alkemade landelijk gebied west

More documents

Recommendations

Info

Inleiding 8 blanco pagina Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg 103.7913.00
2. Abiotisch milieu 9 2.1. Inleiding De opbouw en kwaliteit van bodem en water (abiotische omstandigheden) zijn in belangrijke mate bepalend voor een duurzame ruimtelijke ontwikkeling van de verschillende functies in het plangebied. Deze omstandigheden bepalen namelijk de gebruiksmogelijkheden voor de landbouw en de aanwezigheid en ontwikkelingsmogelijkheden van natuur- en landschapswaarden. 2.2. Abiotische structuur Ontstaansgeschiedenis Het landschap in het plangebied is voornamelijk gedurende het Holoceen gevormd, onder invloed van zeespiegelrijzing. Hierbij veranderde het westelijk deel van Nederland in een moerasgebied, waarin veengroei plaatsvond. Bij overstromingen van de zee werden delen van dit veen bedekt met zeeklei, waarop later weer veengroei plaatsvond. De Kagerplassen zijn natuurlijke meren. Ze zijn ontstaan tijdens een doorbraak van de Noordzee rond het begin van onze jaartelling, waarbij door erosie en oeverafslag oude veenstromen veranderden in grote, grillige gevormde wateroppervlakten. Opmerkelijk is het verschil in hoogteligging tussen de polders en de stroomruggen met de boezemwateren. Door ontwatering van het laaggelegen gebied is de veenbodem geleidelijk aan ingeklonken. De veenstroomruggen en oeverwallen zijn daar minder gevoelig voor en liggen nu relatief hoog in het landschap. De hoogte van het maaiveld in het plangebied varieert van circa 1.50 m -N.A.P. in het veengebied tot 3.30 m -N.A.P in de Drooggemaakte Akkersloot-, Hertogs- en Blijverspolder. Zoals de naam van deze polder al aangeeft, gaat het hier om een droogmakerij, waarbij een moerasgebied is drooggemaakt. Voor de ontginningsgeschiedenis wordt verwezen naar hoofdstuk 5. Waterhuishouding (zie figuur 2) Het waterkwaliteitsbeheer in het plangebied en de waterkwantiteit van de boezemwateren is in handen van het Hoogheemraadschap van Rijnland; het waterkwantiteitsbeheer van de poldergebieden berust bij het Waterschap De Oude Rijnstromen, evenals het beheer en onderhoud van de waterkeringen. Het plangebied bestaat uit een achttal polders of delen daarvan, namelijk de Zweilanderpolder, de Vrouw Vennepolder, De Rodepolder, de Waterloospolder, de Drooggemaakte Akkersloot-, Hertogs- en Blijverspolder, de Blauwepolder, de Hoogmadesepolder en de Bospolder. De polders worden afzonderlijk bemalen. Afhankelijk van de hoogteligging en de bodemopbouw wordt het oppervlaktewater op verschillende peilen gehandhaafd. Het waterpeil is in het overgrote deel van het plangebied afgestemd op de veehouderij en de aanwezige natuur- en landschapswaarden (bron: Waterbeheersplan Waterschap De Oude Rijnstromen). In de Bospolder is het waterbeheer afgestemd op de veehouderij en de tuinbouw. Grondwater Het grondwater komt in het gehele plangebied op geringe diepte onder het maaiveld voor. De gemiddeld hoogste grondwaterstand in het plangebied is ondieper dan 40 cm beneden maaiveld en de gemiddeld laagste grondwaterstand ligt tussen 50 tot 80 cm beneden maaiveld. In het gehele plangebied is sprake van wegzijging: het regenwater infiltreert in de bodem en vult het grondwater aan. Volgens het Waterschap de Oude Rijnstromen zijn er in het plangebied geen knelpunten met betrekking tot de waterkwantiteit. De drooglegging is uit landbouwkundig oogpunt veelal marginaal te noemen, met name vanwege de hoge grondwaterstanden is het gebied vrijwel alleen geschikt voor graslandgebruik. Deze hoge grondwaterstanden zijn onder andere noodzakelijk voor de instandhouding van de natuur- en landschapswaarden en ter voorkoming van ernstige inklinking van de veenbodem. Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg 103.7913.00
Page 2 and 3: alkemade landelijk gebied west best
Page 4 and 5: Inhoud van de toelichting 2 10. Bij
Page 7 and 8: Inleiding 5 Dit betekent dat ruimte
Page 9: Inleiding 7 de beschrijving worden
Page 15 and 16: Abiotisch milieu 13 Bodemkwaliteit
Page 17 and 18: 3. Landbouw 15 3.1. Inleiding Het p
Page 19 and 20: Landbouw 17 Productieomstandigheden
Page 21 and 22: Landbouw 19 Niet-agrarische nevenac
Page 23: 4. Ecologie 21 4.1. Inleiding De na
Page 27 and 28: Ecologie 25 4.3. Ontwikkelingspersp
Page 29: 5. Landschap en cultuurhistorie 27
Page 32 and 33: Landschap en cultuurhistorie 30 Cul
Page 34 and 35: Landschap en cultuurhistorie 32 5.3
Page 36 and 37: Landschap en cultuurhistorie 34 bla
Page 39 and 40: Toerisme en recreatie 37 Bij Zevenh
Page 41 and 42: 7. Wonen en niet-agrarische bedrijv
Page 43: 8. Verkeer en overige infrastructuu
Page 46 and 47: Verkeer en overige infrastructuur 4
Page 52 and 53: Gebiedsvisie 50 9.2. Doelstellingen
Page 55 and 56: Gebiedsvisie 53 Agrarisch gebied me
Page 57 and 58: 10. Bijzondere onderwerpen 55 10.1.
Page 59 and 60: Bijzondere onderwerpen 57 veenweide
Page 61 and 62:
Bijzondere onderwerpen 59 - verhuur
Page 63 and 64:
Bijzondere onderwerpen 61 In aanvul
Page 65 and 66:
Bijzondere onderwerpen 63 Zij valle
Page 67 and 68:
Bijzondere onderwerpen 65 10.17. Ov
Page 69 and 70:
11. Planvorm en bestemmingsregeling
Page 71 and 72:
Planvorm en bestemmingsregelingen 6
Page 73 and 74:
Page 75 and 76:
Page 77 and 78:
Page 79 and 80:
12. Economische uitvoerbaarheid 77
Page 81 and 82:
Bijlage 1. Beleidskader 2 Ruimtelij
Page 83 and 84:
Bijlage 1. Beleidskader 4 aanleg va
Page 85 and 86:
Bijlage 1. Beleidskader 6 Sectoraal
Page 87 and 88:
Bijlage 1. Beleidskader 8 Beleids-
Page 89 and 90:
Bijlage 2. Samenstelling klankbordg
Page 91 and 92:
Bijlage 4. Inventarisatie bestaande
Page 93 and 94:
Bijlage 5. Berekeningen wegverkeers
Page 95 and 96:
Bijlage 5. Berekeningen wegverkeers
Page 97 and 98:
Bijlage 6. Ruwvoederteelt 1 Problee
Page 99 and 100:
Bijlage 6. Ruwvoederteelt 3 met de
Page 101 and 102:
Bijlage 7. Verslag workshop 2 3. Ka
show all

alkemade landelijk gebied west

Create successful ePaper yourself

Delete template?

Save as template?