Eigentijds rapport - Faculteit Geowetenschappen - Universiteit Utrecht
Eigentijds rapport - Faculteit Geowetenschappen - Universiteit Utrecht
Eigentijds rapport - Faculteit Geowetenschappen - Universiteit Utrecht
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
4.3 Zwevend transport<br />
4.3.1 De verandering in zwevend transport gedurende de afvoergolf in 2004<br />
Het zwevend transport (van bodemmateriaal) in het Pannerdensch Kanaal gedroeg zich heel anders<br />
dan het bodemtransport gedurende de afvoergolf van 2004. Het maximale transport vond reeds<br />
enkele dagen vóór de afvoerpiek plaats en op het moment van de afvoerpiek was het zwevend<br />
transport al gehalveerd (fig. 38). Gedurende de rest van de afvoergolf bleef het zwevend transport<br />
sterk afnemen, ongeveer volgens een exponentieel verloop. De onzekerheid van de berekende<br />
waarden was aanzienlijk kleiner dan de<br />
meetonzekerheid van het bodemtransport, namelijk<br />
slechts 8% (zie bijlage 9).<br />
Op alle meetdagen was het zwevend transport<br />
vrij uniform verdeeld over de rivierbreedte: op alle<br />
meetpunten vond een aanzienlijke hoeveelheid<br />
transport plaats, dus er was geen sprake van een<br />
duidelijk begrensde transportzone zoals bij het<br />
bodemtransport (fig. 39). De variatie in zwevend<br />
transport over de waterdiepte is weergegeven in<br />
figuur 40. Aan het begin van het hoogwater was er<br />
een sterke toename van het transport met de<br />
meetdiepte. Aan het eind van het hoogwater, toen de<br />
transporten veel kleiner waren, was het transport<br />
echter vrijwel constant over de hele waterdiepte.<br />
g)<br />
3 /da<br />
Zwevend tr an spor t (m<br />
1500<br />
1200<br />
900<br />
600<br />
300<br />
Afvoergolf<br />
0<br />
16-jan-04 23-jan-04 30-jan-04<br />
Datum<br />
Figuur 38 Verandering van het zwevend<br />
transport (excl. poriën) in het<br />
Pannerdensch kanaal tijdens de<br />
afvoergolf van 2004.<br />
Zwevend transport (m 2 /dag)<br />
zw. transport (m 3 /dag)<br />
15<br />
10<br />
5<br />
10<br />
16-1-04<br />
19-1-04 16-jan-04<br />
22-1-04<br />
8<br />
26-1-04<br />
26-jan-04<br />
6<br />
0<br />
-60 -30 0 30 60<br />
Afstand ten opzichte van rivieras (m)<br />
Hoogte boven<br />
bedding (m)<br />
4<br />
2<br />
0<br />
0 5 10<br />
Zwevend transport (m 3 /m 2 dag)<br />
Figuur 39 Laterale variatie in zwevend<br />
transport (excl. poriën) in het<br />
Pannerdensch Kanaal gedurende de<br />
afvoergolf van januari 2004.<br />
Figuur 40<br />
De variatie in zwevend transport<br />
(excl. poriën) over de waterdiepte in<br />
het Pannerdensch Kanaal, 4 meter<br />
links van de rivieras tijdens de<br />
afvoergolf van januari 2004. De<br />
geschatte transportwaarden zijn<br />
aangegeven met een sterrretje.<br />
4.3.2 De verdeling van zwevend transport over het splitsingspunt<br />
Tijdens de hoogwaterperiode van januari 2004 zijn geen zwevend transportmetingen uitgevoerd in<br />
de Nederrijn en IJssel, zodat het moeilijk was de verdeling van zwevend transport over het<br />
splitsingspunt te bepalen. Er is toch een schatting gemaakt door aan te nemen dat al het zwevend<br />
transport in het rechterdeel van het Pannerdensch Kanaal de IJssel inging en de rest de Nederrijn<br />
in (fig. 41). (Om precies te zijn: de scheidingslijn lag niet precies op de as, maar op 43% van de<br />
normaalbreedte, omdat 43% van de totale waterafvoer de IJssel inging, zie hoofdstuk 2.) Uit figuur<br />
41 blijkt dat de IJssel ongeveer 37-47% van het zwevend transport in het Pannerdensch Kanaal<br />
ontving. De IJssel ontving dus een beduidend groter deel van het zwevend transport dan van het<br />
bodemtransport (fig. 31).<br />
30