<br />

hebben.'<br />

„Die Blowitz bevalt me niet, Mr. Walter. Het is tot op<br />

heden niet de gewoonie <strong>van</strong> ons blad geweest om, in<br />

No. 1424 holl.


plaats <strong>van</strong> betrouwbare berichten, politieke verdachtmakingen<br />

en veronderstellingen te leveren. "Wat Blowitz<br />

daar over zoogenaamde aanvalsplannen <strong>van</strong> Duitschland<br />

op Frankrijk mededeelt is onzin. Ik ken dezen Bismarck<br />

daar in Duitschland beter. Ik zal niet meer lang<br />

leven maar ik zal U iets nalaten, wat ook later <strong>van</strong><br />

waarde zal zijn. Ik heb de „Times" met de Waarheid<br />

groot gemaakt en daarbij Engeland niet vergeten. Maar<br />

Engeland zal er verlaten voorstaan op <strong>het</strong> oogenblik dat<br />

wij ons laten dwingen <strong>van</strong> de waarheid af te wijken."<br />

Reeds korten tijd na den dood <strong>van</strong> <strong>De</strong>lane begon de<br />

„Times" in verval te geraken. Toen Thomas Chenery in<br />

1884 <strong>het</strong> hoofdredacteurschap <strong>van</strong> de „Times" aan<br />

George Earle Buckle overdroeg/was de oplaag <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

blad tot op de helft gezonken.<br />

In 1894 nam de jongste zoon <strong>van</strong> John Walter, Arthur<br />

Fraser Walter de „Times" over. Onder zijn leiding begon<br />

de „Times" steeds meer te vervallen tot den stijl,<br />

dien de Parijsche correspondent Blowitz sedert geruimen<br />

tijd in de hoofdartikels en de politieke berichtgeving<br />

ingang had doen vinden.<br />

<strong>De</strong>ze Blowitz was Jood. Geboren in Bohème, haatte<br />

hij reeds sedert zijn prille jeugd <strong>het</strong> Duitsche volk. Naar<br />

Frankrijk kwam hij als reisbegeleider en hij werd taalonderwijzer<br />

aan Fransche meisjesscholen, waar<strong>van</strong> hij<br />

weldra wegens zedenmisdrijven werd weggejaagd. Zijn<br />

relaties tot den Franschen staatsman Thiers verschaften<br />

hem <strong>het</strong> consulaat te Riga. Dit mocht hij echter weer<br />

afstaan toem hem de vertegenwoordiging <strong>van</strong> de<br />

„Times" te Parijs aangeboden werd.<br />

Thiers wist waarom hij Blowitz te Parijs vasthield.<br />

Hij kon geen veiler sujet voor de Fransche re<strong>van</strong>chegedachte<br />

jegens Duitschland vinden. Toen Blowitz een<br />

jaar na den dood <strong>van</strong> <strong>De</strong>lane <strong>het</strong> Verdrag <strong>van</strong> Berlnn<br />

nog voor de onderteekening kon publiceeren, had hi)<br />

zich met behulp <strong>van</strong> den Franschen geheimen dienst door<br />

deze „journalistenprestatie" bij de „Times" als vertegenwoordiger<br />

gelegitimeerd. Sedert dezen dag vonden zijn<br />

ophitsende artikels, die mede <strong>het</strong> fundament werden<br />

voor de Engelsch-Fransche Entente, ongezien toegang<br />

tot de kolommen <strong>van</strong> een blad, dat aan alle hoven en<br />

door alle regeeringen gelezen werd en waar<strong>van</strong> de berichten<br />

tot dat tijdstip voor volstrekt geloofwaardig gehouden<br />

werden.<br />

Met den Jood Blowitz is <strong>het</strong> uur gekomen waarop de<br />

haat tegen Duitschland eerst druppelsgewijze en lateiop<br />

steeds meer bespeurbare wijze in de kolommen <strong>van</strong><br />

de „Times" toegang vindt.<br />

1908. In de groote conferentiekamer <strong>van</strong> de „Times"<br />

verschijnt de 62-jarige Arthur Fraser Walter met den<br />

courantenkoning en nieuwbakken Lord Northcliffe.<br />

Northcliffe maakt zijn richtlijnen voor de uitbreiding <strong>van</strong><br />

de „Times" bekend. „<strong>De</strong> prijs <strong>van</strong> <strong>het</strong> blad wordt tot<br />

1 Penny verlaagd en zoodoende aan den prijs <strong>van</strong> de<br />

andere bladen aangepast. Tegelijkertijd wordt wat den<br />

inhoud <strong>van</strong> <strong>het</strong> blad betreft, meer met de behoeften <strong>van</strong><br />

de groote massa rekening gehouden. Ook in de politiek<br />

moeten wij ons verheven standpunt verlaten. <strong>De</strong>Middeneuropeesche<br />

staaten en vooral Duitschland zijn de vijanden<br />

<strong>van</strong> Engeland. Wij moeten de reputatie <strong>van</strong> de<br />

„Times" met een versterkte politieke tendenz verbinden.<br />

Waarheid en zakelijkheid zijn hier even weinig op<br />

haar plaats als bij een reclame die den tegenstander<br />

moet neerwerpen.<br />

Ik geloof dat wij binnen enkele jaren den oorlog zullen<br />

hebben en lot daar aan toe is er nog veel te doen."<br />

Met den dag <strong>van</strong> de overname <strong>van</strong> <strong>het</strong> blad door<br />

Lord Northcliffe begint de ring der samenzwering zich<br />

steeds nauwer om Duitschland te sluiten. Te Parijs werd<br />

Blowitz door den Hollandschen Jood Lavino opgevolgd.<br />

Te Berlijn is de Duitschlandhater George Sanders als<br />

vertegenwordiger der „Times" werkzaam; te Weenen<br />

zit Henry Wickham Sleed en te St. Petersburg heeft na<br />

de opheffing <strong>van</strong> zijn verbanning Mr. Braham zijn verderfelijke<br />

werkzaamheid weer opgenomen. Al deze<br />

mannen, waar<strong>van</strong> er niet één ook maar met een enkele<br />

regel voor Duitschland zou opkomen, leveren hun berichten<br />

aan den voormaligen Berlijnschen „Times"-correspondent<br />

Valentine Chirol, die thans als leider <strong>van</strong> de<br />

buitenlandsche politiek <strong>van</strong> de „Times" met een bijna<br />

fanatieken ijver alles in <strong>het</strong> werk stelt om de meening<br />

<strong>van</strong> Engeland en <strong>van</strong> de wereld met betrekking tot<br />

Duitschland te vergiftigen.<br />

<strong>De</strong> „Times" treedt nu in <strong>het</strong> tijdperk, waarin zij — ver<br />

<strong>van</strong> de doelstellingen <strong>van</strong> een <strong>De</strong>lane — niét meer tegen<br />

de Engelsche huichelachtigheid waarschuwt, maar als<br />

| haar nadrukkelijkste vertegenwoordigster begint op te<br />

treden.<br />

Uit deze instelling jegens Duitschland, die mei ver-<br />

. betenheid doorgezet wordt, slingert de „Times" Augustus<br />

1914 haar <strong>van</strong> haat vervulde artikels over de geheele<br />

wereld.<br />

Ook in al de zware jaren die Duitschland na <strong>het</strong> einde<br />

<strong>van</strong> den wereldoorlog ten gevolge <strong>van</strong> <strong>het</strong> Verdrag <strong>van</strong><br />

<strong>Versailles</strong> moest doormaken, zette de „Times" haar volkeren<br />

vergiftigende bedrijvigheid voorf.<br />

In <strong>het</strong> jaar 1929 werd aan de „Times" als eenig<br />

Engelsch blad <strong>het</strong> recht tot <strong>het</strong> voeren <strong>van</strong> een wapen<br />

verleend.<br />

In <strong>het</strong> jaar 1933 had de „Times" nog eens de gelegenheid<br />

om haar invloed op <strong>het</strong> Engelsche publiek in den<br />

zin <strong>van</strong> een telkens weer door Duitschland aangeboden<br />

Duitsch-Engelsche toenadering te doen gelden. Maar<br />

men laat de gelegenheid voorbijgaan. <strong>De</strong> „Times" stuurt<br />

op den oorlog aan. <strong>De</strong> ophitsingscampagne tegen <strong>het</strong><br />

nieuwe Duitschland verschilt in niets <strong>van</strong> de ophitsing<br />

gedurende den wereldoorlog. In haar kolommen vindt<br />

men de oproepen die de vernietiging <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche<br />

volk, de uithongering, de bombardeering <strong>van</strong> de Duitsche<br />

steden en den moord op Duitsche vrouwen en kinderen<br />

eischen.<br />

<strong>De</strong> aanbrekende nieuwe tijd brengt <strong>het</strong> uur der vergelding<br />

voor <strong>het</strong> blad dat sedert tientallen jaren <strong>het</strong><br />

spreektrompet <strong>van</strong> de laagste Britsche instinkten geworden<br />

is.<br />

1940/41. Door de nachtelijke straten <strong>van</strong> London loeit<br />

<strong>het</strong> alarmsignaal. Duitsche bommenwerpers jagen langs<br />

den nachtelijken hemel; zij brengen de vergelding naar<br />

Engeland.<br />

Kort voor de ochtendschemering heeft een zware<br />

Duitsche bom <strong>het</strong> gebouw <strong>van</strong> de „Times" getroffen. Als<br />

neergebeukt door de vuist <strong>van</strong> een reus ligt op <strong>het</strong> puin<br />

de geweldige gevelklok met muurbrokken die <strong>het</strong> opschrift<br />

„The Times" dragen. <strong>De</strong>ze ruïnes zijn de getuigen<br />

<strong>van</strong> de" vloekwaardige gevolgen <strong>van</strong> een zelfverschuldigd<br />

noodlot, onder <strong>het</strong> geweld waar<strong>van</strong> <strong>het</strong> Britsche<br />

! wereldrijk ineenstort.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Falken-Verlag, Hamburg


Hoe Engeland zijn vrienden behandelt<br />

<strong>De</strong> gebeurtenissen <strong>van</strong> onzen tijd volgen elkander snel<br />

op. Een ding echter moet in de herinnering <strong>van</strong> de volken<br />

wakker gehouden worden. Dat is de behandeling die Engeland,<br />

ook in lateren tijd, zijn bondgenooten en onderhoorige<br />

volken deelachtig doet worden.<br />

Vooreerst de voorgeschiedenis. Februari 1941 liet de<br />

Amerikaan Wood in een zitting <strong>van</strong> de senaatscommissie<br />

zich ontvallen, dat Churchill hem in 1936 verklaard had:<br />

„Duitschland wordt ons te machtig. Wij moeten<br />

Duitschland vernietigen."<br />

Chamberlains doel in München.<br />

In 1938 werd tusschen Hitler en den toenmaligei<br />

Engelschen minister-president Chamberlain een overeenkomst<br />

betreffende <strong>het</strong> herstel <strong>van</strong> den vrede in <strong>het</strong><br />

Zuidoostelijk grensgebied getroffen. Hierbij werd de volgende<br />

verklaring geteekend;<br />

„Wij beschouwen deze overeenkomst als symbolisch voor<br />

den wensch <strong>van</strong> onze beide landen om nooit weer met<br />

elkander oorlog te voeren."<br />

<strong>De</strong>n 19en October 1940 verried de „Times" om welke<br />

reden Chamberlain de verklaring <strong>van</strong> München onderteekend<br />

had:<br />

„Als de geschiedenis <strong>van</strong> München eens geschreven zal<br />

worden, mag niet worden vergeten dat Chamberlains politiek<br />

ons en Frankrijk een jaar tijd gaf om ons op den<br />

oorlog voor- te bereiden."<br />

<strong>De</strong> handteekening, die Chamberlain onder de verklaring<br />

<strong>van</strong> München zette is daardoor voor altijd <strong>het</strong><br />

zinnebeeld <strong>van</strong> de Engelsche trouweloosheid geworden.<br />

Engeland wilde den oorlog, maar andere volken moesten<br />

hiervoor bloeden.<br />

Engelands verraad jegens Polen.<br />

Om de vastberadenheid <strong>van</strong> de Poolsche regeering tot<br />

<strong>het</strong> voeren <strong>van</strong> den oorlog te sterken, werd haar een onbegrensde<br />

garantiebelofte gegeven. <strong>De</strong>ze belofte <strong>van</strong> hulp<br />

was voor Polen de aanleiding om zich over <strong>het</strong> royale<br />

vredesaanbod <strong>van</strong> Hitler heen te zetten en Duitsche grensplaatsen<br />

in Opper-Silezië met granaten te beschieten. Nu<br />

was Hitler gedwongen om de weermacht te doen optreden.<br />

Binnen 18 dagen was de Poolsche weermacht vernietigd.<br />

Polens goudschat hadden de naar Roemenië<br />

gevluchte machthebbers meegenomen. Daar<br />

werd hij op een Engelsch schip geladen, dat<br />

hem naar Londen ontvoerde.<br />

Polen had vergeefs op Engelsche hulp gehoopt. In de<br />

zitting <strong>van</strong> <strong>het</strong> Engelsche Lagerhuis verklaarde de voormalige<br />

minister-president Lloyd George: „Wij hebben<br />

niet één enkele vliegmachine naar Polen gestuurd." Zoo<br />

* werd Polen tot den oorlog opgehitst en daarna smadelijk<br />

in den steek gelaten.<br />

Engelands verraad jegens Noorwegen.<br />

Toen Polen neergeworpen was zochten en vonden de<br />

Engelsche machthebbers een nieuw slachtoffer. <strong>De</strong> Noorsche<br />

regeering werd met succes bewerkt. Engelsche troepen<br />

zouden in Noorwegen landen. Maar de Duitsche vloot<br />

was er een uur eerder. Zij kon wel is waar de landing <strong>van</strong><br />

Engelsche troepen niet verhinderen. Het Noorsche leger<br />

koos de zijde der Engelschen. Zoo kwam <strong>het</strong> in April 1940<br />

tot een strijd tusschen de Duitsche troepen aan den eenen<br />

en Noorsche en Engelsche troepen aan den anderen kant.<br />

Zeer spoedig trokken de Engelsche zich weer terug. <strong>De</strong><br />

naam Andalsnes zal steeds aan de laffe vlucht der Engelschen<br />

herinneren.<br />

<strong>De</strong>n 15en Mei schreef <strong>het</strong> Stockholmsche blad „Svenska<br />

Dagbladet" over den op een vlucht gelijkenden aftocht<br />

<strong>van</strong> de Engelschen uit <strong>het</strong> gebied <strong>van</strong> den strijd bij<br />

Namsos o.a.:<br />

„<strong>De</strong> plotselinge inscheping <strong>van</strong> de Engelsche troepen<br />

te Namsos was voor den Noorschen opperbevelhebber<br />

Overste Götz als een bliksemslag uit den helderen hemel<br />

gekomen. Kort tevoren had namelijk een bespreking plaats<br />

gehad over een gemeenschappelijken aanval in de buurt<br />

<strong>van</strong> Stejer. Enkele uren later — <strong>het</strong> was 's nachts om 23<br />

uur — ontving Overste Götz <strong>van</strong> den Engelschen generaal<br />

Carton de Wiart den volgenden brief:<br />

„Geachte Overste Götz! Ik deel U hierdoor mede, dat wij<br />

dit gebied moeten ontruimen. Wij laten een groote<br />

hoeveelheid materieel achter en hopen dat dit voor Uw<br />

dapper leger <strong>van</strong> groot nut zal zijn."<br />

Op <strong>het</strong> tijdstip waarop Overste Götz dezen brief ontving<br />

hadden zich de Engelsche troepen reeds heimelijk in<br />

de haven <strong>van</strong> Namsos ingescheept. Het laatste Britsche<br />

slagschip schoot nog een groot aantal achter gebleven<br />

automobielen kapot. <strong>De</strong> Noren kregen dus een puinhoop<br />

op te ruimen.<br />

Dat was hun „groote nut". Maar de Noorsche couranten<br />

schreven: „<strong>De</strong> waarheid is, datwij schandelijk<br />

in den steek gelaten zijn."<br />

<strong>De</strong> Noorsche goudschat echter was door de<br />

Engelschen naar Londen in „veiligheid" ge=<br />

bracht.<br />

In <strong>het</strong> Engelsche Lagerhuis verklaarde daarop Lord<br />

Halifax met cynische openhartigheid: „Wij hebben besloten<br />

om elders operaties te beginnen ten einde<br />

onze verliezen te beperken."<br />

Het verraad jegens Nederland en België.<br />

Nederland en België hadden hun neutraliteit opgegevên<br />

en hun grenzen tegen Duitschland tot een vesting gemaakt,<br />

tegen Engeland en Frankrijk daarentegen waren geen veiligheidsmaatregelen<br />

getroffen. <strong>De</strong> Duitsche regeering had tijdig<br />

kennis gekregen <strong>van</strong> den voorgenomen opmarsen naar <strong>het</strong><br />

Roergebied en verijdelde dit plan door op 10 Mei snel toe te<br />

slaan. Binnen vijf dagen was de vesting Holland overweldigd.<br />

Bij den opmarsch <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche leger werden in<br />

Calais documenten der Fransche politie gevonden. In een<br />

daar<strong>van</strong> wordt gezegd:<br />

„In geval <strong>van</strong> <strong>het</strong> overschrijden <strong>van</strong> de Nederlandsche<br />

grens door de Duitsche troepen zullen de Koninklijke<br />

Familie en de Nederlandsche regeering naar Engeland<br />

vluchten, waar reeds alle voorbereidselen voor de ont<strong>van</strong>gst<br />

<strong>van</strong> deze persoonlijkheden getroffen zijn. 25 Nederlandsche<br />

vliegmachines zullen steeds voor de vlucht <strong>van</strong><br />

de doorluchtige persoonlijkheden en de Nederlandsche<br />

regeering gereed staan."<br />

<strong>De</strong> „<strong>De</strong>utsche Zeitung in den Niederlanden" stelde<br />

tegenover dit document een verklaring <strong>van</strong> Princes Juliana<br />

<strong>van</strong> 8en Mei 1940, die 0. a. luidt: „Het Huis Oranje is nog<br />

voor geen enkel gevaar gevlucht,"<br />

<strong>De</strong> vlucht was echter reeds op zijn laatst in April voorbereid.<br />

Ze geschiedde ook feitelijk onmiddelijk na <strong>het</strong><br />

binnenrukken <strong>van</strong> de Duitsche troepen. Maar terwijl de<br />

Nederlandsche soldaten vochten en stierven had Engeland<br />

andere zorgen. In een bericht <strong>van</strong> <strong>het</strong> Engelsche blad<br />

Nr i.)j4 NP


„Exchange Telegraph" heet <strong>het</strong> o. a.: „Terwijl de Duitsche<br />

troeoen in Nederland binnendrongen wa en de Engelsche<br />

Zeestrijdkrachten belast met <strong>het</strong> ,in-veiligneid-brengen* <strong>van</strong><br />

de waardevolle Nederlandsche activa."<br />

Op deze wijze konden de gezamenlijke Neder=<br />

landsche goudreserves en diamanten ter waarde<br />

<strong>van</strong> vele millioenen Ponden naar Engeland ont*<br />

voerd worden.<br />

Ook de Belgen werden in hun hoop op de beloofde<br />

Engelsche hulp schandelijk bedrogen. <strong>De</strong> Amerikaansche<br />

pers meldt <strong>het</strong> volgende: In een gedenkschrift dat de<br />

Koning <strong>van</strong> België aan President Roosevelt door den<br />

Amerikaanschen gezant te Brussel, Cudahi, deed toekomen<br />

wordt o. a. gezegd: „Met <strong>het</strong> Belgische leger was een half<br />

millioen vluchtelingen ingesloten, die sedert drie dagen<br />

geen levensmiddelen meer hadden en letterlijk voor een<br />

paniek stonden."<br />

In plaats <strong>van</strong> aan de Belgen hulp te verkenen hadden<br />

de Engelschen een andere taak, die ze voor dringender<br />

hielden:<br />

<strong>De</strong> gezamenlijke goudvoorraad <strong>van</strong> de Belgi=<br />

sche Bank ten bedrage <strong>van</strong> 21 milliard en 700<br />

millioen Franken, alsmede de goudvoorraden<br />

<strong>van</strong> de vele publieke Belgische instellingen<br />

werden naar Engeland gebracht.<br />

Engelands verraad jegens Frankrijk.<br />

In zijn rijksdagrede <strong>van</strong> 7 Mei 1937 had Adolf Hitler<br />

aan België en Frankrijk een 25-jarig vredespact aangeboden.<br />

Ook de Nederlandsche regeering zou, indien dit door haar<br />

gewenscht werd, kunnen deelnemen. Frankrijk is niet op<br />

dit vredesaanbod ingegaan.<br />

<strong>De</strong> Fransche gezant, Graaf Ferdinand de Brinon, verklaarde<br />

den Parijschen vertegenwoordiger <strong>van</strong> <strong>het</strong> Amerikaansche<br />

agentschap „News Service", Louis P. Harl,<br />

o. a. <strong>het</strong> volgende:<br />

Genoodzaakt door den sterken druk <strong>van</strong> buiten keerde<br />

Daladier de overeenkomst <strong>van</strong> München den rug toe.<br />

Gedurende een bijeenkomst die in <strong>het</strong> voorjaar 1939 te<br />

mijnen huize tusschen Pierre Laval en den Poolschen<br />

gezant plaats vond, bezwoer Laval den Poolschen gezant,<br />

zijn regeering tot een voorzichtige en verstandige politiek<br />

, te nopen. <strong>De</strong> Poolsche gezant antwoordde verachtelijk:<br />

„Wij zullen U dwingen oorlog te voeren."<br />

Toen Duinkerken beschoten werd gaf de Britsche<br />

generaal Alexander zijn troepen plotseling bevel om zich<br />

naar Engeland in te schepen. <strong>De</strong> Franschen moesten den<br />

aftocht der Engelsche troepen over <strong>het</strong> Kanaal dekken en<br />

hun offervaardigheid met duizenden dooden boeten. <strong>De</strong><br />

Fransche admiraal Darlan zond aan Churchill een schrijven,<br />

waarin hij o. a. zeide:<br />

Het Engelsche leger heeft zijn woord gebroken. En de<br />

Engelsche marine maakt zich gereed om de Fransche soldaten,<br />

die door hun offervaardig optreden den overtocht<br />

naar Engeland voor de Engelsche soldaten mogelijk gemaakt<br />

hebben, aan hun lot over te laten.<br />

Dat was de dank <strong>van</strong> Engeland aan Frankrijk voor zijn<br />

vreeselijke bloedoffers: Fransche kolonies werden beschoten;<br />

door de beschieting <strong>van</strong> Dakar verloren de Franschen<br />

2000 dooden. Fransche oorlogs- en handelschepen werden<br />

beschoten of geroofd.<br />

<strong>De</strong>n Franschen goudschat wilden de Engelschen<br />

rooven. Het Fransche schip, dat den schat<br />

in .veiligheid' zou brengen, ontsnapte echter<br />

naar Martinique.<br />

Engelands verraad jegens Zuid=Slavië en<br />

Griekenland.<br />

<strong>De</strong> Engelsche gezant Halifax hield 26 April 1941 te<br />

Atlanta/USA een redevoering waarin hij o. a. <strong>het</strong> volgende<br />

verklaarde: „Wij wisten dat Hitler <strong>het</strong> trachtte te vermijden<br />

op de Balkan te moeten vechten om niet den<br />

ongehinderden toevoer <strong>van</strong> de daar <strong>van</strong>daan komende<br />

leveringen te onderbreken. Het feit dat Hitler den oorlog<br />

trachtte te vermijden, was een bijzonder goede reden om<br />

hem er toe te dwingen."<br />

In nauwelijks 20 dagen had de Duitsche weermacht de<br />

Servische en de Grieksche legers verslagen. Meer dan<br />

300.000 Servische soldaten geraakten in ge<strong>van</strong>genschap.<br />

<strong>De</strong> meer dan 200.000 Grieksche ge<strong>van</strong>genen kregen <strong>van</strong><br />

Adolf Hitler permissie om dadelijk naar huis terug te keeren.<br />

Zuid-Slavië en Griekenland werden schandelijk in den<br />

steek gelaten. <strong>De</strong> Engelschen vluchtten nadat ze maar even<br />

in aanraking met de Duitsche troepen gekomen waren naar<br />

de Grieksche kusten om met hun schepen te ontkomen.<br />

<strong>De</strong>ze terugtocht werd hun echter door de Duitsche luchtmacht<br />

zeer zwaar gemaakt. Vele volbezette schepen werden<br />

naar den bodem <strong>van</strong> de zee gestuurd.<br />

Maar de Servische en ook de Grieksche goud=<br />

schat werden door Engelsche schepen ontvoerd.<br />

Aan <strong>het</strong> Grieksche front moesten de Australische en<br />

Nieuwzeelandsche troepen den aftocht <strong>van</strong> de Engelschen<br />

dekken. Onder elke 10 dooden <strong>van</strong> deze troepen bevonden<br />

zich maar 2 Engelschen. Wij herinneren aan Duinkerken.<br />

Hier moesten, zooals reeds gezegd is, de Franschen de<br />

vlucht <strong>van</strong> de Engelschen over <strong>het</strong> Kanaal dekken en deze<br />

bescherming met tienduizenden dooden betalen. Maar toen<br />

<strong>het</strong> grootsche gedeelte der Engelsche troepen op <strong>het</strong> eiland<br />

in veiligheid was, kreeg de Fransche bondgenoot <strong>van</strong> de<br />

Engelschen den eenen trap na den anderen.<br />

Het toppunt <strong>van</strong> hoon en spot was de rede <strong>van</strong> den<br />

Engelschen minister-president Churchill voor de radio <strong>van</strong><br />

21 October 1940, die eindigde met de woorden: „God<br />

zegene Frankrijk. Dat is <strong>het</strong> dagelijksche gebed <strong>van</strong> mij<br />

en <strong>van</strong> geheel Engeland. Goeden nacht, mijn lieve<br />

Franschen, slaapt wel en verzamelt Uw krachten voor de<br />

morgenschemering, die eens zal komen. Lang leve Frankrijk<br />

!"<br />

Dat zeide dezelfde Churchill, die dadelijk na <strong>het</strong> ineenstorten<br />

<strong>van</strong> Frankrijk begon met <strong>het</strong> bombardeeren <strong>van</strong><br />

Fransche Kolonies en die <strong>het</strong> Fransche eiland Martinique<br />

door oorlogsschepen liet bewaken om den Franschen goudschat<br />

te rooven. In den zin <strong>van</strong> dezen Churchill schreven<br />

ook de beduidendste Engelsche bladen, b. v. <strong>het</strong> Londensche<br />

blad „Sunday Pictorial" een jaar na <strong>het</strong> ineenstorten<br />

<strong>van</strong> den Franschen bondgenoot:<br />

„Als wij alle Fransche schepen in den grond moeten<br />

booren en de Fransche bevolking moeten laten verhongeren<br />

om de blokkade <strong>van</strong> onze vijanden door te voeren, mogen<br />

wij niet dralen, hiertoe over te gaan."<br />

Zoo behandelt Engeland zijn bondgenooten en de onderhoorige<br />

volken. Onder den zwaren last <strong>van</strong> den vloek <strong>van</strong><br />

de lafaardig in den steek gelaten volken en onder de slagen<br />

<strong>van</strong> de Duitsche weermacht zal <strong>het</strong> wereldrijk ineenstorten<br />

en op een goeden dag zal <strong>het</strong> niet meer zijn.<br />

Engeland zal vallen!<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 15, Hochallee 127<br />

FaJken - Verlag, Hamburg<br />

Br. & Co


<strong>De</strong> Strijd aan de Somme 1916 en 1940<br />

door Dr. Rolf Bathe<br />

Toen de ruiterregimenten <strong>van</strong> den Duitschen generaal<br />

Von Kluck in de heete Augustusdagen <strong>van</strong> 1914<br />

hun paarden aan den oever der Somme bij St. Christ<br />

drenkten en de regimenten <strong>van</strong> <strong>het</strong> IVe Maagdenburgsche<br />

reservekorps bij den opmarsch over de Sommebruggen<br />

zingend door de nauwe straten <strong>van</strong> Amiens<br />

marcheerden, dacht er niemand aan dat dit kleine<br />

riviertje, dat zich in vele bochten door de vriendelijke<br />

weilanden en akkers der Picardie windt, twee jaren later<br />

in <strong>het</strong> middelpunt <strong>van</strong> een <strong>van</strong> de bloedigste en grootste<br />

veldslagen <strong>van</strong> de wereldgeschiedenis zou staan.<br />

In den vroegen zomer <strong>van</strong> <strong>het</strong> jaar 1916, toen sterke<br />

strijdkrachten <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche veldleger voor Verdun<br />

en in Rusland aan <strong>het</strong> Broessilow-front vastgehouden<br />

werden, had de Engelsch-Fransche legerleiding de<br />

sedert maanden aan den gang zijnde voorbereiding<br />

voor een offensief op groote schaal beëindigd. Het doel<br />

<strong>van</strong> den massalen aanval was de doorbraak door <strong>het</strong><br />

Duitsche westelijke front in de richting <strong>van</strong> Cambrai,<br />

de opmarsch naar de Duitsche grens en — om de<br />

beslissing <strong>van</strong> den oorlog te forceeren — de inval in<br />

Duitschland.<br />

Om dit grootsche doel te bereiken had de Engelsch-<br />

Fransche legerleiding zulke massa's stormtroepen en<br />

materieel opgehoopt, als men <strong>het</strong> na alle tot nu toe<br />

opgedane oorlogservaringen niet voor mogelijk gehouden<br />

zou hebben. 3000 kanonnen tot de zwaarste scheepskalibers<br />

<strong>van</strong> 38 cM. en 2000 mijnwerpers — dus alle<br />

8 meter een vuurmond — waren voor <strong>het</strong> 40 KM.<br />

breede aanvalsfront opgesteld. Zeven millioen granaten<br />

waren bij hoopen opgestapeld om <strong>het</strong> trommelvuur<br />

gedurende de eerste maand <strong>van</strong> den grooten strijd te<br />

voeden.<br />

<strong>De</strong>ze tot nu toe voor onmogelijk gehouden inzet<br />

<strong>van</strong> munitie heeft aan den Somme-veldslag <strong>van</strong> 1916<br />

den naam <strong>van</strong> den eersten grooten veldslag <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> materieel gegeven. Het materieel, de massa staal<br />

en ijzer moest de Duitsche stellingen vernielen en de<br />

verdedigers onder <strong>het</strong> puin begraven, alvorens de<br />

storminfanterie <strong>van</strong> de Engelschen en Franschen tot<br />

den aanval zou overgaan.<br />

Bij <strong>het</strong> begin <strong>van</strong> den slag was de krachtsverhouding<br />

der infanterieën 1:5 — 69 Duitsche tegen 384 vijandelijke<br />

bataljons — der artillerieën wat <strong>het</strong> aantal kanonnen<br />

betreft 1:4, aan munitievoorraad 1:10. Bij de zware<br />

kalibers bestond in de eerste dagen zelfs de catastrophale<br />

verhouding <strong>van</strong> 1:20. In de lucht had de vijand<br />

bij <strong>het</strong> begin <strong>van</strong> den slag de zesvoudige meerderheid.<br />

Het was dus geen wonder, dat de opperbevelhebbers<br />

Joffre en Haig zeker <strong>van</strong> hun zaak waren en <strong>van</strong> dezen<br />

massalen inzet een snelle doorbraak door <strong>het</strong> Duitsche<br />

front verwachtten. Staatslieden en parlementariërs der<br />

Entente en oorlogscorrespondenten <strong>van</strong> alle landen der<br />

wereld waren gekomen om getuige te zijn <strong>van</strong> de doorbraak.<br />

Zij zouden bitter teleur gesteld worden.<br />

Op 24 Juni 1916 begon <strong>het</strong> trommelvuur aan <strong>het</strong><br />

Sommefront, dat zonder pauze zeven dagen en nachten<br />

lang aanhield. <strong>De</strong>n len Juli klommen <strong>van</strong> Hébuterne<br />

tot Chaulnes over een breedte <strong>van</strong> 40 KM. de Britsch-<br />

Fransche stormregimenten uit hun loopgraven. Vijf<br />

maanden lang woedde deze vreeselijke slag met onverminderde<br />

kracht totdat volledige uitputting aan beide<br />

zijden, stortregens en modder aan deze bittere worsteling<br />

een einde maakten. Gemiddeld hadden de Engel­<br />

schen en Franschen 5 tot 7 KM. diep de Duitsche<br />

strijdlinies kunnen binnendringen; de diepste bres<br />

bedroeg 9 KM.<br />

Alles in alles besloeg <strong>het</strong> Somme-slagveld niet meer<br />

dan 300 KM 2<br />

. Op deze nauwe ruimte bloedden 500000<br />

Duitsche en 750000 Britsche en Fransche krijgers —<br />

dat zijn meer dan 4000 man op een vierkanten kilometer.<br />

<strong>De</strong>ze vreeselijke verlieslijst is een bewijs <strong>van</strong> de<br />

enorme krachtsinspanning <strong>van</strong> de Britsche en Fransche<br />

legers om de doorbraak te forceeren en <strong>van</strong> den fanatieken<br />

wil tot tegenstand waartoe de Duitschers in staat<br />

waren om <strong>het</strong> tot in de grondvesten bevend front te<br />

verdedigen. Zij is tegelijkertijd een spiegelbeeld <strong>van</strong> de<br />

grenzenlooze verbittering waarmede in. dezen slag<br />

gestreden werd.<br />

Troepen <strong>van</strong> alle Duitsche stammen hebben in den<br />

Somme-slag onvergankelijke lauweren behaald en in<br />

deze niets ontziende worsteling gevochten, zooals nooit<br />

te voren mannen gevochten hebben.<br />

Als wij <strong>van</strong> de 146 divisies die aan den Somme slag<br />

deelnamen er één enkele uitgrijpen, zoo alleen daarom,<br />

omdat in de prestaties <strong>van</strong> deze divisie, de gereedheid<br />

om onvoorwaardelijk alles op <strong>het</strong> spel te zetten, de<br />

opofferingswil en de roem <strong>van</strong> alle Somme-strijders<br />

belichaamt is. Het zijn de Wurttembergers <strong>van</strong> de<br />

26e reserve-divisie. <strong>De</strong> houding <strong>van</strong> deze troepen, die<br />

met korte onderbrekingen <strong>van</strong> <strong>het</strong> begin tot' <strong>het</strong> einde<br />

in den smeltkroes <strong>van</strong> dezen slag gestaan hebben zonder<br />

ook maar een enkelen keer te wankelen, is een klassiek<br />

voorbeeld <strong>van</strong> de Duitsche soldatendeugden.<br />

Acht Engelsche divisies bestormden bij den algemeenen<br />

aanval op 1 Juli 1916 de tot puin geschoten<br />

en rookende linies <strong>van</strong> deze ééne Duitsche divisie, die<br />

niettegenstaande de overweldigende overmacht haar<br />

strijdstellingen tusschen Hamel en Thiepval in den<br />

strijd <strong>van</strong> man tegen man, waarbij de Engelschen vernietigende<br />

verliezen leden, konden handhaven. Even<br />

hard vochten deze troepen drie maanden later bij de<br />

verdediging <strong>van</strong> <strong>het</strong> steunpunt Thiepval, dat, sedert<br />

<strong>het</strong> begin in <strong>het</strong> brandpunt <strong>van</strong> den slag staande, nog<br />

slechts een vergruisde puinhoop was. Van alle kanten<br />

omsingeld en onder een infernaal trommelvuur liggend,<br />

gaven de laatste, voor een groot deel gewonde en<br />

bedolven verdedigers zich pas aan de binnengedrongen<br />

Engelschen over, toen gebrek aan munitie ze daartoe<br />

dwong. Hier bij Thiepval was <strong>het</strong><br />

dat een Engelsche bevelhebber de naar een<br />

eervolle ge<strong>van</strong>genschap afmarcheerende laat=<br />

ste verdedigers <strong>van</strong> Thiepval door <strong>het</strong> presens<br />

teeren <strong>van</strong> <strong>het</strong> geweer eerbetoon liet bewijzen.<br />

<strong>De</strong>ze divisie verloor bij haren strijd in den Sommeslag<br />

in <strong>het</strong> geheel 277 officieren en 12930 man; verliezen<br />

die voor <strong>het</strong> grootste gedeelte ten laste <strong>van</strong> de<br />

infanterie komen. Wat deze verliezen beteekenen wordt<br />

verduidelijkt door <strong>het</strong> feit dat de gevechtssterkte <strong>van</strong><br />

de infanterie eener divisie in den zomer 1916 ongeveer<br />

180 officieren en hoogstens 8000 man bedroeg.<br />

Niettegenstaande <strong>het</strong> voorafgaande vernietigende<br />

trommelvuur stieten de jonge Kitchener-regimenten<br />

bij den algemeenen aanval op 1 Juli aan <strong>het</strong> geheele<br />

Engelsche aanvalsfront op een zoo onverwachten hardnekkigen<br />

tegenstand, dat reeds op dezen eersten dag<br />

<strong>van</strong> den aanval <strong>het</strong> geheele plan <strong>van</strong> <strong>het</strong> Britsch-<br />

Nr. 1444 Nerierl


Fransche offensief aan <strong>het</strong> wankelen geraakte. ±n de<br />

Britsche legergeschiedenis is de le Juli 1916 als een<br />

zwarte dag aangeteekend.<br />

Op den avond <strong>van</strong> dezen dag waren er Britsche<br />

divisies waar<strong>van</strong> alle regiments-kommandanten gevallen<br />

waren, er waren bataljons die met 25 officieren en<br />

' 800 man tot den storm aangetreden waren en zonder<br />

een enkelen officier en met 200 man terugkeerden en<br />

er waren compagnieën die met 270 man in den strijd<br />

gerukt waren en waar<strong>van</strong> zich bij <strong>het</strong> nachtelijk appèl<br />

slechts 23 meldden. Churchill zegt over dezen eersten<br />

dag <strong>van</strong> den Somme-slag:<br />

„<strong>De</strong> nacht brak aan over <strong>het</strong> nog altijd dreunende slagveld.<br />

Bijna 60000 Britsche soldaten waren gevallen,<br />

gewond of vermist. Dit waren de zwaarste bloedige verliezen,<br />

die in de geschiedenis <strong>van</strong> <strong>het</strong> Britsche leger op<br />

een enkelen dag geleden zijn ..."<br />

<strong>De</strong>ze algemeene aanval was echter slechts <strong>het</strong> begin<br />

<strong>van</strong> den Somme-slag, die vijf maanden lang zijn invloed<br />

op <strong>het</strong> geheele westelijke front deed gelden. Het laatste<br />

nog strijdvaardige regiment moest ingezetworden om de<br />

dreigende doorbraak te verhinderen. Voor den tweeden<br />

en derden keer moesten dezelfde divisies in den strijd<br />

rukken, een lot dat ook aan de afgematteVerdun-troepen<br />

niet bespaard bleef. <strong>De</strong> Duitsche soldaat <strong>van</strong> 1916 heeft<br />

deze weergalooze krachtproef doorstaan en onder de<br />

Zwaarste voorwaarden volgehouden.<br />

Er waren spanningen en crises <strong>van</strong> <strong>het</strong> zwaarste<br />

soort. Vaak beefde <strong>het</strong> gebeukte front in zijn grondvesten<br />

maar <strong>het</strong> brak niet; <strong>het</strong> hield stand. Als de<br />

laatste officieren gevallen waren, dan streden de manschappen<br />

— op zich zelf aangewezen _— moedig en<br />

verbeten verder, gedachtig aan de leus die alle Sommestrijders<br />

bezielde: „Ze zullen niet doorbreken"!<br />

Hier op <strong>het</strong> slagveld aan de Somme toonde de<br />

"Duitsche soldaat op niet te overtreffen wijze de krijgsmansdeugden<br />

<strong>van</strong> offervaardigheid en moed, die een<br />

troep ook tegen een meervoudige overmacht onoverwinnelijk<br />

maken. Reeds toenmaals werd de naam<br />

„Somme-strijder" tot een eerenaam, die ook in latere<br />

oorlogsjaren door een nimbus <strong>van</strong> grootheid en sombere<br />

tragiek omgeven was.<br />

Het doet aan als een lotsbestemming dat op de slagvelden<br />

<strong>van</strong> de Somme, waar in 1916 de elite <strong>van</strong> de<br />

