Markeboek Markelo 1609-1860 - Hofmarken

Den Heer Secret. Queysen gecomm. wegens het Jufferen Klooster van
Deventer
De Heer Hendr. Deukink Burgemeester der stadt Deventer namens het Capittel Lebuinis
aldaar.
De Heer Ant. Mennink wegens het Pesten Gasthuys van Deventer.
De meester Quak namens Teunis Tijmans en Jan Klumpers.
De Erfmarken Richter en Procurator Aufmorth op de laast gehouden vergaderinge
gecommitteert geweest sijnde, dat den Heer Landdrost van het Twenthe afdragt te maken
wegens het verkopen der schapen, hebben gerapporteert dat den Heer Landdrost voor die
boete eischt hondert ducaten is geresolveert, dat tot voorkominge van meerder kosten desselfs
gecommitteerden behoorden te worden geauctoriseert de Heer Land Drost onder het oog te
brengen, dat hier geen vier, soo als sijn excellentie vermeint, maar slechts een delict is
begaan.
Wordende sij gequalificeerden vervolgens gequalificeert en met den Heer Landdrost quoois
meliori modo hier omtrent afdragt te maken en de zaake ter discretie van sijn Hoog geb.
Gestr. over te laten.
En word den Marken Rigter versogt de penningen provisioneel uit te schieten en is bij desen
geresolveert tot rembourseeringe derselve en verdere onkosten deeser zake convernerende
soo veele gemeene of aangegraven gronden te verkopen als tot voldoeninge van den nodige
sal sijn.
En worden tot opneminge en verkopinge deezer gronden gecommitteert den Erfmarkenrigter
of Verwalter met den Heer Baron van Heekeren tot den Oldenhoff, mits voor de verkoop van
die landen aan deeze vergaderinge rapport te doen.
Vervolgens is goetgevonden dat den Verwalter Markenrigter tegens de eersten aanstaande
vergaderinge sal schrijven aan den Heer Verwalter Landdrost ten einde zijn weled. desselfs
rekeninge daartegens alhier afleggen.
Ingevolge markten resolutie van den 9. Nov. 1773 op de requesten van den boer Stoelhorst in
den kerkenraad van Markelo geresolveert sijnde, dat den Erfmarkenrigter met en neffens den
Heere Baron van Heekeren tot Oldenhoff en eene uit de Heren Schrivers en verwalteren des
Capittels en Jufferen Cloosteren der stadt Deventer worden gecommitteert, de waterleidinge
komende van het Stoevelaar broek en lopende beneden in den Schipbeke, welke eenige
sustineren geen schouwe nodig te sijn en andere willen bij de schouwe hebben gemaintineert
en mogen schijn te weesen en daarvan aan deeze vergaderinge rapport te doen.
Zoo hebben wij ondergeschrevene ter voldoeninge van opgemelde resolutie voornoemde
waterleidinge bezigtigt en zoo door ons eigen inspectie als onderrigt van die gene welke den
loop en legginge der wateren kennen, bevonden dat wat deeze waterleidinge van het
Stoevelerbroek tot in de Schipbeke lopende op sich selfs betreft, denselven is versoekende tot
afwateringe van veele landen en dus voor de gemeente nuttig, ja noodzakelijk is, oversulks
ook alle jaar eventelijk ingevolge de resolutie behoorde te worden geschouwt.
Dan wat betreft de verpligtinge om voormelde waterleidinge schoon te houden, schijnt ons
(onder verbetering) alhier niet te kunnen doorgaan, da anders gemeene gewoonte, dat elk het
voor sijn land moet schoon houden.
Alsoo den eenen boven den anderen daardoor te zeer doende worden beswaart maar schijnt
ons veel gevoeglijker, dat alle de geene welke aan een gemeene gemak en voordeel
participeert ook het gemeene ongemak en last moet gevoelen.
En sonder oversulks van gevoelen sijn dat alleen de eigenaar welkes landen niet alleen naast
deese leidinge gelegen zijn, maar ook de geene welke daarbij eenig belang en voordeel
108