Mauritsstede Vastgoed CV - Iex
Mauritsstede Vastgoed CV - Iex
Mauritsstede Vastgoed CV - Iex
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
vermogenswinsten bij vervreemding van het vastgoed,<br />
wordt begrepen in zijn belastbare winst en belast tegen<br />
maximaal 25,5% vennootschapsbelasting, tenzij hier<br />
wederom een herinvesteringsreserve voor gevormd<br />
wordt.<br />
Het aandeel van de Participant in een negatief resul-<br />
taat van de <strong>CV</strong>, waaronder begrepen een verlies bij<br />
vervreemding van het vastgoed, is aftrekbaar van de<br />
belastbare winst van de Participant, maar tot maximaal<br />
het aandeel van de participerende ondernemer in het<br />
kapitaal van de <strong>CV</strong>.<br />
Vrijgestelde Beleggingsinstelling<br />
Gelet op de fiscale transparantie van de <strong>CV</strong> wordt voor<br />
fiscale doeleinden het vastgoed direct toegerekend aan<br />
de Participant. Aangezien een Vrijgestelde Beleggings-<br />
instelling niet direct mag beleggen in vastgoed, kan een<br />
Vrijgestelde Beleggingsinstelling niet participeren in<br />
het Fonds.<br />
Herinvesteringsreserve<br />
Een participerende rechtspersoon kan boekwinsten,<br />
behaald bij vervreemding van bedrijfsmiddelen, onder<br />
voorwaarden reserveren op zijn fiscale balans. Aldus<br />
kan belastingheffing worden uitgesteld, waarmee een<br />
Weert<br />
liquiditeits- en dus rentevoordeel wordt behaald. Onder<br />
bedrijfsmiddelen wordt verstaan ’goederen die voor het<br />
drijven van een onderneming worden gebruikt’. Vermo-<br />
gensrechten die ter belegging worden gehouden – denk<br />
aan effecten – en voorraden worden niet aangemerkt<br />
als bedrijfsmiddelen en vallen buiten de regeling. Winst<br />
behaald bij het onttrekken van een bedrijfsmiddel kan<br />
eveneens niet gereserveerd worden.<br />
De Hoge Raad besliste op 30 september 2005 voor een<br />
vastgoedbeleggingsvennootschap die voor de vennoot-<br />
schapsbelasting een herinvesteringsreserve had gevormd<br />
voor de boekwinst uit verkoop van het voorheen<br />
door haar in volle eigendom gehouden en verhuurde<br />
bedrijfspand met ondergrond, dat zij deze herinveste-<br />
ringsreserve mocht afboeken op een investering in een<br />
vastgoed-<strong>CV</strong>. In casu verkreeg de B.V. een significant<br />
belang en bemoeienis in een <strong>CV</strong>. Gezien het specifieke<br />
karakter van deze casus leek terughoudendheid bij<br />
toepassing van deze uitspraak naar ‘algemene situaties’<br />
vooralsnog geboden. Echter, in recentere rechtspraak<br />
van 10 maart 2006 besliste de Hoge Raad dat met be-<br />
trekking tot het begrip ‘vervanging’ een ruim standpunt<br />
dient te worden ingenomen.<br />
De hiervoor genoemde rechtspraak ondersteunt de<br />
stelling dat een vastgoedbeleggingsvennootschap een<br />
herinvesteringsreserve kan aanwenden wanneer zij<br />
participeert in de <strong>CV</strong>. Bovendien kan zij een herinveste-<br />
ringsreserve vormen voor haar aandeel in de eventuele<br />
toekomstige verkoopwinst bij verkoop van de onroe-<br />
rende zaken van de <strong>CV</strong>. De belastingdienst kan vooraf<br />
geen algemene bevestiging geven inzake de toepasbaar-<br />
heid van de herinvesteringsreserve, derhalve wordt Par-<br />
ticipanten geadviseerd in voorkomende gevallen overleg<br />
te plegen met hun fiscaal adviseur.<br />
Om een herinvesteringsreserve te kunnen vormen en<br />
aan te wenden, moet er aan bepaalde voorwaarden<br />
voldaan worden. Dit is uitdrukkelijk de verantwoor-<br />
delijkheid van iedere Participant. Hierna worden deze<br />
voorwaarden summier besproken.<br />
39