inventarisatierapport tink om e tsjerken - Provincie Fryslân
inventarisatierapport tink om e tsjerken - Provincie Fryslân
inventarisatierapport tink om e tsjerken - Provincie Fryslân
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
3<br />
HOOFDSTUK Bouwkundige conditie<br />
3.1 Onderzoeksgroep<br />
De bouwkundige conditie is van 1 kerken bepaald. De selectie van de kerken in de<br />
onderzoeksgroep is gebaseerd op de enquête. De kerken waarvan de eigenaren zelf hebben<br />
aangegeven dat zij inschatten dat de bouwkundige conditie ‘zeer slecht’, ‘slecht’, ‘matig’ of<br />
‘redelijk’ is, zijn onderzocht. Daarnaast dienden de kerken nog in gebruik te zijn voor de<br />
eredienst.<br />
De stichting Behoud Kerkelijke Gebouwen Friesland en de Monumentenwacht hebben deze<br />
1 kerken onderzocht en onder andere de instandhoudingbehoefte bepaald, zowel in totaal<br />
als naar de vier onderdelen ’exterieur’, ‘fundering’, ‘interieur’ en ‘toren’. Van deze onderzochte<br />
1 kerken waren er 161 rijksmonument (75%) en 5 niet (5%).<br />
Van deze onderzoeksgroep zijn er 17 kerken PKN hervormd (69%), kerken PKN<br />
gereformeerd (11%), 16 kerken ro<strong>om</strong>s-katholiek (7%), 1 kerken doopsgezind (6%) en<br />
behoren 16 kerken tot de categorie ‘overig’ (7%). Het is hierbij opmerkelijk, maar<br />
kerkhistorisch gezien verklaarbaar dat van de PKN hervormde kerken 90% rijksmonument is<br />
en van de ro<strong>om</strong>s-katholieken en doopsgezinden respectievelijk 6% en 67%, terwijl van de<br />
‘nieuwere’ en ‘jongere’ kerken in de categorie ‘overig’ en PKN gereformeerde kerken dit<br />
respectievelijk 5% en 6% is.<br />
3.2 Wat is de onderhoudstoestand?<br />
Aan de hand van inspectierapporten, meerjaren onderhoudsplannen en bouwkundige<br />
inspecties, is van deze 1 kerken de algehele bouwkundige conditie (zeer slecht, slecht, matig,<br />
redelijk, goed) en de instandhoudingbehoefte voor een periode van 6 jaar bepaald,<br />
overeenk<strong>om</strong>stig de systematiek van de BRIM. De instandhoudingsbehoefte kan worden<br />
beschouwd als een bedrag dat nodig is <strong>om</strong> de kerken in een bouwkundig goede staat te<br />
brengen dan wel te houden (zie voetnoot 1 aan het slot van hoofdtuk 1).<br />
Hoewel het op zich lastig is te onderscheiden waar onderhoud ophoudt en restauratie begint<br />
is, mede afhankelijk van de grootte van de kerk ook een ‘gradatie’ aangelegd van bedragen<br />
die per jaar nodig zijn voor regulier onderhoud; € 6.000 per jaar, € 10.000 per jaar en € 0.000<br />
per jaar.<br />
Als het reguliere onderhoud wordt afgetrokken van de instandhoudingbehoefte, blijft de<br />
restauratie-achterstand over. Deze achterstand is in drie gradaties opgedeeld; van € 0 tot €<br />
100.000 (binnen bestaande middelen op te lossen), van € 100.000 tot € 00.000 (behoorlijke<br />
restauratie waar aanvullende middelen voor nodig zijn) en boven de € 00.000 (grote<br />
restauratie).<br />
3.2.1 Bouwkundige staat<br />
De algehele bouwkundige conditie van de (onderzochte 1) kerken is gemiddeld gen<strong>om</strong>en<br />
matig (‘herstel- of deelrestauratie gewenst’) tot redelijk (‘door middel van groot onderhoud<br />
in goede staat te brengen’). Over de hele linie gen<strong>om</strong>en lijken de rijksmonumenten er<br />
bouwkundig iets beter voor te staan dan de niet-rijksmonumenten.<br />
19