Duitsche infanterie haar graf vond, waar in <strong>het</strong> voorjaar<br />

1918 de stormloop <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche westelijke<br />

leger dicht voor <strong>het</strong> doel door gebrek aan reserves<br />

schip<strong>breuk</strong> leed en waar ten slotte in den slag bij Amiens<br />

bij mistig weer op 8 Augustus 1918 de massale inzet<br />

<strong>van</strong> vijandelijke tanks de dunne Duitsche linies uiteenscheurde,<br />

de groote beslissing <strong>van</strong> den veldtocht in <strong>het</strong><br />

Westen <strong>van</strong> 1940 ingeleid werd.<br />

Men moet Somme-strijder geweest zijn om de diepe<br />

ontroering te kunnen beseffen die alle oude medestrijders<br />

aangreep toen <strong>het</strong> Duitsche weermachtsbericht<br />

<strong>van</strong> 20 Mei 1941 meldde:<br />

„Onze pantser* en gemotoriseerde troepen...<br />

bereikten <strong>het</strong> slagveld <strong>van</strong> den Somme=slag<br />

<strong>van</strong> l9 i 6 bij den straatwegCambrai=Péronne."<br />

Dit bericht — slechts vier dagen na de doorbraak<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche pantserkorps door de Maginot-linie<br />

tusschen Maubeuge en Carignan — scheen haast<br />

onbegrijpelijk. Het werd echter een dag later in de<br />

schaduw gesteld door <strong>het</strong> weermachtsbericht <strong>van</strong><br />

21 Mei, bij de bekendmaking waar<strong>van</strong> de geheele<br />

wereld den adem aanhield. Het meldde na <strong>het</strong> uiteenslaan<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> Fransche 9e leger:<br />

„In de door <strong>het</strong> elan <strong>van</strong> den Duitschen aanval geslagen<br />

bres storten zich onze divisies. Aan de spits hebben<br />

de Duitsche pantserkorpsen Arras, Amiens en Abbeville<br />

genomen ..."<br />

<strong>De</strong> oude Duitsche legeraanvoerder Gneisenau heeft<br />

in den nacht <strong>van</strong> de overwinning <strong>van</strong> Belle Alliance <strong>het</strong><br />

geroemde woord tot de officieren <strong>van</strong> zijn staf gericht:<br />

„Wij hebben getoond hoe men overwint; nu<br />

willen wij toonen hoe men achtervolgt"!<br />

<strong>De</strong> Duitsche pantserkorpsen en de daarop met<br />

geweldige dagmarschen volgende infanterie-divisies<br />

hebben getoond „hoe men achtervolgt". Zonder naar<br />

links of naar rechts te kijken, drongen de pantserwagens<br />

— schrik en paniek om zich heen verspreidend<br />

— diep <strong>het</strong> Fransche etappegebied binnen. Ver in <strong>het</strong><br />

achterland gelegen kwartieren <strong>van</strong> hooge en hoogste<br />

kommandostaven werden overmeesterd, in aanmarsch<br />

zijnde vijandelijke legerreserves onder den voet<br />

geloopen, uiteengejaagd en tot overgave gedwongen,<br />

reservebataljons bij <strong>het</strong> exerceeren op <strong>het</strong> kaserneplein<br />

overrompeld en ge<strong>van</strong>gen genomen.<br />

Zoo stormden de Duitsche pantserwagens, vaak <strong>van</strong><br />

alle verbindingen afgesneden, soms vechtend naar drie<br />

zijden tegelijk, in een wilde jagd <strong>het</strong> groote doel, de<br />

Kanaalkust tegemoet, en toen <strong>het</strong> weermachtsbericht<br />

den val <strong>van</strong> Abbeville meldde, kreeg de wereld er een<br />

voorgevoel <strong>van</strong> dat zich hier aan de Somme een historische<br />

beslissing ontwikkelde.<br />

Nog geloofde de vijandelijke legerleiding, dat zij de<br />

door de Duitsche pantserwagens naar voren gedreven<br />

dunne wig door aanvallen <strong>van</strong> twee kanten zou kunnen<br />

indrukken, maar zij had niet gerekend met <strong>het</strong> prestatievermogen<br />

<strong>van</strong> de Duitsche infanterie die met geweldige<br />

dagmarschen de pantserdivisies gevolgd was, de zuidelijke<br />

flank <strong>van</strong> de wig aan de Somme beschermde en<br />

ze met energische aanvallen naar <strong>het</strong> Noorden in de<br />

richting Cambrai—Arras—Boulogne verbreedde. Van<br />

dag tot dag werd de ring nauwer getrokken om de aan<br />

de Kanaalkust ingesloten Belgisch-Fransch-Engelsche<br />

legermassa, waar<strong>van</strong> de wanhopige afweerstrijd op een<br />

ineenstorting uitliep, zooals de wereldgeschiedenis ze<br />

in een open veldslag nog niet gezien had.<br />

Over de honderdduizenden graf kruisen <strong>van</strong> Duitsche<br />

soldaten, die sedert den wereldoorlog in vreemde aarde<br />

rusten, bruiste in die onvergetelijke Meidagen de overwinning.<br />

Zij verkondt aan de dooden, dat zij niet tevergeefs<br />

geleden en gestreden hebben en een jong levenskrachtig<br />

Duitsch soldatengeslacht datgene vervuld heeft,<br />

wat zij door hun offerdood aan <strong>het</strong> Duitsche volk<br />

vermaakt hebben.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Falkeo-Verlag, Hamburg<br />

B r<br />

- & c<br />

°


<strong>De</strong> Duitsche zegetocht op den Balkan en op Kreta<br />

<strong>De</strong> langjarige bemoeiingen <strong>van</strong> de Duitsche politiek<br />

om tot vriendschappelijke betrekkingen met Zuid-Slayië<br />

te komen hadden wel is waar <strong>het</strong> gevolg dat de Zuidslavische<br />

regeering tot <strong>het</strong> Driemogendhedenpakt toetrad.<br />

<strong>De</strong> putsch <strong>van</strong> gewetenlooze Servische samenzweerders<br />

in den nacht op den 27en Maart deed echter<br />

<strong>het</strong> succes <strong>van</strong> de Duitsche politiek te niet en maakte<br />

onmiddelijke militaire maatregelen noodzakelijk. Leger<br />

en luchtwapen zagen zich daardoor geheel onverwachts<br />

voor een geheel nieuwe taak gesteld.<br />

Op 6 April 's morgens begonnen gedeelten <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

Leger List met den aanval op <strong>het</strong> Grieksche verdedigingsfront<br />

aan de Bulgaarsche grens met <strong>het</strong> voorloopige<br />

doel, tot Saloniki en de kust <strong>van</strong> de Egeische Zee door te<br />

dringen. Een tweede groep <strong>van</strong> dit leger trok gelijktijdig<br />

uit <strong>het</strong> gebied bezuiden Sofia in de richting <strong>van</strong> Skoplje<br />

op om Zuid-Slavië <strong>van</strong> Griekenland te scheiden.<br />

<strong>De</strong>nzelfden morgen vielen sterke strijdkrachten <strong>van</strong><br />

den generaal der vliegers Freiherr von Richthofen en<br />

<strong>van</strong> de in <strong>het</strong> gebied rondom en bezuiden Weenen onder<br />

bevel <strong>van</strong> kolonel-generaal Löhr gereedstaande troepen<br />

der luchtmacht in herhaaldelijke vluchten de Zuidslavische<br />

vliegkampen en de vesting Belgrado aan. Talrijke vijandelijke<br />

vliegtuigen werden afgeschoten of op den grond<br />

vernield, de belangrijkste militaire inrichtingen en gebouwen<br />

<strong>van</strong> de vijandelijke hoofdstad vernietigd.<br />

<strong>De</strong> bestorming <strong>van</strong> de Metaxas-linie.<br />

Gebergte- en infanteriedivisies <strong>van</strong> de zuidelijke<br />

groep <strong>van</strong> <strong>het</strong> Leger List drongen, op uitmuntende wijze<br />

ter zijde gestaan door duikbommenwerpers, in een driedaagsche<br />

zware worsteling door de aan <strong>het</strong> terrein op<br />

voortreffelijke wijze aangepaste, in etages overelkander<br />

aangelegde en in de rotsen uitgehouwen versterkingen<br />

<strong>van</strong> de zoogenaamde „Metaxas-linie" heen. Het kwam<br />

tot zware gevechten op korten afstand, zooals ze tot nu<br />

toe op geen ander gevechtsterrein plaatsgevonden hadden.<br />

Pantserstrijdkrachten doorbraken ondertusschen de Servische<br />

verdediging bewesten Petrich, trokken de Stroemitza<br />

over en, <strong>van</strong> hier naar <strong>het</strong> zuiden omzwenkend,<br />

naar Saloniki op, dat in den ochtend <strong>van</strong> den 9en April<br />

bereikt werd. Daarmede was op den vierden dag <strong>van</strong> den<br />

aanval <strong>het</strong> ten oosten <strong>van</strong> de Vardar strijdende Grieksche<br />

leger ter sterkte <strong>van</strong> 4% divisie <strong>van</strong> zijn achterwaartsche<br />

verbindingen afgesneden; na een dapperen tegenstand<br />

legde <strong>het</strong> de wapens neer.<br />

<strong>De</strong> noordelijke groep <strong>van</strong> <strong>het</strong> leger baande zich in<br />

harden strijd door zwaar bergachtig terrein den weg naar<br />

Skoplje en Veles, versloeg <strong>het</strong> Zuidslavische leger op vernietigende<br />

wijze en nam de verbinding op met de in<br />

Albanië opereerende Italiaansche legergroep. Zoo was<br />

na enkele dagen de scheiding der Zuidslavische <strong>van</strong> de<br />

Grieksch-Britsche strijdkrachten voltooid.<br />

Middelerwijl was op 8 April een derde strijdmacht<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> leger onder kolonel-generaal von Kleist <strong>van</strong> uit<br />

de buurt ten noord-westen <strong>van</strong> Sofia tot den aanval op<br />

Nis overgegaan. Ook deze brak spoedig door de vijandelijke<br />

grensstellingen heen en bereikte niettegenstaande<br />

de talrijke versperringen en vernielde straatwegen onder<br />

een allerongunstigste weersgesteldheid reeds den 9 en April<br />

de oude Servische hoofdstad. Verscheidene vijandelijke<br />

divisies die den verderen opmarsch <strong>van</strong> deze groep naar<br />

Belgrado trachtten te beletten werden uiteengejaagd.<br />

In concentrische samenwerking met <strong>het</strong> Leger Kleist<br />

moest een in Karintië, Stiermarken en West-Hongarije<br />

opmarcheerend leger onder kolonel-generaal Freiherr<br />

von Weichs den 12en April <strong>het</strong> noordwestelijk gedeelte<br />

<strong>van</strong> Zuid-Slavië binnendringen en naar Belgrado en Sera-<br />

jevo opmarcheeren. Een gedeelte dezer strijdmacht overschreed<br />

met onstuimige aanvalsdrift reeds den 6en April<br />

samen met de grenswachttroepen over een breedte <strong>van</strong><br />

250 kilometer de grens, maakte zich door kordaat optreden<br />

meester <strong>van</strong> de Karawankenpassen en de nabij de<br />

grens gelegen overgangen over de Mur en de Drau, en<br />

bezette, na sterke vijandelijke troepenafdeelingen uiteengejaagd<br />

te hebben, op 9 April Marburg. <strong>De</strong> hoofdstrijdmacht<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> leger begaf zich nog voordat de opmarsch<br />

voltooid was den lOen April op weg naar Agram. Tegen<br />

den avond <strong>van</strong> dezen dag bereikte een <strong>van</strong> Hongaarsch<br />

gebied naar <strong>het</strong> westen oprukkende Duitsche pantserdivisie,<br />

niettegenstaande er sneeuw viel en de straatwegen<br />

met een laag ijs bedekt waren, de stad, die zij den volgende<br />

dag onder <strong>het</strong> gejubel <strong>van</strong> de bevolking binnenrukte.<br />

Na een week algeheele ontbinding.<br />

Nog voor <strong>het</strong> einde <strong>van</strong> de eerste week <strong>van</strong> den veldtocht<br />

kon meer dan de helft <strong>van</strong> <strong>het</strong> Zuidslavische leger<br />

als vernietigd worden beschouwd. Spoedig daarop was<br />

<strong>het</strong> vonnis over de Servische hoofdstad geveld. <strong>De</strong>n<br />

15en April 's ochtends hield kolonel-generaal von Kleist<br />

aan de spits <strong>van</strong> zijn pantsertroepen zijn intocht in de<br />

Servische hoofdstad.<br />

Op den twaalfden dag onvoorwaardelijk gecapituleerd.<br />

<strong>De</strong>n 19en April werd Serajevo bereikt. Twee dagen<br />

later bezetten Italiaansche gemotoriseerde strijdkrachten,<br />

die <strong>van</strong> <strong>het</strong> noorden en <strong>het</strong> zuiden langs de Dalmatische<br />

kust opgerukt waren, Mostar, Ragusa en Cattaro. <strong>De</strong>n<br />

17en April 's avonds werd de onvoorwaardelijke capitulatie<br />

<strong>van</strong> de Zuidslavische weermacht onderteekend.<br />

Met <strong>het</strong> neerwerpen <strong>van</strong> Zuid-Slavië in een veldtocht<br />

<strong>van</strong> nauwelijks twaalf dagen was voor <strong>het</strong> leger <strong>van</strong> generaalveldmaarschalk<br />

List een veilige basis voor de verdere<br />

operaties tegen Griekenland geschapen. Op den rechtervleugel<br />

was reeds den lOden April een gemotoriseerde<br />

afdeeling over de Grieksche grens tot Florina opgerukt.<br />

<strong>De</strong> hier voor <strong>het</strong> eerst optredende Britsche troepen<br />

werden in verscheidene dagen durende hevige gevechten<br />

tot achter den Aliakmon teruggeworpen. <strong>De</strong>n 14en April<br />

werd Kozani ingenomen en ten zuidoosten daar<strong>van</strong> een<br />

bruggehoofd over de rivier veroverd. Andere uit de buurt<br />

<strong>van</strong> Saloniki oprukkende gedeelten <strong>van</strong> <strong>het</strong> leger hadden<br />

middelerwijl op verscheiden plaatsen den overgang over<br />

den benedenloop <strong>van</strong> den Aliakmon bevochten. Langs<br />

de kust rukten pantserstrijdkrachten tot ter hoogte <strong>van</strong><br />

den Olympus op.<br />

<strong>De</strong> Britten op een snellen aftocht.<br />

Bij Kastoria aan den middenloop <strong>van</strong> den Aliakmon<br />

en aan weerszijden <strong>van</strong> den Olympus trachtten taai strijdende<br />

achterhoeden een haastigen aftocht naar de plaatsen<br />

<strong>van</strong> inscheping te dekken. Onder den versterkten druk<br />

<strong>van</strong> de beide vleugels <strong>van</strong> <strong>het</strong> aanvalsfront begon de<br />

tegenstander den 18en April te wijken. <strong>De</strong> Duitsche<br />

troepen gingen tot een scherpe achtervolging over. Op<br />

den bijna 3000 meter hoogen top <strong>van</strong> den Olympus<br />

heschen de gebergtejagers de rijksöorlogsvlag. Ongeveer<br />

20.000 Grieken, die over <strong>het</strong> Pindusgebergte trachtten te<br />

ontwijken, gaven zich aan de Duitsche troepen over.<br />

<strong>De</strong>n 19en April veroverde een pantserdivisie <strong>het</strong><br />

wegenkruispunt Larissa, een andere divisie rukte bij de<br />

achtervolging <strong>van</strong> den vijand over Trikkala tot Lama op.<br />

Terwijl gebergtetroepen en andere snelle strijdkrachten<br />

sterke Britsche afdeelingen bij Volos versloegen, drong<br />

de Leibstandarte Adolf Hitler, zich vechtende den weg<br />

door <strong>het</strong> Pindus-gebergte banend, over den bijna 1500 m<br />

hoogen pas <strong>van</strong> Metsovon tot Janina op. Daardoor was<br />

aan de uit Albanië terugtrekkende Grieksche troepen de<br />

Nr. T4S4. Nerlerl.


eenige aftochtsmogelijkheid afgesneden. <strong>De</strong>n 23en April<br />

capituleerde <strong>het</strong> door Duitsche en Italiaansche troepen<br />

omsingelde Macedonische en <strong>het</strong> Epirus-leger.<br />

<strong>De</strong> troepen rukken Athene binnen.<br />

In de engte bij den historischen pas <strong>van</strong> Thermopylae<br />

en den tegenwoordigen straatweg aanvaardden nog eens<br />

sterke Engelsche achterhoedes den strijd. Gedeelten <strong>van</strong><br />

de eenige Duitsche pantserdivisie, die nog contact had<br />

met den vijand, vielen, krachtig ondersteund door duikbommenwerpers,<br />

de sedert maanden voorbereide stellingen<br />

aan en drongen er in door. Gebergtetroepen die<br />

met geweldige dagmarschen naar <strong>het</strong> tooneel <strong>van</strong> den<br />

strijd oprukten, werkten zich door <strong>het</strong> woeste bergachtige<br />

terrein naar voren en baanden een weg voor de pantsertroepen.<br />

Zoodoende werd binnen enkele dagen de laatste<br />

aan <strong>het</strong> terrein aangepaste bijzonder sterke vijandelijke<br />

weerstandslinie bedwongen. <strong>De</strong>n vijand onophoudelijk<br />

achtervolgend werd op 23 April Thebe bereikt, terwijl<br />

een andere aan den noordelijken oever <strong>van</strong> <strong>het</strong> eiland<br />

Euboea gelande gemotoriseerde afdeeling over Chalkis<br />

weer naar <strong>het</strong> vasteland overstak. Twee dagen later<br />

trokken de eerste Duitsche troepen de Grieksche hoofdstad<br />

Athene binnen.<br />

<strong>De</strong>n morgen <strong>van</strong> den voorafgaanden dag was <strong>het</strong><br />

Duitsche valschermtroepen gelukt de stad Korinthe en<br />

de landengte <strong>van</strong> uit de lucht in bezit te nemen en zoodoende<br />

de eenige landverbinding <strong>van</strong> Noord- naar Zuid-<br />

Griekenland en <strong>het</strong> voor de scheepvaart belangrijke<br />

Kanaal <strong>van</strong> Korinthe te beheerschen. Daarbij werden<br />

over de 900 Britten en 1450 Grieken ge<strong>van</strong>gen genomen<br />

en veel krijgstuig buitgemaakt.<br />

Op den Peloponnesus drongen vooreerst valschermtroepen<br />

en daarna gemotoriseerde troepen tot de havens<br />

<strong>van</strong> Argos en Kalamata door en namen verscheiden<br />

duizenden Britten en uiteengejaagde Serviërs ge<strong>van</strong>gen,<br />

wien <strong>het</strong> niet meer gelukt was over zee te ontvluchten.<br />

Gedeelten <strong>van</strong> <strong>het</strong> Leger List staken gedurende deze<br />

operaties in gereed gehouden schepen de Egeische Zee<br />

over en namen de eilanden Thasos, Samothraki, Limnos,<br />

Mytilini, Chios en enkele kleinere in bezit.<br />

Over de 570 000 ge<strong>van</strong>genen.<br />

Het aantal der door de Duitsche troepen in deze gevechten<br />

gemaakte ge<strong>van</strong>genen bedraagt<br />

6298 Servische officieren en 337.864 man,<br />

324 Britsche officieren en rond 10.500 man,<br />

rond 8000 Grieksche officieren en 210.000 man.<br />

Buitgemaakt werden volgens de voorloopige tellingen<br />

over de 1500 stukken geschut, rond 600.000 handvuurwapens,<br />

honderden gepantserde en andere motorwagens,<br />

veel ander krijgstuig en groote voorraden <strong>van</strong> elk soort.<br />

<strong>De</strong> verovering <strong>van</strong> <strong>het</strong> eiland Kreta.<br />

<strong>De</strong>n 20sten Mei bij <strong>het</strong> gloren <strong>van</strong> den ochtend werden<br />

na een voorbereiding door sterke bom- en diepteaanvallen<br />

en ter zijde gestaan door talrijke jagdvliegereskaders —.<br />

valscherm- en luchtlandingstroepen in de omgeving<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> vliegveld Malemes, ongeveer 19 km ten<br />

westen <strong>van</strong> Chania en in de omgeving <strong>van</strong> de stad zelf<br />

afgezet. Het vliegveld Malemes werd na harden strijd<br />

veroverd en daarop — ofschoon <strong>het</strong> nog gedeeltelijk door<br />

artillerievuur bestreken werd — gebergtetroepen geland.<br />

Glorierijke overwinning over de vloot.<br />

Korten tijd na <strong>het</strong> begin <strong>van</strong> de operaties tegen Kreta<br />

waren bijna de geheele zeestrijdkrachten uit Alexandrië in<br />

<strong>het</strong> zeegebied rondom Kreta verzameld. <strong>De</strong>n 22sten Mei<br />

nam de geweldige slag tusschen <strong>het</strong> VlIIste vliegerkorps<br />

en de Engelsche vloot een einde met een glorierijke overwinning<br />

<strong>van</strong> de Duitsche vliegers. Na zware verliezen zag<br />

zich de Engelsche vloot genoodzaakt <strong>het</strong> zeegebied rondom<br />

Kreta te ontruimen en <strong>het</strong> eilahd aan zijn lot over<br />

te laten.<br />

<strong>De</strong>n 25sten Mei, den vierden dag na de landing <strong>van</strong><br />

de eerste gebergtejagers op Kreta begon de aanval tegen<br />

de zich in de buurt <strong>van</strong> Chania bevindende vijandelijke<br />

hoofdmacht. Het gold de verovering <strong>van</strong> de goed uitgebouwde<br />

en taai verdedigde stellingen op de beheerschende<br />

hoogten. Toch kon reeds op den tweeden dag<br />

<strong>van</strong> den aanval na zwaren strijd de vijandelijke sleutelpositie<br />

bij Galata worden doorstoten. <strong>De</strong>n 27sten Mei<br />

werd Chania, de hoofdstad <strong>van</strong> Kreta en de hoogten ten<br />

oosten <strong>van</strong> de stad veroverd, verder de Soeda-bocht, <strong>het</strong><br />

belangrijkste steunpunt <strong>van</strong> de Engelsche vloot op Kreta.<br />

Onder de talrijke ge<strong>van</strong>genen, die in deze gevechten gemaakt<br />

werden, bevond zich ook de Grieksche marineopperbevelhebber<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> eiland.<br />

Topprestaties der infanterie.<br />

Wat in deze gevechten volbracht is moet des te hooger<br />

aangeslagen worden, daar de successen alleen met infanteriewapens,<br />

alleen ondersteund door lichte gebergteartillerie<br />

moesten worden behaald. Daar draagdieren en<br />

voertuigen bijna geheel ontbraken, waren de troepen genoodzaakt<br />

hun zware wapens, munitie en materieel zelf<br />

over <strong>het</strong> terrein dat veelvuldig <strong>het</strong> karakter <strong>van</strong> een hooggebergte<br />

had, vooruit te brengen.<br />

<strong>De</strong> daarop volgende vlucht <strong>van</strong> de verslagen Britsche<br />

troepen naar de zuidkust eindigde den len Juni na een<br />

laatsten harden strijd met hun vernietiging of ge<strong>van</strong>genneming.<br />

Zware verliezen <strong>van</strong> den vijand.<br />

In luchtgevechten werden 167, door luchtdoelgeschut<br />

8 vliegtuigen afgeschoten; verder werden er 417 op den<br />

grond vernietigd. Tegenover dit totaal <strong>van</strong> 592 vernietigde<br />

vijandelijke vliegtuigen bleven de Duitsche verliezen<br />

binnen matige grenzen; zig bedragen ongeveer twee<br />

vijfden <strong>van</strong> dat cijfer.<br />

<strong>De</strong> verliezen die de Duitsche weermacht in den Balkanveldtocht<br />

leed waren gering. Daarentegen bedroegen de<br />

verliezen <strong>van</strong> den vijand alleen in den strijd om Kreta,<br />

afgezien <strong>van</strong> de belangrijke verliezen aan krijgstuig <strong>van</strong><br />

elk soort,<br />

aan ge<strong>van</strong>genen: 13.123 Britsche officieren en manschappen,<br />

9608 Grieksche officieren en manschappen;<br />

aan gesneuvelden: rond 9000Britsche en Grieksche<br />

officieren en manschappen, ongerekend de op zee<br />

geblevenen.<br />

Met de verovering <strong>van</strong> Kreta heeft de Duitsche weermacht<br />

de woorden <strong>van</strong> haren opperbevelhebber „Voor<br />

den Duitschen soldaat is niets onmogelijk!" recht<br />

doen wedervaren.<br />

Doordrongen <strong>van</strong> dit besef, waarin alleen reeds in<br />

hooge mate <strong>het</strong> geheim <strong>van</strong> de zege is opgesloten, staat<br />

de Duitsche weermacht met vertrouwen tegenover de<br />

taak die haar nog rest.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: PresidentHeinrich Kessemeier,Hamburg 13,Hochallee 127<br />

Falken-Verlag, Hamburg Br. cT Co.


Bolsjewistisch bloedbad<br />

Wanneer er ergens ter wereld een vreeselijke misdaad<br />

begaan wordt, dan gaat er een golf <strong>van</strong> verontwaardiging<br />

door <strong>het</strong> menschdom. Maar wanneer<br />

beestachtige bolsjewieken millioenen menschen vermoorden,<br />

dan worden een paar jaar later de moordenaars<br />

in Engeland en Amerika als vrienden en strijders<br />

voor de vrijheid gevierd. <strong>De</strong><br />

herinnering aan de schandelijke<br />

daden <strong>van</strong> det bolsjewisme<br />

mag echter niet verbleeken<br />

omdat Engelsche<br />

machthebbers plotseling een<br />

innerlijke zielsgemeenschap<br />

met Stalin ontdekt hebben. <strong>De</strong><br />

schuld <strong>van</strong> de bolsjewistische<br />

machthebbers staat ingeschreven<br />

in hei Boek der Geschiedenis.<br />

Wij willen slechts<br />

een paar pagina's ombladeren<br />

en toonen op welke wijze millioenen<br />

menschen <strong>het</strong> slachtoffer<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewisme geworden<br />

zijn. !<br />

<strong>De</strong> bolsjewistische revolutie<br />

begon in 1917 mei <strong>het</strong> landverraad<br />

<strong>van</strong> Lenin, die <strong>van</strong>af<br />

<strong>het</strong> uitbreken <strong>van</strong> den wereldoorlog<br />

vurig de nederlaag <strong>van</strong><br />

Rusland gewenscht had om de<br />

teleurstelling en de verbittering<br />

<strong>van</strong> de menschen voor<br />

zijn laaghartige plannen<br />

dienstbaar te maken. <strong>De</strong><br />

bolsjewistische revolutie werd<br />

uitgevoerd met de bloedigste<br />

terreur, die de beroepsmisdadigers<br />

tot helden der revolutie<br />

maakte. Zij werd verdedigd<br />

tegen de overweldigende<br />

meerderheid <strong>van</strong> de bevolking,<br />

die zich bij de verkiezing voor<br />

de constitueerende vergadering<br />

met 22 millioen stemmen<br />

legen 9 millioen stemmen tenen<br />

de bolsjewieken had uitgesproken.<br />

<strong>De</strong>ze burgeroorlog woedde <strong>van</strong> 1917 tot 1922<br />

en werd met onbeschrijflijke wreedheid door de bolsjewieken<br />

gevoerd, die vijf millioen man voor den militairen<br />

dienst en den burgeroorlog geprest hadden. Volgens betrouwbare<br />

berichten zijn er in dezen burgeroorlog<br />

1,4 millioen menschen gesneuveld of op bevel <strong>van</strong> de<br />

bolsjewieken doodgeschoten geworden. Zoo heeft de<br />

jood Trofeki eens om nietige redenen een geheel<br />

arbeidersbataljon tot op den laatsten man laten fusil-<br />

.leeren.<br />

<strong>De</strong> gevolgen <strong>van</strong> dezen burgeroorlog waren nog<br />

vreeselijker dan de jaren <strong>van</strong> den strijd zelf. <strong>De</strong>n boeren<br />

werd veelal <strong>het</strong> laatste stuk vee en <strong>het</strong> laatste graan ontnomen.<br />

Groote gebieden waren verwoest en de dorpen<br />

afgebrand. <strong>De</strong> akkers waren slechts ontoereikend bewerkt.<br />

In dezen tijd zijn er 10 millioen menschen in de<br />

Sowjet-Unie verhongerd.<br />

<strong>De</strong> bolsjewieken hebben niet eens getracht om aan<br />

<strong>het</strong> ergst getroffen zuidoostelijk gebied <strong>van</strong> <strong>het</strong> Europeesche<br />

gedeelte <strong>van</strong> <strong>het</strong> land hulp te doen toekomen, ze<br />

hebben integendeel de spoorwegen en de straatwegen<br />

voor den stroom <strong>van</strong> wanhopig uit <strong>het</strong> hongergebied<br />

vluchtende menschen door militairen laten afsluiten. Tal-<br />

Sedert <strong>het</strong> begin <strong>van</strong> de joodsch-bolsjewistische heerschappij werden in<br />

Rusland door de G.P.Oe., behalve de tsarenfamilie, tot <strong>het</strong> jaar 1937 vermoord:<br />

4.910 bisschoppen en priesters, 7.824 leeraren en professoren, 8.920<br />

artsen, 65.000 politie-ambtenaren, 75.490 officieren, 20.600 ambtenaren, 360.000<br />

soldaten, 420000 intellectueelen, 48.000 veldwachtèrs, 892.000 arbeiders en<br />

9.600.000 boeren, dus samen over de 11,6 millioen menschen; dat zijn 3<br />

millioen meer dan Nederland of België inwoners hebben.<br />

rijke gevallen <strong>van</strong> kannibalisme, zelfs door ouders op hun<br />

kinderen gepleegd, zijn geloofwaardig bewezen. Tienduizenden<br />

kinderen daarentegen, wier ouders verhongerd<br />

waren, zijn als Besprisorni-benden jarenlang in onvoorstelbare<br />

lichamelijke conditie en moreele verwaarloozing<br />

stelend en plunderend door de Sowjet-Unie getrokken.<br />

<strong>De</strong> bolsjewistische<br />

inachihebbers brachten echter<br />

hei graan naar <strong>het</strong> buitenland<br />

om zich <strong>het</strong> geld te verschaffen<br />

voor hun misdagige aanslagen<br />

op de veiligheid <strong>van</strong><br />

andere landen.<br />

In de eerste vijf jaren va.,<br />

de bolsjewistische revolut :<br />

zijn door de Tsjeka, die<br />

zich later G.P.Oe. noemde,<br />

1.776.393 menschen als contrarevolutionairen<br />

zonder rechtsgeding<br />

om <strong>het</strong> leven gebracht.<br />

Het wreedste sadisme, waarbij<br />

vooral joodsche megera's<br />

op den voorgrond traden,<br />

werd tot bolsjewistische methode.<br />

Voor handelingen die<br />

mei politiek niets te doen<br />

hadden werden straffen of<br />

gelegd; vaak was reeds dt<br />

burgerlijke herkomst voldoende<br />

voor de arrestatie.<br />

Voor de bloedbaden richtte<br />

de Tsjeka slachthuizen in,<br />

waarin de ongelukkigen door<br />

miirailleurvuur neergemaaid<br />

werden, wanneer <strong>het</strong> le<br />

tijdroovend was om ze af<br />

zonderlijk door een schot in<br />

den nek te dooden.<br />

<strong>De</strong> leider <strong>van</strong> deze moordenaarsbende,<br />

die in de Lubjanka<br />

te Moskou haar hoofdkwartier<br />

en in alle deelen <strong>van</strong><br />

de Sowjet-Unie haar filialen<br />

had, was de Pool D s e r -<br />

s j i n s k v , die tot de hoofdpersonen<br />

<strong>van</strong> de bolsjewistische revolutie gerekend<br />

wordt. <strong>De</strong>stijds werd <strong>het</strong> waardevolste deel <strong>van</strong> de<br />

Russische intelligentie uitgeroeid. Eiken nacht brachten<br />

vrachtwagens de lijken uit de steden weg, die dan ergens<br />

tot bergen opgestapeld, met petroleum overgoten en in<br />

brand gestoken werden. <strong>De</strong> menschelijke fantasie is niet<br />

in staat den bolsjewistischen bloedroes te beschrijven.<br />

Door de in 1929 begonnen dwangcollectiviseering deiboerderijen,<br />

waarbij zes millioen gemiddelde boeren —<br />

degrooteboeren had men al in de eerste jaren der revolutie<br />

geliguideerd — <strong>van</strong> hun erf verjaagd en doodgeschoten<br />

werden, bestond er in den landbouw een woeste<br />

wirwar. Meer dan de helft <strong>van</strong> den veestapel is er,<br />

grooiendeels na de insbeslagneming door den slaat,<br />

eenvoudig verhongerd.<br />

En wederom werd in de jaren 1932/33 door bolsjewistische<br />

schuld de ongelukkige bevolking <strong>van</strong> de Sowjet-Unie<br />

door een hongeroatastrophe geteisterd. Daarbij<br />

zijn meer dan tien millioen menschen omgekomen.<br />

<strong>De</strong> stedelijke bevolking moest dan nog een keer een<br />

vreeselijken hongersnood doormaken en een onvoorstelbare<br />

massale sterfte <strong>van</strong> de door jarenlangen nood<br />

verzwakte bevolking brak aan. Wie de vreeselijke hYgie-<br />

No. 1464. Nederl.


nische toestanden in de vervuilde en overbevolkte sleden<br />

der Sowjet-Unie kent zal zich niet verbazen over <strong>het</strong> ontzettende<br />

aantal . slachtoffers. Tien millioen menschen<br />

moesten sterven omdat <strong>het</strong> bolsjewisme geen vrije<br />

boeren in <strong>het</strong> land <strong>van</strong> <strong>het</strong> proletariaat wilde dulden.<br />

Sedert de collectiviseering is de lijfeigenschap op <strong>het</strong><br />

platte land weder ingevoerd, alleen met dit onderscheid<br />

dat in plaats <strong>van</strong> den landheer de kommunistische,<br />

meestal joodsche functionairis de knoet zwaait. Naast<br />

den ontrechten proletariër <strong>van</strong> de sowjetfabrieken staat<br />

de proletariër <strong>van</strong> <strong>het</strong> collectivisme, die voor de dictatuur<br />

<strong>van</strong> her proletariaat heerendiensten moet verrichten.<br />

<strong>De</strong> mannen in <strong>het</strong> Kreml kunnen zich voor de wereld<br />

niet genoeg verhoovaardigen op de kanaal- en spoorwegwerken<br />

die als kultuurprodukten voor de prestaties<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewisme propaganda moeten maken. Zij verzwijgen<br />

echter dat deze ondernemingen aan 8.600.000<br />

menschen <strong>het</strong> leven gekost hebben. <strong>De</strong>ze zijn als dwangarbeiders<br />

door onvoldoende voeding, jammerlijke kleeding<br />

en gebrek aan medische hulp omgekomen.<br />

Dat was ook <strong>het</strong> lot <strong>van</strong> de boeren, wier<br />

eenige misdaad hun vlijt was, die hun een bescheiden<br />

welstand, die hun een paar koeien in plaats<br />

<strong>van</strong> ééne koe verschaft had.<br />

Dat was <strong>het</strong> lot <strong>van</strong> menschen, die voor<br />

<strong>het</strong> bolsjewisme misdadigers zijn omdat ze uit<br />

burgerlijke ouders geboren werden.<br />

In deze beruchte verbanningskampen werden ook de<br />

menschen gebracht die verdacht waren <strong>van</strong> een antisemitische<br />

gezindheid.<br />

<strong>De</strong> eenige profijttrekkers <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewisme waren<br />

de joden. Zelfs tot in de hoogste posities <strong>van</strong> staat en<br />

maatschappij waren zij doorgedrongen (een naamlijst,<br />

die tot 1937 reikt, brengt <strong>het</strong> vlugschrift nr. 924). Talrijke<br />

kerken werden vernield, maar de synagogen werden<br />

gespaard. Over al deze misdaden zijn de Engelsche<br />

machthebbers ingelicht. Zoo schreef de heer Churchill<br />

in <strong>het</strong> jaar 1919 in de „World Crisis" over Lenin:<br />

„Rusland, dat zich zelf uit de menschelijke gemeenschap<br />

gestooten heeft, slijpt in den poolnacht <strong>het</strong> lemmer en predikt<br />

met <strong>van</strong> honger en ascese verstarde lippen 'zijn philosophie<br />

<strong>van</strong> haat en dood."<br />

In een massale betooging, die op 2 Februari 1931 in<br />

de Philharmonic Hall te Liverpool plaats vond, verklaarde<br />

dezelfde Churchill:<br />

„Duivelachtige daden worden in <strong>het</strong> huidige Rusland bedreven.<br />

Hunderdduizenden worden met een meedoogenloosheid<br />

ten doode gekwaeld, die <strong>het</strong> menschdom sedert <strong>het</strong><br />

Romijnsche wereldrijk niet gezien heeft."<br />

Om de vlucht uit de hel <strong>van</strong> Sowjet-Rusland en <strong>het</strong><br />

bekend worden <strong>van</strong> de ware toestanden te verhinderen<br />

hadden.de joodsche machthebbers aan de grens een<br />

doode Zone ingericht, die in een breedte <strong>van</strong> vijftig<br />

kilometer <strong>van</strong> <strong>het</strong> zuiden tot in hef hooge noorden verliep<br />

en met duizenden wachttorens en prikkeldraadversperringen<br />

doorspekt was. <strong>De</strong>ze doode zone werd<br />

door de Duitsche weermacht doorstoten. Millioenen<br />

Duitsche soldalen en vrijwillige legionairs uit bijna alle<br />

Europeesche landen werden getuigen <strong>van</strong> <strong>het</strong> grootste<br />

volkenbedrog aller tijden. Al deze vrije menschen zagen<br />

onder de strijdende roode legers geen joden; zij zagen<br />

echter dat onder de politieke kommissarissen en andere<br />

politieke persoonlijkheden de jodenneus overheerschte.<br />

In Lemberg, Doebno, Luck en andere plaatsen werden<br />

zij, door de bevolking als bevrijders begroet, getuigen<br />

<strong>van</strong> door de bolsjewieken aangerichte beestachtige<br />

bloedbaden zooals men zulks tot nu toe niet voor mogelijk<br />

gehouden zou hebben. Uit de vele berichten over de<br />

vreeselijke misdaden citeeren wij er slechts een <strong>van</strong> den<br />

Slowaakschen majoor öaske:<br />

„Wij kwamen naar S. <strong>De</strong>ze plaats ligt op ongeveer<br />

80 kilometer <strong>van</strong> de Russische grens op Oekrainsch gebied.<br />

800 vredelievende menschen werden hier op wreede<br />

wijze vermoord. In de tweede daarop volgende plaats<br />

werden 240 arbeiders vermoord, omdat ze om hun<br />

maandelijksch loon gevraagd hadden. <strong>De</strong> verschrikte<br />

bevolking leidde ons naar een weeshuis. Hier hadden<br />

de bolsjewiken 80 kinderen doodgeslagen, alleen maar<br />

om de Oekrainers uit te roeien. Als ik deze beestachtigheden<br />

niet gezien had, zou ik nimmer geloofd hebben<br />

dat menschen tot iels dergelijks in slaat zouden zijn."<br />

Nog op 20 Januari 1940, toen Finland zich tegen den<br />

overval <strong>van</strong> <strong>het</strong> joodsche Sowjet-Rusland verzette, verklaarde<br />

de Engelsche machthebber Churchill voor de<br />

radio:<br />

„Wat Finland voor <strong>het</strong> menschdom volbracht heeft, is wonderbaar.<br />

Iedereen kan thans zien hoe <strong>het</strong> kommunisme den<br />

innerlijken samenhang <strong>van</strong> een natie ondermijnt, hoe <strong>het</strong><br />

kommunisme in tijden <strong>van</strong> vrede tot verworpenheid en honger<br />

leidt, hoe <strong>het</strong> in tijden <strong>van</strong> oorlog tot verachtelijkheid en gemeenheid<br />

leidt."<br />

Anderhalf jaar later echter worden de bolsjewistische<br />

misdadigers onder <strong>het</strong> daverende applaus <strong>van</strong> de Lords<br />

, en de afgevaardigden <strong>van</strong> <strong>het</strong> Engelsche Parlement tot<br />

gealliëerden <strong>van</strong> Zijne Britsche Majesteit verklaard. <strong>De</strong><br />

Sowjet-joodsche bolsjewieken en de Engelsch-joodsche<br />

plutocraten hadden elkander gevonden en verbonden<br />

zich voor een gemeenschappelijk doel, de vernietiging<br />

<strong>van</strong> de Europeesche kuituur, <strong>het</strong> tot stand brengen <strong>van</strong><br />

de joodsch-bolsjewistische wereldrevolutie.<br />

Wat met Spanje niet gelukfe moest nu door de vernietigung<br />

<strong>van</strong> Duitschland, door de bolsjewistische overstrooming<br />

<strong>van</strong> geheel Europa bereikt worden.<br />

Maar dit plan werd verhinderd door de waakzaamheid<br />

<strong>van</strong> Adolf Hitler. In <strong>het</strong> uur <strong>van</strong> <strong>het</strong> hoogste gevaar<br />

joeg hij de opmarcheerende bolsjewistische millioenenlegers<br />

uiteen en redde daardoor de Europeesche kuituur<br />

voor den ondergang.<br />

Finland heeft, zooals Engelands machthebber Churchill<br />

den 20sten Januari 1940 zeide, zijn daden voor <strong>het</strong><br />

menschdom volbracht. Wat Adolf Hitler volbracht deed<br />

hij voor Duitschland; maar hij deed <strong>het</strong> ook voor de<br />

volken <strong>van</strong> Europa. Hij bewaarde ze voor dezelfde grenzenlooze<br />

ellende, waarin de bolsjewieken <strong>het</strong> Russisch<br />

volk gedompelt hebben.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Uitgever: Falken-Verlag, Hamburg * Chr.


