Cao 2011 - 2013 gewijzigde versie in verband met ... - FNV Bouw

cao-2011-2013 ttw4 tijdelijke maatr aanmelding
c. De gespaarde uren die de werknemer in het laagseizoen niet heeft kunnen
opnemen, worden uiterlijk in week 12 aan de werknemer uitbetaald of op diens
levenslooprekening gestort tegen een tarief van 125%.
d. In onderling overleg tussen werkgever en werknemer kunnen niet opgenomen
uren tot een maximum van 37,5 uur worden ingebracht in een aansluitend af te
sluiten jaarmodel.
8. De werkgever is verplicht in zijn administratie een urenregistratie bij te houden
volgens de bepalingen van de Arbeidstijdenwet, waaruit het aantal gewerkte en het
aantal compensatie-uren kan worden afgeleid. Daarnaast vermeldt de werkgever op
of bij iedere loonspecificatie ten behoeve van de werknemer hoeveel uren zijn
gespaard, respectievelijk zijn opgenomen, alsmede een saldo.
Artikel 19a - Experiment Metaalconservering
1. Gedurende de looptijd van de cao kunnen metaalconserveringsbedrijven op
experimentele basis telkens één jaar afwijken van de cao-bepalingen betreffende
arbeidstijden, ATV, dagvenster en overwerkbepalingen.
2. Het maken van afspraken over deelname aan het experiment is vrijwillig, en
kan dus noch door de werkgever, noch door de werknemer worden afgedwongen.
3. In afwijking van lid 2 kan binnen een onderneming op de wijze als beschreven
in artikel 14, lid 3 besloten worden tot deelname aan het experiment, met dien
verstande dat in aanvulling op artikel 14, lid 3 tenminste de helft van het aantal
betrokken werknemers instemt met deelname. Bij het besluitvormingsproces
worden vertegenwoordigers van de bij de cao betrokken werknemersorganisaties
betrokken. De werkgever kan zich laten bijstaan door de bij de cao betrokken
werkgeversorganisatie.
4. Bij een voornemen tot deelname aan het experiment meldt de werkgever zijn
bedrijf en zijn werknemers, die deelnemen aan het experiment aan bij de secretaris
van cao-partijen te Rijswijk. De secretaris van cao-partijen zendt een
ontvangstbevestiging aan de werkgever. De aanmelding van het voornemen tot
deelname dient minimaal 8 weken voorafgaand aan de start van het experiment,
door de secretaris te zijn ontvangen. Het definitieve besluit tot deelname voorzien
van de wijze waarop invulling aan het experiment wordt gegeven en de wijze
waarop de besluitvorming tot stand is gekomen, dient uiterlijk twee weken
voorafgaand aan het moment dat het bedrijf met het experiment wil starten, bij de
secretaris van partijen ter toetsing te worden ingediend. De secretaris zendt de
werkgever bericht over de uitkomst van deze toetsing.
5. Deelname aan het experiment betekent dat binnen de door cao-partijen
vastgestelde grenzen kan worden afgeweken van het bepaalde in:
- artikel 10, lid 2, sub a: de gemiddelde arbeidsduur per werkdag en per
werkweek;
- artikel 10, lid 3: de normale werkdag;
- artikel 10, lid 6: de normale arbeidsduur bij ploegendienst;
- artikel 12 en artikel 25: de invulling en beloning van overwerk;
27