03.09.2013 Views

Bronnenboek LVN Natuurbrandbeheersing - BrandweerKennisNet

Bronnenboek LVN Natuurbrandbeheersing - BrandweerKennisNet

Bronnenboek LVN Natuurbrandbeheersing - BrandweerKennisNet

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

10.2 Gebruik optische signalen:<br />

Bij een natuurbrand worden veelal meerdere natuurbrandbestrijdingvoertuigen ingezet. En vaak<br />

wordt in pelotonsstructuur opgetreden. Dit betekent dat de voertuigen achter elkaar aanrijden. Door<br />

een combinatie van rook en opwaaiend stof wordt het zicht vaak beperkt. Omdat de voertuigen<br />

relatief dicht achter elkaar rijden is het noodzakelijk dat de chauffeur het voertuig wat voor<br />

hem/haar rijdt goed kan blijven zien. Het is dus raadzaam om naast het noodzakelijk gebruik van<br />

optische – en geluidssignalen tijdens de uitruk bij de blussing en het pendelen te allen tijde zowel de<br />

blauwe als de oranje signalen te blijven voeren. Bij dichte rook en veel stof kan de chauffeur het voor<br />

hem/haar rijdende voertuig zien en gepast afstand houden. Ook andere (ondersteunende)<br />

brandweervoertuigen die het inzet gebied in rijden dienen de optische signalen te blijven voeren.<br />

10.3 Verstappen/zwikken:<br />

Inzet hoge druk blussing:<br />

Door gebruik te maken van hoge druk haspels zullen de hoge druk slangen het natuurterrein in<br />

gesleept moeten worden. Dit vraagt fysiek veel energie van het personeel. Dit in combinatie met<br />

veelal hoge temperaturen (klimaat temperatuur maar ook straling door de vlammen) zal uitputting<br />

snel toe slaan en zal men relatief minder in staat zijn om deze handelingen vaak en langdurig achter<br />

elkaar uit te voeren. Als ook nog ademlucht noodzakelijk is zal beperking snel bereikt zijn. Een ander<br />

groot gevaar is de kans op verwondingen aan enkels en benen. Het “belopen” van natuurterreinen<br />

wordt zwaar door “onzichtbare” oneffenheden in bos- en heidegebieden. Denk hierbij aan mul zand,<br />

greppels en tak en top hout. Struikelen en verzwikken is meer regel dan uitzondering<br />

Inzet Lage druk blussing<br />

Door gebruik te maken van lage druk zullen de lage druk slangen uitgerold moeten worden in het<br />

natuurterrein. Daarnaast zal er gesjouwd moeten worden met watervoerende armaturen zoals<br />

straalpijpen en verdeelstukken. Dit vraagt fysiek veel energie van het personeel. Dit in combinatie<br />

met veelal hoge temperaturen (klimaat temperatuur maar ook straling door de vlammen) zal<br />

uitputting snel toe slaan en zal men relatief minder in staat zijn om deze handelingen vaak en<br />

langdurig achter elkaar uit te voeren. Als ook nog ademlucht noodzakelijk is zal uitputting snel<br />

bereikt zijn. Een ander groot gevaar is de kans op verwondingen aan enkels en benen. Het “belopen”<br />

van natuurterreinen wordt zwaar door “onzichtbare” oneffenheden in bos- en heidegebieden. Denk<br />

hierbij aan mul zand, greppels en tak en top hout. Struikelen en verzwikken is meer regel dan<br />

uitzondering.<br />

10.4 Koolmonoxidevergiftiging:<br />

Natuurbranden gaan altijd gepaard met veel rook. Dat op grote schaal ook koolmonoxide kan<br />

ontstaan wordt vaak onderschat. Tijdens de blussing en zeker in de nablus fase zal constant op CO<br />

gemeten moeten worden en eventuele passende maatregelen getroffen. Extra aandacht is gewenst<br />

voor personeel dat buiten de brandweer voor de bestrijding wordt ingezet<br />

(Natuureigenaren/beheerders, loonwerkers, defensiepersoneel). Veelal beschikken deze mensen<br />

niet over adembescherming, beschermende kleding voor hitte/brand of andere persoonlijke<br />

beschermingsmiddelen. (zie ook: promotie Frans Greven, “Blootstelling aan rook – risico’s vaak<br />

onderschat” – Universiteit Utrecht).<br />

79

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!