Gevaren waaraan Europa Moot stond<br />

In den nacht <strong>van</strong> den 26en April 1936 werd ik in <strong>het</strong><br />

hotel Ballscbug te Moskou door G.P.Oe.-lieden gearresteerd<br />

en in de ge<strong>van</strong>genis Lubjanka IV ingeleverd. <strong>De</strong><br />

geheele Lubjanka is <strong>het</strong> toppunt <strong>van</strong> een ge<strong>van</strong>genisgruwel<br />

en kan er aanspraak op maken dat er in de geheele<br />

wereld niets dergelijks bestaat. <strong>De</strong>n Hen Mei werd<br />

ik voorgeleid ter vaststelling <strong>van</strong> mijn identiteit. Op mijn<br />

vraag naar de oorzaak <strong>van</strong> mijn arrestatie kreeg ik <strong>het</strong><br />

hoonende antwoord, dat ik de reden nog wel zou merken.<br />

Vijf maanden lang moest ik als politiek misdadiger in<br />

geïsoleerde ge<strong>van</strong>genschap verblijven. Midden Juni werd<br />

mij door den rechter <strong>van</strong> instructie de tenlastelegging<br />

voorgelegd; daaruit bleek dat men mij wegens spionnage<br />

aangeklaagd had. Binnen korten tijd werd ik meer dan<br />

dertig keer aan een verhoor onderworpen om mij murw<br />

te maken.<br />

<strong>De</strong>n 26en Augustus werd ik aan een kruisverhoor<br />

blootgesteld, dat 's avonds om 9 uur begon en met korte<br />

onderbrekingen bij de aflossing <strong>van</strong> de verhoorders<br />

72 uren, dus drie dagen duurde. Bij <strong>het</strong> einde <strong>van</strong> dit<br />

verhoor werd mij plechtig een in de Russische taal opgesteld<br />

proces-verbaal ter onderteekening voorgelegd.<br />

Ik weigerde <strong>het</strong> te onderteekenen. <strong>De</strong>n 30en Augustus<br />

werd ik opnieuw uit de cel gehaald. Daar ik nog steeds<br />

standvastig weigerde <strong>het</strong> stuk te onderteekenen, werd<br />

ik aan een duivelsche tortuur, verbonden met hechtenis<br />

in een verduisterde cel onderworpen.<br />

Nadat ik ook dan nog weigerde <strong>het</strong> stuk te onderteekenen,<br />

deelde de rechter <strong>van</strong> instructie mij den 10en<br />

October mede, dat ik wegens spionnage tot vijf jaren<br />

strafkamp veroordeeld was.<br />

Drie maanden later, toen ik reeds een ge<strong>van</strong>genisrondreis<br />

<strong>van</strong> 4500 Kilometer achter den rug had, werd<br />

mij in <strong>het</strong> strafkamp Niezjnii-Nowgorod (Gorki) medegedeeld,<br />

dat ik onmiddelijk in vrijheid gesteld zou worden<br />

als ik de Sowjet-nationaliteit zou aannemen. Ik<br />

weigerde en werd weer ge<strong>van</strong>gen gezet in een verduisterde<br />

cel met drie maal daags verandering <strong>van</strong> de temperatuur<br />

<strong>van</strong> 2 è 4 graad Celsius tot 60 graad warmte.<br />

<strong>De</strong>n zesden dag werd ik, mij ziek en ellendig gevoelend,<br />

weer voorgeleid. Men deed mij nogmaals <strong>het</strong> voorstel de<br />

Sowjet-nationaliteit aan te nemen. Ik weigerde standvastig.<br />

Wee den buitenlander, die zoo onvoorzichtig is, in<br />

een zwak uur de Russische nationaliteit aan te nemen.<br />

Het zal hem nooit meer gelukken Sowjet-Rusland ooit<br />

weer te verlaten.<br />

Het systeem <strong>van</strong> menschen<strong>van</strong>gst en slavenhandel<br />

is in den loop der jaren zoo geraffineerd uitgewerkt en<br />

gecamoufleerd, dat er helaas maar weinigen zijn, die<br />

<strong>van</strong> den vollen om<strong>van</strong>g daar<strong>van</strong> ook maar een flauw<br />

begrip hebben.<br />

Elke exploitatie <strong>van</strong> nieuwe grondstoffenbronnen, <strong>het</strong><br />

transport en de mogelijkheid <strong>van</strong> <strong>het</strong> verwerken Ier<br />

plaatse zelf eischt een massalen inzet <strong>van</strong> grootendeels<br />

ook aangeleerde werkkrachten, die naar de meestal zeer<br />

afgelegen en onherbergzame streken <strong>van</strong> de Sowjet-<br />

Unie gebracht moeten worden. <strong>De</strong>ze reusachtige taak<br />

werd in <strong>het</strong> Kreml op zeer eenvoudige wijze en met de<br />

gewone ruwheid uitgevoerd. Men maakte deze gebieden<br />

tot strafkampen, die alle hermetisch afgesloten werden.<br />

Zoo ontstonden na elkander twaalf groote strafgebieden.Ik<br />

zelf ben ten slotte naar <strong>het</strong> Workut-Pelsch-<br />

Uchla-kamp in <strong>het</strong> gebied <strong>van</strong> den noordelijken Oeral<br />

Avonturen <strong>van</strong> een niet-Rus.<br />

en de IJszee gebracht, waar de <strong>van</strong> jaar lol jaar aangroeiende<br />

slavenmassa bij een koude <strong>van</strong> tot 50 graden<br />

moet werken en 's nachts in armzalige lenten verblijf<br />

moet houden.<br />

Twee bijna uilsluitend met joden bezette administratiebureau's<br />

zijn voor de opstelling en de uitvoering <strong>van</strong><br />

projecten verantwoordelijk. <strong>De</strong>ze administratie-bureau's<br />

noemen zich U.R.S. (Ontwerp- en werkverschaffingskantoor)<br />

en U. R. O. (bureau voor hef reguireeren <strong>van</strong> werkkrachten).<br />

Het eerste maakt de ontwerpen, <strong>het</strong> tweede<br />

sluit de verdragen voor de levering, <strong>het</strong> uitleenen of <strong>het</strong><br />

afgeven <strong>van</strong> arbeidsslaven. Het bestellen <strong>van</strong> arbeidsslaven<br />

geschiedt te Moskou bij de zoogenaamde,GULAG'<br />

(Glawnoje Uprawlenje Lagerach = hoofdbeheer der<br />

strafkampen). <strong>De</strong>ze ,GULAG' is een bijzondere afdeeling<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> Commissariaat voor Binnenlandsche Zaken en<br />

heeft haar zetel in de Lubjanka. Haar chef is tegelijkertijd<br />

chef <strong>van</strong> de G.P.Oe. <strong>De</strong> dringend benoodigde<br />

buitenlandsche specialisten levert de internationale<br />

,Roode Hulp'!<br />

<strong>De</strong>ze personeele unie tusschen de ,GULAG' en de<br />

.G.P.Oe.' is natuurlijk voor de menschen<strong>van</strong>gsl ontegenzeggelijk<br />

een verbluffende oplossing. Om <strong>het</strong> door de<br />

kampen op grond <strong>van</strong> de ontwerpen gevorderde slavenmateriaal<br />

prompt te kunnen leveren heeft de G.P.Oe.-chef<br />

slechts noodig zijn arresiatiegolven te gelasten en hij<br />

kan aan zijn verplichtingen weldra voor 150% of zelfs<br />

200% voldoen. <strong>De</strong>ze menschen<strong>van</strong>gst wordt echter ook<br />

door de regeeringscampagnes met wisselende leuzen<br />

systematisch bevorderd. In de praktijk is de ,GULAG'<br />

door haar lucratieve zakenverbindingen zelfs met de<br />

kleinste kamporganisaties opgegroeid tot een waar paradijs<br />

voor een zeker slag <strong>van</strong> .zakenlieden', waar de zich<br />

aldaar bij hoopen genesteld hebbende joden niet alleen<br />

geweldige sommen verdienen, maar ook door <strong>het</strong> verkenen<br />

<strong>van</strong> ordeteekenen bijzonder onderscheiden<br />

worden.<br />

Een voorbeeld: Het kamp Workuta wil zijn expedities<br />

mechaniseeren. Er bestaat een groot gebrek aan specialisten.<br />

Het bestuur <strong>van</strong> <strong>het</strong> mechaniseeringsbureau<br />

brengt een rapport uit aan de ,GULAG' en reeds worden<br />

in den loop der volgende maanden uit de ge<strong>van</strong>genissen<br />

de noodige vakmenschen geleverd. Zoodra deze mechaniseering<br />

voltooid is, worden natuurlijk de specialisten<br />

overbodig. <strong>De</strong>ze zijn nu voor den kampbeheerder een<br />

uitstekend kapitaal waarmede hij woekeren kan. Spoedig<br />

komt er ook gelegenheid dit kapitaal tegen een<br />

woekerrente uit te Ieenen. <strong>De</strong> een of andere onderneming<br />

wendt zich tol de URO. om met haar een huurovereenkomst<br />

voor deze specialisten af te sluiten. Zij<br />

ont<strong>van</strong>gt b. v. voor eiken specialist of werkman per dag<br />

zes roebel, ofschoon de andere partij voor huisvesting,<br />

kost en loon <strong>van</strong> den specialist ten volle moet opkomen.<br />

In de lijsten <strong>van</strong> de URO. staan echter deze specialisten<br />

als vol bekostigde werkers <strong>van</strong> <strong>het</strong> kamp te boek, zoodat<br />

dus de URO. met dit uitleenen dubbel verdient. —<br />

Zooals hier in <strong>het</strong> klein gewoekerd wordt, woekeren<br />

de joden <strong>van</strong> de GULAG in <strong>het</strong> groot. <strong>De</strong>ze sluiten haar<br />

verdragen met de staatsbank, door welke zij voor de<br />

massale reguiratie <strong>van</strong> werkpersoneel betaald wordt.<br />

Zij bepaalt in de verdragen met de staatsbank <strong>het</strong> tijdstip<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> gereedkomen <strong>van</strong> de voorgenomen werken op<br />

een dusdanige manier, dat de tienduizenden aan <strong>het</strong><br />

werk gestelde slaven met dit werk reeds vele dagen, ja<br />

zelfs weken of maanden voor hel overeengekomen lijd-<br />

No. 1474 Nederl.


stip met <strong>het</strong> werk klaar zijn en dadelijk op een andere<br />

plaats aan <strong>het</strong> werk gesteld kunnen worden. Het overschot<br />

<strong>van</strong> hel in vollen om<strong>van</strong>g opgeëischte krediet <strong>van</strong><br />

de staatsbank steken de GULAG-joden in de zak. Het<br />

gaat hier om reusachtige bedragen.<br />

Gruwelen <strong>van</strong> de ,E i a p p e'. Onder .etappe'<br />

verstaat men een gemeenschappelijk transport <strong>van</strong> de<br />

G.P.Oe.-slachtoffers <strong>van</strong> de plaats <strong>van</strong> arrestatie naar<br />

<strong>het</strong> strafkamp, of <strong>van</strong> strafkamp tot strafkamp, of naar<br />

de verschillende kampen binnen een bepaald strafkampgebied.<br />

Ik zelf heb, na <strong>van</strong> Moskou weggestuurd te zijn<br />

een etappereis <strong>van</strong> in <strong>het</strong> geheel 12 000 KM. per spoortrein,<br />

1 200 KM. per boot en in drie etappen nog verdere<br />

1 200 KM. te voet afgelegd.<br />

Reeds voor <strong>het</strong> begin <strong>van</strong> de etappereis wordt den<br />

ongelukkigen alles weggenomen, zoodat ze alleen moeten<br />

reizen met wat ze op <strong>het</strong> lijf hebben. Dan worden ze<br />

in speciale ge<strong>van</strong>geniswagens gestopt. In een compartiment<br />

voor 9 man liggen er 12 tot 14 hoofd aan hoofd<br />

achter tralies en onder de strengste bewaking. Ze kunnen<br />

gedurende de geheele reis alleen maar liggen, 's Nachts<br />

lichten de G.P.Oe.-wakers met hun zaklantarens alle tien<br />

minuten de reien af en tellen of er zich ondertusschen<br />

misschien niet een <strong>van</strong> de ge<strong>van</strong>genen heeft opgehangen,<br />

of zooals de ge<strong>van</strong>genen <strong>het</strong> uitdrukten, zich .zelfstandig<br />

bevrijd' heeft. <strong>De</strong> voeding beslaat uit brood, haring en<br />

15 gram suiker. Warme spijzen of dranken of vrije beweging<br />

krijgen ze gedurende de geheele spoorreis niet.<br />

Ook kan men zich gedurende de etappereis niet wasschen.<br />

Het spreekt <strong>van</strong> zelf dat men daardoor door ongedierte<br />

bijna opgevreten wordt. Zieken, die gedurende<br />

de spoorreis ook in geval <strong>van</strong> levensgevaar niet naar<br />

een ziekenhuis gebracht kunnen worden, zijn op de voetreis<br />

volkomen verloren; zij worden doodgeschoten.<br />

<strong>De</strong>ze reizen te voet zijn de verschrikking <strong>van</strong> alle gedeporteerden.<br />

Zij leiden door onherbergzame streken,<br />

vaak honderden kilometers over wild, onbewoond terrein,<br />

onder de ongunstigste klimatische omstandigheden,<br />

met gemiddelde dagmarschen <strong>van</strong> 40 kilometer. Een<br />

etappe, die uit ongeveer 800 tot 2 000 gedeporteerden,<br />

ongeveer 120 G.P.Oe.-wachtmannen en 40 scherp gedresseerde<br />

honden bestaat, moet op de voetreis dicht<br />

aaneengesloten blijven. Op de zoogenaamde etappewegen<br />

bevinden zich op afstanden <strong>van</strong> ongeveer 40 KM.<br />

zoogenaamde .Stanoks', d. w. z. overname- en verplegingsposlen,<br />

meestal uit tenten of leemhutten bestaande.<br />

Hier worden de geleidemanschappen gewisseld en de in<br />

<strong>het</strong> vuil opeengepakte etappemanschappen kunnen ook<br />

eenige uren .rusten'. Zoo komen deze etappen, vaak na<br />

wekenlange voettochten met slecht schoeisel en slechte<br />

bovenkleeding, vaak ook zonder deze, meestal volkomen<br />

uitgeput bij <strong>het</strong> doel aan.<br />

Menschen<strong>van</strong>gst met wisselende leuzen.<br />

Onder <strong>het</strong> gezichtspunt <strong>van</strong> de menschen<strong>van</strong>gst<br />

komt de geheele binnenlandsche sowjetpropaganda in<br />

een nieuw licht te slaan. Al deze campagnes en demonstratieprocessen,<br />

waar<strong>van</strong> men in de jarenna den dood <strong>van</strong><br />

Lenin tot in den tegenwoordigen tijd in de pers, de radio,<br />

de film, in redevoeringen en boeken zooveel ophef heeft<br />

gemaakt, hebben ten slotte maar één doel: de menschen<strong>van</strong>gst.<br />

Zij brachten reusachtige arrestatiegolven.<br />

Daar was de regeeringscampagne voor de ,ontkoelakiseering'<br />

(vernietiging <strong>van</strong> de groote en middelgroote<br />

boeren) in de jaren 1923 tot 1926, waardoor milli­<br />

oenen voormalige Koelaken naar de groote bouwondernemingen<br />

in <strong>het</strong> verre Oosten, in de oerwouden <strong>van</strong><br />

Karelië en in andere gebieden geleid werden. Daar was<br />

de regeeringscampagne voor de .collectiviseering <strong>van</strong><br />

de sowjet-oeconomie' <strong>van</strong> <strong>het</strong> jaar 1926, die tot massale<br />

arrestaties <strong>van</strong> al degenen, die schadelijk waren voor de<br />

collectieve oeconomie.<br />

Bijzonder interessant zijn de met veel drukte en<br />

demonsfratieprocessen doorgevoerde regeeringscampagnes<br />

tegen degenen, die voor de industrie schadelijk<br />

waren, waardoor wederom honderdduizenden kwaliteitswerklieden<br />

en ingenieurs voor <strong>het</strong> oprichten <strong>van</strong> wapeningscentra<br />

en groote elecirische centrales in <strong>het</strong> Kusnjezbekken,<br />

bij den Oeral, langs de Wolga en voor andere<br />

doeleinden aan <strong>het</strong> werk gesteld werden. Niet te vergeten<br />

ook de diefstal- en geschiedenisvervalschingscampagnes,<br />

die een groot aantal waardevolle welenschappelijke<br />

werkers en koelies voor de strafkampen<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> Europeesche Noordoosten leverden.<br />

In 1934 begonnen de bekende eigenlijke politieke<br />

campagnes, die over de geheele wereld zooveel opzien<br />

gebaard hebben. <strong>De</strong>ze leverden <strong>het</strong> gros voor de uitbreiding<br />

<strong>van</strong> de groote wapeningsbases in Siberië, in den<br />

noordelijken Oeral, voor de groote kanaalwerken Moskwa-Wolga<br />

en Wolga-Don. Duizenden werden toenmaals<br />

gefusilleerd, millioenen echter gingen naar de<br />

slavernij.<br />

<strong>De</strong> ingezetenen <strong>van</strong> een dwanggebied of strafkamp<br />

worden in drie groepen ingedeeld. <strong>De</strong> eigenlijke misdadigers<br />

voor de G.P.Oe. vormt de derde groep (S/K III).<br />

Zij omvat alle politieke verdachten, die men niet tot een<br />

bekentenis kon dwingen. In deze groep bevindt zich ook<br />

<strong>het</strong> grootste gedeelte <strong>van</strong> de zich in <strong>het</strong> kamp bevindende<br />

buitenlanders, ongeveer 25 000 uit alle landen.<br />

Aldus werd de menschen<strong>van</strong>gst in <strong>het</strong> roode ,Sowjetparadijs'<br />

door de regeering met wisselende leuzen met<br />

zulk een stijgend succes gevoerd, dat feitelijk iegenwoordig<br />

uil elke sowjetfamilie minstens één lid als slaaf<br />

in zulk een strafkamp smacht.<br />

<strong>De</strong> laatste camoufleering <strong>van</strong> dezen doortrapten<br />

menschenhandel en dit verslavingsproces bereikten de<br />

machthebbers door de strafkampen in 1940 eenvoudig in<br />

.groote bouwondernemingen' te herdoopen, zonder aan<br />

<strong>het</strong> satansche principe ook maar <strong>het</strong> geringste te veranderen.<br />

Zelfs de reactionairste staten moeten nog<br />

sociaal schijnen tegenover dit systeem <strong>van</strong> absolute menschenverachting<br />

en menschenvernietiging.<br />

Toen Spanje met de bolsjewieken in harden strijd<br />

lag, leverde Engeland aan deze wapens en munitie. Het<br />

was dus Engelands wil, dat <strong>het</strong> bolsjewisme in Spanje<br />

zou zegevieren. In den nieuwen Europeeschen oorlog<br />

trad Engeland echter aan de zijde <strong>van</strong> den grootsten<br />

vijand <strong>van</strong> alle volken. Daarmede heeft <strong>het</strong> zelf zijn<br />

vonnis gewezen.<br />

Volken <strong>van</strong> Europa en <strong>van</strong> de wereld! Vraagt U af,<br />

hoeveel <strong>van</strong> deze 25 000 menschen <strong>van</strong> de derde groep<br />

der buitenlandsche arbeidsslaven tot Uw eigen zonen<br />

behooren. Vraagt U ook af, waf Uw lof zou zijn, als niet<br />

Duitschland en de met Duitschland verbonden vrije volken<br />

de oprukkende bolsjewistische massalegers vernietigd<br />

zou hebben!<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hocballee 127<br />

Fa!ken-Verlag, Hamburg; Chr.


Wie is Stalin?<br />

In de maand Februari <strong>van</strong> <strong>het</strong> jaar 1938 ging door de<br />

wereldpers <strong>het</strong> bericht, dat de Weensche hartspecialist<br />

prof. Weilkebach aan <strong>het</strong> dringende verzoek <strong>van</strong> de sovjetdiplomaten<br />

gevolg gegeven had en naar Moskou gevlogen<br />

was om Stalin te onderzoeken. Langzamerhand werd <strong>het</strong><br />

in Weensche medische kringen ruchtbaar dat aan prof.<br />

Wenkebach bij zijn aankomst te Moskou medegedeeld<br />

werd, dat <strong>het</strong> <strong>het</strong> onderzoek <strong>van</strong> vijf personen betrof. Op<br />

de inwerping <strong>van</strong> den professor<br />

dat men alleen over<br />

<strong>het</strong> onderzoek <strong>van</strong> Stalin<br />

met hem onderhandeld had,<br />

antwoordde men hem 'dat<br />

Stalin zich onder de vijf<br />

personen bevond. Tot de<br />

grootste verbazing <strong>van</strong> den<br />

professor kwamen dan ook<br />

werkelijk 5 (vijf) personen<br />

op <strong>het</strong> Kreml om onderzocht<br />

te worden, die niet<br />

alleen allen den gelaats- en<br />

lichaamsvorm <strong>van</strong> Stalin<br />

hadden, maar wier haar en<br />

baard ook op dezelfde wijze<br />

gefriseerd waren.<br />

Aan de wereld vertelde<br />

men dat <strong>het</strong> Russische volk<br />

Stalin lief had. <strong>De</strong> vier<br />

„dubbelgangers" zijn echter<br />

een teeken dat hij bang is<br />

voor zijn eigen volk, dat hij<br />

sedert vele jaren door een<br />

vijf K.M. breede zone des<br />

doods <strong>van</strong> de overige wereld<br />

afgesloten heeft. <strong>De</strong> wereld<br />

kwam niet te weten hoeveel<br />

Russische vluchtelingen tot<br />

<strong>het</strong> uitbreken <strong>van</strong> den oorlog<br />

in deze zone doodgeschoten<br />

werden. Na <strong>het</strong><br />

Zegevierende opdringen <strong>van</strong><br />

de Duitsche soldaten, <strong>van</strong><br />

hun bondgenooten en <strong>van</strong><br />

de vele duizenden vrijwilligers<br />

bleek echter dat <strong>het</strong><br />

Sovjet - paradijs een vree­<br />

selijke hel was.<br />

Daarbij komt dan nog dat een voormalig volkscommissaris,<br />

Karl J. Albrecht, die als hoog sovjet-ambtenaar jarenlang<br />

achter de coulissen kon kijken, <strong>het</strong> scherm lichtte en<br />

den waren Stalin toonde. Uit de beschrijving <strong>van</strong> dezen<br />

man moge o. a. <strong>het</strong> volgende aan de waarheidlievende<br />

menschen op deze wereld worden medegedeeld.<br />

<strong>De</strong> hoogste machthebber <strong>van</strong> de sovjets heette oorspronkelijk<br />

niet Stalin, maar Djoegasjwilli. Hij werd<br />

geboren op 8 <strong>De</strong>cember 1879 o. t. in <strong>het</strong> kleine stadje<br />

Gori in den Kaukasus als zoon <strong>van</strong> den Georgischen<br />

schoenmaker Djoegasjwilli. Tot zijn 14e jaar bezocht hij<br />

de geestelijke school in zijn geboorteplaats; daarna werd<br />

hij opgenomen in <strong>het</strong> orthodoxe seminarium om een<br />

dienaar Gods te worden.<br />

In <strong>het</strong> jaar 1897 leerde de toekomstige priester Djoegasjwilli<br />

den Georgische vrijheidsstrijder Jenoekidse<br />

kennen. <strong>De</strong>ze verschafte hem toegang tot de geheime revolutionaire<br />

kringen <strong>van</strong> den Kaukasus. Dat bleef echter<br />

voor zijn geestelijke superieuren niet verborgen. Daarom<br />

moest hij weldra <strong>het</strong> seminarium verlaten.<br />

Met 21 jaren nam Stalin, zooals hij zich nu noemde,<br />

de rol <strong>van</strong> partijleider op zich. Als zoodanig leerde hij den<br />

uit de Siberische verbanning teruggekeerden vriend <strong>van</strong><br />

Lenin, Koernatkovski kennen. Stalin werd aanhanger <strong>van</strong><br />

Lenin. Verscheiden malen werd hij in hechtenis genomen;<br />

vijf keer is hij uit Siberië ontvlucht.<br />

Einde 1905 ontmoetten Stalin en Lenin elkander te<br />

Tammerfors (Finland). Het was een belangrijke conferentie<br />

voor de bolsjewieken, want<br />

alle pogingen om aan de<br />

noodige geldmiddelen te<br />

komen, mislukten. <strong>De</strong> bolsjewistische<br />

partijleiding besloot<br />

toen om tot gewapende<br />

roofovervallen over te gaan.<br />

Op bevel <strong>van</strong> Lenin werden<br />

speciale groepen gevormd,<br />

die zich met de leiding <strong>van</strong><br />

dergelijke acties belastten<br />

en ervoor zorgden dat elke<br />

zich biedende gelegenheid<br />

tot roofovervallen benut<br />

werd.<br />

In den zomer <strong>van</strong> 1907<br />

zou een roofoverval op de<br />

Petersburgsche staatsbank<br />

uitgevoerd worden. Stalin<br />

had door vertrouwelingen<br />

vernomen dat er op 13 Juni<br />

1907 een geldtransport <strong>van</strong><br />

deze bank naar <strong>het</strong> filiaal te<br />

Tiflis zou plaats vinden. In<br />

alle heimelijkheid trof hij<br />

de noodige maatregelen voor<br />

den overval. Stalin werd<br />

door een <strong>van</strong> de organisators,<br />

die zich als bediende<br />

bij den vorst Soembatov<br />

binnengesmokkeld had, op<br />

<strong>het</strong> dak <strong>van</strong> <strong>het</strong> vorstelijk<br />

paleis geleid. Toen de wagen<br />

met de geldzending voorbijkwam<br />

wierp Stalin als<br />

eerste een bom onder de<br />

voor den wagen gespannen<br />

paarden. <strong>De</strong> andere samenzweerders<br />

wierpen hun bommen<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> trottoir tusschen de kozakkenpatrouilles die<br />

onmiddelijk kwamen aansnellen. Revolverschoten voleindden<br />

den aanslag. Paarden en menschen wentelden zich in<br />

hun bloed. Een <strong>van</strong> de misdadigers — Petrosian — ontkwam<br />

in de uniform <strong>van</strong> een Russisch officier met <strong>het</strong><br />

geldpakket; dit bevatte 341.000 roebel in bankbiljetten<br />

a 500 roebel. Vijftig mannen, vrouwen en kinderen waren<br />

de slachtoffers, die dood of zwaar gewond op <strong>het</strong> Eriwanskaja-Plein<br />

bleven liggen. Stalin zorgde ervoor dat de<br />

buit zoolang heimelijk bewaard werd tot de gemoederen<br />

tot rust waren gekomen.<br />

Wat willen de dubbelgangers <strong>van</strong> Stalin?<br />

Eerst begin 1908 werden de latere sovjet-commissaris<br />

voor buitenlandsche zaken Litwinov (een jood, die oorspronkelijk<br />

Finkelstein heette) en zijn begeleider Sjemalov<br />

betrapt toen zij te Parijs eenige bankbiljetten <strong>van</strong> 500 roebel<br />

wilden inwisselen, die <strong>van</strong> den overval afkomstig waren.<br />

Na deze misdaad hield Stalin <strong>het</strong> voor geraden om uit<br />

Tiflis te verdwijnen.<br />

In 1912 werd Stalin door Lenin tot lid <strong>van</strong> <strong>het</strong> centrale<br />

comité <strong>van</strong> de bolsjewistische partij en tot leider <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

Nr. 1484. Nedérl.


Russische bureau <strong>van</strong> <strong>het</strong> centrale comité benoemd. Dat<br />

was de eerste etappe <strong>van</strong> Stalin op den weg naar de macht.<br />

Gedurende den geheelen wereldoorlog was Stalin spoorloos<br />

verdwenen. Kort na <strong>het</strong> uitbreken <strong>van</strong> de Februarirevolutie<br />

in 1917 dook hij plotseling weer te St, Petersburg<br />

op. Opnieuw in <strong>het</strong> bezit <strong>van</strong> zijn rechten als lid <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

centrale comité gesteld werd Stalin volkscommissaris voor<br />

de nationaliteiten.<br />

<strong>De</strong> leidende positie <strong>van</strong> Trotzky als opperbevelhebber<br />

<strong>van</strong> de bolsjewistische troepen vervulde Stalin met afgunst.<br />

Hij speelde <strong>het</strong> klaar naast Trotzky opperbevelhebber en<br />

oorlogscommissaris te worden. Daarmede was hij Trotzky<br />

zeer op de hielen gerukt. Zij haatten elkander <strong>van</strong>af hun<br />

eerste ontmoeting. Trotzky moest wijken.<br />

Stalin wilde tot eiken prijs opvolger <strong>van</strong> Lenin worden.<br />

Waar <strong>het</strong> maar mogelijk was ondermijnde Stalin den bodem<br />

onder de voeten <strong>van</strong> zijn concurrenten. Door zijn geslepenheid<br />

gelukte <strong>het</strong> hem nog gedurende <strong>het</strong> leven <strong>van</strong> Lenin<br />

secretaris-generaal <strong>van</strong> de bolsjewistische partij te worden.<br />

Lenin zelf vond hem weldra gevaarlijk. Daarom wilde hij<br />

hem uit zijn machtspositie ontzetten. Toen gebeurde <strong>het</strong><br />

volgende: Stalin drong tot Lenin door. Lenin kreeg een<br />

beroerte en overleed korten tijd daarop, op 21 October 1924.<br />

Nu kwam Stalin aan de macht. Ingewijden beweerden dat<br />

Stalin Lenin vergiftigd had.<br />

Sedert den dood <strong>van</strong> Lenin heerschte Stalin als onbeperkt<br />

despoot over vele millioenen menschen. In den<br />

loop der jaren speelde Stalin de verschillende richtingen<br />

en persoonlijkheden onder de bolsjewistische machthebbers<br />

op geraffineerde wijze tegen elkander uit en<br />

vernietigde ze tenslotte een voor een.<br />

In 1937 werden maarschalk Toechatsjewski, tot nu toe<br />

opperbevelhebber <strong>van</strong> <strong>het</strong> leger, en met hem bijna alle nog<br />

in leven zijnde officieren uit den tsarentijd gefusilleerd<br />

ofschoon zij zich ter beschikking <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewisme<br />

gesteld hadden. Op de vrij gekomen plaatsen werden<br />

joden gesteld. Ook in de politiek kwamen joden in alle<br />

belangrijke posities. Zoo waren tenslotte <strong>van</strong> de 28 vertegenwoordigers<br />

in <strong>het</strong> buitenland nog maar vier nietjoden;<br />

deze bekleedden echter volkomen ondergeschikte<br />

posities. Alle gewestelijke leidersplaatsen der Gepeoe<br />

werden door joden bezet. Ook de volkscommissariaten, de<br />

levensmiddelenindustrie en bijna de geheele zware industrie<br />

kwamen onder <strong>het</strong> toezicht <strong>van</strong> joden. <strong>De</strong> gezamenlijke<br />

verbannigsoorden en concentratiekampen kwamen onder<br />

joodsche leiding.<br />

Niet alleen voormalige tegenstanders of de groote<br />

massa <strong>van</strong> arbeiders, boeren en intellectueele werkers liet<br />

Stalin <strong>van</strong> <strong>het</strong> leven berooven, ook zijn eigen vrienden en<br />

voormalige strijdmakkers heeft hij door sluipmoorden of<br />

schandelijke processen in <strong>het</strong> openbaar laten veroordeelen<br />

en ,,liquideeren". Zelfs zijn oude vriend te Tiflis, Jenoekidse,<br />

moest er aan gelooven. <strong>De</strong>ze was secretaris-generaal<br />

<strong>van</strong> de nationale minderheden bij <strong>het</strong> centrale uitvoerende<br />

lichaam der UdSSR geworden. Stalin had alles aan hem<br />

te danken. In 1933 liet Stalin hem vallen en verbande<br />

hem naar de doodende loodmijnen in de Baikalstreek. Toen<br />

Jenoekidse niet snel genoeg stierf, liet Stalin hem in 1937<br />

in den Gepeoe-kelder vermoorden.<br />

Dat is Stalin, die vele vele menschen, waaronder<br />

duizenden priesters, liet vermoorden en dé kerken <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> land liet vernielen.<br />

Dat is Stalin, die de joden tot herrschers over<br />

<strong>het</strong> Russische volk maakte en <strong>het</strong> zelf tot een duizendvoudigen<br />

dood door honger en tenslotte door den<br />

oorlog bracht.<br />

Dat is Stalin, die Duitschland wilde vernietigen<br />

en geheel Europa aan <strong>het</strong> bolsjewisme wilde uitleveren.<br />

Toen Stalin de bondgenoot <strong>van</strong> Engeland geworden<br />

was liet men voor hem bidden. Vroeger had echter Engelands<br />

machthebber Winston Churchill in zijn boek „Groote<br />

Tijdgenooten" <strong>het</strong> volgende geschreven:<br />

„Wij hebben een land voor ons, waar de uitverkorenen<br />

,geliquideerd' zijn geworden en waar een half millioen<br />

menschen jaarlijks wegens hun politieke meeningen in den<br />

poolnacht te gronde gaan of tot aan hun dood in de mijnen,<br />

in de wouden em bij <strong>het</strong> bouwen <strong>van</strong> straatwegen dwangarbeid<br />

moeten verrichten. <strong>De</strong> Sovjet-Unie is een land<br />

waar God elk uur <strong>van</strong> den dag gehoond en belasterd<br />

wordt."<br />

Wie is Stalin? Het meest vernietigende oordeel over<br />

Stalin levert <strong>het</strong> feit dat de Sovjet-Unie de eenige staat<br />

ter wereld is, die <strong>het</strong> steeds weer moet beleven dat zijn<br />

eigen diplomaten en vertegenwoordigers weigeren om naar<br />

den door hen vertegenwoordigden Russischen staat <strong>van</strong><br />

arbeiders en boeren terug te keeren. <strong>De</strong> gewezen sovjetgezant<br />

te Sofia, Raskolnikov, heeft in een verklaring, die<br />

op 18 Augustus 1941 in de Bulgaarsche pers werd gepubliceerd,<br />

<strong>het</strong> volgende vernietigende oordeel over Stalin<br />

gesproken:<br />

„Stalin heeft door zijn zucht om te moorden de beste geleerden<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> leven beroofd. Hij heeft bijna alle sovjetgezanten<br />

na elkander <strong>het</strong> land binnengelokt en ze daar vernietigd.<br />

Eindeloos is de reeks zijner misdaden; eindeloos ook<br />

de naamlijst zijner slachtoffers.<br />

Zoo ziet de ware Stalin er uit. Zijn vier opgetooide<br />

dubbelgangers zullen <strong>het</strong> vernietigende vonnis niet kunnen<br />

afwenden dat door de zegevierende troepen over hem<br />

geveld zal worden.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeicr, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Falken-Verlag, Hamburg<br />

Br. & Co.


