alkemade landelijk gebied west
alkemade landelijk gebied west
alkemade landelijk gebied west
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Bijlage 6. Ruwvoederteelt 3<br />
met de grote mesthoeveelheden die tot voor kort op met name maïspercelen waren toegestaan.<br />
Ook de toename van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen zal daarbij een rol hebben<br />
gespeeld. Beschaduwing van vegetatie door maïs of het achterwege blijven van begrazing zijn<br />
waarschijnlijk ondergeschikte oorzaken van de vegetatiekundige achteruitgang. Nader onderzoek<br />
naar de specifieke beïnvloeding van ruwvoederteelt op sloot- en oevervegetaties is echter<br />
gewenst, zeker nu de factor overbemesting grotendeels is verdwenen.<br />
Voor weidevogels zijn ruwvoederpercelen van weinig betekenis. Wellicht treedt er in het voorjaar<br />
verstoring op door werkzaamheden die samenhangen met ruwvoederteelt. Ook het feit dat<br />
de grond in het voorjaar onbedekt is speelt hierbij een rol. Overigens is dit aspect in mindere<br />
mate van belang bij de teelt van voedergranen waarbij gras wordt meegezaaid.<br />
Weidevogels zijn verder zeer plaatstrouw en hebben na een geslaagd broedseizoen het volgende<br />
jaar een sterke voorkeur voor hetzelfde graslandperceel. Bij het laten rouleren van ruwvoederteelt<br />
over het bedrijf mag er dus niet van worden uitgegaan dat de weidevogels op een<br />
"goed" graslandperceel jaarlijks een perceel opschuiven.<br />
Voor kieviten en scholeksters vormen pas ingezaaide ruwvoederakkers overigens een redelijk<br />
geschikte broedbiotoop. De dichtheden zijn hier echter altijd laag ten opzichte van grasland op<br />
een vergelijkbare locatie. Ook binnen graslandpercelen bestaat bij weidevogels een lichte voorkeur<br />
voor de oeverzones vanwege het minder intensieve grondgebruik aldaar.<br />
Landschappelijke aspecten<br />
De teelt van met name maïs in het veenweide<strong>gebied</strong> is van invloed op de openheid en het<br />
graslandkarakter van dit landschapstype. Dit wordt algemeen beschouwd als een aantasting<br />
van het "oorspronkelijke" landschap. Een dergelijk oordeel is echter subjectief. Zoals alle cultuurlandschappen<br />
is het beeld van het veenweidelandschap altijd aan verandering onderhevig<br />
geweest onder invloed van wijzigingen in het agrarisch grondgebruik. Bij de ontginning van dit<br />
<strong>gebied</strong> in de middeleeuwen vond aanvankelijk op grote schaal akkerbouw plaats. Door inklinking<br />
en de daarmee samenhangende vernatting waren deze teelten in latere eeuwen niet meer<br />
mogelijk. Het graslandareaal nam toe, terwijl het beeld tevens eeuwenlang sterk werd bepaald<br />
door geriefhoutbosjes, eendenkooien, grienden en lijnvormige beplantingen.<br />
Het open veenweidelandschap, zoals wij dat nu kennen, is pas in de laatste eeuw ontstaan. De<br />
enorme ruimtematen die nu beschermd worden, ontstonden pas na het opruimen van de vele<br />
opgaande beplantingen die hun agrarische functie hadden verloren. Met het veranderen van het<br />
agrarisch grondgebruik veranderde dus het landschapsbeeld. Een dergelijk veranderingsproces<br />
in het landschapsbeeld van het veenweide<strong>gebied</strong> is nu opnieuw aan de orde: de rundveehouderij<br />
is op weg naar een duurzame, schone productiemethode, waarbij (onder andere) ruwvoederteelt<br />
een belangrijk middel kan vormen. Een dergelijke verandering is een kenmerk van een<br />
levend cultuurlandschap waaraan binnen zekere grenzen ruimte geboden dient te worden.<br />
Adviesbureau RBOI<br />
Rotterdam / Middelburg<br />
103.7913.00