Markeboek Markelo 1609-1860 - Hofmarken

waaruit resulteert dat tot de eerste soort waren behorende Gerrit Snijders als een kwart whare
reclamerende namens Snijder Jan en Victor Abraham Cracau te Goor; een kwart whare
namens Papen Dries en Gerrit Brinkmans namens Derk die Riet en B. Dijkink namens
Heymerink en tot de tweede of laatstgemelde soort Teunis Gorkink als dunkende houder te
Markelo namens Hobbelink, Roelof Bouwhuis namens Snels, de wed. Teunis Kloots en hare
beide zonen Gerrit Hendrik en Jan Kloots voor de helft en Berend Teunis Schottink voor de
helft van een volle whaar Kloots genaamd en Gerrit Klein Heerdink van eene kwart whare
Morsman genaamd en Harmen Preuter en provisoren van het St. Geertruiden Gasthuis te
Deventer beide wegens eene volle whare namens Nijland en Gerrit Hendrik Wissink namens
de Sanderie, zoo is na gehoudene deliberatie eenparig bepaalt, dat het onderling verschil,
hoedanig tot het opgemelde eerste soort, is behoorende tot de kennisneming dezer
vergadering, niet behoort en alzoo partijen dienaangaande ad competentie te verwijzen en dat
ten aanzien het tweede soort met meerderheid van stemmen, als hebbende A. Warmelink en
B.J. Schottink zich verwijderd alzoo buiten deze, eenparig is besloten zich met het rapport te
vereenigen, mitsdien alle de hiertoe gedane verzoeken te wijzen van de hand, gelijk geschied
bij deze, zullende het uitvoerig verslag onder het archief dezer marke worden bewaard, ten
einde de desbegerenden daarvan inzage kan nemen.
2. Gedelibereerd zijnde omtrent het voorstel opregtens de verkoop van de markeplaatsjes en
wel aangaande de opnaamstelling derzelve houdende of aan geldschieters voor de
markeplaatsjes, deze voor zoo verre nodig zullen worden overgedragen onder bepaling dat
zoo de bewoners minstens in tien jaren de koopprijs niet restitueren, de eigendom aan de
geldschieters kan verblijven en zoo is met twintig tegen twee stemmen dit voorstel
aangenomen, mitsdien het bestuur geautoriseerd gelijk alnog gemagtigd wordt bij dezen,
dienovereenkomstig te handelen, hebbende niet gestemd T. Breukink, J. Leeftink en G.
Stegeman en zijnde afwezig geweest B.T. Schottink.
3. In overweging genomen hebbende de voorgedragene bepaling, dat namentlijk de huurders
of gebruikers van die markeplaatsjes of markegronden nu voor het laatst zich uiterlijk op den
eersten Mei eerstkomende bepaaldelijk zullen moeten verklaren en des gevorderd bewijs bij
schrifte overleggen, of zij gelden hebben of kunnen krijgen om ieder het zijne te kopen of
niet, zoo heeft de vergadering, met wijziging van den termijn in plaats van den eersten Mei
tot den eersten Juny te prolongeren, zich overigens eenparig hiermede vereenigd.
4. Voorgesteld zijnde of de getaxeerde markeplaatsjes en markegronden, die op dat tijdstip
van een Juny nog niet gekocht zijn of nog niet kunnen gekocht worden, publiek zullen
verkocht op bij andere aangedeeld worden en in het eerste geval hoeveel grond daarvoor
ieder markeplaatsje of voor ieder stuk markegrond als minimum zal worden bepaald
onverschiillig waar gelegen en in welke klasse, zoo is na gehoudene deliberatie bij dit
voorstel alnog gevoegd of aan de diaconie geven en dien ten gevolge met veertien stemmen
tegen eene stem welke tot de aandeeling zich bepaalde, besloten tot het geven aan de
diaconie, hebbende verklaard daarover niet te stemmen G. Schorfhaar, T. Breukink, J.
Leeftink, G.J. Driezes, G.J. Lonink, A. Lodeweges en A. Lammertink, terwijl A. Warmelink
evenals G.J. Zwiers thans twee stemmen in zich vereenigende, H.J. Hargeerds en B.J.
Schottink, zich hadden verwijderd en alzoo geene stem uitgebragt.
5. Daar volgens het plan van verdeeling de gehele marke tot eene geldswaarde moet worden
gebragt, zoo wordt ter verkrijging dier waarde voorgesteld, om wat de groengrond betreft
dezelve per bunder te bepalen als volgt:
de eerste klasse op vierhonderd gulden.
de tweede klasse op driehonderd gulden.
de derde klasse op tweehonderd gulden.
de vierde klasse op eenhonderd gulden.
358