Bolsjewistische academie voor hoogverraad<br />

Een feitenbericht <strong>van</strong> den Amerikaan Jan Vattin<br />

In <strong>het</strong> Amerikaansche tijdschrift „The American<br />

Mercury" publiceerde de Amerikaan Jan Valtin een<br />

bericht onder den titel „Academie voor Hoogverraad",<br />

waaraan wij de volgende verkorte vertaling ontnemen:<br />

In <strong>het</strong> centrum <strong>van</strong> Moskou staat een groep massieve<br />

gebouwen, die als Internationale Lenin-Universiteit bekend<br />

zijn. Hier worden Amerikaansche en Europeesche<br />

kommunisten onderwezen in de kunst <strong>van</strong> ondermijnende<br />

propaganda, de organisatie <strong>van</strong> werkstakingen, spionnage,<br />

sabotage en burgeroorlog. In andere scholen worden<br />

Sovjetagenten voor de overige deelen <strong>van</strong> de wereld opgeleid.<br />

Precies als <strong>het</strong> Kreml zijn al deze gebouwen verboden<br />

terrein voor eiken buitenstaander.<br />

Gedurende de laatste tien jaren zijn jaarlijks gemiddeld<br />

30 Amerikaansche kommunisten door deze hoofdacademie<br />

der Stalinsche wereldrevolutie gegaan. Op weinig uitzonderingen<br />

na zijn zij naar de Vereenigde Staten teruggezonden<br />

onder <strong>het</strong> voorwendsel dat zij den Amerikaanschen<br />

arbeider wilden helpen.<br />

Zij vormden den kommunistischen generalen staf voor de<br />

USA. Stakingen en sabotage zijn hun hoofdzakelijke wapens.<br />

Pasvervalschers en roode professoren.<br />

Onder de studenten <strong>van</strong> de Academie te Moskou bevinden<br />

zich o. a. Clarence Hathaway, een machinist uit<br />

Minneapolis, die kommunistische partijchef <strong>van</strong> New<br />

York en uitgever <strong>van</strong> de „Daily Worker" werd, voorts<br />

Charles Krumbein, die na zijn terugkeer naar de USA<br />

18 maanden ge<strong>van</strong>genisstraf kreeg wegens pasvervalsching<br />

en nu chef <strong>van</strong> de kommunistische partij in den staat<br />

New York is, verder Joseph Zack, een vakvereenigingsspecialist<br />

voor Noord- en Zuid-Amerika, Maurice Childs,<br />

een Gepeoe-agent, die later kommunistenleider in <strong>het</strong><br />

gebied <strong>van</strong> Chicago werd, Benjamin Gold, wiens Moskovische<br />

training hem voor den post <strong>van</strong> president <strong>van</strong> de<br />

Internationale Pelsarbeiders vakvereeniging kwalificeerde,<br />

die bij de CIO aangesloten is, Sam Donk, bezitter <strong>van</strong> den<br />

Sovjettitel „roode professor" en tegenwoordig uitgever<br />

<strong>van</strong> de „Daily Worker".<br />

Sedert hun vertrek <strong>van</strong> de Moskovische Hoogeschool<br />

zijn enkelen <strong>van</strong> de lijn der partij afgeweken, maar de<br />

meeste leerlingen <strong>van</strong> Lenin zijn nog altijd zeer actief.<br />

Fanatieke onderworpenheid aan de zaak die zij dienen<br />

en tweejarig lidmaatschap <strong>van</strong> de partij zijn de voorwaarde<br />

voor de toelating tot de Moskovische Academie<br />

voor Hoogverraad. Partijgenooten die ervaring in de industrie<br />

of bij <strong>het</strong> leger hebben genieten de voorkeur.<br />

Arrestaties en ge<strong>van</strong>genisstraffen voor <strong>het</strong> optreden voor<br />

de partij worden hun hoog aangerekend. Het aantal studenten,<br />

dat door de kommunistische partij organisaties in<br />

de verschillende landen uitgezonden mag worden, wordt<br />

te Moskou bepaald. <strong>De</strong> candidaten worden gekozen door<br />

<strong>het</strong> centrale comité der partij, en wel uit een lijst die door<br />

den betreffenden komintern-agent opgesteld is. <strong>De</strong> gekozenen<br />

hebben overigens nog de toestemming <strong>van</strong> de<br />

Gepeoe noodig. Om hun sporen te verdoezelen komen de<br />

studenten niet langs den kortsten weg naar Rusland,<br />

maar ze worden over een reeks <strong>van</strong> tusschenstations <strong>van</strong><br />

de Gepeoe in verschillende landen geleid. Sedert <strong>het</strong><br />

uitbreken <strong>van</strong> den oorlog leidt de weg naar Moskou over<br />

San Francisco of Manzanillo in Mexico, dan over den<br />

Stillen Oceaan op Sovjet-schepen. Elke maar mogelijke<br />

voorzorgsmaatregel wordt tegen <strong>het</strong> binnendringen <strong>van</strong><br />

buitenlandsche verklikkers in de Academie voor Hoogverraad<br />

getroffen. Elke student wordt dadelijk na zijn<br />

aankomst te Moskou aan een laatste odferzoek door hooge<br />

Gepeoe-ambtenaren onderworpen. Elke week inspecteeren<br />

Gepeoe-agenten de kamers <strong>van</strong> de studenten gedurende<br />

hun afwezigheid en onderzoeken de brieven en<br />

hun lectuur. <strong>De</strong> post aan familieleden en bekenden wordt<br />

zeer streng gecensureerd. Regeeringsverklikkers zijn op<br />

alle vergaderingen der studenten aanwezig. Tot deze verklikkers<br />

behooren volgens de beëedigde verklaring <strong>van</strong><br />

een Amerikaanschen neger die daar studeerde, de Amerikanen<br />

Maurice Childs en Beatxice Siskin uit <strong>De</strong>troit en<br />

Mevrouw Earl Browder.<br />

Wetenschap <strong>van</strong> de revolte.<br />

<strong>De</strong> studenten worden gedurende twee tot vier jaren<br />

op de Academie voor Hoogverraad opgeleid. Daar <strong>het</strong><br />

einddoel <strong>van</strong> allen kommunistischen arbeid <strong>het</strong> omverwerpen<br />

<strong>van</strong> de regeering en de machtsovername door de<br />

kommunistische partij is, is <strong>het</strong> doel <strong>van</strong> de opleiding <strong>het</strong><br />

vormen <strong>van</strong> een generalen staf <strong>van</strong> officieren voor den<br />

gewapenden opstand. <strong>De</strong> factoren, die <strong>van</strong> belang zijn<br />

voor <strong>het</strong> ontstaan <strong>van</strong> werkstakingen, muiterijen en revoluties<br />

worden onderzocht met denzeifden ernst, dien<br />

een student in de medicijnen bij de studie <strong>van</strong> <strong>het</strong> menschelijk<br />

lichaam toepast. <strong>De</strong> ervaringen die bij de door<br />

de kommunisten in <strong>het</strong> jaar 1931 in Duitschland aangestookte<br />

schippersstaking opgedaan werden, werden bij<br />

de algemeene staking te San Francisco, die Harry<br />

Bridges op den voorgrond bracht, met succes toegepast.<br />

Leeringen, bij de staking der Citroen-werklieden te Parijs<br />

gewonnen, werden bij de stakingen in de Vereenigde<br />

Staten ten nutte gemaakt. Aan de studenten werd geleerd,<br />

hoe zij sleutelposities moeten bezetten. Hun werd ingeprent:<br />

„Concentreert U erop, door stakingen de gevoeligste<br />

plekken <strong>van</strong> <strong>het</strong> kapitalistische oeconomische systeem<br />

te ondermijnen.<br />

Concentreert U op de belangrijke industrieën: staal,<br />

scheepvaart, spoorwegen, mijnen, chemische industrie<br />

en openbare bedrijven <strong>van</strong> vitaal belang."<br />

In <strong>het</strong> leerplan: <strong>het</strong> opblazen <strong>van</strong> bruggen.<br />

<strong>De</strong> afdeeling staal omvat de automobiel- en de<br />

vliegtuigindustrie, evenals de scheepvaart. Juist de<br />

scheepvaart is sedert lang <strong>het</strong> doel <strong>van</strong> de hardnekkige<br />

en succesvolle bemoeiingen <strong>van</strong> de kommunisten. Een<br />

controle op de vakverbonden der zeelieden door de kommunistische<br />

partij zou <strong>het</strong> wel en wee <strong>van</strong> den handel <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> betreffende land aan de Sovjet-regeering overleveren.<br />

Groote exercitie terreinen achter tralies <strong>van</strong> de Academie<br />

voor Hoogverraad worden als geheime opleidingsplaatsen<br />

gebruikt. In een speciale afdeeling leeren de studenten<br />

Nr. I4tu — H.


i6 verschillende soorten <strong>van</strong> mitrailleurs kennen en bedienen.<br />

Men leert hun ze zoo vlug mogelijk uit elkaar te<br />

nemen en in elkaar te zetten; men leert hun mikken en<br />

<strong>van</strong> barrikaden, uit poorten, vensters en <strong>van</strong> daken te<br />

schieten. Zij worden met <strong>het</strong> geweer, <strong>het</strong> pistool en met<br />

handgranaten opgeleid. Ze leeren zelfstandig bommen<br />

te maken. <strong>De</strong> techniek <strong>van</strong> <strong>het</strong> doen ontsporen <strong>van</strong> treinen,<br />

dwarsliggers losbreken, bruggen te demoleeren is eveneens<br />

een deel <strong>van</strong> <strong>het</strong> leerplan. Langers leerboek zegt hierover:<br />

Kommunisten moeten dienst nemen in de weermacht <strong>van</strong><br />

hun land met <strong>het</strong> doel de discipline en <strong>het</strong> moreel der troepen<br />

te ondermijnen.<br />

Bijna alle sleutelposities <strong>van</strong> <strong>het</strong> kommunistische<br />

apparaat in Amerika worden beheerd door-bolsjewieken die<br />

hun opleiding te Moskou genoten hebben.<br />

Met behulp <strong>van</strong> verleenden onderstand werden ook<br />

kommunistische scholen door Sovjet-agenten in bijna<br />

alle oostelijke staten en in Californië opgericht, om de<br />

onderofficieren <strong>van</strong> <strong>het</strong> leger <strong>van</strong> Stalin in de Vereenigde<br />

Staten op te leiden. Elk jaar verlaten scharen Amerikaansche<br />

bolsjewieken de nationale opleidingsschool <strong>van</strong><br />

de kommunistische partij te New York.<br />

<strong>De</strong> Jonge Kommunistische Liga en de onder kommunistischen<br />

invloed staande vakverbonden onderhouden<br />

zelf weer bolsjewistische scholen en hoogere<br />

inrichtingen <strong>van</strong> onderwijs.<br />

Te New York bestaat een bijzondere opleidingsschool<br />

voor studenten in de scheepvaartindustrie, die bij de<br />

kommunisten „roode Annapolis" heet. <strong>De</strong> oude kommunistische<br />

leuze: „Een cel <strong>van</strong> de kommunistische partij<br />

op elk Amerikaansch schip" is daarbij dan ook vlug verwezenlijkt.<br />

Vele Amerikanen beschouwen de kommunistische partij<br />

als een min of meer wettige organisatie. Eerst <strong>het</strong> volledige<br />

besef dat de leiders er<strong>van</strong> door Moskou opgeleid, gefinancierd<br />

en gedirigeerd worden, dat zij enkel en alleen<br />

Stalin verplicht zijn, zal <strong>het</strong> mogelijk maken de kommunistische<br />

partij grondig uit te roeien.<br />

*<br />

Zoover <strong>het</strong> feitenbericht <strong>van</strong> den Amerikaan Jan<br />

Valtin. Door de vele onthullingen die reeds in de jaren<br />

voor <strong>het</strong> uitbreken <strong>van</strong> den oorlog plaats hadden, worden<br />

de mededeelingen <strong>van</strong> Valtin bevestigd. Onder den indruk<br />

<strong>van</strong> deze onthullingen schreef <strong>het</strong> grootste Spaansche<br />

blad „ABC" reeds drie maanden voor <strong>het</strong> uitbreken <strong>van</strong><br />

de bolsjewistische revolutie in Spanje:<br />

„Als de westelijke staten niet zoo blind waren, zouden zij<br />

zonder dralen bet door Duitschland voorgestelde niet-aanvalspakt<br />

onderteekenen, waadoor voor 25 jaren de vrede in Europa beveiligd<br />

zou zijn. Maar zij geven er blijkbaar de voorkeur aan zich in de<br />

armen <strong>van</strong> Stalin te werpen en liever de geheele wereld in brand<br />

te steken dan hun haat tegen Hitler en de fascisten te onderdrukken.'*<br />

Sedert <strong>het</strong> uitbreken <strong>van</strong> den oorlog zijn de machthebbers<br />

in Engeland en in Noord-Amerika begonnen <strong>van</strong><br />

hun sympathieën voor de bolsjewieken openlijk blijk<br />

te geven. Men ging zelfs zoo ver, voor de bolsjewieken<br />

te laten bidden. Wat echter deed men vóór <strong>het</strong> uitbreken<br />

<strong>van</strong> den oorlog? Engelands machthebber Winston Churchill<br />

schreef toenmaals in zijn boek „Groote tijdgenooten"<br />

o. a. <strong>het</strong> volgende:<br />

„Wij hebben in Rusland een rijk voor ons, waarin de<br />

uitverkorensten geliquideerd zijn. <strong>De</strong> Sovjet-Unie is een land<br />

waar God elk uur gehoond en belasterd wordt."<br />

<strong>De</strong> heimelijk met elkaar verbonden Engelsche Plutokraten<br />

en Russische bolsjewieken wilden den oorlog. Niet<br />

alleen Duitschland, maar geheel Europa zou aan <strong>het</strong><br />

bolsjewisme overgeleverd worden. Eerst door de voortschrijdende<br />

overwinningen <strong>van</strong> de Duitsche troepen en<br />

hun bondgenooten kwam aan <strong>het</strong> licht in welk ontzettenden<br />

om<strong>van</strong>g de Russen hun wapening voor den gewilden<br />

Duitschen en Europeeschen vernietigingsoorlog opgevoerd<br />

hadden.<br />

Meer dan tien volken met rond 400 millioen menschen<br />

hebben zich einde November <strong>van</strong> dit jaar op <strong>het</strong> congres<br />

te Berlijn in <strong>het</strong> antibolsjewieken-pact met <strong>het</strong> Duitsche<br />

volk voor verdere vijf jaren tot den strijd tegen <strong>het</strong> bolsjewisme<br />

plechtig verbonden. In denzelfden zin en terzelfder<br />

tijd verklaarde de leider <strong>van</strong> <strong>het</strong> Portugeesche legioen,<br />

dr. Domingos Mascarenhas, in een rede over den<br />

Portugeeschen staatszender:<br />

„Zelfs indien de Moskovische hydra doodelijk getroffen<br />

zou worden, mag onze waakzaamheid tegen <strong>het</strong> kommunisme<br />

niet verslappen."<br />

<strong>De</strong> vereenigde plutocratische en bolsjewistische machthebbers<br />

hebben niettegenstaande <strong>het</strong> enorme wapen- en<br />

menschenmateriaal, niet kunnen verhinderen dat de<br />

bolsjewistische legers verpletterd werden. Zij hebben<br />

niet kunnen verhinderen dat de Duitsche strijders en hun<br />

bondgenooten met eigen oogen de bolsjewistische ellende<br />

gezien hebben en dat al deze millioenen hun leven over<br />

hadden voor <strong>het</strong> besluit om den pesthaard <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewisme<br />

te vernietigen.<br />

Mogen de volken der wereld inzien welk grooten dank<br />

zij aan deze strijders voor <strong>het</strong> behoud <strong>van</strong> de Europeesche<br />

en hun eigen kuituur schuldig zijn.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich kossemeier. Hamburg 13, Hochajlée 127<br />

Folken-N erlftg, Hamburg T,r. \ Co.


Wat gebeurde er in den Stillen Oceaan?<br />

Tegen <strong>het</strong> einde <strong>van</strong><br />

bet jaar 1941 verklaarde<br />

de Engelsche ministerpresident<br />

Churchill ten<br />

overstaan <strong>van</strong> <strong>het</strong> Canadeesche<br />

parlement dat hij<br />

den oorlog niet gewild<br />

had. Dal echter Engeland<br />

feitelijk de bemoeiingen<br />

<strong>van</strong> Mussolini, die in 1939<br />

den vrede nog ter elfder<br />

ure wilde redden, door<br />

zijn overhaaste oorlogsverklaring<br />

aan Duitschland<br />

gesaboteerd heeft,<br />

daar<strong>van</strong> wilde Churchill<br />

dus niets meer weten. Op<br />

soortgelijke wijze trachtte<br />

ook Roosevelt, die sedert<br />

jaren niets ongedaan<br />

gelaten heeft om zijn land<br />

in den oorlog te storten,<br />

te betoogen, dal de Vereenigde<br />

Staten, niettegenstaande<br />

alle vredelievendheid,<br />

in den oorlog<br />

gesleurd werden. Dat<br />

niet deze betuigingen <strong>van</strong><br />

onschuld slechts de vreeselijke<br />

eigen schuld verdekt<br />

moest worden, blijkt<br />

uit de mededeelingen die<br />

de gezant der Vereenigde<br />

Staten, Mister Earle,<br />

tegenover bekenden deed. Hij zeide:<br />

„Churchill en Roosevelt hebben <strong>het</strong> voornemen, Bulgarije<br />

<strong>van</strong> de landkaart weg te vagen. Voorts is <strong>het</strong> doel <strong>van</strong> deze<br />

beide mannen om in geval <strong>van</strong> een overwinning <strong>van</strong> de gealliëerden<br />

geheel Oost- en Midden-Eropa tot aan den Rijn aan<br />

Stalin over te laten, opdat hij dit ge-<br />

bied bij wijze <strong>van</strong> een strafexpeditie<br />

zou kunnen bezetten. Frankrijk,<br />

Spanje en I*alië zouden volgens <strong>het</strong>zelfde<br />

plan door Engelsche en Amerikaansche<br />

troepen bezet worden."<br />

Toen men Mr. Eagtetwoeg of<br />

dit zijn particuliere meening was,<br />

antwoordde hij dat hij de matste<br />

geheime instructies <strong>van</strong> <strong>het</strong> Witte<br />

Huis weergegeven had.<br />

Het geval <strong>van</strong> een overwinning<br />

<strong>van</strong> de gealliëerden wordt<br />

echter na de catastrophale nederlaag<br />

A:UI de Vereenigde Staten<br />

in den Stillen Oceaan zeer on-<br />

barle waarschiinliik. Daarom voleen on<br />

de groote woorden <strong>van</strong> vroeger<br />

diepgevoelde betuigingen <strong>van</strong> vredelievendheid. Dat<br />

Roosevelt en niet hem zijn meest vertrouwde raadslieden<br />

de deelname aan den oorlog, vooral tegen Japan,<br />

eischten, blijkt uit de volgende uitlatingen, die aan<br />

duidelijkheid niets te wenschen overlaten.<br />

Toen ter versterking <strong>van</strong> de „Atlantische patrouille"<br />

Roosevelt's viooleskaders uit den Stillen Oceaan terug­<br />

Als woorden konden dooden.<br />

gel rokken zouden worden,<br />

verzekerden de commentatoren<br />

Pearson en<br />

Allen den 3en Juni 1941:<br />

„Dit probleem is opgelost.<br />

Hawaiï en de Aleoeten,<br />

J ÖJ ^a/nen mpt de lange-afstandsbombardernentsjdiegtuigen,<br />

die Roosevelt onlangs daarheen<br />

dirigeerde, zijn volkomen<br />

voldoende om Japan in<br />

bedwang te houden, indien<br />

<strong>het</strong> tegen Amerika zou willen<br />

optreden."<br />

In de „United Stafels<br />

News" <strong>van</strong> 8 Augustus<br />

1941, dus tijdens de ontmoeting<br />

tusschen Roosevelt<br />

en Churchill 3rgens<br />

<strong>De</strong> voorzitter <strong>van</strong> de militaire commissie <strong>van</strong> hef huis <strong>van</strong> Afgevaardigden<br />

der Vereenigde Staten. Andres J. M a y . verkl isrdè den<br />

3 <strong>De</strong>cember 1941: „Wij zullen de Japanneezen <strong>van</strong> <strong>het</strong> iand verdrijven<br />

en <strong>van</strong> de zeeën wegjagen."<br />

<strong>De</strong> Japanneezen hebben tegenover de snoeverijen, die geruststellend<br />

o]) <strong>het</strong> Amerikaansche volk moesten werken, beheerscht<br />

gezwegen. Hun antwoord was dan de daad <strong>van</strong> 8 <strong>De</strong>cember 1941.<br />

Op de reede <strong>van</strong> Pearl Harbour ontving de vloot der Vereenigde<br />

Staten dien vreeselijkcn slag, die aan Ja^>an voor den tijd <strong>van</strong> dc<br />

landingsoperaties in den StÏÏleri Oceaan de heerschappij over de zee<br />

verzekerde. Nu klagen de valschè U.S.A.-profeten: „<strong>De</strong> Japanneezen<br />

kunnen landen waar ze willen."<br />

<strong>De</strong>n 2 en<br />

op den Stillen Oceaan,<br />

bevestigde David Lawrence,<br />

dat de Amerikaansche<br />

opmarsch in <strong>het</strong><br />

strijdgebied <strong>van</strong> den billen<br />

Oceaan in vollen gangwas.<br />

Lawrence schreef:<br />

„Groote bedrijvigheid<br />

heerscht op alle Amerikaansche<br />

steunpunten in de'.'Stillen<br />

Oceaan. Reedn sedert<br />

maanden stuurden de Vereenigde<br />

Staten bombardementsvliegtuigen<br />

naar Ha-<br />

Januari namen dc troepen Manila en bezegelden daarmede<br />

<strong>het</strong> lot <strong>van</strong> dc Amerikaansche strijdkrachten op de Philippijnen.<br />

liet luchteskader dat Japan moest verwoesten werd vernietigd.<br />

waïi, naar de Philippijnen,<br />

naar Singapore, N&derlandsch-Indië<br />

en China. <strong>De</strong>ze<br />

vliegtuigen kunnen boven<br />

den oceaan patrouilleren, Japansche<br />

troepen, ja zelfs Japansche steden aanvallen."<br />

Over de rol <strong>van</strong> de vloot der Vereenigde Stalen liet<br />

Roosevelt's marineminister Overste Rnox zich op 1 October<br />

1941 als volgt uit:<br />

„<strong>De</strong> wereld hoopt dat de<br />

macht ter zee, tenminste voor<br />

de volgende honderd jaar, in<br />

handen blijft <strong>van</strong> de beide<br />

groote naties, die thans deze<br />

macht bezitten, nl. de Vereenigde<br />

Staten en Groot-Brit-<br />

<strong>De</strong>n 6en October 1940<br />

schreef Overste F. Palmer<br />

in de „New York Times"':<br />

„Laat ze maar komen. Wij<br />

zullen ze reeds onderweg vernietigen,<br />

of, indien ze zouden<br />

trachten ergens te landen, korte<br />

metten met hen maken."<br />

<strong>De</strong> „New York Times"<br />

schreef den -'Oen Februari<br />

1941:<br />

„<strong>De</strong> Vereenigde Staten beschikken<br />

in den Stillen Oceaan<br />

Knox<br />

over een groote vloot, die aan<br />

de Japanners <strong>het</strong> aan een aanval<br />

op Singapore verbonden groote<br />

risico duidelijk zou moeten maken. Op <strong>het</strong>zelfde oogenblik dat<br />

Japan zou trachten zich <strong>van</strong> Singapore meester te maken, zouden<br />

de Vereenigde Staten een doodelijken slag tegen de financiën,<br />

de industriën en den handel <strong>van</strong> Japan richten."<br />

... . 1 . «ij..<br />

No. 15Ü4 - H.


Admiral Sterling, die ook als deskundige door<br />

<strong>het</strong> parlement gehoord werd, meende zelfs op 15 October<br />

nog <strong>het</strong> volgende te kunnen voorspellen:<br />

„<strong>De</strong> Vereenigde Staten zullen precies 90 dagen noodig hebben<br />

om Japan militair te overwinnen,<br />

Hun oorlogsvloot bevindt zich reeds<br />

praktisch in staat <strong>van</strong> oorlog."<br />

<strong>De</strong>n 9en Maart verklaarde Senator<br />

Bankhead voor de radio:<br />

„<strong>De</strong> Vereenigde Staten staan volkomen<br />

klaar om de geheele Japansche<br />

vloot in den grond te boren, zoodra<br />

Japan ook maar een enkele vijandelijke<br />

daad tegen de Vereenigde Staten<br />

zou ondernemen."<br />

<strong>De</strong> Amerikaansche deskundige<br />

schrijver Majoor F i e 1 d i n g<br />

schreef den 20en October 1941 in<br />

de „New York Herald Tribune":<br />

„Op <strong>het</strong> tegenwoordige tijdstip<br />

zijn de nieuwe Japansche pantserschepen<br />

nog niet gereed om aan den<br />

strijd deel te nemen. Van welken<br />

kant men deze dingen ook beschouwt,<br />

<strong>het</strong> oogenblik is thans bijzonder gunstig<br />

om de Japanners den genadeslag<br />

te geven. <strong>De</strong>ze zijn thans nog volko-<br />

Stirling m en <strong>van</strong> hun bondgenooten afhankelijk,<br />

terwijl de Britsche en Amerikaansche<br />

zeestrijdkrachten -<br />

op <strong>het</strong> hoogtepunt <strong>van</strong> hun macht staan.<br />

Wanneer <strong>het</strong> tot een onherroepelijke beslissing zou moeten<br />

komen, is <strong>het</strong> niet uitgesloten dat de Japannees op grond <strong>van</strong> de<br />

moeilijke positie, waarin hij verkeert, kapituleert."<br />

<strong>De</strong> „United States News" snoefde den 24en October<br />

1941:<br />

„<strong>De</strong> Amerikaansche strijdkrachten op de Philippijnen zijn<br />

voor 100% op den oorlog voorbereid en worden voortdurend<br />

versterkt. <strong>De</strong> vloot in den Stillen Oceaan is gereed om bliksemsnel<br />

te handelen. Er bestaat een nauwe samenwerking met<br />

de Engelsche en Nederlandsche strijdkrachten in den zuidelijken<br />

Stillen Oceaan."<br />

<strong>De</strong>n 12en November schreef Majoor F i e 1 d i 11 g :<br />

„Het uur <strong>van</strong> Japan is gekomen. Japan moet toegeven of<br />

strijden. <strong>De</strong> Britsche vloot is sterk genoeg om groote vlootstrijdkrachten<br />

naar den Stillen en den Atlantischen Oceaan te<br />

sturen. Want men kan nauwelijks aannemen dat Japan weer zal<br />

trachten door praatjes tijd te winnen."<br />

<strong>De</strong>n 24en November 1941 schreef de „NOAV York<br />

Daily News":<br />

„Wij moeten aan de militaire heerschappij <strong>van</strong> Japan den<br />

genadestoot geven. Japan kan binnen de 30 tot 90 dagen verslagen<br />

worden."<br />

<strong>De</strong>n löen October eischte de afgevaardigde Charles<br />

E. F a tl d e s kort <strong>het</strong> volgende:<br />

„<strong>De</strong> Vereenigde Staten moeten aan Japan te kennen geven<br />

dat de Japansche vloot door de Vereenigde Staten vernietigd<br />

zal worden, indien zij in een of andere richting optreedt. Wij<br />

willen niet terugvallen in onzen fout v?n zachthandig njet de<br />

Japanneezen om te gaan."<br />

Gepaard met deze zelfbewustheid ging een grenzen-,<br />

looze onderschatting <strong>van</strong> den tegenstander, vooral wat<br />

zijn lucht wapen betreft. In <strong>het</strong> tijdschrift „Aviation"<br />

schreef Lucien Z a c h a r 0 f f den 28en Augustus 1941:<br />

„<strong>De</strong> vliegtuigindustrie <strong>van</strong> Japan is zeer zwak en de luchtstrijdkrachten<br />

hebben slechts een geringe offensieve kracht.<br />

Het is de vraag of de Japansche<br />

luchtstrijdkrachten toereikend<br />

zijn voor de verdediging <strong>van</strong> de<br />

eigen steden. <strong>De</strong> slagvaardigheid<br />

<strong>van</strong> de Nederlandsche en<br />

de Britsche luchtmacht in den<br />

Stillen Oceaan is verreweg<br />

grooter dan die <strong>van</strong> de Japansche<br />

marine."<br />

<strong>De</strong>n 6en Mei verklaarde<br />

Senator Pepper, die voor<br />

<strong>het</strong> bijzondere spreektrompet<br />

<strong>van</strong> Roosevelt doorgaat,<br />

<strong>het</strong> volgende:<br />

„<strong>De</strong> Vereenigde Staten<br />

Peppei<br />

moesten ook steunpunten in <strong>het</strong><br />

verre Oosten bezetten om de<br />

Japansche vloot op <strong>het</strong> eigen erf<br />

op te sluiten. Slechts enkele piloten in enkele eersteklas Amerikaansche<br />

bombardementsvliegtuigen zouden voldoende zijn<br />

om Tokio tot een puinhoop te maken."<br />

<strong>De</strong>n 25en November 1941 verklaarde deze zelfde<br />

Senator P e p p e r :<br />

„Wij wachten slechts op de geringste beweging <strong>van</strong> Japan,<br />

en wij openen <strong>het</strong> vuur."<br />

Steeds weer wordt geschilderd hoe zich de luchteskaders<br />

der Amerikanen en Britten <strong>van</strong> de steunpunten<br />

in den Stillen Oceaan uit op Japan zouden werpen. Nog<br />

den 18en November 1941 meende de Amerikaansche<br />

journalist H a 11 e t A b e n d in de „Look" te kunnen<br />

voorspellen:<br />

„Amerikaansche vliegtuigen kunnen <strong>van</strong> de Philippijnen<br />

uit Japansche konvooien aanvallen. Vliegtuigen zouden <strong>van</strong><br />

Nederlandsch-Indië uit kunnen voorwaarts stooten en Britsche<br />

vliegtuigen zouden <strong>van</strong> Malakka en Singapore uit <strong>het</strong> Westen<br />

kunnen aanvallen, andere Britsche vliegtuigen zouden <strong>van</strong> uit<br />

Birma Japansche troepen vernietigen."<br />

Zoo wilden de Vereenigde Staten Japan vernietigen.<br />

— Reeds binnen enkele weken volgden op de woorden<br />

de daden:<br />

Vernietigd werden: 7 <strong>van</strong> de grootste slagschepen<br />

<strong>van</strong> de Amerikaansche marine, benevens veel ander<br />

materieel voor Hawaiï. <strong>De</strong> Britsche slagschepen<br />

„Prince of Wales", 35 000 t., en „Repulse",<br />

32000 t., benevens veel andere eenheden.<br />

Verjaagd of vernietigd werden: Amerikaansche of<br />

Britsche troepen op de Philippijnen. uit Hongkong,<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> Malakka-schiereiland (Singapore), uit<br />

Birma, <strong>van</strong> Borneo, Celebes, enz.<br />

<strong>De</strong> overwinningen <strong>van</strong> de mogendheden der spil op<br />

<strong>het</strong> Europeesche vasteland worden in de ruimte <strong>van</strong> den<br />

Stillen Oceaan door Japan herhaald. Daden waren <strong>het</strong><br />

antwoord in den Stillen Oceaan!<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Filken-Verlig, Hamburg


Aanklacht tegen It alm<br />

Esthen, Letten en Litauers weerleggen de leugens <strong>van</strong> Moskou.<br />

Op grond <strong>van</strong> de nieuwe regeling voor den landbouw<br />

in de bezette Oostelijke gebieden, die in Februari 1942<br />

uitgevaardigd werd om de volken der Oostelijke ruimte<br />

een nieuwe toekomst tegemoet te leiden, en waarvoor<br />

<strong>het</strong> Sovjetrussische schrikbewind plaats moest maken,<br />

kregen de door de bolsjewieken tot slaven gemaakte<br />

menschen hun vrijheid, vooral wat betreft de vrije exploitatie<br />

<strong>van</strong> hun landerijen terug. Daarop hebben de<br />

bolsjewieken de leugen over de wereld verspreid dat aan<br />

de boeren in de districten Esthland, Letland en Litauen<br />

hun landerijen ontnomen werden. Dit is een nieuwe<br />

plompe poging om de bloedige sporen uit te wisschen,<br />

die <strong>het</strong> schrikbewind <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewisme ir de vroegere<br />

Baltische staten achtergelaten heeft.<br />

In welke mate de bolsjewieken hier de waarheid verdraaien<br />

wordt duidelijk door de tegenoverstelling <strong>van</strong><br />

twee feiten:<br />

Erste feit: Toen de bolsjewieken in 1940 Esthland,<br />

Letland en Litauen binnengedrongen waren, namen<br />

zij <strong>het</strong> stedelijke en landelijke grondbezit met<br />

inbegrip <strong>van</strong> de woonhuizen in beslag.<br />

Tweede feit: Toen de Duitsche weermacht de bolsjewieken<br />

in 1941 uit de bovengenoemde landen verdreven<br />

had, werd de door de bolsjewieken gelaste<br />

onteigening opgeheven: de voormalige eigenaars<br />

konden weer vrij over hun landerijen en woonhuizen<br />

beschikken.<br />

Wat de bolsjewieken in Esthland, Letland en Litauen<br />

misdreven hadden werd door de Duitschers, zoover dat<br />

mogelijk was, weer goed gemaakt. Dit zijn de feiten, die<br />

buitendien nog door ambtspersonen <strong>van</strong> de betreffende<br />

landen bekrachtigd worden.<br />

<strong>De</strong> verantwoordelijke leiders, die thans aan <strong>het</strong> hoofd<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> autonome bestuur in Riga, Reval en Kaunas<br />

staan, protesteeren ten sterkste tegen de sovjetsche<br />

leugencampagne, die door den Moskouschen jood Lossowsky<br />

bedreven wordt. Het ééne jaar <strong>van</strong> bolsjewistische<br />

heerschappij in de Oostzeestaten is één enkele<br />

bloedige aanklacht tegen de moord- en gruweldaden en<br />

de verwoestingen der bolsjewieken en joden geweest.<br />

<strong>De</strong> president <strong>van</strong> <strong>het</strong> binnenlandsche bestuur en de<br />

personeele afdeeling in <strong>het</strong> district Letland, deLetsche<br />

generaal Dankers, publiceert de volgende verklaring:<br />

„Wie ooggetuige geweest is <strong>van</strong> twee belangrijke gebeurtenissen,<br />

<strong>het</strong> binnenrukken <strong>van</strong> de bolsjewistische<br />

legers op 12 Februari 1941 en <strong>het</strong> binnenrukken <strong>van</strong> de<br />

overwinnende Duitsche weermacht in Juli 1941 heeft <strong>het</strong><br />

volk en zijn ware gevoelens leeren kennen. Toen de<br />

roode tanks den eersten keer over Litauschen bodem en<br />

de rustige straten rolden jubelden hen alleen de joden en<br />

<strong>het</strong> gepeupel toe, omdat deze voelden dat <strong>het</strong> uur gekomen<br />

was om aan hun ontketende instinkten den<br />

vrijen loop te laten. Het Litausche volk echter keerde<br />

zich met afschuw en bange gevoelens af <strong>van</strong> den Aziatischen<br />

triomf. Het bleek later dat deze voorgevoelens<br />

gegrond waren.<br />

Gedurende <strong>het</strong> bolsjewistische bewind heeft <strong>het</strong><br />

Letsche volk ongeveer 50.000 menschen verloren, waar­<br />

onder ongeveer 20.000 vrouwen en bij de 7.300 scholieren<br />

en kleine kinderen.<br />

Het bleek dat de door de bolsjewieken uitgeroepen<br />

„vrijheid voor den mensch" niets anders was dan een<br />

vreeselijke leugen en huichelarij.<br />

<strong>De</strong> arbeiders werden tot slaven zonder eigen wil,<br />

zonder eigen denken gemaakt. Hoe tevreden de Letten<br />

waren met deze regeering <strong>van</strong> „arbeiders en boeren",<br />

toonde ondubbelzinnig de passieve weerstand, de daden<br />

<strong>van</strong> sabotage in de fabrieken en ten slotte de 4429 door<br />

ae bolsjewieken weggesleepte arbeiders. <strong>De</strong> ergste en<br />

vreeselijkste vernederingen had echter de Letsche intelligentie<br />

en de leden <strong>van</strong> <strong>het</strong> Letsche leger te verduren;<br />

deze hebben ook de zwaarste bloedige offers moeten<br />

brengen. <strong>De</strong>ze feiten spreken een nog duidelijker taal<br />

dan de stemmen der Moskousche joden.<br />

Dank zij de vriendelijke en tegemoetkomende houding<br />

<strong>van</strong> de Duitsche autoriteiten is <strong>het</strong> oeconomische<br />

leven weer in normale banen geleid en heeft <strong>het</strong> cultureele<br />

leven weer <strong>het</strong> vóór-bolsjewistische peil bereikt.<br />

Door deze prestatie en dezen opbouw heeft <strong>het</strong> Letsche<br />

volk zijn lot vol vertrouwen in de handen <strong>van</strong> Adolf<br />

nitler gelegd en draagt <strong>het</strong> er <strong>het</strong> zijne bij tot de vorming<br />

<strong>van</strong> een nieuw Europa. Letsche mannen en jeugdigen<br />

strijden vrijwillig en vol geestdrift aan <strong>het</strong> Oostelijk<br />

front aan de zijde der Duitsche weermacht en der<br />

andere volken <strong>van</strong> Europa. Vrijwillig en in grooten getale<br />

melden zij zich aan voor den arbeidsdienst om voor<br />

zich en <strong>het</strong> Letsche volk een gelukkige toekomst op te<br />

bouwen." (w. get.) Generaal Dankers.<br />

<strong>De</strong> eerste voorzitter <strong>van</strong> <strong>het</strong> Esthnische autonome<br />

bestuur, dr. M a e , vertelt <strong>het</strong> volgende:<br />

„Onze geheele geschiedenis is vol <strong>van</strong> Russische<br />

overvallen. Bijna alle twintig jaar moesten wij een Russische<br />

invasie doormaken, die ons land teisterde en ons<br />

volk vernietigen wilde. Steeds echter zijn wij weder opgestaan.<br />

Zoo hebben de sovjets 24 jaren geleden in<br />

Esthland gemarteld en gemoord. Slechts onder medewerking<br />

<strong>van</strong> alle volkskrachten konden zij uit <strong>het</strong> land<br />

verdreven worden. Verleden jaar hebben zij weer duizenden<br />

menschen vermoord en onder groote pijnigingen<br />

gedood, in hechtenis genomen en weggesleept.<br />

Nu publiceert <strong>het</strong> bolsjewistische telegraafagentschap<br />

de „Tass" een verklaring voor de wereldpers, dat de<br />

Baltische volken door Duitschland onderdrukt worden.<br />

Ik als spreker <strong>van</strong> <strong>het</strong> Esthlandsche volk heb als antwoord<br />

op deze verklaring niets te zeggen, want ons volk<br />

heeft zelf geantwoord:<br />

door vrijwilligen en verbitterden strijd tegen <strong>het</strong><br />

bolsjewistische Rusland.<br />

In <strong>het</strong> geheel werden 60.800 Esthlanders door de<br />

bolsjewieken weggesleept. <strong>De</strong> Esthische steden hebben<br />

tot bij de 32% hun ingezetenen verloren. 6172 gebouwen<br />

werden vernield en alle groote industriëele bedrijven gedeeltelijk<br />

of geheel vernietigd. <strong>De</strong> landbouw verloor<br />

25% von alle paarden, 31% <strong>van</strong> <strong>het</strong> rundvee, 29% der<br />

1514 — H.


varkens en 40% der schapen. 70% <strong>van</strong> <strong>het</strong> spoorwegmaterieel<br />

ging verloren. Het Esthlandsche volk liep gevaar<br />

geheel en al vernietigd te worden, toen te elfder<br />

ure de Duitsche weermacht door den wil <strong>van</strong> den Führer<br />

de redding bracht.<br />

Met uitgelaten vreugde werden de Duitsche soldaten<br />

als bevrijders begroet. 12.600 vrijwillige Esthlanders<br />

staan aan <strong>het</strong> Oostelijke front in de gelederen der<br />

Duitsche weermacht in den strijd tegen <strong>het</strong> bolsjewisme.<br />

Dagelijks melden zich nieuwe vrijwilligers aan om aan<br />

den verbitterden strijd deel te nemen. Het Esthlandsche<br />

volk heeft zich ingespannen. Het heeft, ofschoon <strong>het</strong><br />

land verwoest werd en <strong>het</strong> bolsjewisme een onnoembaar<br />

aantal menschen en waarden vernietigd heeft, voor de<br />

door <strong>het</strong> bolsjewisme geteisterden een bedrag <strong>van</strong><br />

Rmk. 2,50 per hoofd der bevolking door vrijwillige bijdragen<br />

opgebracht. Tot een dergelijke daad is zeker<br />

geen enkele democratische staat in den loop der geschiedenis<br />

in staat geweest. Het volk heeft, om <strong>het</strong> front in<br />

den strijd te helpen, vrijwillig geweldige hoeveelheden<br />

winterkleeding geschonken. Dat is voor de oogen der<br />

wereld <strong>het</strong> antwoord <strong>van</strong> <strong>het</strong> Esthlandsche volk op <strong>het</strong><br />

bolsjewistische schrikbewind." (w. get.) Dr. Mae.<br />

<strong>De</strong> Litausche generaal Kubiliunas<br />

verklaarde:<br />

„<strong>De</strong> bolsjewieken hebben de boeren <strong>het</strong> land, dat zij<br />

sedert eeuwige tijden bewerkten, ontnomen; zij hebben<br />

de Litausche huisbezitters onteigend, uit hun woningen<br />

gedreven en in vele gevallen joden erin gezet. — Het<br />

Duitsche bestuur heeft aan de boeren hun hoeven en aan<br />

de stedelingen hun woningen teruggegeven en gaat nu<br />

over tot <strong>het</strong> herstel <strong>van</strong> den door de bolsjewieken opgeheven<br />

particulieren eigendom.<br />

<strong>De</strong> bolsjewieken legden de boeren ondragelijke belastingen<br />

in natura op om ze op deze wijze te ruïneeren<br />

en in de Kolchose te drijven. — Het Duitsche bestuur<br />

behartigt niettegenstaande den oorlog en <strong>het</strong> oorlogsrecht<br />

de belangen der boeren en staat hun, die door <strong>het</strong><br />

bolsjewisme bijzonder zware schade geleden hebben alle<br />

mogelijke tegemoetkomingen toe. —<br />

<strong>De</strong> bolsjewieken hebben 12.000 volkomen onschuldige<br />

Litauers wegens hun volksche of vroegere antikommunistische<br />

gezindheid naar Siberië verbannen. Bij de<br />

Duitschers zijn zelfs nu alle vroegere bolsjewistische<br />

functionarissen, alleen tegen de belofte dat zij zich <strong>van</strong><br />

alle politieke bedrijvigheid zullen onthouden, vrijgelaten;<br />

zij worden noch vervolgd noch weggesleept.<br />

<strong>De</strong> zoogenaamde kulutureele bedrijvigheid der bolsjewieken<br />

was niets anders dan een werktuig hunner<br />

propaganda en was direct tegen <strong>het</strong> Litausche volk gericht.<br />

— Het Duitsche bestuur is zelfs onder de tegenwoordige<br />

oorlogsomstandigheden zeer tolerant tegenover<br />

de kultureele bedrijvigheid der Litauers.<br />

Het Litausche volk kan en heeft <strong>het</strong> bolsjewisme niet<br />

vergeten. <strong>De</strong> vreeselijke periode der bolsjewistische<br />

heerschappij en <strong>het</strong> bolsjewisme zonder masker in <strong>het</strong><br />

bijzonder wordt aan de kaak gesteld door een te Kaunas<br />

geopende tentoonstelling „<strong>De</strong> roode terrour", die een<br />

gruwelijke en duurzame aanklacht tegen de bolsjewistische<br />

heerschappij in Litauen is."<br />

(w. get.) Generaal Kubiliunas.<br />

*<br />

Er bestaat in Riga een groot kantoorgebouw, waar<br />

de menschen tot 1 Juli 1941 haastig en schuw voorbijlie<br />

pen. Het was de Gepeoe-centrale te Riga, die met haar<br />

over de 600 kantoorlokalen en de particuliere ge<strong>van</strong>genis<br />

met de folterkamer een beeld <strong>van</strong> de onbeschrijfelijke<br />

ellende en <strong>het</strong> onbeschrijfelijke ongeluk was, die met<br />

den bolsjewistischen overval op Letland en in <strong>het</strong> bijzonder<br />

Riga gekomen waren.<br />

Een wandeling door de ruimten toont dat de vlucht<br />

<strong>van</strong> de tsjekisten wel is waar voorbereid, maar toch ook<br />

zeer haastig geweest moet zijn. In ééne kamer was de<br />

tijd voor <strong>het</strong> wegtransporteeren <strong>van</strong> <strong>het</strong> reikelijke materiaal<br />

blijkbaar niet voldoende geweest. Hier lagen nog<br />

hoopen platen, particuliere foto's, foto-albums en boekwerken.<br />

Foto's <strong>van</strong> de leden <strong>van</strong> gezelschappen en vereenigingen<br />

met een nationaal karakter, <strong>van</strong> vakvereenigingen<br />

<strong>van</strong> handwerkslieden, <strong>van</strong> studentenkorpsen: dat<br />

was alles waardevol materiaal voor de geheime Gepeoe<br />

agenten, die in elk fatsoenlijk raensch een vijand zagen,<br />

dien zij meedoogenloos lieten verdwijnen. Er ligt ook<br />

een almanak over persoonlijkheden der maatschappij en<br />

kunst en <strong>het</strong> openbare leven. <strong>De</strong> titel luidt: „Ik ken<br />

U". Het grootste gedeelte dezer mannen leeft niet meer<br />

of is weggesleept en nergens te vinden. Dit huis was de<br />

strafplaats voor de ongelukkige slachtoffers, wier eenig^<br />

, misdaad hun nationaliteit was.<br />

Op de binnenplaats <strong>van</strong> <strong>het</strong> gebouw is tegen een <strong>van</strong><br />

j de vier gevels een op een garage lijkend vertrek inge-<br />

1<br />

richt waar<strong>van</strong> de deuren <strong>van</strong> ijzeren banden voorzien<br />

zijn. Uit de bloedplassen is op te maken tot welk vreese-<br />

; lijk doel deze garage moest dienen. Men kan ze gevoeglijk<br />

slachthuis noemen. <strong>De</strong> vloer is met tegels bekleed en<br />

langs de wanden loopt een gecementeerde afvoergoot.<br />

Door dubbele wanden <strong>van</strong> hout, waar achter een 40 cM<br />

dikke isoleering, gevoerde dubbele deuren en een zoldering<br />

<strong>van</strong> zware isoleerende platen beletten <strong>het</strong> naar<br />

buiten dringen <strong>van</strong> geluiden. Op den vloer ligt een lange<br />

plank met eronder gespijkerde latten. Voor welk doel<br />

deze diende werd ons duidelijk toen wij er ons rillend op<br />

redden om niet in den vastgetreden bloedbrij <strong>van</strong> de<br />

laatste tsjekaslachtoffers te moeten stappen. Het is gruwelijk,<br />

zelfs de zoldering is met bloed bespat, ofschoon<br />

<strong>het</strong> vertrek ongeveer 3 M hoog is.<br />

Op een binnenplaats <strong>van</strong> deze centrale ge<strong>van</strong>genis<br />

; werden hoopen lijken met de gruwelijkste verminkingen<br />

. gevonden. <strong>De</strong> moordenaars konden zich nog eens ii^<br />

veiligheid brengen. Op 29 Juni 1941 zijn zij uit Riga<br />

! gevlucht. 4000 Menschen hebben ze weggesleept waar-<br />

I <strong>van</strong> naamlijsten opgemaakt zijn. Maar een keer zullen<br />

j ook zij door den arm der gerechtigheid getroffen worden.<br />

1<br />

<strong>De</strong> weermacht <strong>van</strong> Duitschland marscheert totdat deze<br />

bolsjewieken-pest uitgeroeid is.<br />

<strong>De</strong>ze en andere vlugschriften te verspreiding <strong>van</strong> de waarheid zijn gratis verkrijgbaar bij den uitgever.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Fallteo-Verlag. Hamburg<br />

Chr.


