Mauritsstede Vastgoed CV - Iex
Mauritsstede Vastgoed CV - Iex
Mauritsstede Vastgoed CV - Iex
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
De hoogte van het tarief (5%-68%) en de eventuele<br />
toepassing van een vrijstelling is daarbij onder meer<br />
afhankelijk van de mate van verwantschap. Recent heeft<br />
de staatssecretaris van Financiën enkele ingrijpende<br />
wijzigingen aangekondigd voor de Successiewet.<br />
Het toptarief gaat zakken van 68% tot onder de 50%,<br />
aldus de plannen. Tegelijkertijd wordt ook de tarief-<br />
structuur vereenvoudigd. Daarnaast zou de heffing<br />
op een meer economische leest worden geschoeid. De<br />
plannen zijn thans nog niet omgezet in gepubliceerde<br />
wetsvoorstellen.<br />
Omzetbelasting<br />
De <strong>CV</strong> en de Beheerder kwalificeren als BTW-onder-<br />
nemer. Aangezien alle Objecten BTW-belast worden<br />
verhuurd, kan de BTW die ter zake van de Objecten<br />
aan de <strong>CV</strong> in rekening wordt gebracht, zoals BTW<br />
op de exploitatie, in aftrek wordt gebracht. Over de<br />
aan- en verkoop van de Participaties in de <strong>CV</strong> is geen<br />
BTW verschuldigd.<br />
Overdrachtsbelasting<br />
Indien er geen aanspraak kan worden gemaakt op een<br />
vrijstelling, is de verkrijging van vastgoed in principe<br />
onderworpen aan 6% overdrachtsbelasting. Bij een op-<br />
volgende verkrijging binnen zes maanden van hetzelfde<br />
vastgoed is slechts overdrachtsbelasting verschuldigd<br />
over de tussentijdse waardestijging.<br />
Het voorgaande geldt onder voorwaarden ook voor<br />
de indirecte verkrijging van vastgoed door middel van<br />
participaties in een vastgoedlichaam. Echter, op basis<br />
van de uitspraak van de Hoge Raad van 15 oktober<br />
2004 is het bepleitbaar dat een tussentijdse verkrijging<br />
van Participaties in deze <strong>CV</strong> niet belast is met 6%<br />
overdrachtsbelasting, mits de verkrijger hierdoor niet<br />
een derde of meer van het totale geplaatste kapitaal van<br />
de <strong>CV</strong> verkrijgt 4 .<br />
Volledig zeker is dit evenwel niet, daar deze uitspraak<br />
betrekking had op een maatschap en niet op een <strong>CV</strong>.<br />
De overeenkomsten tussen beide rechtsvormen zijn<br />
echter van dien aard dat de fiscale behandeling op dit<br />
vlak waarschijnlijk gelijkwaardig zal zijn.<br />
Thans is bij de Tweede Kamer een wetsvoorstel in<br />
behandeling tot wijziging van de relevante regels in<br />
de overdrachtsbelasting. Op grond hiervan zal niet<br />
langer het aandeelhouderschap maar het belang in<br />
een vastgoedlichaam relevant zijn. Ook de in Sectie 3<br />
onder Wetgevingsrisico genoemde wetsvoorstellen met<br />
betrekking tot het personenvennootschapsrecht hebben<br />
zoals gezegd invloed op de wetgeving voor de over-<br />
drachtsbelasting. Op basis van deze wetsvoorstellen<br />
zullen de gevolgen van genoemde uitspraak van de<br />
Hoge Raad van 15 oktober 2004 ongedaan worden<br />
gemaakt.<br />
De wetsvoorstellen gaan uit van handhaving van fiscale<br />
transparantie voor een besloten commanditaire ven-<br />
nootschap. De mogelijkheden voor toepassing van een<br />
herinvesteringsreserve als onder de huidige wetgeving<br />
blijft dan bestaan. De wetsvoorstellen zijn nog in<br />
behandeling. Niet uitgesloten kan worden dat de voor-<br />
stellen niet of gewijzigd worden ingevoerd. Een nieuw<br />
toetredende Participant wordt aangeraden te overleggen<br />
met een fiscaal adviseur.<br />
Amstelveen, 27 oktober 2008<br />
BDO CampsObers Belastingadviseurs<br />
4 Al dan niet samen met de echtgeno(o)te, de bloed- en aanverwanten in de rechte linie en in de tweede graad van de zijlinie<br />
of een verbonden lichaam of een verbonden natuurlijk persoon én al dan niet samen met de echtgeno(o)te die voor meer dan<br />
7% van het geplaatste kapitaal onmiddellijk of middellijk aandeelhouder is.<br />
43