21.04.2014 Views

alkemade landelijk gebied west

alkemade landelijk gebied west

alkemade landelijk gebied west

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Bijzondere onderwerpen 62<br />

Voor de aanwezige woonschepen en zomerhuizen buiten de kern<strong>gebied</strong>en betekent het dat het<br />

huidige gebruik kan worden gecontinueerd totdat zij zijn gesaneerd of anderszins hun aanwezigheid<br />

is beëindigd. Als dat eenmaal een feit is en daarmede het gebruik als woonschip of zomerhuis<br />

beëindigd is, is een gebruiksverandering terug naar woonschepenligplaats of locatie<br />

voor zomerhuis niet mogelijk.<br />

De permanente ligplaatsen voor pleziervaartuigen zijn niet opgenomen in bovengenoemde lijst;<br />

op dit punt voldoet de verordening. Indien de verplaatsing van een permanente ligplaats buiten<br />

het kern<strong>gebied</strong> aan de orde is, kan deze worden verplaatst naar één van de jachthavens.<br />

Voorzieningen bij woonschepen en zomerhuizen<br />

Ingevolge dit bestemmingsplan mogen bij de woonschepen en zomerhuizen buiten de kern<strong>gebied</strong>en<br />

géén bijgebouwen of andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd. Bij<br />

woonschepen en zomerhuizen binnen de kern<strong>gebied</strong>en, die dus positief zijn bestemd, zijn bijgebouwen<br />

toegestaan tot een oppervlakte van maximaal 12 m². Indien deze bijgebouwen niet<br />

gebouwd kunnen worden binnen de bestemming waarin woonschepen of zomerhuizen zijn toegestaan,<br />

voorziet het bestemmingsplan in een wijzigingsbevoegdheid om op een andere bestemming<br />

(bijvoorbeeld Agrarische doeleinden) onder stringente voorwaarden bijgebouwen bij<br />

woonschepen te kunnen realiseren. De maximale maat van 12 m² per woonschip of zomerhuis<br />

blijft daarbij te allen tijden gehandhaafd.<br />

Onderscheid recreatieve functie - woonfunctie<br />

De woonschepen worden zowel recreatief gebruikt als voor permanente bewoning. Dit verschil<br />

is in het bestemmingsplan als zodanig tot uitdrukking gebracht: woonschepen die permanent<br />

bewoond worden zijn bestemd voor Woondoeleinden; woonschepen die recreatief gebruikt worden<br />

zijn bestemd voor Verblijfsrecreatieve doeleinden.<br />

10.14. Aanlegvergunningenstelsel<br />

Om te voorkomen dat een terrein minder geschikt wordt voor de daaraan gegeven bestemming<br />

en om een reeds gerealiseerde bestemming te beschermen, kunnen bepaalde werken, geen<br />

gebouwen zijnde, of werkzaamheden aan een vergunning worden gebonden (aanlegvergunning).<br />

Aanlegvoorschriften zijn zinvol voor activiteiten, waarvoor niet bij voorbaat vaststaat of zij wel of<br />

niet in strijd met de bestemming zijn. Aanlegvoorschriften zijn vooral van betekenis voor bestemmingen,<br />

waarbij gestreefd wordt naar verweving van functies (bijvoorbeeld in zone "agrarisch<br />

<strong>gebied</strong> met natuur- en landschapswaarden"). De aanlegvoorschriften maken het dan mogelijk<br />

om de voorgenomen ingreep van geval tot geval te beoordelen. Maar aanlegvoorschriften<br />

zijn alleen effectief wanneer zij op draagvlak steunen en − ook daardoor − handhaafbaar zijn.<br />

Het opnemen van aanlegvoorschriften dient derhalve selectief te gebeuren, aangezien in de<br />

praktijk is gebleken dat een veelheid aan aanlegvoorschriften voor alle mogelijke activiteiten de<br />

handhaafbaarheid (en dus ook de geloofwaardigheid van beleid) niet ten goede komt.<br />

Verder dient alleen een aanlegvergunning te worden voorgeschreven voor ingrepen die voorwaardelijk<br />

toelaatbaar zijn te stellen. Indien een absoluut verbod op zijn plaats is, behoort de<br />

desbetreffende ingreep onder de gebruiksverboden van het bestemmingsplan te vallen.<br />

In dit verband is ook van belang dat het bestemmingsplan slechts een van de instrumenten is<br />

die kunnen worden ingezet ter afstemming van enerzijds agrarische functies en anderzijds<br />

ecologische, landschappelijke en milieukwaliteiten. Andere instrumenten betreffen beheersovereenkomsten<br />

in het kader van Relatienotabeleid en convenanten tussen agrariërs en overheden.<br />

Ook de keur van het waterschap kan bij deze afstemming een rol spelen. Gezien de beschikbaarheid<br />

van verschillend instrumentarium is het gewenst het bestemmingsplan slechts in<br />

te zetten waar andere instrumenten niet beschikbaar zijn of te kort schieten.<br />

Daarnaast is het bestemmingsplan in de praktijk slechts beperkt effectief waar het gaat om bescherming<br />

van natuurwaarden. Dit geldt in het bijzonder voor de vegetatiekundige waarden.<br />

Deze zijn veelal geconcentreerd langs perceelsranden. Bovendien kunnen de omstandigheden<br />

die de vegetatiekundige waarden bepalen (zoals bemestingsgraad, waterkwaliteit, maaibeheer,<br />

graslandvernieuwing en baggerbeheer) via het bestemmingsplan nauwelijks geregeld worden.<br />

Adviesbureau RBOI<br />

Rotterdam / Middelburg<br />

103.7913.00

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!