<strong>De</strong> man met twee aangezichten<br />

In 1935 zette de president der U.S.A., Franklin <strong>De</strong>lano<br />

Roosevelt <strong>het</strong> door dat een neutraliteitswet aangenomen<br />

werd, die ten doel moest hebben de U.S.A. uit alle conflicten,<br />

vooral de Europeesche te houden. <strong>De</strong>ze 'wet<br />

bevatte de volgende hoofdpunten:<br />

1. Schepen der U.S.A. mogen personen noch lading<br />

naar een land brengen, dat zich in oorlog bevindt.<br />

'2. Geen schip en geen burger der U.S.A. mag zich<br />

naar een oorlogsgebied begeven.<br />

3. Schepen der U.S.A., die met een buitenlandschen<br />

staat handelsverkeer onderhouden, mogen niet<br />

bewapend zijn.<br />

Met de aanneming <strong>van</strong> deze wet betuigde <strong>het</strong> Amerikaansche<br />

Congres en daarmede <strong>het</strong> Amerikaansche volk<br />

den vasten wil om alles te vermijden wat de U.S.A. in<br />

gevaar zou kunnen brengen in een oorlog te geraken. Bij<br />

de afkondiging <strong>van</strong> deze wet verklaarde President Roosevelt:<br />

„Het is de wil <strong>van</strong> Amerika om niets te doen<br />

wat conflicten zou kunnen veroorzaken of<br />

Amerika in conflicten zou kunnen verwikkelen."<br />

Reeds toenmaals beweerden Amerikaansche bladen dat<br />

President Roosevelt de neutraliteitswet alleen daarom<br />

ingediend had om een meerderheid voor zijn oeconomische<br />

politiek, die hij onder den naam „New <strong>De</strong>al" propageerde,<br />

te verkrijgen.<br />

1936. Roosevelt verklaart: „Wij kunnen niet begrijpen<br />

hoe een neutrale door directe leveringen aan oorlogvoerenden<br />

systematisch den oorlogsbrand kan aanstoken.<br />

Het is mijn taak om elke gepaste maatregel te nemen om<br />

te vermijden dat wij in een oorlog verwikkeld worden."<br />

Roosevelt's experiment met zijn oeconomisch plan de<br />

„New <strong>De</strong>al" was volkomen mislukt Om te vermijden dat<br />

hij verantwoording af moest leggen trachtte hij de aandacht<br />

af te leiden door vervalschte documenten die Duitschland<br />

moesten belasten. Toen Roosevelt de bovenstaande verklaringen<br />

aflegde hadden de' gezanten der U.S.A.,<br />

Bullitt c. s. feitelijk reeds de geheime order <strong>van</strong> Roosevelt<br />

in den zak om<br />

de oorlogsophitsers <strong>van</strong> Engeland en Frankrijk<br />

en <strong>van</strong> andere Europeesche landen in hun<br />

houding tegen een minnelijke schikking met<br />

Duitschland te sterken.<br />

1938. <strong>De</strong> eerste zichtbare uitdrukking vond deze<br />

oorlogspolitiek in de Nieuwjaarsboodschap die een moreele<br />

oorlogsverklaring aan de mogendheden <strong>van</strong> de spil inhield:<br />

,,<strong>De</strong> wereldvrede wordt <strong>het</strong> meest bedreigd door<br />

die landen, waar de democratie over boord<br />

gegooid werd of nooit tot ontwikkeling<br />

kwam."<br />

28 Juni 1938. Roosevelt verklaart: „Als opperbevelhebber<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> leger en de vloot der U.S.A. heb ik de<br />

op de grondwet berustende plicht <strong>het</strong> Congres mede te<br />

deelen dat onze nationale verdediging tegenover de toenemende<br />

bewapening <strong>van</strong> andere volken ontoereikend is<br />

en dringend versterking vereischt."<br />

November 1938. Adolf Hitler had met den toenmaligen<br />

Minister-President Chamberlain te München een<br />

vredesovereenkomst gesloten. Dat was tegen den oorlogswil<br />

<strong>van</strong> Roosevelt. Zijn antwoord op deze verhandeling<br />

luidde namelijk: Vrede is onmogelijk wanneer de heer­<br />

<strong>De</strong> geschiedenis <strong>van</strong> een woord<strong>breuk</strong>.<br />

schappij der wet ver<strong>van</strong>gen wordt door de toepassing <strong>van</strong><br />

zuiver geweld. Vrede is onmogelijk wanneer de nationale<br />

politiek de oorlogvoering als werktuig gebruikt."<br />

Dat zei dezelfde man, die twee jaren vroeger plechtig<br />

beloofd had zich niet in Europeesche aangelegenheden te<br />

Zullen mengen.<br />

Januari 1939. Roosevelt verklaart: „Wanneer wij er<br />

zorgvuldig naar streven onze neutraliteit op een wettelijke<br />

basis te stellen, dan heeft deze neutraliteit een ongelijkmatige<br />

en onrechtvaardige uitwerking; zij helpt den aanvaller<br />

en laat <strong>het</strong> aangevallen slachtoffer in den steek."<br />

Korten tijd daarna begonnen de leveringen <strong>van</strong> vliegmachines<br />

aan Frankrijk.<br />

14 April 1939. Op dezen dag richtte Roosevelt een<br />

boodschap aan den Führer en den Duce. Zij bevatte den<br />

dringenden eisch aan <strong>het</strong> adres <strong>van</strong> <strong>het</strong> Rijk om met alle<br />

mogelijke staten nietaanvals-pacten af te sluiten en<br />

beteekende een poging om Duitschland bij voorbaat<br />

aanvalsbedoelingen naar alle kanten in de schoenen te<br />

schuiven. Adolf Hitler heeft Roosevelt in den Rijksdag<br />

o. a. <strong>het</strong> volgende geantwoord:<br />

„Het is een ondragelijke verzwaring <strong>van</strong> de oeconomische<br />

betrekkingen om over andere volken en<br />

landen een boycotcampagne te ontketenen en<br />

deze daardoor <strong>van</strong> de markten uit te sluiten. Ik<br />

geloof, Mijnheer Roosevelt, det <strong>het</strong> een groote<br />

verdienste zou zijn, als U vooreerst vooral in<br />

de U.S.A. deze beletselen <strong>van</strong> een werkelijk vrij<br />

handelsverkeer zoudt opheffen."<br />

Begin September 1939 brak de oorlog uit. Polen had<br />

<strong>van</strong> Engeland een garantietoezegging gekregen. Gesterkt<br />

door deze toezegging weigerde <strong>het</strong> Adolf Hitler's vredesaanbod<br />

aan te nemen en deed een inval in <strong>het</strong> Duitsche<br />

Rijksgebied. <strong>De</strong> oorlogsverklaringen <strong>van</strong> Engeland en<br />

Frankrijk aan Duitschland volgden. Achter beide landen<br />

echter stond Roosevelt als opstoker <strong>van</strong> den oorlogsbrand.<br />

4 November 1939. Roosevelt, die in 1936 verklaarde<br />

dat hij niet kon begrijpen hoe een neutrale de oorlogsvlam<br />

door directe leveringen aan een oorlogvoerende zou kunnen<br />

aanwakkeren, laat de neutraliteitswet wijzigen. Engeland<br />

zou goederen op eigen schepen naar <strong>het</strong> oorlogsgebied<br />

kunnen halen, waar<strong>van</strong> <strong>het</strong> bevaren door Amerikaansche<br />

schepen op verlangen <strong>van</strong> <strong>het</strong> Congres nog verboden bleef.<br />

Januari 1940. Roosevelt durft nog niet verklaren:<br />

„<strong>De</strong>ze oorlog is onze oorlog, wij doen in elk geval mee."<br />

Hij staat kort voor de derde verkiezing. Daarom camoufleert<br />

hij zijn ware gedachten voorzichtig door de volgende<br />

verklaring: „Er bestaat een groot verschil tusschen buiten<br />

een oorlog blijven en de bewering dat een oorlog ons niets<br />

aangaat."<br />

24 October 1940. Tien dagen voor de verkiezing verklaart<br />

Roosevelt in een verkiezingsrede:<br />

„Eiken dag <strong>van</strong> mijn leven zal ik voor den vrede<br />

werken. Ik geef U de plechtige verzekering<br />

dat er geen geheime verdragen, geheime verplichtingen<br />

of overeenkomsten <strong>van</strong> geheim<br />

karakter met eenige natie of partij of eenig<br />

gedeelte <strong>van</strong> de wereld bestaan om dit land<br />

in een oorlog te betrekken."<br />

2 November 1940. <strong>De</strong> hem toejubelende menigte<br />

roept Roosevelt <strong>van</strong> af <strong>het</strong> platform <strong>van</strong> zijn trein in<br />

1524—H


Rochester toe: „Uw president legt er nog eens den<br />

nadruk op dat dit land niet aan den oorlog zal<br />

deelnemen."<br />

7 November 1940. Roosevelt wordt op grond <strong>van</strong> zijn<br />

vredesbetoogen voor de derde maal tot president, <strong>van</strong> de<br />

U.S.A. gekozen. Nu onthult hij zijn waar aangezicht.<br />

12 November 1940. Roosevelt deelt mede dat 45%<br />

<strong>van</strong> de Amerikaansche wapenproductie naar Engeland verkocht<br />

worden.— <strong>De</strong> Engelschen konden echter niet betalen.<br />

17 November 1940. Op dezen dag verneemt de<br />

wereld dat de belastingbetalers der U.S.A. voor de kosten<br />

<strong>van</strong> de aan Engeland te leveren wapenproductie moeten<br />

opkomen. <strong>De</strong> pacht- en leenwet wordt ingediend. Reeds<br />

op 2 September 1940 was met Engeland een zuivere<br />

oorlogszaak afgesloten: Aan Engeland werden 50 oude<br />

torpedobootjagers geleverd, waarvoor Engeland acht <strong>van</strong><br />

de voornaamste Engelsche steunpunten op <strong>het</strong> westelijk<br />

halfrond aan de U.S.A. moest afstaan.<br />

7 Juli 1941. <strong>De</strong>zen dagwerd IJsland door Amerikaansche<br />

troepen bezet. <strong>De</strong>n volgenden dag verklaarde Roosevelt in<br />

een boodschap aan <strong>het</strong> Congres: ,,<strong>De</strong> U.S.A.-strijdkrachten<br />

moeten de Engelsche op <strong>het</strong> eiland ver<strong>van</strong>gen."<br />

Dat was een leugen. Twee dagen later verklaarde<br />

namelijk Churchill in <strong>het</strong> Lagerhuis: „<strong>De</strong> Engelsche<br />

troepen blijven op IJsland."<br />

Roosevelt wilde met geweld een conflict met Duitschland<br />

uitlokken: <strong>het</strong> eiland was een Britsch steunpunt en<br />

lag buitendien in <strong>het</strong> Duitsche operatiegebied. Praktisch<br />

beteekende dus <strong>het</strong> sturen <strong>van</strong> Amerikaansche troepen<br />

naar dit eiland de deelname <strong>van</strong> de U.S.A. aan den oorlog<br />

tegen Duitschland.<br />

<strong>De</strong> commentator Al sop, die met Roosevelt bevriend<br />

is, berichtte op 6 Juli 1941:<br />

„<strong>De</strong> President hoopt nog altijd door patrouilles<br />

<strong>van</strong> de Amerikaansche vloot Duitschland tot<br />

<strong>het</strong> eerste schot te provoceeren;<br />

de President gevoelt dat de volksmeening nog niet eendrachtig<br />

voor de deelname aan den oorlog is, dat hij zijn<br />

beloften niet kan verloochenen en zonder bevraging <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> Parlement geen oorlogsdaad mag ondernemen. <strong>De</strong><br />

eenige uitweg uit dit dilemma is dus een incident met<br />

Duitschland."<br />

Het dagblad „Chicago Daily Tribune" schreef op 5 November<br />

1941 in een uitgebreid artikel: „Eerst had Roose­<br />

velt <strong>het</strong> Amerikaansche volk de belofte gegeven dat zijn<br />

soldaten niet in vreemde oorlogen gestuurd zouden<br />

worden. Dan maakte hij bekend dat zij reeds op IJsland<br />

waren. Bij Roosevelt betreft <strong>het</strong> twee menschen onder één<br />

hoed, een man met twee aangezichten, die elke maand een<br />

plechtige belofte aflegt, om spoedig daarop een woord<strong>breuk</strong><br />

te begaan."<br />

Daar Duitschland de grootste terughouding in acht<br />

nam en geen aanleiding tot <strong>het</strong> door Roosevelt gewenschte<br />

conflict gaf, trachtte Roosevelt <strong>het</strong> Amerikaansche volk op<br />

een andere manier in den oorlog te betrekken.<br />

Op 26 November 1941 stuurde hij aan Japan een nota,<br />

die op 3 Februari 1942 door <strong>het</strong> blad „New York Sun" als<br />

de eigenlijke oorzaak <strong>van</strong> <strong>het</strong> uitbreken <strong>van</strong> den oorlog<br />

beschouwd werd. Roosevelt wordt er <strong>van</strong> beschuldigt de<br />

Vereenigde Staten door den aanmatigenden toon <strong>van</strong> deze<br />

voor <strong>het</strong> Amerikaansche volk geheim gehouden nota in<br />

den oprlog gesleurd te hebben. Japan was door deze nota<br />

bepaald geprovoceerd. Ieder kenner <strong>van</strong> oostaziatische<br />

toestanden had zich moeten zeggen dat de eisch <strong>van</strong><br />

Roosevelt, de onmiddelijke terugtocht <strong>van</strong> Japan<br />

uit China en de erkenning <strong>van</strong> de Tsjoenkingregeering<br />

de Japanners tot <strong>het</strong> uiterste moest<br />

drijven.<br />

Als bijzonder opmerkelijk constateert <strong>het</strong> blad „New<br />

York Sun" aan <strong>het</strong> slot <strong>van</strong> <strong>het</strong> artikel:<br />

„Het is een feit dat de Vereenigde Staten in den<br />

oorlog betrokken werden zonder dat de leiders<br />

der beide partijen <strong>van</strong> <strong>het</strong> Congres of <strong>het</strong><br />

Amerikaansche volk den inhoud <strong>van</strong> de beslissende<br />

nota aan Japan <strong>van</strong> 25 November<br />

kenden. Zij werden pas elf dagen later ingelicht,<br />

nadat de oorlog uitgebroken was."<br />

<strong>De</strong> houding <strong>van</strong> den president der U.S.A., waaraan wij<br />

bovenstaand slechts een paar voorbeelden lieten spreken,<br />

strekt zich uit over een bestek <strong>van</strong> 6 jaren. Latere geslachten<br />

zullen Roosevelt's woord<strong>breuk</strong>en en ophitsende<br />

handelingen als hoofdoorzaken <strong>van</strong> den tweeden wereldoorlog<br />

kenmerken. Thans is <strong>het</strong> in elk geval reeds bewezen<br />

dat de Engelsche en Fransche oorlogsophitsers den Europeeschen<br />

brand in 1939 nooit ontstoken zouden hebben,<br />

als zij er niet door de afgezanten <strong>van</strong> Roosevelt over waren<br />

ingelicht geweest dat deze besloten was om de neutraliteitspolitiek<br />

op te geven en <strong>het</strong> Amerikaansche volk in den<br />

oorlog te sleuren.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Falken "Verlag, Hamburg<br />

Br. 6. Co.


<strong>De</strong> geheimen <strong>van</strong> Admiraal Sims<br />

Op 21 September 1919<br />

publiceerde de Amerikaansche<br />

admiraal W. S. Sims<br />

in <strong>het</strong> tijdschrift „The Atlanta<br />

Constitution" een opzienbarend<br />

artikel, dat mededeelingen<br />

omtrent den<br />

door Duitschland gevoerden<br />

duikbootenoorlog bevatte.<br />

<strong>De</strong>ze had men gedurende<br />

den eersten wereldoorlog<br />

zorgvuldig voor <strong>het</strong> publiek<br />

geheim gehouden. <strong>De</strong>ze<br />

onthullingen zijn, nu Engeland<br />

door zijn oorlogsver­<br />

Admiraal W. S. Sims klaring aan Duitschland den<br />

tweeden wereldoorlog ontketende,<br />

<strong>van</strong> groote beteekenis, omdat <strong>het</strong> vergelijken<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> toen met <strong>het</strong> heden de mogelijkheid biedt om<br />

de oorlogsgebeurtenissen beter te beoordeelen.<br />

raal Sims schrift:<br />

Admi­<br />

„Tegen <strong>het</strong> einde der maand Maart <strong>van</strong> <strong>het</strong> jaar 1917,<br />

dus korten tijd voor de oorlogsverklaring <strong>van</strong> de Vereenigde<br />

Staten aan Duitschland, toen ik te New York<br />

als leider der Academie der Oorlogsmarine gestationeerd<br />

was, kreeg ik <strong>het</strong> geheime bevel om terstond in stilte<br />

naar Engeland te vertrekken en mij in verbinding met<br />

de Engelsche Admiraliteit te stellen. Het doel was om<br />

snel en doelmatig onze samenwerking met Engeland in<br />

den oorlog ter zee te verzekeren. Om mijn reis geheim<br />

te houden vertrok ik onder den aangenomen naam S. W.<br />

Davidson op een koopvaardijstoomboot. Twee dagen<br />

voor mijn landing in Engeland was President Wilson<br />

reeds in <strong>het</strong> Congres verschenen en eischte de afkondiging<br />

<strong>van</strong> den staat <strong>van</strong> oorlog met Duitschland. Admiraal<br />

Hope ontving mij te Liverpool en wij reisden onmiddelijk<br />

met een extra-trein der Britsche Admiraliteit<br />

naar Londen.<br />

<strong>De</strong> Engelsche couranten brachten doorgaans hoopvolle<br />

berichten over <strong>het</strong> afweren <strong>van</strong> den Duitschen<br />

duikbootenoorlog. <strong>De</strong>ze opmonterende beschouwingen<br />

gingen vergezeld <strong>van</strong> wekelijksche statistieken over de<br />

Duitsche verliezen aan duikbooten. <strong>De</strong> Admiraliteit<br />

publiceerde staten volgens welke wekelijks talrijke<br />

schepen de Engelsche havens binnenliepen en verlieten.<br />

Op deze manier vernam ik ook dat Groot-Brittannië in<br />

de week <strong>van</strong> mijn aankomst slechts 17 schepen <strong>van</strong> meer<br />

dan 1600 t. en twee schepen <strong>van</strong> mindere grootte verloren<br />

zou hebben. Voorts zouden 2400 schepen in Britsche<br />

havens aangekomen en 2367 schepen <strong>van</strong> daar vertrokken<br />

zijn.<br />

<strong>De</strong> couranten der geheele wereld maakten uit deze<br />

cijfers de gunstigste gevolgtrekkingen op. Slagregels<br />

als „Improvement continues" (<strong>De</strong> toestand wordt steeds<br />

beter) en opmonterende toespraken <strong>van</strong> zekere Britsche<br />

staatslieden droegen er toe bij om de bezorgdheden <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> publiek te verstrooien.<br />

Al de mij bekend geworden fundamenteele feiten<br />

lieten <strong>het</strong> mij als uitgesloten voorkomen dat Duitschland<br />

den oorlog zou kunnen winnen. Nauwelijks was ik echter<br />

enkele dagen in London geweest, of mijn meening<br />

werd grondig overhoop gegooid. Op de Britsche Admiraliteit<br />

toonde men mij berichten en cijfers, die angstig<br />

voor <strong>het</strong> publiek geheim gehouden werden.<br />

<strong>De</strong>ze documenten onthulden <strong>het</strong> ontzettende feit dat<br />

Duitschland op den besten weg was om den oorlog niet<br />

alleen te winnen, marr zelfs zoo snel te winnen dat <strong>het</strong><br />

Britsche wereldrijk zich over hoogstens vier of vijf maanden<br />

zou moeten overgeven.<br />

Toen ik den Engelschen admiral J e 11 i c o e opzocht,<br />

trok deze een papier uit de lade. Het was een<br />

staat <strong>van</strong> de scheepsverliezen der laatste maanden. <strong>De</strong>ze<br />

verliezen waren drie- tot viermaal zoo groot als de in de<br />

Engelsche pers opgegeven gezamenlijke verliezen. Ik<br />

was volkomen ontsteld, want ik had mij de situatie op<br />

verre na niet zoo verschrikkelijk voorgesteld. Jellicoe<br />

vertelde mij dan:<br />

„Het is voor ons onmogelijk om den oorlog te winnen,<br />

wanneer de verliezen op deze manier doorgaan."<br />

„Alles wat wij kunnen doen is dat wij onze afweermiddelen<br />

tegen den duikbootenoorlog op elke denkbare<br />

wijze versterken. Maar de positie is toch al buitengewoon<br />

ernstig en wij zullen alle hulp noodig hebben, die<br />

wij maar kunnen krijgen." Op mijn vraag, of dan de<br />

Duitschers op weg waren den oorlog te winnen, antwoordde<br />

hij:<br />

„Ja, zij zullen hem winnen, indien wij niet in staat zullen<br />

zijn, deze verliezen te voorkomen, en wel spoedig te<br />

voorkomen."<br />

Nu zag ik dat alle vermeldingen omtrent doelloosheid<br />

<strong>van</strong> den Duitschen duikbootenoorlog volkomen onjuist<br />

waren. Sedert <strong>het</strong> begin <strong>van</strong> den oorlog waren met zekerheid<br />

slechts 54 Duitsche duikbooten vernietigd en<br />

Admiraal Jellicoe vertelde mij nu dat de scheepswerven<br />

er wekelijks drie nieuwe bouwden.<br />

Feitelijk was èn de verzorging <strong>van</strong> èn de verbinding<br />

met de strijdkrachten aan alle fronten ernstig bedreigd.<br />

<strong>De</strong> duikbooten stekten hun operaties steeds verder in<br />

den Atlantischen Oceaan uit. <strong>De</strong> situatie was vertwijfeld<br />

en Admiraal Jellicoe was de overtuiging toegedaan dat<br />

<strong>het</strong> alleen nog maar erger kon worden. <strong>De</strong> beste Britsche<br />

vaklieden berekenden <strong>het</strong> tijdstip waarop de Engelsche<br />

weerstand gebroken zou zijn op ongeveer 1 November<br />

1917.<br />

Het was toen de tijd dat de Amerikaansche pers onophoudelijk<br />

naar Edison en andere groote uitvinders riep,<br />

dat zij helpend moesten ingrijpen. Een speciale afdeeling<br />

<strong>van</strong> de Britsche Admiraliteit onder leiding <strong>van</strong> Admiraal<br />

Fisher had de taak om deze uitvindingen op hun<br />

bruikbaarheid te onderzoeken. <strong>De</strong> Engelsche officieren<br />

stonden geenszins vijandig tegenover deze projecten. Ze<br />

verklaarden echter eenvoudig dat <strong>het</strong> belachelijk was<br />

om in den strijd tegen de Duitsche duikbooten op deze<br />

hulp te vertrouwen.<br />

Ik onderhield mij over den toestand met de leden <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> Engelsche Kabinet, de heeren Balfour, Lord Robert<br />

Cecil en Sir Edward Carson. Hun houding tegenover<br />

1534 — H.


mij was geheel anders dan tegenover <strong>het</strong> publiek. Wat<br />

voor een duister oogenblik in de geschiedenis <strong>van</strong> de gemeenzame<br />

zaak! <strong>De</strong> Heer Balfour vertelde mij dan later:<br />

„Toen ik mijn reis naar Amerika ondernam plaagde mij<br />

onophoudelijk de gedachte aan den duikbootenoorlog. Ik kon<br />

aan niets anders denken dan aan <strong>het</strong> aantal in den grond geboorde<br />

schepen. <strong>De</strong>n geheelen tijd scheen <strong>het</strong> mij toe dat wij<br />

den oorlog zeker moesten verliezen."<br />

Gedurende een onderhoud met den Koning sprak<br />

hij precies zoo openhartig tegenover mij als tegenover<br />

Jellicoe en de andere leden <strong>van</strong> de Britsche Admiraliteit.<br />

Het onheil moest voorkomen worden, of de Geallieerden<br />

zouden den oorlog nooit kunnen winnen.<br />

Zoover Admiraal Sims. —<br />

*<br />

Na deze uitlatingen <strong>van</strong> Admiraal Sims moet men<br />

zich afvragen, hoe <strong>het</strong> kwam dat <strong>het</strong> verderf <strong>van</strong> Engeland<br />

toen kon worden voorkomen. Het antwoord <strong>van</strong><br />

den geschiedenisschrijver is verbazingwekkend. Niet<br />

door militaire maatregelen lukte <strong>het</strong> om <strong>het</strong> gevaarlijke<br />

Duitsche duikbootenwapen met lamheid te slaan, maar<br />

met een middel dat de Engelschen zelf kensc<strong>het</strong>send<br />

voor hun manier <strong>van</strong> denken den „oorlog der gouden<br />

kogels" noemden. Steekpenningen stroomden over neutrale<br />

landen naar Duitschland en hiermede werden verraders<br />

gedongen, die voor hun judasloon met berichten<br />

over de beweerde succesloosheid <strong>van</strong> den Duitschen<br />

duikbootenoorlog dit zoo gevaarlijke wapen lam sloegen.<br />

Ja, <strong>het</strong> gelukte den vijanden <strong>van</strong> Duitschland zelfs om<br />

een leidend politicus, die de meerderheid <strong>van</strong> de Rijksdag<br />

achter zich bracht, als gewillig helper te vinden.<br />

Met dezen „oorlog der gouden kogels" zette in<br />

Duitschland als <strong>het</strong> ware een politiek <strong>van</strong> zelfmoord in.<br />

<strong>De</strong> verraders speelden <strong>het</strong> klaar dal Duitschland, op <strong>het</strong><br />

hoogtepunt <strong>van</strong> zijn successen, den vijanden zelfs een<br />

vredesaanbod deed. En met deze politiek werd <strong>het</strong> zelfvertrouwen<br />

<strong>van</strong> Duitschland verzwakt en dat der vijanden<br />

gesterkt. <strong>De</strong> politiek <strong>van</strong> verraad en bedrog bereikte<br />

<strong>het</strong> hoogtepunt met de veertien punten <strong>van</strong> President<br />

Wilson. Het Duitsche volk werd voorgelogen dat <strong>het</strong><br />

een vrede zou kunnen sluiten zonder dat er overwinnaars<br />

en overwonnenen zouden zijn. Vreeselijk heeft <strong>het</strong><br />

Duitsche volk voor <strong>het</strong> daarin gestelde vertrouwen<br />

moeten boeten, toen <strong>het</strong> na <strong>het</strong> einde <strong>van</strong> den eersten<br />

wereldoorlog dertien jaren lang door zijn meedoogenlooze<br />

vijanden uitgeplunderd werd.<br />

Thans trachten de plutocratische landen Engeland<br />

en de Vereenigde Staten met dezelfde middelen <strong>het</strong> onheil<br />

dat zij zelf veroorzaakten te stuiten. Daartegenover<br />

moet <strong>het</strong> volgende geconstateerd worden:<br />

ie Het ondermijnen <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche weerstandsvermogen<br />

is onmogelijk. Het Duitsche volk heeft <strong>van</strong> <strong>het</strong> verleden<br />

geleerd en is door eigen ervaringen volkomen beveiligd<br />

tegen bedrogsmanoeuvres.<br />

2e Het Duitsche volk heeft een sterke autoritaire regeering,<br />

die gedragen is door den eensgezinden wil <strong>van</strong> <strong>het</strong> geheele<br />

Duitsche volk. <strong>De</strong> klieken <strong>van</strong> politici, die in den eersten<br />

wereldoorlog een zelfmoordenaarspolitiek bedreven, zijn<br />

thans in Duitschland onmogelijk.<br />

3e Het Duitsche duikbootenwapen is thans machtiger dan<br />

ooit. Het is uitgerust met de modernste inrichtingen en<br />

beschikt in de bomvrij aangelegde bunkerhavens aan de<br />

Kanaalkust en aan den Atlantischen Oceaan over zoo voortreffelijke<br />

steunpunten als men ze beter niet kan wenschen.<br />

4e Als gevaarlijk wapen voor de vijandelijke scheepvaart is<br />

er nog <strong>het</strong> vliegtuig, vooral de bommenwerper voor lange<br />

afstanden bijgekomen. Dit nieuwe wapen, dat ook door<br />

middel <strong>van</strong> de draadlooze telegraphie met de duikbooten<br />

samenwerkt, heeft de oorlogvoering ter zee in geweldige<br />

mate versterkt.<br />

Se Gedurende de jaren der omstreeks 1928 uitgebroken oeconomische<br />

wereldcrisis rustte de scheepsbouw in bijna alle<br />

landen. Duizenden opgelegde schepen verroestten of<br />

werden gesloopt. <strong>De</strong> handelsvlooten <strong>van</strong> de vijanden <strong>van</strong><br />

Duitschland zijn in dezen oorlog aanmerkelijk kleiner dan<br />

in den eersten wereldoorlog.<br />

6e Thans is een groot gedeelte der schepen voorzien <strong>van</strong><br />

stookinrichtingen voor olie. <strong>De</strong>ze kunnen geen steenkool<br />

gebruiken, maar moeten met olie stoken, dat met kostbare<br />

tankschepen eerst over lange afstanden aangevoerd moet<br />

worden. Vooral de tankschepenvloot heeft door <strong>het</strong><br />

Duitsche duikbootenwapen geweldige verliezen geleden.<br />

7e Thans strijden met Duitschland de machtige vloten <strong>van</strong><br />

Italië en Japan, die eveneens over uitstekende duikbooten<br />

en bommenwerpers voor lange afstanden beschikken.<br />

<strong>De</strong> Amerikaansche schrijver Lowell Thomas heeft<br />

na den eersten wereldoorlog zorgvuldige gegevens omtrent<br />

den om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> den toenmaligen Duitschen duikbootenoorlog<br />

verstrekt. In zijn boek „Raiders of the<br />

<strong>De</strong>ep" (Strijders der Diepte) publiceerd hij opmerkelijke<br />

feiten:<br />

Tot einde 1918 hat Duitschland den kiel gelegd voor 811<br />

duikbooten. <strong>De</strong> meeste daar<strong>van</strong> waren nog niet klaar toen<br />

de oorlog uit was. Aan den oorlog deelgenomen hebben er<br />

minder dan 400 en <strong>van</strong> deze 400 waren er nauwelijks 300 geschikt<br />

voor den strijd aan <strong>het</strong> front. <strong>De</strong> numerieke zwakte<br />

<strong>van</strong> de Duitsche duikbootenvloot gedurende den eersten<br />

wereldoorlog was opvallend in verhouding tot de bereikte<br />

resultaten.<br />

In den huidigen tweeden wereldoorlog staat in<br />

Engeland Admiraal S t a r k op de plaats, waar vroeger<br />

Admiraal Sims stond. Admiraal Stark heeft volgens de<br />

berichten <strong>van</strong> den Londenschen informatiedienst de volgende<br />

verklaring over <strong>het</strong> duikbootengevaar afgelegd:<br />

„Eerst wanneer wij de Duitsche duikbooten in alle zeeën<br />

vernietigd hebben, zullen wij overwinnen."<br />

Door den Duitschen Führer eu Rijkskanselier Adolf<br />

Hitler ontving ook Admiraal Stark met de Rijksdagrede<br />

<strong>van</strong> 26 April 1942 <strong>het</strong> juiste antwoord. <strong>De</strong> Führer <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> Groot-Duitsche Rijk, Adolf Hitler, zeide:<br />

„Churchill heeft reeds in den herfst <strong>van</strong> <strong>het</strong> jaar 1939 verklaard<br />

dat hij <strong>het</strong> duikbootengevaar meester geworden was.<br />

Nu, ik wil hem <strong>van</strong>daag verzekeren, dat dit gevaar ook hem<br />

nog meester zal worden. Ik kan hem slechts verzekeren dat<br />

<strong>het</strong> aantal duikbooten in een vast tempo <strong>van</strong> maand tot maand<br />

toeneemt en thans reeds <strong>het</strong> hoogste cijfer uit den wereldoorlog<br />

vsr achter zich gelaten heeft."<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Faiken-Verlag, Hamburg Cbr


Van \oKoii tot Cliureliili<br />

<strong>De</strong> Britsche heerschappij ter zee werd in den loop<br />

<strong>van</strong> de vorige eeuw vooral door Nelson tot haar overheerschende<br />

grootte gebracht. Nelson geniet daarom<br />

bij de Britten als nationale held een bijzondere waardeering.<br />

Toen tengevolge <strong>van</strong> de onafhankelijkheidsoorlogen<br />

<strong>van</strong> de Vereenigde Staten <strong>het</strong> belangrijkste<br />

gedeelte <strong>van</strong> <strong>het</strong> Noordamerikaansche koloniale gebied<br />

verloren ging, en Engeland in tegenstelling tot<br />

zijn voortdurende beweringen toch den laatsten slag<br />

verloor, heeft Nelson samen met den Britschen staatsman<br />

Pitt een nieuw koloniaal rijk gesticht. Als een <strong>van</strong><br />

de jongste Britsche admiraals heeft Nelson in 1800 <strong>het</strong><br />

eiland Malta aan de Franschen ontnomen, dat samen<br />

met Sicilië <strong>het</strong> belangrijkste strategische steunpunt<br />

voor de Fransche vloot in de Middellandsche zee<br />

vormde.<br />

Reeds in 1797 had Nelson de Hollandsche vloot<br />

vernietigd. In <strong>het</strong> jaar 1801 vernietigde hij onder<br />

de forts <strong>van</strong> Kopenhagen in diepsten vrede de<br />

<strong>De</strong>ensche vloot.<br />

In aansluiting daaran gelukte <strong>het</strong> hem in <strong>het</strong> jaar<br />

1805, de Fransche en Spaansche vloot bij Trafalgar<br />

een vernietigende nederlaag toe te brengen. Door deze<br />

daden heeft Nelson de onbeperkte heerschappij <strong>van</strong><br />

Groot-Brittannië op alle wereldzeeën gesticht.<br />

,,Groot-Brittannië kon zich", zooals de Britsche<br />

hisoricus George Macauley Trevelyan in zijn .Geschiedenis<br />

<strong>van</strong> Engeland' schrijft, ,,onder de kolonies<br />

<strong>van</strong> zijn bondgenoot Frankrijk uitzoeken wat <strong>het</strong><br />

verkoos.<br />

Kaap de Goede Hoop en Ceylon werd'aan de Hollanders<br />

ontnomen om den zeeweg naar Indië te<br />

beveiligen."<br />

<strong>De</strong> Engelschen hebben onder gebruikmaking <strong>van</strong><br />

hun heerschappij ter zee nog veel meer in de wereld<br />

geroofd; beperken wij ons echter tot de daden <strong>van</strong><br />

Nelson in <strong>het</strong> streven om de heerschappij over de<br />

Middellandsche zee te vermeesteren. <strong>De</strong> resultaten beteekenden<br />

<strong>het</strong> hoogtepunt <strong>van</strong> Engelands machtspositie<br />

in Europa en de beveiliging <strong>van</strong> de Engelsche heerschappij<br />

in Voor-Indië.<br />

Engeland was in 1797 in groote moeilijkheden geraakt.<br />

Frankrijk met Spanje aan zijn zijde begon den<br />

oorlog tegen Engeland en zij sloten de Middellandsche<br />

zee voor Engeland af. Napoleon, die toen nog Fransen<br />

generaal was, rustte in Toulon een vloot uit, waar<strong>van</strong><br />

niemand wist, waarheen zij gaan zou. Pitt zond toen<br />

den toen 39-jarigen admiraal Nelson uit om <strong>het</strong><br />

Fransche eskader op te sporen en te verslaan.<br />

Nelson moest de Middellandsche zee voor Engeland<br />

weder openstellen en de „levensader" herstellen.<br />

Nelson kon een half jaar later de Fransche expeditievloot<br />

bij de mondingen <strong>van</strong> den Nijl in <strong>het</strong> jaar<br />

1798 vernietigend verslaan. <strong>De</strong>ze zeeslag bij Aboukir<br />

was de beslissendste gebeurtenis <strong>van</strong> den geheelen<br />

oorlog. Daardoor werd de Engelsche heerschappij ter<br />

zee hersteld op een oogenblik waarop zij merkbaar<br />

aan hat wankelen geraakt was. Toenmaals maakten<br />

Nelson's kanonnen aan de Egyptische kust de Britsche<br />

heerschappij in <strong>het</strong> nabije Oosten veilig.<br />

<strong>De</strong> slag bij Trafalgar, de laatste zeeslag die Nelson<br />

streed, werd zijn schitterendste overwinning. Zij zette<br />

de kroon op een reeds beslisten veldtocht en op een<br />

leven dat met 47 jaren zijn taak reeds volbracht had.<br />

Hier in de Straat <strong>van</strong> Gibraltar verloren de vereenigde<br />

Fransche en Spaansche vloten onder Admiraal Villeneuve<br />

bijna al hun eenheden. Te zelfder tijd echter<br />

werd de vlag op <strong>het</strong> admiraalsschip halfstok geheschen.<br />

Horatio Nelson werd, toen de overwinning<br />

reeds behaald was, door een kogel doodelijk getroffen.<br />

Engeland heeft steeds getracht den nimbus <strong>van</strong><br />

zijn onoverwinnelijkheid ter zee te handhaven; maar<br />

de tijden zijn veranderd. <strong>De</strong> volkomen twijfelachtig<br />

geworden overmacht <strong>van</strong> de vloot was in <strong>het</strong> tijdperk<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> luchtwapen niet meer voldoende om de onbeperkte<br />

heerschappij uit te oefenen. W i n s t o n<br />

Churchill zelf heeft in zijn oorlogsredevoeringen<br />

steeds weer op de beteekenis <strong>van</strong> <strong>het</strong> luchtwapen gewezen.<br />

Hij, de vroegere Lord <strong>van</strong> de Britsche Admiraliteit,<br />

heeft nog in <strong>het</strong> jaar 1942 op de beteekenis<br />

<strong>van</strong> de Middellandsche Zee en de Engelsche heerschappij<br />

in Libye nadrukkelijk de aandacht gevestigd.<br />

Hij moest later de vlucht <strong>van</strong> de Britsche vloot uit de<br />

oostelijke Middellandsche Zee en <strong>het</strong> opgeven <strong>van</strong> belangrijke<br />

steunpunten voor de verdediging <strong>van</strong> de<br />

Britsche landbrug naar den Indischen Oceaan verdedigen.<br />

Bij de vlucht <strong>van</strong> de landstrijdkrachten uit<br />

Frankrijk (Duinkerken) en Noorwegen (Andalsnes)<br />

kon de Britsche vloot, onder gebruikmaking <strong>van</strong><br />

bijzonder gunstige omstandigheden, nog als machtsfaktor<br />

optreden. Bij de vlucht der Engelschen uit<br />

Griekenland en <strong>van</strong> <strong>het</strong> eiland Kreta slaagde de<br />

Britsche vloot er nog in, bij den terugtocht eenigszins<br />

ordenend in te grijpen. Toen <strong>het</strong> er echter op aan<br />

kwam de sterke vesting Tobruk tegen den stormaanval<br />

<strong>van</strong> Generaal Rommel te beschermen,<br />

werden de <strong>van</strong> Gibraltar en Alexandrië onder sterke<br />

bescherming <strong>van</strong> de vloot komende konvooien<br />

door de Duitsche en Italiaansche luchtstrijdkrachten<br />

uiteengejaagd en op de vlucht geslagen.<br />

<strong>De</strong> Britsche vloot moest zelfs, om zich in veiligheid<br />

te brengen, door <strong>het</strong> Suezkanaal naar de Roode Zee<br />

en den Indischen Oceaan vluchten. Met deze vreeselijke<br />

nederlaag echter hadden Churchill en zijn<br />

admiraals en generaals niet alleen een geweldig<br />

prestigeverlies geleden, maar ook <strong>het</strong> erfdeel <strong>van</strong><br />

Nelson verspeeld. Dit feit trad vooral weer bij <strong>het</strong><br />

avontuur <strong>van</strong> Dieppe op den voorgrond.<br />

Toen Nelson in den zeeslag <strong>van</strong> Trafalgar de Middellandsche<br />

Zee voor Engeland veroverd had, verloor hij<br />

zijn leven. <strong>De</strong> tegenwoordige Britsche generaals zijn<br />

knap op <strong>het</strong> gebied <strong>van</strong> „zegevierende terugtochten",<br />

waarbij zij hun leven in veiligheid brengen en op zijn<br />

ergst door Churchill <strong>van</strong> hun post verwijderd worden,<br />

waarop dan een opvolger <strong>van</strong> soortgelijk karakter geplaatst<br />

wordt.<br />

Terwijl Nelson voor <strong>het</strong> Britsche Empire <strong>het</strong> symbool<br />

<strong>van</strong> de macht en de overwinning beteekende, is<br />

Churchill thans <strong>het</strong> symbool <strong>van</strong> den Britschen ondergang<br />

in alle werelddeelen geworden. Waar Churchill's<br />

voorgangers daden verrichtten, trachten thans hun<br />

opvolgers overwinningen op papier uit te vechten.<br />

Zijn bondgenoten zijn dit voorbeeld gevolgd.<br />

1544 — H.


<strong>De</strong> volgende stemmen uit de pers <strong>van</strong> <strong>het</strong> Engelsche,<br />

Amerikaansche en Russische kamp <strong>van</strong> Mei tot einde<br />

Juli 1942 toonen aan hoe men door tegenstrijdige meldingen<br />

tracht den politieken en militairen ondergang<br />

voor de oogen <strong>van</strong> de wereld te verbergen.<br />

<strong>De</strong> Londensche radio, 15. 5. 42: „Door <strong>het</strong> oprukken<br />

<strong>van</strong> de strijdkrachten <strong>van</strong> Maarschalk Timosjenko wordt<br />

<strong>het</strong> Duitsche offensief volkomen uitgevaagd."<br />

<strong>De</strong> Londensche radio, 1. 8. 42: „Het is een feit dat de<br />

Russische troepen op geen enkele plaats tegen <strong>het</strong> Duitsche<br />

offensief standhouden, maar telkens verder terugtrekken."<br />

. <strong>De</strong> Amerikaansche zender Schenectady, 22. 5. 42: „<strong>De</strong><br />

Russische opmarsch bij Charkow schijnt de Duitsche<br />

hersens in verwarring gebracht te hebben."<br />

<strong>De</strong> Amerikaansche zender Schenectady, 27. 7. 42: „<strong>De</strong><br />

Duitsche opmarsch over de Don wint aan snelheid. <strong>De</strong> opmarsch<br />

in de richting <strong>van</strong> de Wolga schijnt nog gevaarlijker<br />

te zijn."<br />

Zender Daventry, 19. 2. 42: „Het komende offensief<br />

der Sovjets zal geen Duitsche terugtocht beteekenen,<br />

maar een verwarde vlucht tot gevolg hebben."<br />

Zender Daventry, 5. 8. 42: „Het is spijtig dat wij dagelijks<br />

nieuwe Duitsche successen en <strong>het</strong> oprukken <strong>van</strong> de<br />

Hitlerdivisies naar den Kaukasus moeten vernemen."<br />

„Roode Ster", 15. 5. 42: „<strong>De</strong> strijdkrachten <strong>van</strong> Maarschalk<br />

Timosjenko hebben aan de Duitsche strijdkrachten<br />

voor Charkow een geweldige nederlaag berokkend."<br />

„Roode Ster", 30. 7. 42: „Het roode leger kan niet verder<br />

terugtrekken zonder <strong>het</strong> lot <strong>van</strong> <strong>het</strong> land en <strong>het</strong> volk aan<br />

een doodelijk gevaar bloot te stellen."<br />

Zender Londen, 28. 5. 42: „Aan den horizon begint<br />

duidelijk de uiteindelijke zekere overwinning <strong>van</strong> de<br />

gealliëerden te gloren."<br />

Zender Londen, 5. 8. 42: „<strong>De</strong> situatie der Russen is catastrophaal."<br />

Londensch nieuwsbericht, 9. 6. 42: „Het voor de toekomst<br />

zoo belangrijke jaar zal voor <strong>het</strong> Duitsche opperkommando<br />

de zwartste dagen brengen. En <strong>het</strong> is waar,<br />

de Duitschers zien <strong>het</strong> komende met vrees naderen."<br />

<strong>De</strong> „Times", 20. 7. 42: „<strong>De</strong> afgeloopen week was de<br />

zwaarste en moeilijkste <strong>van</strong> <strong>het</strong> geheele jaar."<br />

<strong>De</strong> „Sunday Express", 20. 7. 42: „Ons bitterste uur is<br />

thans gekomen."<br />

*<br />

Nadat Churchill in Augustus 1942 <strong>het</strong> avontuur <strong>van</strong><br />

Dieppe bevolen had, verkondigde de Britsche inlichtingendienst<br />

over de geheele wereld, dat nu <strong>het</strong> oprichten<br />

<strong>van</strong> een tweede front een feit zou worden. Vooral op<br />

de Vereenigde Staten, die de onderneming met groot<br />

gejuich begroet hadden, werkte de afloop met zijn<br />

vreeselijke bloedige slachtoffers als een schok. Om<br />

deze reden trachtte de Engelsche berichtgeving <strong>het</strong> te<br />

doen voorkomen, alsof de volkomen mislukte opvoering<br />

<strong>van</strong> „Het Tweede Front" slechts een generale<br />

repetitie geweest zou zijn. Alsof niet de geheele wereld<br />

wist dat de bij Dieppe opgeofferde tanks, kanonnen en<br />

schepen en vooral de menschen tot de zaken b.ehooren,<br />

die Engeland volstrekt niet meer kan missen.<br />

Churchill tracht weer met woorden overwinningen<br />

te behalen. Hij liet den Britschen kommentator Hoal<br />

voor de radio verklaren:<br />

„Er ligt een breede glimlach <strong>van</strong> tevredenheid op<br />

<strong>het</strong> gelaat <strong>van</strong> Brittannië."<br />

Dat is weer <strong>het</strong> masker dat men voor <strong>het</strong> <strong>van</strong> angst<br />

verwrongen gelaat houdt, want Groot-Brittannië verloor<br />

bij de door Stalin geeischte poging tot <strong>het</strong> oprichten<br />

<strong>van</strong> een tweede front 132 vliegtuigen en 1500<br />

soldaten als ge<strong>van</strong>genen, waaronder alleen meer dan<br />

60 Canadeesche officieren. Het aantal gevallen soldaten<br />

kon niet opgemaakt worden, omdat de zee ze grootendeels<br />

meesleurde.<br />

Een half jaar hadden de Engelschen gebruikt om<br />

deze onderneming voor te bereiden. <strong>De</strong> Duitsche<br />

troepen daarentegen waren in staat ze binnen een paar<br />

uur te verijdelen. Onder de ge<strong>van</strong>genen en dooden<br />

bevonden sich slechts weinig Engelschen. Churchill<br />

had volgens de oude Britsche methode andere volken,<br />

soldaten uit Canada en de Vereenigde Staten in <strong>het</strong><br />

vuur gestuurd.<br />

Al tracht ook Churchill thans weer de mislukte<br />

afloop <strong>van</strong> deze onderneming voor de wereld te verdoezelen,<br />

de tijd werkt toch onverbiddelijk tegen hem.<br />

Eensdaags zal hij evenals de „Sunday Express" moeten<br />

verklaren: Ons bitterste uur is thans gekomen.<br />

<strong>De</strong>ze en andere vlugschriften ter verspreiding <strong>van</strong> de waarheid zijn gratis verkrijgbaar bij den uitgever.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Ketgemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Falken-Verlag, Hamburg<br />

B r<br />

- & C o<br />

-


<strong>De</strong> groote bluf en de ruwe werkelijkheid<br />

Toen de eerste wereldoorlog geëindigd was, verschenen<br />

onthullingen, waarin de leiders <strong>van</strong> de<br />

Engelsch-Amerikaansche propaganda openlijk verklaarden<br />

dat zij de volken door leugenachtige berichten<br />

misleid hadden om <strong>het</strong> vertrouwen in hun zaak<br />

op te houden. Een Engelschman vat <strong>het</strong> wezen <strong>van</strong><br />

zijn propaganda-centrale Crewe House samen in den<br />

zin: „Teil a lie and stick to it". (Vertel een leugen en<br />

blijf erbij.)<br />

<strong>De</strong> leidende gedachte <strong>van</strong> de Engelsch-Amerikaansche<br />

propaganda in den tweeden wereldoorlog,<br />

dien Engeland door zijn oorlogsverklaring aan Duitschland<br />

ontketende, is: Wij beschikken in alle landen en<br />

op alle gebieden over onbeperkte mogelijkheden! Met<br />

deze bewering tracht men vooral de volken <strong>van</strong> de<br />

neutrale staten te imponeeren.<br />

Een blik op de wereldkaart toont dat Duitschland<br />

en zijn Europeesche bondgenooten op de binnenste<br />

lijn strijden. Japan dat op een machtige vloot steunt,<br />

strijdt eveneens op de binnenste lijn. <strong>De</strong> vijanden<br />

der spilmogendheden zijn ten eerste zelf <strong>van</strong> elkaar<br />

gescheiden door den grooten Atlantischen Oceaan en<br />

ten tweede door de zeeën <strong>van</strong> hun koloniën en <strong>van</strong> de<br />

oorlogstooneelen. Zij opereeren op de buitendste lijn;<br />

zij moeten vaak lange verbindingswegen voor den<br />

aanvoer <strong>van</strong> hun materieel en strijdkrachten overkomen.<br />

Hun moeilijkheden zijn thans alleen reeds<br />

daarom aanmerkelijk grooter dan in den eersten<br />

wereldoorlog, omdat Japan en Italië aan de zijde <strong>van</strong><br />

Duitschland strijden.<br />

Toen de Duitsche duikbooten in <strong>het</strong> jaar 1917, <strong>het</strong><br />

jaar dat de USA. aan den oorlog deelnamen, aan de<br />

Engelsche en Amerikaansche scheepvaart door den<br />

onbeperkten duikbootenoorlog eenige maanden lang<br />

de hevigste slagen toebrachten, verklaarden de<br />

Engelsche admiraals als ook de Engelsche leidende<br />

staatslieden, dat men den oorlog zou verliezen indien<br />

<strong>het</strong> in den grond booren <strong>van</strong> schepen niet ophield.<br />

(Zie <strong>het</strong> Fichtebund-vlugschrift „<strong>De</strong> Geheimen <strong>van</strong><br />

Admiraal Sims" No. 1534). Duitschland had in den<br />

éérsten wereldoorlog den onbeperkten duikbootenoorlog<br />

een tijd lang gestaakt. Later had <strong>het</strong>. dit zijn<br />

beste wapen verwaarloosd. Daardoor werd Engeland<br />

gered voor de ineenstorting. <strong>De</strong> propaganda <strong>van</strong> de<br />

toenmalige entente schreeuwde <strong>het</strong> over de geheele<br />

wereld uit dat op Amerikaansche werven <strong>het</strong> veelvoudige<br />

gebouwd zou worden <strong>van</strong> <strong>het</strong>geen de duikbooten<br />

in de grond zouden kunnen booren. Toen werd<br />

de neutrale wereld de dupe <strong>van</strong> dezen Amerikaanschen<br />

bluf. Na den oorlog werden door <strong>het</strong> Engelsche Lloydbureau,<br />

waar alle schepen geregistreerd worden, de<br />

ware cijfers bekend.<br />

Volgens Lloyd's Register werden in de jaren 1917 en<br />

1918, waarin Amerika oorlog voerde, slechts<br />

3.423.268 BRT handelsscheepsruimte gebouwd.<br />

Dus werd er toen in twee jaren slechts zooveel<br />

scheepsruimte gebouwd als de spilmogendheden in de<br />

eerste vier maanden <strong>van</strong> <strong>het</strong> jaar 1942 in den grond<br />

boorden.<br />

<strong>De</strong>ze feiten zijn in de scheepvaartkring-en <strong>van</strong> alle<br />

landen bekend. Toch probeeren de Amerikanen ook<br />

thans weer een reuzenbiuf op touw te zetten door te<br />

beweren dat ze in minder dan twee jaar minstens<br />

20 millioen ton scheepsruimte zullen bouwen.<br />

Als mijnheer Roosevelt zegt: ,,Ik bouw 20 millioen<br />

ton", dan vermijdt hij <strong>het</strong> wijselijk te zeggen welke<br />

soort ton hij meent. Een schip kan een waterverplaatsing<br />

<strong>van</strong> 1660 ton hebben; dat komt echter slechts<br />

overeen met een schip <strong>van</strong> 1000 brt. Het Duitsche<br />

OKW. geeft <strong>van</strong>zelfsprekend de naar den bodem der<br />

zee gestuurde tonnage in brutto register tons op. <strong>De</strong><br />

Amerikaan kan echter nog minder bedoelen. <strong>De</strong> internationale<br />

gewichtston bedraagt 1000 KG., de Amerikaansche<br />

daarentegen slechts 907,2 KG. Een Amerikaansche<br />

ton, die betrekking heeft op huiden en thee,<br />

bedraagt zelfs slechts 500 Kg.<br />

Men kan dus den reuzenbiuf <strong>van</strong> mijnheer Roosevelt,<br />

dat hij in staat zou zijn om binnen de twee jaar<br />

20 millioen ton scheepsruimte te laten bouwen,<br />

gemakkelijk doorzien en zijn cijfers gevoegelijk tot<br />

op de helft <strong>van</strong> de algemeen gebruikelijke maat<br />

reduceeren.<br />

<strong>De</strong> ruwe werkelijkheid heeft echter al bezewen dat<br />

Roosevelt's cijferexperimenten niet op gaan. <strong>De</strong> spilmogendheden<br />

hebben hun vijanden al meer dan<br />

20 millioen brt. verliezen aan scheepsruimte berokkend.<br />

Voorwaarde voor <strong>het</strong> bouwen <strong>van</strong> schepen is staal.<br />

Over welke hoeveelheden <strong>van</strong> deze belangrijke stof<br />

beschikken nu de Amerikaansche werven voor den<br />

aanbouw <strong>van</strong> handelsschepen? Daarover liet zich <strong>het</strong><br />

Amerikaansche tijdschrift der staalindustrie „Iron<br />

Age" <strong>het</strong> volgende ontglippen:<br />

„Er moet helaas rekening gehouden worden met de<br />

omstandigheid dat in 1942 slecht 82,6 millioen ton<br />

staal tegen 82,9 millioen ton in 1941, dus 300.000 ton<br />

minder, geproduceerd zal kunnen worden."<br />

Al de scheepswerven der Vereenigde. Staten samen<br />

hebben in 1941 slechts 936.000 brt. scheepsruimte gebouwd.<br />

Toegegeven moet worden dat er inmiddels<br />

verdere scheepswerven opgericht zijn. Maar tot <strong>het</strong><br />

bouwen <strong>van</strong> scheepswerven zijn ook weer vele<br />

millioenen tonnen staal noodig, die dan voor den<br />

scheepsbouw ontbreken. Het productievermogen der<br />

staalindustrie der Vereenigde Staten was reeds in <strong>het</strong><br />

jaar 1941 voor 92 tot 100% ingespannen. Nieuwe'<br />

hoogovens geven niets wanneer geen grondstoffen<br />

voor de staalproductie aanwezig zijn. <strong>De</strong> Amerikaansche<br />

tijdschriften en dagbladen berichten dagelijks<br />

dat er vooral oud ijzer voor de staalproductie ontbreekt.<br />

Maar ook de belangrijkste veredelingsmetalen<br />

voor staal zooals wolfram, chroom, molybdeen en<br />

andere ontbreken. <strong>De</strong> landen <strong>van</strong> herkomst zijn voor<br />

den Amerikaanschen import grootendeels reeds verloren,<br />

zooals b.v. de gebieden in <strong>het</strong> verre Oosten.<br />

Aan den anderen kant zijn <strong>het</strong> juist de groote gevaren<br />

en <strong>het</strong> steeds grooter wordende gebrek aan scheepsruimte,<br />

die <strong>het</strong> onmogelijk maken de mankeerende<br />

ertsen aan te voeren. Over de belangrijkheid <strong>van</strong> deze<br />

feiten bericht de correspondent te Washington <strong>van</strong> de<br />

„Daily Herald" midden Augustus 1942:<br />

„Met zekerheid moet men rekening houden met de<br />

spoedige ineenstorting <strong>van</strong> de staalverzorging <strong>van</strong><br />

Engeland door <strong>het</strong> uitblijven <strong>van</strong> de leveringen uit<br />

de Vereenigde Staten."<br />

Het is een feit dat de Amerikaansche industrie en<br />

de scheepsbouw gedwongen zijn om in <strong>het</strong> jaar 1942<br />

met een productie <strong>van</strong> 82,6 millioen ton staal in de gezamenlijke<br />

behoeften <strong>van</strong> den oorlog en <strong>van</strong> particu-<br />

1554 — H.


lieren te voorzien. Als er echter in 1941 bij een staalproductie<br />

<strong>van</strong> 82,9 millioen ton slechts zooveel staal<br />

over was dat er alleen maar 963.000 brt. scheepsruimte<br />

gebouwd kon worden, dan zal zelfs de grootste leek<br />

den bluf doorzien. Er kan niet plotseling zooveel staal<br />

aanwezig zijn om schepen met een gezamenlijke<br />

tonnage <strong>van</strong> 20 millioen brt. te bouwen.<br />

Al zou de jaarlijksche staalproductie in de Vereenigde<br />

Staten in de komende jaren tot 100 millioen<br />

tonnen gewicht opklimmen, toch zal er op verre na<br />

niet zooveel geproduceerd kunnen worden als de<br />

werfindustrie noodig zou hebben om 20 millioen brt.<br />

handelsscheepsruimte te bouwen.<br />

Om de op papier gebouwde handelsschepen op zee<br />

te beschermen is voorts nog een groote oorlogsvloot<br />

noodig. Voor <strong>het</strong> bouwen <strong>van</strong> oorlogsschepen is<br />

echter nog veel meer staal noodig dan voor <strong>het</strong> bouwen<br />

<strong>van</strong> handelsschepen. Pantser en bewapening eischen<br />

veel staal. <strong>De</strong> regeering <strong>van</strong> de Vereenigde Staten<br />

heeft reeds medegedeeld dat voor de reeds verloren<br />

gegane slagschepen, kruisers, vliegkampschepen en<br />

andere eenheden 6,5 millioen ton in aanbouw zijn.<br />

Daarbij komen nog honderdduizenden pantsergevechtswagens,<br />

meer dan honderdduizend vliegtuigen en<br />

millioenen handvuurwapens.<br />

Wat heeft nu de voor de staalproductie verantwoordelijke<br />

daarop te zeggen? Washington meldde<br />

31 Augustus 1942:<br />

<strong>De</strong> oorlogsproductiechef Nelson heeft <strong>het</strong> ontslagverzoek<br />

<strong>van</strong> den voorzitter <strong>van</strong> <strong>het</strong> bureau voor<br />

ijzer en staal in ont<strong>van</strong>gst genomen en verklaard<br />

dat de volgende maanden kritiek zouden<br />

zijn.<br />

Iedereen zal nu begrijpen dat de Amerikaansche<br />

propagandisten de wereld bluffen om bij hun volken<br />

en de neutralen den indruk, te wekken dat zij den<br />

oorlog niet kunnen verliezen. <strong>De</strong> bloote feiten dwingen<br />

echter tot de volgende conclusies:<br />

zij kunnen den oorlog niet winnen omdat zij niet<br />

voldoende schepen hebben;<br />

zij kunnen de in den grond geboorde tonnage niet<br />

ver<strong>van</strong>gen omdat zij geen grondstoffen en geen<br />

vakarbeiders hebben;<br />

zij kunnen de verloren bemanningen niet weer op<br />

de planken <strong>van</strong> hun schepen tooveren.<br />

<strong>De</strong> Engelsche minister <strong>van</strong> landbouw Hudson verklaarde<br />

begin Juli 1942: „Wij mogen blij zijn als wij<br />

in den komenden winter en in <strong>het</strong> volgende jaar alleen<br />

maar roggebrood hebben. Aan tarwe is niet te denken<br />

daar de schepen voor <strong>het</strong> transport ontbreken."<br />

<strong>De</strong> Engelsche minister voor de voeding, Lord<br />

Woolton verklaarde; „Omdat wij de nog overblijvende<br />

tonnage voor <strong>het</strong> transport <strong>van</strong> belangrijk oorlogsmaterieel<br />

noodig hebben, heb ik de tonnage voor <strong>het</strong><br />

transport <strong>van</strong> levensmiddelen tot op <strong>het</strong> uiterste<br />

gereduceerd."<br />

Engelands ministerpresident Mr. Churchill telegrafeerde<br />

aan Roosevelt: „Ik verzoek U instructies te<br />

geven dat er geen pakjes met geschenken <strong>van</strong><br />

Amerika naar Engeland gestuurd worden, daar de<br />

scheepsruimte dringend noodig is voor <strong>het</strong> transport<br />

<strong>van</strong> voor den oorlog belangrijke goederen."<br />

Het moet dus al heel slecht met de tonnage der<br />

geallieerden gesteld zijn, aangezien er geen pakjes<br />

met geschenken meer getransporteerd mogen worden.<br />

Als de fantastische cijfers <strong>van</strong> de Amerikanen met betrekking<br />

tot <strong>het</strong> bouwen <strong>van</strong> handelsschepen verwezenlijkt<br />

zouden kunnen worden, dan zouden zich<br />

noch Churchill, noch zijn ministers er zorgen over behoeven<br />

te maken waar ze de scheepsruimte voor <strong>het</strong><br />

transport voor de zoo dringend benoodigde levensmiddelen<br />

<strong>van</strong>daan moeten nemen.<br />

Het reeds genoemde tijdschrift „Iron Age", <strong>het</strong><br />

grootste vakblad voor de staalproductie der Vereenigde<br />

Staten, deelt in zijn Augustus-editie over den<br />

stand <strong>van</strong> den Amerikaanschen handelsscheepsbouw<br />

<strong>het</strong> volgende mede:<br />

Tot einde Maart 1942 waren in <strong>het</strong> geheel 1456 schepen<br />

bij de Amerikaansche werven besteld. Voor <strong>het</strong><br />

bouwen <strong>van</strong> deze schepen waren 17 werven met<br />

167 hellingen beschikbaar. Van deze bestellingen<br />

werden tot 15 Maart 1942 slechts 22 schepen in dienst<br />

gesteld; 61 liepen <strong>van</strong> stapel en voor verdere 145<br />

werd de kiel gelegt.<br />

Volgens mededeelingen <strong>van</strong> de „Iron Age" vereischt<br />

<strong>het</strong> bouwen <strong>van</strong> een schip <strong>van</strong>af <strong>het</strong> leggen <strong>van</strong> de<br />

kiel tot de aflevering drie tot vijf maanden. Ieder<br />

scheepsbouwvakman zal echter in twijfel trekken of<br />

men een schip dat de benaming „zeewaardig" verdient<br />

in drie tot vijf maanden kan bouwen. Het bouwen <strong>van</strong><br />

de machineele inrichting <strong>van</strong> een schip eischt alleen<br />

al meer tijd. Maar zelfs al ware dit mogelijk, dan zou<br />

op de 167 hellingen drie maal per jaar een nieuwe kiel<br />

gelegd kunnen worden. Nemen wij de gemiddelde<br />

grootte <strong>van</strong> een schip aan met 7000 brt. — wat volgens<br />

onze meening nog vrij hoog is — dan zou in een jaar<br />

een tonnage <strong>van</strong> in <strong>het</strong> geheel 3.507.000 brt. gebouwd<br />

kunnen worden. Om nu echter de snoevend verkondigte<br />

20 millioen ton scheepsruimte te bouwen zouden<br />

de Amerikanen dus glad zes jaren noodig hebben. <strong>De</strong><br />

ruwe werkelijkheid ziet er zoo uit:<br />

<strong>De</strong> Duitsche duikbooten, oppervlakte-strijdkrachten<br />

en vliegtuigen samen met dezelfde strijdkrachten<br />

<strong>van</strong> Italië en Japan hebben tot einde September<br />

1942 meer dan drie en twintig millioen brt.<br />

geallieerde scheepsruimte in den grond geboord.<br />

<strong>De</strong> redevoeringen <strong>van</strong> de geallieerde staatslieden<br />

en economisten verraden eiken dag hoe slecht <strong>het</strong> met<br />

<strong>het</strong> ruggegraat <strong>van</strong> de Engelsch-Amerikaansche oorlogsvoering,<br />

<strong>het</strong> zeetransport gesteld is. Al mogen ze<br />

snoeven zooveel zij willen, de harde feiten bewijzen<br />

dat hun fantastische cijfers niets anders dan bluf zijn.<br />

<strong>De</strong>ze en andere vlugschriften ter verspreiding <strong>van</strong> de waarheid zijn gratis verkrijgbaar bij den uitgever.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

Falken -Verlag, Hamburg<br />

Br. & Co.


pas dan minder worden, als de <strong>van</strong> de scheepskerkhoven gehaalde<br />

oude schuiten en de ellendige nieuwe „Ersatz"-schepen ook naar de<br />

haaien zijn en de vitale zeeverbindingswegen der Geallieerden<br />

eenzaam geworden zijn.<br />

Dappere duikbooten-manschappen, die den dood niet vreezen, brengen<br />

de plutocratisch-bolsjewistische kliek Roosevelt - Churchill - Stalin<br />

zulke doodelijke slagen toe, dat deze niet weer goedgemaakt kunnen<br />

worden. Zelfs indien Roosevelt met <strong>het</strong> goud wilde bouwen, dat in<br />

de onderaardsche gewelven <strong>van</strong> Fort Knox opgestapeld werd. Dus<br />

<strong>het</strong> goud, dat <strong>het</strong> U. S. A.-Imperialisme aan de volken der wereld<br />

ontroofde om handel en bedrijvigheid te verlammen en dan definitief<br />

in zijn gierige klauwen te krijgen.<br />

<strong>De</strong> worgende angst voor de afrekening is de ware oorzaak <strong>van</strong> deze<br />

misleidingsmanoeuvres, waarmee men <strong>het</strong> wereldpubliek op een<br />

dwaalspoor zou willen brengen.<br />

Een schoolkind, dat heeft leeren rekenen, is in staat den bluf te<br />

doorzien; dat is de zin <strong>van</strong> onze satire.<br />

<strong>De</strong>ze en andere vlugschriften ter verspreiding <strong>van</strong> de waarheid zijn gratis verkrijgbaar<br />

bij den uitgever.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg: 13, Hochallee 127<br />

1564 — H Falken-Verlag, Hamburg Br. & Co.<br />

<strong>De</strong> Geheimzinnige<br />

En een kleine rekensom


D e President drukte op een nauwelijks zichtbaar knopje, dat op<br />

zijn <strong>van</strong> de nieuwste snufjes voorzien schrijfbureau tusschen een<br />

groot aantal versierselen geheim aangebracht was. Dadelijk trad de<br />

eerste golf <strong>van</strong> de presidentieele lijfgarde <strong>het</strong> vertrek binnen en sloot<br />

dit naar alle kanten hermetisch af. <strong>De</strong> tweede golf, eveneens met de<br />

snelvuurpistolen in den aanslag, leidde den grooten uitvinder binnen,<br />

die <strong>het</strong> met behulp <strong>van</strong> een nieuwerwetsche methode wilde klaarspelen,<br />

binnen de 80 minuten een tank, binnen de 160 minuten een<br />

vliegmachine en binnen de 270 minuten een tankschip <strong>van</strong> 5000 ton<br />

te bouwen.<br />

Ervaren Indiaansche spoorzoekers ...<br />

Het Witte Huis was gedurende deze besprekingen tegen elk verkeer<br />

afgesloten. Ervaren Indiaansche spoorzoekers speurden door de omliggende<br />

tuinen en parken en overmeesterden op deze wijze binnen<br />

<strong>het</strong> uur 2548 agenten der Vijfde Kolonne.<br />

<strong>De</strong> staart<br />

<strong>van</strong> den ezel diende<br />

als antenne<br />

Maar toch volgde de Chef <strong>van</strong> de Vijfde Kolonne — ,,<strong>De</strong> Geheimzinnige"<br />

genaamd — in zijn met ijzer en staal gepantserd kasteel, dat<br />

in werkelijkheid één reusachtige banksafe was, <strong>het</strong> gesprek <strong>van</strong> den<br />

President. Het luistertoestel was ingebouwd in den grooten sierezel,<br />

die ter voorkoming <strong>van</strong> onheil, als mascotte <strong>van</strong> de <strong>De</strong>mocratische<br />

Partij op <strong>het</strong> schrijfbureau <strong>van</strong> den President stond. <strong>De</strong> staart <strong>van</strong><br />

den ezel diende als antenne.<br />

Geen spier <strong>van</strong> <strong>het</strong> gelaat <strong>van</strong> den Chef der Vijfde Kolonne vertrok,<br />

toen deze door zijn geheimen zender vernam, dat de President er in<br />

geslaagd was, de tijd voor <strong>het</strong> bouwen <strong>van</strong> een groot tankschip <strong>van</strong><br />

270 minuten lot 255 minuten terug te brengen.<br />

Nu kon men <strong>van</strong> de overwinning <strong>van</strong> Amerika verzekerd zijn en de<br />

President drukte nog eens op een knopje, dat eveneens tusschen de<br />

vele versierselen verborgen was, waarop een speciale stootbrigade<br />

<strong>van</strong> den President op een gepantserden teewagen ter opluistering<br />

<strong>van</strong> den dag een flesch champagne naar binnen rolde. Helaas verslikte<br />

de groote uitvinder zich, omdat hij zijn glas te haastig leegdronk.<br />

Hij kreeg een beroerte waar hij niet weer <strong>van</strong> opkwam en<br />

zoo nam de groote uitvinder zijn uitvinding mee in <strong>het</strong> graf.<br />

Verlicht ademde de Chef <strong>van</strong> de Vijfde Kolonne op, toen hij ook dit<br />

door zijn geheimen zender vernam.<br />

In zijn avondbespreking verklaarde de President, dat hij — zinnebeeldig<br />

gesproken — reeds de overwinningsvlaggen had zien<br />

wapperen, maar dat hoogstwaarschijnlijk door een list <strong>van</strong> de Vijfde<br />

Kolonne in de champagne een middeltje<br />

gemengd was, waardoor de<br />

groote uitvinder weggevaagd werd.<br />

Bij deze gelegenheid wees de<br />

President op de zegeningen <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> geheelonthouderschap, waartoe<br />

zijn dierbare echtgenoote, Eleonore,<br />

hem had aangehouden en<br />

waardoor hij en zijn kostbare<br />

werkkracht voor <strong>het</strong> volk<br />

behouden gebleven zijn.<br />

<strong>De</strong>ze in Amerikaanschen sensatiestijl<br />

gehouden satire<br />

heeft een dieperen zin.<br />

Tien metselaars, zoo wordt<br />

er in een luimig rekensommetje gezegd, bouwen een huis bij een<br />

werkdag <strong>van</strong> negen uur, in dertig dagen. Hoelang hebben duizend<br />

metselaars daarvoor noodig? Wanneer zij elkander niet in den weg<br />

staan en elkaar dooddrukken, geen volle drie uur dus.<br />

Mijnheer Roosevelt is echter een nog grooter kunstenaar dan onze<br />

uitvinder. Wat een wonder der techniek! Niet om de 270 minuten,<br />

neen, om de 133 minuten wil hij <strong>het</strong> eene schip <strong>van</strong> 5000 ton na <strong>het</strong><br />

andere <strong>van</strong> stapel laten loopen en binnen dezen tijd zelfs nog geheel<br />

afwerken. Dat volgt namelijk uit de 20 millioen brt. scheepsruimte,<br />

die hij binnen een jaar beloofde te laten bouwen.<br />

<strong>De</strong> uitvinder <strong>van</strong> onze satire was bescheiden genoeg, om alleen de<br />

door de Duitsche duikbooten in den grond geboorde schepen der<br />

Geallieerden te willen ver<strong>van</strong>gen. Om de 270 minuten een 5000 brt.<br />

maken namelijk de maand voor maand in den grond geboorde<br />

800 000 brt. scheepsruimte der Geallieerden uit. <strong>De</strong>ze cijfers zullen


Europa in doodsgevaar!<br />

In een vlammende rede in <strong>het</strong> Berlijnsche Sportpaleis<br />

sprak Rijksminister Dr. Goebbels op<br />

18 Februari tot alle volken der wereld en proclameerde<br />

o. a. drie stellingen ten aanzien <strong>van</strong> den strijd tegen<br />

<strong>het</strong> bolsjewistische gevaar in <strong>het</strong> Oosten. •<br />

<strong>De</strong> eerste stelling luidt: Zou de Duitsche weermacht<br />

niet in staat zijn <strong>het</strong> gevaar uit <strong>het</strong> Oosten te vernietigen,<br />

dan zou daardoor <strong>het</strong> Duitsche Rijk en kort<br />

daarna geheel Europa aan <strong>het</strong> bolsjewisme ten prooi<br />

vallen.<br />

<strong>De</strong> tweede stelling luidt: <strong>De</strong> Duitsche weermacht en<br />

<strong>het</strong> Duitsche volk alleen bezitten met hun bondgenooten<br />

de kracht Europa fundamenteel uit deze<br />

bedreiging te redden.<br />

<strong>De</strong> derde stelling luidt: In uitstel is gevaar gelegen.<br />

Er moet snel en grondig worden gehandeld, anders is<br />

<strong>het</strong> te laat.<br />

Ten aanzien <strong>van</strong> de eerste stelling: Het bolsjewisme<br />

heeft altijd openlijk verkondigd, dat <strong>het</strong> zijn bedoeling<br />

is niet alleen Europa, maar in de geheele wereld revolutie<br />

te maken. Dit doel is sedert <strong>het</strong> begin <strong>van</strong> de<br />

bolsjewistische Sowjet-Unie door her Kreml op ideologisch<br />

terrein gepropageerd en op praktisch gebied<br />

heeft <strong>het</strong> er voor gevochten. Het is duidelijk, dat Stalin<br />

en de andere Sowjetgrooten, hoe meer zij gelooven<br />

nader te komen tot de verwezenlijking <strong>van</strong> hun wereldvernielende<br />

bedoelingen, ernaar streven, deze bedoelingen<br />

te camoufleeren. Dit kan ons niet misleiden.<br />

Wij behooren niet tot die vreesachtige zielen, die als<br />

gehypnotiseerde konijntjes naar de slang staren, tot<br />

deze ze verslindt. Wij willen <strong>het</strong> gevaar tijdig doorzien<br />

en ook tijdig met doelmatige middelen daartegen<br />

optreden.<br />

Doel <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewisme is de wereldrevolutie der<br />

Joden. Zij willen den chaos over Duitschland en<br />

Europa brengen, om in de daaruit ontstane wanhoop en<br />

vertwijfeling der volken hun internationale, bolsjewistisch-gecamoufleerde<br />

kapitalistische tyrannie op te<br />

richten.<br />

<strong>De</strong> storm in <strong>het</strong> Oosten, die dagelijks met versterkte<br />

kracht tegen onze linies losbrandt, is niets anders dan<br />

een poging om de geschiedkundige verwoestingen te<br />

vuur en te zwaard te herhalen, die vroeger reeds zoo<br />

vaak ons werelddeel bedreigd hebben. Daardoor wordt<br />

onmiddelijk <strong>het</strong> bestaan <strong>van</strong> alle Europeesche mogendheden<br />

in gevaar gebracht. Men moet niet gelooven, dat<br />

<strong>het</strong> bolsjewisme, indien <strong>het</strong> gelegenheid kreeg tot een<br />

zegetocht tegen <strong>het</strong> Duitsche Rijk, ergens aan onze<br />

grenzen halt zou houden. Wij weten, dat wij <strong>het</strong> in <strong>het</strong><br />

Oosten te doen hebben met een duivelsch politiek spel,<br />

dat de betrekkingen, die anders tusschen menschen en<br />

staten gebruikelijk zijn, niet erkent, Als bijv. de<br />

Engelsche Lord Beaverbrook verklaart, dat<br />

Europa aan een sowjetleiding. moet worden overgelaten,<br />

als de invloedrijke Amerikaansch-Joodsche<br />

journalist B r o w n deze stelling aanvult door de<br />

cynische uitlating, dat een bolsjewiseering <strong>van</strong> Europa<br />

misschien wel juist de oplossing <strong>van</strong> ons continentaal<br />

probleem vormt, dan weten wij precies wat daarmede<br />

wordt bedoeld. <strong>De</strong> Europeesche mogendheden staan<br />

hier voor een vraagstuk, dat over haar leven beslist.<br />

Achter de aanstormende Sowjet-divisies zien wij<br />

reeds de Joodsche liquidatiecommando's en daarachter<br />

verheft zich de terreur, <strong>het</strong> spookbeeld <strong>van</strong> millioenen<br />

hongerlijdenden en volkomen anarchie. Tweeduizend<br />

jaar opbouw <strong>van</strong> de menschheid <strong>van</strong> <strong>het</strong> avondland is<br />

in gevaar. Maar <strong>het</strong> is ook teekenend, dat, wanneer<br />

men dit gevaar maar bij zijn naam noemt, <strong>het</strong> internationale<br />

Jodendom in alle landen daartegen met veel<br />

lawaai protesteert. Zoo ver is <strong>het</strong> dus in Europa reeds<br />

gekomen, dat men een gevaar niet meer gevaar mag<br />

noemen, wanneer <strong>het</strong> <strong>van</strong> <strong>het</strong> Jodendom uitgaat.<br />

Wij zien, als wij dit gevaar niet overwinnen, voor<br />

onzen geest reeds <strong>het</strong> spook <strong>van</strong> den honger, de<br />

ellende en dwangarbeid voor millioenen Europeesche<br />

menschen verschijnen, zien reeds <strong>het</strong> eerwaardig<br />

werelddeel op zijn grondvesten wankelen en onder <strong>het</strong><br />

puin <strong>het</strong> geschiedkundig erve <strong>van</strong> <strong>het</strong> menschdom <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> avondland begraven worden, Dat is <strong>het</strong> probleem,<br />

waarvoor wij staan.<br />

Mijn tweede stelling luidt: Alleen <strong>het</strong> Duitsche Rijk<br />

met zijn bondgenooten is in staat dit groote gevaar te<br />

bannen. <strong>De</strong> Europeesche staten met inbegrip <strong>van</strong> Engeland<br />

beweren, dat zij sterk genoeg zijn om bijtijds en<br />

op doeltreffende wijze tegen een bolsjewiseering <strong>van</strong><br />

Europa op ie treden. <strong>De</strong>ze verklaring is kinderlijk.<br />

Indien de sterkste militaire macht der wereld niet in<br />

staat zou zijn, de bedreiging door <strong>het</strong> bolsjewisme te<br />

vernietigen, wie zou dan daartoe de kracht hebben?<br />

<strong>De</strong> neutrale staten <strong>van</strong> Europa bezitten noch de militaire<br />

machtsmiddelen, noch de vereischte geestelijke<br />

orienteering <strong>van</strong> hun volken om <strong>het</strong> bolsjewisme ook<br />

maar den geringsten tegenstand te bieden. Zij zouden<br />

door de gemotoriseerde robot-divisies in enkele dagen<br />

onder den voet worden geloopen. In de hoofdsteden<br />

<strong>van</strong> de middelbare en kleine Europeesche staten troost<br />

men zich met <strong>het</strong> voornemen zich geestelijk te<br />

wapenen tegen <strong>het</strong> bolsjewistische gevaar. Maar <strong>het</strong><br />

oostelijk bolsjewisme is niet alleen een leer, <strong>het</strong> is<br />

ook een terroristische praktijk. Het jaagt zijn doel<br />

na met volkomen uitputting <strong>van</strong> zijn potentieel en zonder<br />

ook maar eenigszins rekening te houden met <strong>het</strong><br />

geluk, den welstand en den vrede <strong>van</strong> de onderworpen<br />

volken.<br />

Wat zouden Engeland en Amerika willen doen, als<br />

in <strong>het</strong> ergste geval <strong>het</strong> Europeesche 'continent een<br />

prooi <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewisme werd? Wil men misschien<br />

Europa <strong>van</strong> London uit wijsmaken, dat een dergelijke<br />

ontwikkeling aan de Kanaalgrens halt zou houden? Het<br />

bolsjewisme heeft reeds in den vorm <strong>van</strong> de communistische<br />

partijen zijn vreemdelingen-legioenen op den<br />

grond <strong>van</strong> alle democratische, landen staan. Geen dezer<br />

staten kan beweren, dat hij voor een bolsjewiseering<br />

<strong>van</strong> binnen uit immuun is. <strong>De</strong> wereld heeft geen keus<br />

tusschen een in zijn oude versnippering terugvallen en<br />

een onder leiding der Spil nieuw gevormd Europa,<br />

maar slechts tusschen een onder de militaire bescherming<br />

der Spil staand en een bolsjewistisch Europa.<br />

Het Jodendom heeft de Angelsaksische staten op<br />

geestelijk en politiek terrein reeds zoo diep doordrongen,<br />

dat zij dit gevaar zelf niet meer willen erkennen.<br />

Zooals <strong>het</strong> zich in de Sowjet-Unie <strong>van</strong> de<br />

bolsjewistische camouflage voorziet, zoo draagt <strong>het</strong><br />

in de Angelsaksische staten een plutocratischkapitalistisch<br />

mom. <strong>De</strong>ze camouflagemethodes zijn bij<br />

<strong>het</strong> Joodsche ras bekend. Het doel is <strong>van</strong> oudsher, de<br />

volken, waar <strong>het</strong> te gast is, in slaap te wiegelen, om<br />

zoodoende den tegenstand tegen de levensgevaarlijke<br />

bedreiging door dit ras te verlammen.<br />

Als Nationaalsocialisten hebben wij de plicht alarm<br />

te slaan tegen de poging, <strong>het</strong> Europeesche continent


door <strong>het</strong> internationale Jodendom te chaotiseeren, dat<br />

zich in <strong>het</strong> bolsjewisme een terroristische militaire<br />

macht opgebouwd heeft, waar<strong>van</strong> <strong>het</strong> gevaar niet<br />

overschat kan worden.<br />

Ten aanzien <strong>van</strong> de derde stelling: Er bestaat onmiddelijk<br />

gevaar. <strong>De</strong> verlammingsverschijnselen bij de<br />

West-Europeesche democratieën tegenover de doodelijkste<br />

bedreiging zijn benauwend. Het internationale<br />

Jodendom bevordert die verschijnselen met alle macht.<br />

Wij zien in <strong>het</strong> Jodendom voor ieder land een<br />

onmiddelijk gevaar. Wij willen de feiten, al zijn ze<br />

nog zoo hard en wreed, moedig onder <strong>het</strong> oog zien.<br />

Want telkens is <strong>het</strong> in de geschiedenis <strong>van</strong> onze partij<br />

en onzen staat gebleken, dat een erkend gevaar<br />

spoedig reeds een gebannen gevaar is. Wij zijn<br />

in dezen strijd tot <strong>het</strong> inzicht gekomen, dat <strong>het</strong> Duitsche<br />

volk hier zijn heiligste goederen, zijn gezinnen, zijn<br />

vrouwen en kinderen, de schoonheid en ongereptheid<br />

<strong>van</strong> zijn landschap, <strong>van</strong> zijn steden en dorpen, <strong>het</strong><br />

tweeduizend jaar oude erfgoed zijner cultuur en alles<br />

wat <strong>het</strong> leven waard maakt te worden geleefd, heeft te<br />

verdedigen.<br />

Het terroristische Jodendom heeft zich in Rusland<br />

200 millioen menschen ondergeschikt gemaakt en daarbij<br />

zijn cynische methodes en praktijken met de stompzinnige<br />

taaiheid <strong>van</strong> <strong>het</strong> Russische ras gepaard, dat<br />

daardoor een zoo groot gevaar voor de Europeesche<br />

kultuurstaten vormt. In <strong>het</strong> Oosten wordt een geheel<br />

volk tot den strijd genoodzaakt. Hier worden mannen,<br />

vrouwen, en zelfs kinderen niet alleen naar de wapenfabrieken,<br />

maar ook naar de slagvelden gedreven.<br />

Tweehonderd millioen menschen staan hier, deels onder<br />

de terreur <strong>van</strong> de GPOe, deels be<strong>van</strong>gen <strong>van</strong> een<br />

duivelsche wereldbeschouwing met een wilde koppigheid<br />

tegenover ons. <strong>De</strong> massa's pantserwagens, die in<br />

dezen winter ons front in <strong>het</strong> Oosten bestormen, zijn<br />

<strong>het</strong> resultaat <strong>van</strong> 25 jaar maatschappelijk ongeluk en<br />

ellende <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewistische volk.<br />

Ik geef uiting aan mijn vaste overtuiging dat wij <strong>het</strong><br />

bolsjewistische gevaar op den duur alleen dan kunnen<br />

bedwingen, als wij daartegen, al niet met dezelfde, dan<br />

toch met gelijkwaardige middelen optreden. <strong>De</strong><br />

Duitsche natie staat daarmede voor <strong>het</strong> ernstigste<br />

vraagstuk <strong>van</strong> dezen oorlog, namelijk <strong>het</strong> toonen <strong>van</strong><br />

een vastberadenheid om alles te geven, teneinde alles<br />

wat <strong>het</strong> bezit te behouden, en alles, wat <strong>het</strong> voor <strong>het</strong><br />

verdere leven noodig heeft, te verkrijgen.<br />

<strong>De</strong> geestelijke bedreiging, die <strong>het</strong> bolsjewisme<br />

vormt, is bekend; dat wordt ook in <strong>het</strong> neutrale buitenland<br />

niet bestreden. Maar buiten die geestelijke bedreiging<br />

vormt <strong>het</strong> bolsjewisme voor ons en Europa een<br />

onmiddelijke militaire bedreiging. Het zou bij de<br />

machthebbers <strong>van</strong> <strong>het</strong> Kreml waarschijnlijk een stormachtige<br />

vroolijkheid opwekken, wanneer men daartegen<br />

alleen met geestelijke argumenten zou willen<br />

optreden. Wij zijn vastbesloten ons leven met alle<br />

middelen te verdedigen zonder er rekening mee te<br />

houden, of de omringende wereld de noodzakelijkheid<br />

<strong>van</strong> dezen strijd inziet of niet.<br />

Aan onzen kant staan trouwe en betrouwbare bondgenooten.<br />

Het Italiaansche volk zal met ons onder<br />

leiding <strong>van</strong> den grooten Duce zonder afdwalen den weg<br />

naar de overwinning voortzetten.<br />

In Oost-Azie brengt <strong>het</strong> dappere Japansche volk de<br />

Angelsaksische oorlogsmacht slag na slag toe. Drie<br />

groote mogendheden en wereldmachten tezamen met<br />

haar bondgenooten voeren den strijd tegen de plutocratische<br />

tyrannie en de bolsjewistische bedreigingen.<br />

Aan de zekerheid <strong>van</strong> onze overwinning bestaat bij ons<br />

geen twijfel. Terwijl onze fronten in <strong>het</strong> Oosten hun<br />

gigantischen afweerstrijd tegen den aanstorm der steppe<br />

strijden, raast de oorlog <strong>van</strong> onze duikbooten over de<br />

wereldzeeën; de vijandelijke tonnage lijdt verliezen,<br />

die ook door een nog zoo hoog kunstmatig opgeschroefden<br />

aanbouw op verre na niet goedgemaakt<br />

kunnen worden.<br />

<strong>De</strong> toekomst <strong>van</strong> Europa hangt af <strong>van</strong> den strijd in<br />

<strong>het</strong> Oosten. Wij staan voor haar bescherming paraat.<br />

Het Duitsche volk stelt zijn kostbaar nationaal bloed<br />

vor dezen strijd ter beschikking. Het overige Europa<br />

moest hiervoor tenminste zijn werkkracht ter beschikking<br />

stellen. Wie in <strong>het</strong> overige Europa dezen<br />

strijd heden nog niet begrijpt, zal ons morgen danken,<br />

dat wij hem moedig en onwankelbaar op ons genomen<br />

hebben.<br />

Wanneer wij ooit trouw en onverbrekelijk aan de<br />

overwinning hebben geloofd, dan op dit oogenblik <strong>van</strong><br />

nationale bezinning en innerlijke oprichting. Wij zien<br />

haar in tastbare nabijheid voor ons liggen; wij moeten<br />

slechts toegrijpen. Wij moeten slechts de besluitvaardigheid<br />

toonen om al <strong>het</strong> andere ondergeschikt te<br />

maken aan <strong>het</strong> dienen der overwinning. Dat is <strong>het</strong> gebod<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> oogenblik en daarom luidt <strong>het</strong> parool: Thans<br />

volk,sta op,en storm,breek los!<br />

<strong>De</strong>ze en andere vlugschriften ter verspreiding <strong>van</strong> de waarheid zijn gratis verkrijgbaar bij den uitgever.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

1574 — H Falken-Verlag, Hamburg Br. & Co.


Volkeren <strong>van</strong> Europa: Weesl op Uw hoede!<br />

Als een ware alarmkreet, gericht tot alle volkeren<br />

<strong>van</strong> Europa, moet <strong>het</strong> bij de Hamburgsche Falken-Uitgeverij<br />

verschenen boek: „Teufel! Terror! Tranen!"<br />

(„Satansgebroed! Terreur! Tranen!") worden uitgelegd,<br />

welks schrijvers, Brandt en Evers, aan de hand<br />

<strong>van</strong> authentieke documenten onthullen, welk lot den<br />

overigen volken staat te wachten, zoodra deze onder<br />

de Bolsjewisten-heerschappij geraken. Het volgende<br />

beknopte uittreksel heeft betrekking op <strong>het</strong> Litausche<br />

volk, dat <strong>van</strong> 14 Juni 1940 tot 22 Juni 1941 onder <strong>het</strong><br />

juk <strong>van</strong> de bolsjewistische bezetting moest gebukt<br />

gaan.<br />

Tusschen de documenten <strong>van</strong> den NHWD (GePeOe),<br />

welke stukken de Sovjets bij hun overhaaste vlucht<br />

niet meer konden vernietigen, vond men o. a. een geheim<br />

bevel aan <strong>het</strong> hoofd <strong>van</strong> de Tsjeka in Birsen<br />

(Barzai). Dit bevel behelst nauwkeurig gespecificeerde<br />

aanwijzingen ten aanzien <strong>van</strong> de personen, die op de<br />

lijsten omtrent de uit Litauen te verbannen lieden<br />

moesten worden geplaatst. <strong>De</strong> volgende kringen der<br />

bevolking waren in hun geheel voorbestemd tot deportatie:<br />

alle meer actieve niet-joodsche<br />

aanhangers <strong>van</strong> de vroegere Litausche<br />

partijen, organisaties en politieke groepen;<br />

alle officieren <strong>van</strong> <strong>het</strong> Litausche<br />

leger, alle deelnemers aan de gevechten, die<br />

in de jaren na afloop <strong>van</strong> den eersten wereldoorlog<br />

in de Baltische landen tegen de Sovjets hebben<br />

plaatsgevonden;<br />

alle ambtenaren in functies <strong>van</strong><br />

eenig of hooger belang bij de Litausche<br />

overheid, aan<strong>van</strong>gend met de referendarissen;<br />

alle functionarissen <strong>van</strong> <strong>het</strong> Litausche<br />

Roode Kruis en alle geestelijken<br />

der verschillende kerkgenootschappen;<br />

alle zelfstandige boeren, alle nietjoodsche<br />

kooplieden en alle beoefenaars <strong>van</strong><br />

vrije beroepen;<br />

alle postzegelverzamelaars en verdere<br />

personen, die weieens briefwisseling met<br />

<strong>het</strong> buitenland hebben onderhouden;<br />

alle niet-joodsche personen, die<br />

vroeger in <strong>het</strong> buitenland hebben gestudeerd;<br />

alle n i e t - J o d e n , die in Litauen bij een<br />

handelsvertegenwoordiging <strong>van</strong> buitenlandsche<br />

firma's zijn werkzaam geweest.<br />

Tal <strong>van</strong> andere origineele documenten der GePeOe<br />

en derzelver agenten zijn, nadat de Bolsjewisten waren<br />

weggejaagd, gevonden en in veilige bewaring genomen.<br />

Zij bevatten instructies en vingerwijzingen aangaande<br />

<strong>het</strong> „identificeeren en registreeren der <strong>van</strong> de<br />

Sovjets en <strong>het</strong> Marxisme afkeerige elementen".<br />

<strong>De</strong> GePeOe-commissaris Serof heeft in een streng<br />

geheime instructie nopens de tenuitvoerlegging <strong>van</strong><br />

de deportatiecampagne doen uitkomen, dat de „verbanning<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> anti-Sovjet-element uit de Baltische<br />

landen een taak <strong>van</strong> <strong>het</strong> grootste belang" voor de<br />

Sovjets was.-Om te beginnen moeten 700.000 Litauers<br />

<strong>van</strong> hun geboortegrond worden weggerukt.<br />

Reeds de eerste golf <strong>van</strong> arrestaties, welke in <strong>het</strong><br />

begin <strong>van</strong> Juli 1940 aanving, beteekent een vernietigende<br />

klap, die aan de Litausche intellectueele wereld<br />

wordt toegebracht. Alleen al in Kaunas worden 200<br />

toonaangevende persoonlijkheden uit <strong>het</strong> politieke,<br />

oeconomische en cultureele leven in hechtenis genomen.<br />

Datzelfde lot treft een nog grooter aantal voor-<br />

! aanstaande leden in de overige deelen des lands.<br />

In de nacht <strong>van</strong> den llden op den 12den Juli tast<br />

de GePeOe voor den eersten keer op grootere schaal<br />

! toe. <strong>De</strong> poorten <strong>van</strong> de ge<strong>van</strong>genissen worden achter<br />

j deze rampzaligen toegeslagen. In de woningen <strong>van</strong><br />

\ de gekerkerde Litausche burgers nestelen zich de<br />

i joodsche Sovjet-commissarissen» Hun- valt tevens <strong>het</strong><br />

I vruchtgebruik <strong>van</strong> <strong>het</strong> vermogen der opgepakte Li-<br />

| tauers ten deel.<br />

Haar hoogtepunt bereikt de arrestatiewoede in <strong>het</strong><br />

tijdsbestek <strong>van</strong> 14 tot 22 Juni 1941, toen Moskou de<br />

tweede golf <strong>van</strong> zijn arrestatie- en liquidatie-campagne<br />

i ontketent. <strong>De</strong> derde golf had op 28 Juni moeten los-<br />

| barsten. <strong>De</strong> lijsten met de namen <strong>van</strong> verdere tienduizenden<br />

argelooze slachtoffers liggen in de bureaux<br />

I der GePeOe reeds klaar. Doch <strong>het</strong> komt niet meer<br />

zoo ver: op <strong>het</strong> einde <strong>van</strong> Juni is Litauen, dank zij dc<br />

Duitsche troepen, <strong>van</strong> zijn moordenaars en pijnigers<br />

verlost.<br />

Dat <strong>het</strong> <strong>van</strong> meet af aan een vaststaand programpunt<br />

<strong>van</strong> de Bolsjewisten is geweest om elke<br />

godsdienstige richting voorgoed uit<br />

te roeien — met uitzondering dan <strong>van</strong> <strong>het</strong> joodj<br />

sche geloof—, blijkt op onweerlegbare wijze uit meerdere<br />

<strong>van</strong> de GePeOe afkomstige documenten.<br />

Het voornaamste geheime document, dat door <strong>het</strong><br />

Litausche bureau <strong>van</strong> onderzoek in Kaunas voor <strong>het</strong><br />

navorschen <strong>van</strong> <strong>het</strong> bolsjewistische schrikbewind kan<br />

worden overgelegd, is een rondschrijven <strong>van</strong> 2 October<br />

1940, gericht tot „Alle leiders <strong>van</strong> de districtsafdeelingen<br />

<strong>van</strong> den NKWD". Dit stuk is geteekend<br />

door <strong>het</strong> hoofd <strong>van</strong> de Tsjeka in Litauen, G1 a d k o f<br />

genaamd. Hierin wordt den leden <strong>van</strong> de Tsjeka in<br />

geheel Litauen opgedragen om een wakend oog te<br />

houden op de volgende personen:<br />

1. alle predikanten en pastoors;<br />

2. alle leidende persoonlijkheden der kerkelijke<br />

organisaties;<br />

3. alle personen in de functie <strong>van</strong> <strong>De</strong>ken en alle<br />

Curiaten.<br />

Woordelijk staat in dit rondschrijven te lezen:<br />

„Neemt alle betreffende personen<br />

terdege onder handen!" Volgens de• bolsjewistische<br />

terminologie komt zulks neer op vervolging,<br />

arrestatie en afslachting.-<br />

In een ander document worden nauwkeurige vingerwijzingen<br />

verstrekt voor <strong>het</strong> verhaasten <strong>van</strong> de<br />

anti-religieuze vernietigingscampagne. In dit rond-<br />

I schrijven No 2192 <strong>van</strong> 21 Januari 1941, dat door den<br />

| Volkscommissaris voor interne aangelegenheden in<br />

:<br />

de Sovjet-republiek Litauen, Goesewitsjius, is geteekend,<br />

komt o. a. voor:<br />

„<strong>De</strong> tweede afdeeling <strong>van</strong> <strong>het</strong> Volkscommissariaat<br />

voor interne aangelegenheden (de officieele benaming<br />

I voor de Tsjeka-GePeOe) der Sovjet-republiek Litauen


heeft <strong>het</strong> plan der actieve en operatieve middelen in<br />

onderzoek, dat ten aanzien <strong>van</strong> de geestelijken in de<br />

nieuwe Sovjet-republieken in toepassing is te brengen."<br />

In dit geheime rondschrijven worden de volgende<br />

gegevens opgevraagd:<br />

1. een opstelling <strong>van</strong> alle Roomsch-Katholieke,<br />

Grieksch-Katholieke en andere religieuze vereenigingen<br />

en genootschappen;<br />

2. een lijst <strong>van</strong> alle predikanten, popen en andere<br />

sektenpredikers;<br />

3. voorstellen ter ondermijning der religieuze organisaties.<br />

Bij de kerkdeuren duiken voor en na afloop <strong>van</strong> de<br />

godsdienstoefeningen dwarskijkers <strong>van</strong> de GePeOe<br />

op, die allé kerkgangers nauwgezet monsteren en in<br />

hun lijsten noteeren. Men gaat over tot <strong>het</strong> in beslag<br />

nemen <strong>van</strong> de kerken, die worden omvergehaald en<br />

vernield.<br />

Aan dezen boozen opzet vallen <strong>het</strong> allereerst de<br />

E<strong>van</strong>gelische kerken in Wilna, Kaunas en Kedahnen<br />

(Kedainiai) ten prooi. In Wilna wordt de kerk <strong>van</strong> de<br />

E<strong>van</strong>gelische gemeente in de Woketsjiusstraat No 9<br />

verlaagd tot een „tehuis" voor de communistische<br />

jeugd. Het altaar wordt weggesloopt, <strong>het</strong> beeldhouwwerk<br />

<strong>van</strong> den kansel vernield. Op de E<strong>van</strong>gelische<br />

kerk in Kedahnen (Kedainiai) koelen de Sovjets<br />

eveneens hun woede. <strong>De</strong> E<strong>van</strong>gelische kerk in Kaunas<br />

wordt door de Sovjets omgezet in een verblijf voor de<br />

bruggewacht. <strong>De</strong> „cultureele steunpilaren" <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

Sovjetleger verontreinigen en vernielen <strong>het</strong> inwendige<br />

<strong>van</strong> de kerk op een beestachtige manier. En op„<br />

die wijze wordt in geheel Litauen met de kerkgebouwen<br />

omgesprongen.<br />

Spoedig na de jaarswisseling 1940/41 wordt <strong>het</strong><br />

Katholieke priesterseminarium in Kaunas door<br />

de Sovjets gewapenderhand bezet. <strong>De</strong> bewoners worden<br />

zonder meer op straat gezet.<br />

Ten aanzien <strong>van</strong> de geestelijken wordt thans in<br />

<strong>het</strong> openbaar eveneens een ware vervolgingswoede<br />

aan den dag gelegd. Velen <strong>van</strong> hen worden in de ge<strong>van</strong>genis<br />

geworpen, verbannen of omgebracht. <strong>De</strong> in<br />

<strong>het</strong> leven geblevenen durven zich in <strong>het</strong> geheel niet<br />

meer in <strong>het</strong> openbaar te vertoonen.<br />

Bij <strong>het</strong> oogmerk <strong>van</strong> de Sovjets om de volkeren<br />

der Baltische landen ten gronde te richten, wordt bij<br />

voorkeur aangestuurd op <strong>het</strong> wegsleepen <strong>van</strong> kinderen<br />

en jongelieden <strong>van</strong> beiderlei kunne. Zoo worden<br />

b. v. uit Palanga 419 kinderen weggesleurd. Slechts<br />

twee daar<strong>van</strong>, die onderweg wisten te ontsnappen,<br />

zijn naderhand terecht gekomen. In Riga heeft meo<br />

' na <strong>het</strong> op de vlucht slaan <strong>van</strong> de Bolsjewisten een<br />

viertal afgesloten spoorwagons aangetroffen, die bij<br />

opening volgepropt met kinderlijkjes bleken te zijn.<br />

Ruim 50.000 menschen hebben de Sovjets uit <strong>het</strong><br />

kleine Litauen weggesleurd. Lieden uit alle standen<br />

en beroepen, waaronder duizenden vrouwen en kin­<br />

deren, werden op transport naar Siberië gesteld. Uit<br />

Letland werden nog meer rampzaligen en uit Estland<br />

ten naasten bij 100.000 menschen op gewelddadige<br />

wijze weggehaald. Hierbij moeten nog worden opgeteld<br />

<strong>het</strong> aantal vermoorden en al diegenen, die op<br />

andere wijzen door de joodsche GePeOe-beulsknechten<br />

worden „opgeruimd". Alleen al in <strong>het</strong> kleine Estland<br />

worden 60.000 intellectueelen terechtgesteld.<br />

Datgeen, waartoe de bestialische joodsche haatgevoelens<br />

de volkeren <strong>van</strong> Europa hebben voorbestemd, heeft een<br />

tweetal joodsche ingewijden, de Zionistenaanvoerder Israël<br />

Zangwill en de literaat Samuel Roth, in hun<br />

aan den nieuwen rector <strong>van</strong> de joodsche universiteit in Jeruzalem<br />

opgedragen gedenkboek ,,Now and forever" (Nu en<br />

voor altoos) met cynische openhartigheid geopenbaard:<br />

„In Rusland hebben wij, Joden, reeds de vrijheid verworven<br />

en wij hebben onze wraak op een grootsche wijze<br />

gekoeld. Tegenwoordig zijn wij daarginds de vervolgers,<br />

vol trots en zonder eenig mededoogen. <strong>De</strong> levensgeesten<br />

der Europeesche volkeren zullen als <strong>het</strong> ware uit hen wegvluchten,<br />

zich in stroomen stinkend bloed een weg banend<br />

door mond, oogen en huid. Alleen zuigelingen en analphabeten<br />

zullen worden gespaard. <strong>De</strong> rest is bestemd om geweldige<br />

begraafplaatsen te vormen. Uit de Oekraïne zal de<br />

wreker een loeiende woestenij maken. Alle vrouwen zullen<br />

worden onteerd, aleer men ze afmaakt. <strong>De</strong> dokken in<br />

Dantzig zullen stroomen rottend bloed uitbraken. Duitschland<br />

en België zullen worden herschapen in .dusdanige<br />

slachthuizen, dat <strong>het</strong> noodig zal worden rondom Nederland<br />

nieuwe en hoogere dijken op te werpen."<br />

Ziehier slechts een kort uittreksel uit <strong>het</strong> boek<br />

„Satansgebroed! Terreur! Tranen!" Al jarenlang worden<br />

door de joodsch vermaagschapte wereldpers pogingen<br />

aangewend om <strong>het</strong> gezonde afweerinstinct der<br />

volkeren in slaap te sussen. Tegen deze tactiek keerde<br />

zich <strong>het</strong> Portugeesche blad „Diario da Manha" door<br />

op <strong>het</strong> einde <strong>van</strong> Februari 1943 de ernstig bedoelde<br />

waarschuwing te publiceeren, dat de zegepraal <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong> Bolsjewisme op aarde den terugkeer zou beduiden<br />

<strong>van</strong> den ouden vorm der slavernij, <strong>van</strong> de politieke<br />

anarchie en <strong>van</strong> <strong>het</strong> politieke despotisme.<br />

Dat de genoemde landen inderdaad geen paal en<br />

perk wenschén te stellen aan <strong>het</strong> drijven <strong>van</strong> de<br />

Bolsjewisten, verraadt <strong>het</strong> Engelsche blad „Observer"<br />

omstreeks <strong>het</strong> einde <strong>van</strong> Februari door zonder eenig<br />

woord <strong>van</strong> protest te schrijven:<br />

„<strong>De</strong> voortgezette opmarsch <strong>van</strong> de Sovjets zal de<br />

landen Bulgarije, Kroatië en Hongarije wegvagen".<br />

<strong>De</strong> puinhoopen der verwoeste kerken en <strong>het</strong> rampzalige<br />

lot <strong>van</strong> de ruim 260.000 mannen, vrouwen en<br />

kinderen, die in Litauen, Letland en Estland afgemaakt,<br />

dan wel uit die gewesten weggesleurd werden,<br />

manifesteeren ten duidelijkst ten overstaan <strong>van</strong> de<br />

geheele wereld <strong>het</strong> verregaand huichelachtig gedoe<br />

<strong>van</strong> de Britsche kerkelijke kringen, die er allerminst<br />

voor terugdeinzen om de bolsjewistische moordenaars<br />

en beeldenstormers als voorvechters der religieuze<br />

vrijheid en hun door <strong>het</strong> bloed wadend opperhoofd als<br />

een nieuwen „heilige" te verheerlijken.<br />

<strong>De</strong>ze en andere vlugschriften ter verspreiding <strong>van</strong> de waarheid, zijn gratis verkrijgbaar bij den uitgever.<br />

Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />

1584 -H. Falken-VerlaK. Hamburg Chi


Europeesche artsen in Katijn<br />

<strong>De</strong> Joodsch-bolsjewistische massamoord <strong>van</strong> Katijn,<br />

waar<strong>van</strong> 12 000 Poolsche officieren <strong>het</strong> slachtoffer werden,<br />

werd door een commissie <strong>van</strong> Europeesche artsen<br />

op de plaats <strong>van</strong> <strong>het</strong> gebeuren aan een onderzoek<br />

onderworpen. <strong>De</strong> commissie bestond uit de volgende<br />

heeren:<br />

Ï.België: dr. Speleers, hoogleeraar in de<br />

oogheelkunde aan de universiteit te Gent;<br />

2. Bulgarije: dr. Markof, docent in de gerechtelijke<br />

geneeskunde en criminologie aan de<br />

universiteit te Sofia;<br />

3. <strong>De</strong>nemarken: dr. Tramsen, prosector aan<br />

<strong>het</strong> instituut voor gerechtelijke geneeskunde te<br />

Kopenhagen;<br />

4. Finland: dr. Saxen, hoogleeraar in de<br />

pathologische anatomie aan de universiteit te<br />

Helsinki;<br />

5. Italië: dr. Palmieri, hoogleeraar in de gerechtelijke<br />

geneeskunde en criminologie aan de<br />

universiteit te Napels;<br />

6. Kroatië: dr. Miloslawich, hoogleeraar in<br />

de gerechtelijke geneeskunde en criminologie<br />

aan de universiteit te Zagreb;<br />

7. Nederland: dr. de Burlet, hoogleeraar in<br />

de anatomie aan de universiteit te Groningen;<br />

8. Protectoraat Bohemen en Moravië:<br />

dr. Hajek, hoogleeraar in de gerechtelijke geneeskunde<br />

en criminologie te Praag;<br />

9. Roemenië: dr. Birkle, arts, verbonden aan<br />

<strong>het</strong> Roemeensche ministerie <strong>van</strong> justitie en eerste<br />

assistent <strong>van</strong> <strong>het</strong> instituut voor gerechtelijke geneeskunde<br />

en criminologie te Boekarest;<br />

10. Zwitserland: dr. Naville, hoogleeraar<br />

in de gerechtelijke geneeskunde aan de universiteit<br />

te Genèveil.<br />

Slowakije: dr. Subik, hoogleeraar in de<br />

pathologische anatomie aan de universiteit te<br />

Bratislawa; chef <strong>van</strong> den rijksgezondheidsdienst;<br />

12. Hongarije: dr. Orsos, hoogleeraar in de<br />

gerechtelijke geneeskunde en criminologie aan.<br />

de universiteit te Boedapest.<br />

Bij de werkzaamheden en beraadslagingen der delegatie<br />

waren voorts tegenwoordig:<br />

1. de door <strong>het</strong> opperbevel <strong>van</strong> de Duitsche weermacht<br />

met de leiding der opgravingen in Katijn<br />

belaste hoogleeraar in de gerechtelijke medicijnen<br />

en criminologie aan de universiteit te<br />

Breslau, dr. Buhtz;<br />

2. inspecteur in de geneeskunde dr. Costedost,<br />

die door den chef <strong>van</strong> de Fransche regeering belast<br />

is met <strong>het</strong> bijwonen <strong>van</strong> de werkzaamheden<br />

<strong>van</strong> de commissie.<br />

Het officieele verslag' <strong>van</strong> de resultaten <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

onderzoek luidt, afgezien <strong>van</strong> eenige uitlatingen,<br />

als volgt:<br />

«Tot en met 30 April 1943 zijn 982 lijken opgegraven.<br />

Hier<strong>van</strong> werden ongeveer 70 °/o onmiddelijk<br />

geïdentificeerd, terwijl de papieren der overigen eerst<br />

na een zorgvuldige behandeling voor de identificatie<br />

gebruikt kunnen worden. <strong>De</strong> voor de aankomst der<br />

commissie opgegraven lijken zijn alle geschouwd, voor<br />

<strong>het</strong> grootste gedeelte is hierop ook autopsie verricht<br />

en wel door prof. Buhtz en zijn medewerkers.<br />

Tot op den dag <strong>van</strong> <strong>van</strong>daag werden zeven massagraven<br />

geopend, waar<strong>van</strong> <strong>het</strong> grootste naar schatting<br />

2500 lijken <strong>van</strong> officieren bevat.<br />

<strong>De</strong> leden <strong>van</strong> de commissie hebben zelf op negen<br />

lijken autopsie verricht en talrijke bijzondere gevallen<br />

aan een lijkschouwing onderworpen.<br />

Gerechtelijk - geneeskundige resultaten:<br />

Als doodsoorzaak voor alle tot dusver opgegraven<br />

lijken werd zonder uitzondering een schot door <strong>het</strong><br />

hoofd waargenomen. Het zijn in doorsnee schoten in<br />

den nek en wel voor <strong>het</strong> grootste gedeelte enkelvoudige,<br />

in zeldzame gevallen dubbele, in een enkel geval<br />

een drievoudig schot. <strong>De</strong> plaats waar de kogel <strong>het</strong><br />

lichaam is binnengedrongen bevindt zich over <strong>het</strong> algemeen<br />

onder in den nek en de kogel gaat door <strong>het</strong> achterhoofdsbeen<br />

dicht bij <strong>het</strong> achterhoofdsgat, terwijl de<br />

plaats waar de kogel <strong>het</strong> lichaam verlaten heeft in den<br />

regel in de buurt <strong>van</strong> de voorhoofdshaargrens, in zeer<br />

zeldzame gevallen echter iets dieper ligt. Het zijn<br />

over <strong>het</strong> algemeen pistoolschoten geweest met een<br />

kaliber <strong>van</strong> minder dan 8 mM.<br />

Uit de wijze waarop de schedel vernield is en uit<br />

<strong>het</strong> vinden <strong>van</strong> schroeivlekken aan de achterhoofdsbeenderen<br />

in de buurt <strong>van</strong> de plaats, waar de kogel<br />

<strong>het</strong> lichaam is binnengedrongen, alsmede uit <strong>het</strong> feit<br />

dat de kogelgaten over <strong>het</strong> algemeen op dezelfde<br />

plaats liggen, kan worden afgeleid dat geschoten is<br />

terwijl de loop op <strong>het</strong> achterhoofd rustte of op zeer<br />

korten afstand, te meer daar ook de weg dien de<br />

kogels genomen hebben, op enkele geringe afwijkingen<br />

na, over <strong>het</strong> algemeen gelijk is. <strong>De</strong> opvallende<br />

gelijkenis <strong>van</strong> de verwondingen en de ligging <strong>van</strong> de<br />

plaats waar de kogel <strong>het</strong> lichaam is binnengedrongen,<br />

die zich beperkt tot een zeer klein gedeelte <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />

achterhoofd, wettigen de conclusie dat de vuurwapens<br />

door een geoefende hand zijn gehanteerd.<br />

<strong>De</strong> massagraven bevinden zich op kale open<br />

plekken in <strong>het</strong> bosch. Zij zijn volkomen vlak en volgens<br />

verklaringen <strong>van</strong> den als deskundige geraadpleegden<br />

houtvester von Herff drie jaren geleden, dus<br />

in <strong>het</strong> jaar 1940, met jonge dennen beplant.<br />

<strong>De</strong> lijken liggen bijna uitsluitend op den buik, dicht<br />

naast en over elkaar, aan de kanten goed opgestapeld,<br />

in <strong>het</strong> midden onregelmatiger. <strong>De</strong> beenen zijn doorgaans<br />

gestrekt. Zij zijn blijkbaar stelselmatig opeengestapeld.<br />

<strong>De</strong> uniformen <strong>van</strong> de opgegraven lijken<br />

vertoonen volgens de overeenstemmende waarneming<br />

<strong>van</strong> de commissie alle geheel of gedeeltelijk, in <strong>het</strong><br />

bijzonder wat betreft knoopen, onderscheidingsteekens,<br />

onderscheidingen, <strong>het</strong> model <strong>van</strong> de laarzen,<br />

waschnummers, enz. de ondubbelzinnige kenteekenen<br />

<strong>van</strong> Poolsche uniformen. Er worden veel bont, leeren<br />

jassen, wollen vesten, officierslaarzen, typische<br />

Poolsche officiersmutsen gevonden. Slechts in enkele<br />

gevallen zijn <strong>het</strong> geen officieren, in één enkel geval<br />

was <strong>het</strong> lijk dat <strong>van</strong> een geestelijke. <strong>De</strong><br />

grootte der "kleedingstukken komt overeen met de<br />

grootte der lichamen. Het ondergoed is gewoon dichtgeknoopt,<br />

bretels en riemen bevinden zich op de gewone<br />

plaats. Hieruit blijkt, dat de lijken in de uniformen,<br />

die tot aan den dood werden gedragen, begraven<br />

werden.


Op de lijken zijn geen horloges of ringen<br />

gevonden, hoewel volgens de <strong>van</strong> nauwkeurige<br />

tijdsaanduiding voorziene aanteekeningen in de verschillende<br />

dagboeken tot op de laatste dagen en uren<br />

horloges aanwezig geweest moeten zijn. Voorwerpen<br />

uit edel metaal werden slechts op verborgen plaatsen<br />

bij slechts zeer weinig lijken aangetroffen. Poolsche<br />

bankbiljetten werden in vrij groote hoeveelheden gevonden,<br />

in niet weinig gevallen ook wisselgeld. Verder<br />

waren er Poolsche cigaretten en lucifersdoosjes bij de<br />

dooden, in enkele gevallen ook tabaksdoozen en<br />

sigarettepijpjes met de graveering «Kocielsk» (de<br />

naam <strong>van</strong> <strong>het</strong> laatste Sowiet-Russische ge<strong>van</strong>genenkamp<br />

<strong>van</strong> de meeste vermoorden).<br />

<strong>De</strong> bij de lijken gevonden documenten (dagboeken,<br />

papieren, kranten) zijn uit den tijd <strong>van</strong><br />

herfst 1939 tot Maart en April 1940.<br />

<strong>De</strong> jongste tot nu toe gevonden datum is die <strong>van</strong> een<br />

Russische krant <strong>van</strong> 22 April 1940. Er zijn verschillende<br />

graden en vormen <strong>van</strong> ontbinding, die worden<br />

bepaald door de ligging <strong>van</strong> de lijken in <strong>het</strong> graf<br />

en ten opzichte <strong>van</strong> elkaar. Behalve mummificeering<br />

aan de oppervlakte en aan de randen der lijkenmassa<br />

komt er ook vochtige maceratie voor in de centrale<br />

deelen der lijkenmassa. Het aankleven en plakken <strong>van</strong><br />

de in eikaars nabijheid liggende lijken door gestold<br />

lijkenvocht, vooral de door den druk veroorzaakte<br />

correspondeerende vervormingen wijzen beslist op<br />

optimaire ligging.<br />

Op de lijken ontbreken volkomen insecten, die uit<br />

den tijd <strong>van</strong> <strong>het</strong> begraven zouden kunnen zijn. Hieruit<br />

blijkt, dat <strong>het</strong> doodschieten en begraven geschied<br />

moeten zijn in een koud jaargetijde zonder insekten.<br />

Een groot aantal schedels werd onderzocht op een<br />

verandering, die naar de ervaringen <strong>van</strong> professor<br />

Orsos <strong>van</strong> groot belang is bij de bepaling <strong>van</strong> den<br />

tijd <strong>van</strong> den dood. Dit betreft een kalkachtige aankorsting<br />

<strong>van</strong> verschillende lagen aan de oppervlakte<br />

<strong>van</strong> de reeds leemachtig gehomogeniseerde hersenmassa.<br />

<strong>De</strong>rgelijke verschijnselen zijn bij lijken, die<br />

minder dan drie jaar in <strong>het</strong> graf hebben gelegen, niet<br />

waar te nemen, Zooiets kwam o. a. voor in zeer<br />

duidelijken vorm in den schedel <strong>van</strong> lijk no. 526, dat<br />

uit de oppervlakte <strong>van</strong> een groot massagraf te voorschijn<br />

werd gehaald.<br />

In <strong>het</strong> Bosch <strong>van</strong> Katijn zijn door de commissie<br />

massagraven <strong>van</strong> Poolsche officieren onderzocht, waar<strong>van</strong><br />

er tot dusver zeven geopend zijn. Daaruit werden<br />

982 lijken te voorschijn gehaald en onderzocht; ten<br />

deele werd daarop lijkenschouwing gehouden en reeds<br />

voor 70 procent werden zij geïdentificeerd.<br />

<strong>De</strong> lijken vertoonen als doodsoorzaak uitsluitend<br />

schoten in den nek; Uit de getuigenverklaringen, de<br />

bij de lijken gevonden papieren, dagboeken, kranten,<br />

enz., blijkt, dat <strong>het</strong> ter dood brengen in de maanden<br />

Maart en April 1940 heeft plaats gehad. Daarmede<br />

zijn volkomen in overeenstemming de in <strong>het</strong> protocol<br />

geschilderde bevindingen bij de massagraven en de<br />

afzonderlijke lijken der Poolsche officieren.<br />

Smolensk, 30 April 1943.<br />

Dr. Speleers, dr. Markof, dr. Tramsen,<br />

dr. Saxen, dr. Palmieri, dr. Miloslawich,<br />

dr. de Burlet, dr. Hajek, dr. Birkle,<br />

dr. Naville, dr. Subik, dr. Orsos.<br />

<strong>De</strong>ze en andere vlugschriften ter verspreiding <strong>van</strong> de waarheid zijn gratis verkrijgbaar bij den uitgever.<br />

159* - H. Falken-Verlag, Hamburg 36. Br. & Co.


<strong>De</strong> strijd om hel vooribestaan ven Europa.<br />

In <strong>het</strong> vierde oorlogsjaar, op <strong>het</strong> einde <strong>van</strong> Juni 1943,<br />

heeft in Weenen <strong>het</strong> Tweede Internationale Journalistencongres<br />

plaatsgevonden. Bij die gelegenheid heeft de<br />

Duitsche rijksperschef Dr. D i e t r i c h een redevoering<br />

gehouden, welke alleszins verdient, dat daarop de bijzondere<br />

aandacht der Europeesche volkeren wordt gevestigd.<br />

Dr. Dietrich betoogde:<br />

«Op één punt is tegenwoordig geen twijfel meer<br />

mogelijk: <strong>het</strong> bondgenootschap tusschen Plutocratie en<br />

Bolsjewisme heeft <strong>het</strong> gemunt op de vernietiging <strong>van</strong><br />

Europa! <strong>De</strong> afspraken <strong>van</strong> Londen tot Moskau, <strong>van</strong> Casablanca<br />

tot Washington leveren daartoe de bewijzen. <strong>De</strong><br />

puinhoopen der duizendjarige cultuurmonumenten zijn<br />

even zoovele steenen getuigen. <strong>De</strong> massale graven bij<br />

Katyn en de oorlog tegen weerlooze vrouwen en kinderen<br />

hebben dezen absoluten vernielingstoeleg ten overstaan<br />

<strong>van</strong> de geheele wereld ten duidelijkst bezegeld en<br />

gebrandmerkt.<br />

Het zijn allerminst holle begrippen, waarvoor wij vechten,<br />

doch <strong>het</strong> is de strijd om den geheelen schat aan<br />

menschelijke cultuur, de strijd om de uitkomsten <strong>van</strong> den<br />

menschelijken arbeid en <strong>het</strong> menschelijk vernuft <strong>van</strong> de<br />

laatste zesduizend jaar, de strijd om <strong>het</strong> behoud of <strong>het</strong><br />

verlies <strong>van</strong> den geheelen socialen vooruitgang, om <strong>het</strong><br />

geheele bezit aan scheppingen der menschelijke beschaving<br />

en om de grondslagen <strong>van</strong> eiken vorm <strong>van</strong><br />

ontwikkeling, kortom <strong>het</strong> is de strijd om <strong>het</strong> voortbestaan<br />

<strong>van</strong> Europa! <strong>De</strong> strijd om al datgeen, wat Europa aan<br />

de overige wereld gegeven en aan <strong>het</strong> menschdom geschonken<br />

heeft.<br />

Wat zou Amerika thans beteekenen zonder de<br />

cultuurvolken <strong>van</strong> Europa, aan welke <strong>het</strong> letterlijk alles,<br />

zijn ontdekking, zijn bevolking, ja zelfs zijn naam heeft<br />

te danken? Het is Europa geweest, dat zijn stempel<br />

drukte op <strong>het</strong> aanschijn der wereld, Europa ontdekte de<br />

bewegingen <strong>van</strong> den aardbol en den loop <strong>van</strong> <strong>het</strong> gesternte.<br />

Europa's vorschers hebben de verklaring weten<br />

te vinden voor al <strong>het</strong> natuurkundig gebeuren op aarde.<br />

<strong>De</strong> groote ontdekkingsreizigers en ontsluiters <strong>van</strong><br />

nieuwe wcrelddeelen, een Marco Polo, een Columbus,<br />

de groote astronomen zooals Copernicus, Keplcr en<br />

Galilei, de groote wijsgeeren Kant en Schopenhauer, de<br />

stoutmoedige zeevaarder Vasco de Gama, de vorschers<br />

Amundsen en Sven Hedin, zij allen behoorden thuis op<br />

<strong>het</strong> Europeesche vasteland. En waar de vijanden <strong>van</strong><br />

Europa zich laten voorstaan op hun techniek, op <strong>het</strong> beheerschen<br />

<strong>van</strong> de natuur en haar krachten, daar hebben<br />

zij ook hiertoe uit zichzelf niets fundamenteels bijgedragen.<br />

Want wie doorgrondde <strong>het</strong> wezen der electriciteit —<br />

de grootste vorschersprestatie der menschheid? Wie<br />

schiep den motor, de automobiel, <strong>het</strong> stoomschip, <strong>het</strong><br />

vliegtuig? Aan wien hebben wij <strong>het</strong> wonder der radio te<br />

danken? Welken klank hebben niet alom op aarde de<br />

namen <strong>van</strong> Helmholtz, Gauss, Röntgen en Planck! Waar<br />

leefden en wrochtten Otto en Diesel, Benz en Daimler,<br />

Lilienthal en Blériot, Siemens en Marconi? Welke belangrijke<br />

bijdragen leverden niet de groote natuurkundigen<br />

uit <strong>het</strong> Zuidoosten <strong>van</strong> Europa, zooals Tesla,<br />

Pupin, Hulubei en Stranski! Het is Europa, waaraan de<br />

wereld <strong>van</strong> <strong>het</strong> Avondland per slot <strong>van</strong> rekening alles<br />

heeft te danken, waarop zij heden ten dage aan technischen<br />

vooruitgang kan bogen.<br />

Op welk niveau zouden de geestelijke en kunstzinnige<br />

verrichtingen dezer wereld zich thans hebben bewogen,<br />

indien haar niet in Europa Gutenberg de boekdrukkunst<br />

had geschonken! Romeinen en Germanen<br />

hebben de huidige wereld haar rechtspraak gegeven!<br />

Wie zou de kwalen der menschheid kunnen verhelpen<br />

zonder <strong>het</strong> onvergankelijke onderzoekingswerk <strong>van</strong> de<br />

groote geneesheeren op <strong>het</strong> Europeesche continent, <strong>van</strong><br />

die reeks welke aan<strong>van</strong>gend met Hippocrates via Paracelsus<br />

wordt voortgezet door mannen als Koch, Virchow<br />

en Semmelweis. Europeesche geleerden wisten den dood<br />

te weren door de gezegende middelen te vinden, welke<br />

geheele werelddeelen hebben verlost <strong>van</strong> den vloek, die<br />

daarop al duizenden jaren had gerust. Heeft niet Liebig<br />

de kunstmest uitgevonden, waardoor nieuw brood voor<br />

deze aarde en nieuwe bestaansruimte voor millioenen<br />

zielen werden geschapen, doordat de wereldoogsten met<br />

een derde vermeerderden? Behoeven wij hieraan nog toe<br />

te voegen, dat <strong>het</strong> altoos Europeanen zijn geweest, die<br />

de wereld <strong>van</strong> <strong>het</strong> Avondland in een bloeienden tuin<br />

wisten te herschapen, eerbiedig gehoorzamend aan de<br />

natuur en haar eeuwige wetten, terwijl <strong>het</strong> nooit anders<br />

dan de Barbaren zijn geweest — onverschillig of zij <strong>van</strong><br />

gene zijde von den Oeral of <strong>van</strong> den overkant <strong>van</strong> den<br />

oceaan kwamen opdagen — die niet alleen de gemoederen<br />

der menschen, doch ook de eeuwige natuur zelf vertrapten<br />

en geweld hebben aangedaan, en die tegenwoordig<br />

opnieuw Europa, dien alouden bodem der<br />

cultuur, door hun vernielingswoede ten ondergang zouden<br />

willen doemen.<br />

Laten wij onze blikken richten op de verheven<br />

bouwwerken, die alom op den Europeeschen bodem<br />

verrijzen als even zoovele grootsohe getuigen <strong>van</strong> den<br />

westerschen beschavingsdrang en <strong>van</strong> de westersche<br />

scheppingskracht. Wie wordt er niet vervuld <strong>van</strong> geluk<br />

en eerbied voor een dergelijk bezit der menschheid!<br />

Wij behoeven slechts te letten op <strong>het</strong> onafzienbare<br />

aantal begenadigde kunstenaars, die Europa's bestaan<br />

hebben opgeluisterd, zijn zieleleven in marmer, brons en<br />

kleuren vastlegden en een duizendvoudig loflied op zijn<br />

schoonheid aanhieven. Hoe arm zou de wereld immers<br />

zijn, indien <strong>het</strong> deze scheppingen moest missen! Bestaat<br />

er buiten Europa — aldus vragen wij ons af — wel<br />

hoegenaamd eenige westersche muziek? Waarop kunnen<br />

zij, die ons tegenwoordig uit onwetendheid en aanmatiging<br />

smaad aandoen, sich laten voorstaan in vergelijking<br />

met de Europeesche muziek? En dan Europa's<br />

dichters. Met welk een keur <strong>van</strong> de prachtigste werken<br />

hebben zij de menschheid verblijd!<br />

Zoo zien wij voor ons de glorierijke en alle gebieden<br />

omvattende cultureele verrichtingen, waardoor Europa<br />

aan de westersche menschheid den geheelen geestelijken<br />

rijkdom heeft geschonken, waarop deze kan bogen, En<br />

tegen deze scheppingskracht, waardoor Europa de grootste<br />

genade is deelachtig geworden, hebben zij, die schuldig<br />

zijn aan den oorlog, de machten der duisternis en der<br />

vernieling losgelaten!<br />

Roosevelt heeft eens in <strong>het</strong> openbaar de vraag opgeworpen,<br />

hoe de huidige wereldoorlog zou moeten<br />

heeten. Er is maar één naam, die daarvoor in aanmerking<br />

komt en dien hij met <strong>het</strong> meeste recht kan<br />

dragen: <strong>het</strong> is «de oorlog der Joden!» Zij zijn <strong>het</strong>, die<br />

de horden <strong>van</strong> Barbaren uit <strong>het</strong> Oosten op de been<br />

hebben gebracht, ten einde <strong>het</strong> vernuft te smoren, <strong>het</strong>welk<br />

zijn licht sedert duizenden jaren over deze wereld<br />

heeft uitgestraald.<br />

Ten einde dezen waarlijk monsterachtigen aanslag op<br />

de menschelijke cultuur, op de vrijheid en <strong>het</strong> bestaan


der Europeesche cultuurvolken te verijdelen, zijn de soldaten<br />

al onzer natiën komen toesnellen. Op de verstandelijke<br />

en cultureele wereld in Europa — voor zoover deze<br />

niet aan de fronten staat — rust de taak om de erfenis<br />

der eeuwen in <strong>het</strong> geestelijk strijdperk der menschelijke<br />

en moreele waarden te verdedigen met al de onstuimigheid<br />

en <strong>het</strong> vuur, die uit haar gemoed oplaaien.<br />

Al jarenlang heeft <strong>het</strong> Europeesche journalisme bij<br />

dezen strijd zijn plaats ingenomen in de voorste linie.<br />

Steeds is de cultuur tevens de bakermat <strong>van</strong> den<br />

socialen vooruitgang geweest. Uit dien hoofde moet de<br />

verklaring voor Europa's alles overtreffende positie dan<br />

ook bovenal worden gezocht in <strong>het</strong> overweldigende feit<br />

zijner onvergankelijke verrichtingen voor de maatschappelijke<br />

opkomst der menschheid. Het is Europa's geest<br />

geweest, die den allereersten stoot heeft gegeven tot <strong>het</strong><br />

ontwaken <strong>van</strong> <strong>het</strong> sociale bewustzijn der arbeidzame<br />

massa's, <strong>De</strong> zuiverheid en de gloed dezer gedachten zijn<br />

tevens de beste pleibezorgers voor hun bestaansrecht<br />

geworden.<br />

Elke stap achteruit in deze reeks <strong>van</strong> sociale vorderingen<br />

is uitgegaan <strong>van</strong> die landen aan de peripherie, die<br />

ook thans wederom den strijd tegen ons continent hebben<br />

aangebonden: <strong>van</strong> Engeland en Rusland. Met alle dogma's<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> kapitalisme bij uitnemendheid en zoodoende<br />

ook met de diepste poelen <strong>van</strong> maatschappelijke ellende<br />

heeft de Engelsche geestesgesteldheid de volkeren opgescheept.<br />

Vrijwel alle denkbeelden aangaande menschelijke<br />

onderdrukking, menschelijk verval en misdadig<br />

materialisme werden in Engeland uitgebroeid. Zoowaar<br />

de boosaardige anti-maatschappelijke leer <strong>van</strong> <strong>het</strong> communisme<br />

is ontsproten aan <strong>het</strong> brein <strong>van</strong> een Jood, die zijn<br />

stellingen in Engeland met <strong>het</strong> ten top gevoerde kapitalisme<br />

voor oogen ontwierp en welke dan in <strong>het</strong> «Sovjetparadijs»<br />

tot zoo'n afgrijselijke werkelijkheid werden.<br />

Doch <strong>het</strong> Europeesche continent heeft voor dit sociale<br />

verraad niet gecapituleerd. Het zijn wederom de groote<br />

cultuurscheppende natiën op dit continent geweest, die<br />

op vooruitstrevende oplossingen zijn bedacht geweest en<br />

deze in haar eigen samenleving verwezenlijkten.<br />

Zij hebben door de kracht der nieuwe gedachten, die<br />

uit den schoot des volks werden geboren, <strong>het</strong> dood en<br />

verderf brakende gevaar <strong>van</strong> <strong>het</strong> wereldbolsjewisme<br />

bezworen. Zij hebben voor de naarstige menschheid de<br />

brug geslagen naar een nieuwe wereld <strong>van</strong> vrijheid en<br />

sociale rechtvaardigheid. Zij hebben de idee eener<br />

nieuwe Europeesche orde, opgetrokken op den adel <strong>van</strong><br />

den arbeid, op den plicht om naar vooruitgang te streven,<br />

op <strong>het</strong> beginsel der prestaties en op den grondslag der<br />

gerechtigheid voor allen.<br />

Terwijl dit besef voor ontelbare arbeidzamen op aarde<br />

tegenwoordig nog een gesloten boek is, terwijl de zwoegende<br />

menschheid thans nog in vele landen tot op een<br />

ontstellende hoogte met blindheid is geslagen ten aanzien<br />

<strong>van</strong> haar eigen belangen, terwijl zij blijft voortgaan om<br />

te aanbidden, wat feitelijk haar verderf is, en steenigt,<br />

wat in werkelijkheid tot haar welzijn strekt, terwijl zij<br />

zich in zekeren zin in een intellectueelen roes bevindt,<br />

welke de Joden door <strong>het</strong> vergiftigen <strong>van</strong> de openbare<br />

meening, dank zij <strong>het</strong> beheerschen <strong>van</strong> pers en omroep­<br />

dienst bij onze tegenstanders hebben te voorschijn geroepen,<br />

daar is <strong>het</strong> de verheven missie <strong>van</strong> ons revolutionair<br />

journalisme om alom op aarde een doortocht voor<br />

de waarheid te banen.<br />

Mijn journalistische Kameraden! «Er komen in <strong>het</strong><br />

leven der natiën evenals in <strong>het</strong> bestaan <strong>van</strong> den enkeling<br />

uren der beslissing voor, uren, waarin <strong>het</strong> lot in eigen<br />

handen is gelegd. En ook in <strong>het</strong> leven <strong>van</strong> den journalist<br />

doen sich menigmaal <strong>van</strong> die oogenblikken voor, waarin<br />

<strong>het</strong> lot hem de mogelijkheid verschaft om in eigen<br />

persoon in den loop der geschiedenis in te grijpen. Dat<br />

zijn zeldzame, unieke oogenblikken, laat men zich die<br />

ontglippen, dan komt die kans nooit terug.» Aldus heb<br />

ik mij drie jaar geleden ten naasten bij uitgedrukt ten<br />

overstaan <strong>van</strong> de in Berlijn verzamelde buitenlandsche<br />

journalisten en wel een minuut of tien voor den aan<strong>van</strong>g<br />

<strong>van</strong> die gedenkwaardige zitting <strong>van</strong> den Duitschen Rijksdag<br />

na afloop <strong>van</strong> den Poolschen veldtocht, tijdens welke<br />

zitting de Führer zijn vredesvoorstel aan de westelijke<br />

mogendheden voorlegde, ten einde <strong>het</strong> uitbreken der<br />

vijandelijkheden te verhinderen.<br />

<strong>De</strong>stijds drukte ik dezen Heeren, waaronder zich toen<br />

ook nog de Amerikanen bevonden, op <strong>het</strong> hart:<br />

«In Uw hand is op <strong>het</strong> oogenblik <strong>het</strong> lot <strong>van</strong> millioenen<br />

menschen op aarde gelegd. Schrijft, vereenigt Uw<br />

stemmen tegen <strong>het</strong> onnoodig losbarsten <strong>van</strong> een<br />

tweeden wereldoorlog, voor welke de Duitsche<br />

Führer de menschheid wenscht te bewaren. Indien<br />

Gij allen, bezield door dienzelfden geest volijverig<br />

de pen ter hand neemt en eensgezind de waarheid<br />

gestand doet, dan beschikt Gij allen met elkaar als<br />

wegwijzers voor de openbare meening in Uw eigen<br />

land over de macht om dat schrikbeeld <strong>van</strong> de<br />

menschheid af te wenden.»<br />

<strong>De</strong> bedoelde Heeren hebben dit beroep op <strong>het</strong> geweten<br />

der menschheid, waardoor de vrede op aarde kon zijn<br />

behouden, geen voldoende gezag in de wereldpers<br />

weten bij te zetten. Dat mochten zij waarschijnlijk niet<br />

doen, omdat hun lastgevers, de internationale stokebranden,<br />

die <strong>het</strong> op een oorlog aanstuurden, zulks niet<br />

verkozen. En zoodoende heeft <strong>het</strong> noodlot zijn loop genomen.<br />

Tegenwoordig bevinden wij ons middenin dezen<br />

wereldbrand, die voor Europa en voor de geheele<br />

menschelijke cultuur slechts op de zegepraal of op den<br />

ondergang kan uitloopen. Op dit oogenblik zien wij ons<br />

opnieuw geplaatst tegenover <strong>het</strong> noodlot, en wederom<br />

roep ik U toe om de kans <strong>van</strong> <strong>het</strong> uur waar te nemen,<br />

dezen keer in onze groote Europeesche gemeenschap, in<br />

welke wij thans schouder aan schouder ten strijde zijn<br />

getrokken.<br />

Indien wij de kracht vinden om de gemoederen der<br />

Europeesche menschen door de oplaaiende geestdrift<br />

voor dit verheven doel te doen ontvlammen, dan zullen<br />

wij onze grootsche missie volbrengen. Dan zal de toekomstige<br />

geschiedschrijving niet alleen de groote staatslieden<br />

en veldheeren huldigen, doch zij zal ook de namen<br />

boekstaven <strong>van</strong> de groote publicisten, die in de hachelijkste<br />

uren der menschheid de toortsdragers der waarheid,<br />

der rechtvaardigheid en der vrijheid zijn geweest.»<br />

<strong>De</strong>ze en andere vlugschriften ter verspreiding <strong>van</strong> de waarheid zijn gratis verkrijgbaar bij den uitgever.<br />

1 0 U __ H. Falke-Verlag, Hamburg 36


Het verraad <strong>van</strong> Victor Emanuel<br />

In 1922 trachtte <strong>het</strong> bolsjewistische ondermenschendom<br />

in Italië de heerschappij aan zich te trekken.<br />

Terwijl in Rome <strong>het</strong> koningshuis en <strong>het</strong> parlement<br />

lijdelijk toezagen, kwam <strong>het</strong> in <strong>het</strong> land tot verbitterde<br />

gevechten. <strong>De</strong> bolsjewistische benden konden in den<br />

zomer <strong>van</strong> <strong>het</strong> jaar 1922 zelfs verscheiden steden<br />

bezetten, zooals Bologna, Treviso, Roviga, Navarra.<br />

Toen verhief zich een man, die doortastte. Het was<br />

Mussolini.<br />

In October <strong>van</strong> <strong>het</strong>zelfde jaar volbracht Mussolini<br />

zijn Marsch naar Rome; hij nam de macht over en<br />

redde <strong>het</strong> koningshuis.<br />

Het verraad <strong>van</strong> Victor Emanuel jegens dezen man,<br />

dien men in Juli 1943 na een bezoek bij den koning<br />

geboeid wegleidde om hem aan de vijanden uit te<br />

leveren, heeft bij alle rechtvaardig denkenden afschuw<br />

opgewekt. Hetzelfde géldt voor <strong>het</strong> verraad<br />

jegens den Duitschen bondgenoot, wiens troepen men<br />

op arglistige wijze den vijand in handen spelen wilde.<br />

<strong>De</strong> opperste leiding <strong>van</strong> de Duitsche weermacht<br />

heeft dit grootste net <strong>van</strong> verraderlijke intriges dat<br />

er ooit gesponnen werd verscheurd. In <strong>het</strong>. bericht<br />

wordt gezegd:<br />

Het was voor de Duitsche opperste leiding na den<br />

arglistigen overval op Mussolini duidelijk, dat <strong>het</strong><br />

Italiaansche hof en de laffe generaalskliek niet alleen<br />

<strong>het</strong> fascisme wilden vernietigen, maar buitendien op<br />

<strong>het</strong> laatste moment weer eens de zijde <strong>van</strong> de vermeende<br />

overwinnaars wilden kiezen, ook als zij<br />

daarmede de eer en <strong>het</strong> aanzien <strong>van</strong> de natie door <strong>het</strong><br />

slijk sleurden. Dat zij in <strong>het</strong> uur <strong>van</strong> <strong>het</strong> grootste<br />

nationale gevaar den man wien zij den wederopbloei<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> land te danken hadden in den rug vielen om<br />

de existentie <strong>van</strong> hun volk tegen <strong>het</strong> eigen voordeel<br />

uit te spelen, drukt hun misdadig handelen voor alle<br />

tijden den stempel <strong>van</strong> onuitwischbare schande op.<br />

In Januari 1943 werd Generaal Ambrosio, die<br />

aan <strong>het</strong> hof verkeerde en antifascist was, chef <strong>van</strong><br />

den Italiaanschen generalen staf, en dadelyk wees hy<br />

aan militairen, die zijn meening toegedaan waren,<br />

de belangrijkste posten. Verantwoordelijk voor de<br />

Italiaansche weermacht in <strong>het</strong> gebied <strong>van</strong> de Balkan<br />

teekende Generaal Mario Roatta. Reeds vroeger<br />

speelde hij openlijk verraad jegens de bondgenooten<br />

door met goedkeuring <strong>van</strong> Ambrosio de Servische<br />

Tsjetniks, die voortdurend Duitsche formaties <strong>van</strong> uit<br />

hinderlagen aanvielen, wapens te verschaffen en met<br />

Italiaansche levensmiddelen te verzorgen. Toen <strong>het</strong><br />

Duitsche opperbevel de ontwapening <strong>van</strong> de Tsjetniks<br />

eischte, stemde weliswaar Kolonel-Generaal Cavallero<br />

te goeder trouw en met volle goedkeuring <strong>van</strong> den<br />

Duce daarin toe, maar Generaal Ambrosio, als<br />

toenmalig chef <strong>van</strong> den generalen staf <strong>van</strong> <strong>het</strong> leger<br />

benevens Generaal Roatta saboteerden deze bevelen<br />

gladweg.<br />

Bleek uit deze dingen reeds ondubbelzinnig <strong>het</strong><br />

zoo goed als onverhulde verraad <strong>van</strong> den Italiaanschen<br />

Generalen staf, de meest groteske bevestiging vond<br />

dit op 28 Juni 1943, den hoogsten Servischen feestdag,<br />

den St. Vitusdag. Op dezen dag kon men Italiaansche<br />

eenheden samen met Servische benden voor hun<br />

belhamels zien defilieren.<br />

Bij den harden strijd op Afrikaanschen bodem<br />

tegen de numeriek veel sterkere Anglo-Amerikaansche<br />

strijdkrachten was er <strong>van</strong> medewerking of<br />

ondersteuning door de Italiaansche legerleiding geen<br />

sprake meer. Dit bleek nog duidelijker toen de door<br />

Italiaansche troepen bezette eilanden Pantelleria en<br />

Larnpedusa zich zonder noodzaak overgaven en zoo<br />

voor den vijand de landing op Sicilië mogelijk<br />

maakten. Daar was middelerwijl Generaal' Roatta<br />

.opperbevelhebber <strong>van</strong> <strong>het</strong> 6de Italiaansche leger<br />

geworden.<br />

Toen bij <strong>het</strong> gloren <strong>van</strong> den ochtend <strong>van</strong> 10 Juli de<br />

verwachte landing begon, werd in vollen om<strong>van</strong>g<br />

duidelijk dat open verraad in <strong>het</strong> spel was. Met uitzondering<br />

<strong>van</strong> enkele troepen boden de Italiaansche<br />

divisies in <strong>het</strong> geheel geen tegenstand aan de Anglo-<br />

Amerikaansche landingstroepen; ze liepen naar den<br />

vijand over of ontruimden zonder slag of stoot en<br />

zonder de militaire inrichtingen te vernielen de plaats<br />

der landing.<br />

<strong>De</strong> Engelsche militaire schrijver Liddell Hart<br />

constateerde ironisch dat de uitgelegde mijnen die<br />

den vijand bij de landing zonder twijfel groote verliezen<br />

zouden hebben berokkend, in <strong>het</strong> geheel niet<br />

gescherpt waren.<br />

Toen ten slotte verdere Duitsche hulp op energische<br />

wijze daar<strong>van</strong> afhankelijk werd gemaakt, dat nu ook<br />

Italië alle krachten zou inspannen, beloofde Generaal<br />

Ambrosio dat alle Duitsche eischen vervuld zouden worden.<br />

Geen enkele <strong>van</strong> deze beloften heeft hij gehouden.<br />

In tegendeel: reeds den volgenden dag eischte hij nog<br />

eens <strong>het</strong> opperbevel over de op Italiaanschen bodem<br />

staande Duitsche divisies op, om ,,vrij te kunnen disponeeren".<br />

<strong>De</strong> door den koning na <strong>het</strong> verraad jegens Mussolini<br />

benoemde minister-president Badoglio vaardigde<br />

reeds één dag na den staatsgreep <strong>van</strong> 26 Juli 1943 den<br />

volgenden hoogdravenden oproep uit:<br />

„Italië doet als fanatiek hoeder zijner duizendjarige<br />

traditie <strong>het</strong> gegeven woord gestand."<br />

Op 28 Juli verzekerden Victor Emanuel, Ambrosio<br />

en Roatta Generaal-Veldmaarschalk Kesselring opnieuw<br />

en geheel vrijwillig dat de oorlog schouder aan<br />

schouder met den bondgenoot voortgezet zou worden.<br />

Op 1 Augustus geeft Badoglio den Duitschen militairen<br />

attaché de volgende verzekering:<br />

„Het Duitsche wantrouwen dat Italië een separaten<br />

vrede zou aanstreven, is g.eheel ongegrond."<br />

Het Engelsche Reuter-bureau bevestigde echter later<br />

dat reeds in de eerste dagen <strong>van</strong> Augustus gevolmachtigden<br />

<strong>van</strong> Badoglio te Madrid en Lissabon verbindirïg<br />

met Britsche diplomatieke vertegenwoordigers<br />

gezocht hadden. Op 5 Augustus is Kroonprins Umberto<br />

aan de beurt om naar buiten plechtig te verkondigen<br />

dat Italië geen- voelhoorens uitgestrekt had met de<br />

bedoeling om vrede te sluiten. Het koningshuis zou<br />

getrouw zijn plichten als bondgenoot nakomen. Terwijl<br />

dergelijke verzekeringen uit hun monden vloeiden,<br />

lieten de verraders reeds hun troepen in den rug<br />

<strong>van</strong> de Duitschers opmarcheeren.<br />

<strong>De</strong> onomstootelijke zekerheid omtrent <strong>het</strong> voorgenomen<br />

ongehoorde verraad kreeg de Duitsche<br />

oorlogsleiding bij de besprekingen die op 5 Augustus<br />

te Bologna tusschen Generaal-Veldmaarschalk Rommel,<br />

Generaal Jodl, chef <strong>van</strong> den oppersten staf der weermacht,<br />

Generaal von Rintelen, Duitsch militair attaché


te Rome, en Roatta, chef <strong>van</strong> den generalen stat <strong>van</strong><br />

Italië, plaats vonden. Bij deze verhandeling legden de<br />

Italiaansche officieren een kaart over, volgens welke<br />

de Duitsche en Italiaansche troepen in <strong>het</strong> geval <strong>van</strong><br />

een vijandelijken aanval op <strong>het</strong> Italiaansche vasteland<br />

gegroepeerd zouden worden. Op <strong>het</strong> eerste gezicht<br />

zien de Duitsche officieren dat hun vermoedens zekerheid<br />

geworden zijn en de verraders inderdaad de uitlevering<br />

<strong>van</strong> de Duitsche divisies aan den vijand<br />

beoogden. Generaal Roatta betoogde met goed gespeelde<br />

verontwaardiging:<br />

„Wij zijn toch geen verraders die midden in <strong>het</strong><br />

gevecht naar den vijand overloopen!"<br />

Ob 1 September krijgt Guariglia, Italiaansch minister<br />

<strong>van</strong> buitenlandsche zaken, de opdracht om aan<br />

den Duitschen zaakgelastigde te' Rome plechtig te verzekeren:<br />

„Wij zullen strijden en nooit capituleeren."<br />

Op 3 September herhaalt Badoglio zelf deze plechtige<br />

verzekering.<br />

't Is dezelfde dag en bijna <strong>het</strong> zelfde uur, waarop<br />

Generaal Casteilano ais gevolmachtigde <strong>van</strong> dezen<br />

maarschalk Badoglio in <strong>het</strong> hoofdkwartier <strong>van</strong> Eisenhower<br />

te Syracuse en in diens tegenwoordigheid <strong>het</strong><br />

document <strong>van</strong> de meest ^eerlooze capitulatie aller tijden<br />

onderteekent.<br />

Aan <strong>het</strong> grootste verraad dat dé geschiedenis kent<br />

zou echter nog de kroon opgezet worden door een<br />

aanslag op'den Duitschen Führer Adolf Hitler.<br />

Badoglio gaf den Italiaanschen militairen attaché te<br />

Berlijn de opdracht om den Führer in zijn hoofdkwartier<br />

op, te zoeken en hem in naam <strong>van</strong> den koning<br />

uit te noodigen om dadelijk naar Italië te komen ten<br />

einde met den koning en de Badoglio-regeering de<br />

maatregelen te bespreken die noodig zouden zijn voor<br />

de intensiveering <strong>van</strong> den tegenstand tegen den gemeenschappelijken<br />

vijand. <strong>De</strong>ze uitnoodiging werd<br />

koeltjes afgeslagen. — Thans staat vast dat de verraders<br />

met den vijand afgesproken hadden orn hem<br />

behalve den Duce ook nog den Führer in de handen<br />

te spelen.<br />

Maar de verraders vergistten zich als zij ook maar<br />

een enkel oogenblik geloofden dat hun arglistig dubbel<br />

spel voor de Duitsche leiding verborgen gebleven was.<br />

Als tegenzet tegen <strong>het</strong> plan <strong>van</strong> Roatta werd <strong>het</strong><br />

gebied Napels—Salerno—Rome—La Spezia en Genua<br />

aan de bijzondere hoede <strong>van</strong> Duitsche divisies toevertrouwd.<br />

Toereikende Duitsche strijdkrachten beveiligden<br />

de grensovergangen naar Duitschland en Frankrijk<br />

om zoodoende elke poging om Duitsche troepen<br />

<strong>van</strong> hun verzorgingsbasis af te snijden door snel toepakken<br />

te kunnen verhinderen.<br />

Vooral kwam <strong>het</strong> de Duitsche maatregelen ten<br />

goede dat de Amerikanen de capitulatie <strong>van</strong> Italië te<br />

vroeg publiceerden. <strong>De</strong> verraderlijke koning en zijn<br />

handlanger Badoglio verzekerden zelfs nog op dit<br />

oogenblik bij hoog en laag dat Italië er niet aan dacht<br />

zijn bondgenoot in den steek te laten. Generaal Roatta<br />

en de vertegenwoordiger <strong>van</strong> Badoglio ontkenden met<br />

veel omhaal <strong>van</strong> woorden verontwaardigd de capitulatie,<br />

noemden ze een onbeschaamde Britsche propagandaleugen,<br />

en Gezant Rosso voegde er aan toe dat<br />

hij onmiddelijk voor een categorisch dementi <strong>van</strong> dit<br />

Britsche bedrog zorg zou dragen.<br />

Van uit de geveven posities wordt nu de Duitsche<br />

parade met zulk een kracht, vlugheid en nauwkeurigheid<br />

gevoerd dat niet. alleen den troepen der verraders,<br />

maar ook den vijanden de lucht benomen wordt.<br />

Reeds twee maal 24 uur na <strong>het</strong> bekend worden <strong>van</strong><br />

<strong>het</strong>. verraad heeft Veldmaarschalk Rommel na korten<br />

verbitterden strijd de Italiaansche troepen tot capitulatie<br />

gedwongen en meer dan 90 000 Italianen ontwapend.<br />

In Zuid-Frankrijk is <strong>het</strong> 4de Italiaansche<br />

leger ontwapend. Ook op de Balkan verliest <strong>het</strong><br />

meerendeel <strong>van</strong> de Italiaansche troepen reeds bij <strong>het</strong><br />

eerste treffen met de Duitschers de wapens.<br />

In de Egeïsche zee worden de Italiaansche oorlogsen<br />

koopvaardijschepen door de Duitsche oorlogsmarine<br />

overgenomen. <strong>De</strong> vliegkampen en havenplaatsen aan<br />

de Adriatische kust zijn bezet.<br />

Bij <strong>het</strong> einde der actie waren in plaats <strong>van</strong> tien<br />

divisies, die den vijand in de handen gespeeld zouden<br />

worden,<br />

meer dan 30 Italiaansche divisies door de Duitsche<br />

troepen ontwapend en ge<strong>van</strong>gen genomen.<br />

Een verraad, zooals er grooter en arglistiger in de<br />

geschiedenis niet te vinden is, heeft zijn meester geloond.<br />

„<strong>De</strong> Italiaansche weermacht", zoo kon <strong>het</strong> OKW<br />

den avond <strong>van</strong> 10 September berichten, „bestaat niet<br />

meer. Wat echter voor eeuwige tijden zal blijven bestaan,<br />

is de verachting der wereld voor de verraders."<br />

Nauwelijks waren drie maanden na <strong>het</strong> verraad <strong>van</strong><br />

Victor Emanuel verstreken, of deze werd door zijn<br />

dienaar verraden en opgevorderd de kroon neer te<br />

leggen. Als op een geheim teeken grijpen Engelsche<br />

kranten deze aan Victor Emanuel gestelde vordering<br />

op. Het Engelsche dagblad „Daily Herald" schreef b. v.:<br />

„Waarom dankt Gij niet af? Als Gij een ware<br />

koning zijt gebiedt de eer U en als Gij een schurk zijt<br />

gebiedt de voorzichtigheid U de kroon neer te leggen."<br />

<strong>De</strong>ze en andere vlugschriften ter verspreiding <strong>van</strong> de waarheid zijn gratis verkrijgbaar bij den uitgever.<br />

1624 — H. Falken-Verlag, Hamburg 36 ( Br. &; Co.<br />

I

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!