Leren navigeren deelrapport 1 - Gemeenteraad Almere
Leren navigeren deelrapport 1 - Gemeenteraad Almere
Leren navigeren deelrapport 1 - Gemeenteraad Almere
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Van beleidsdoelstellingen naar indicatoren<br />
Paper in kader bijdrage 1ste fase onderzoek indicatoren<br />
prof.dr. H. Aardema<br />
Hoofdstuk 3<br />
Inleiding<br />
Op verzoek van de gemeenteraad voert de<br />
Rekenkamer van de gemeente <strong>Almere</strong> een<br />
onderzoek uit naar de ontwikkeling van indicatoren<br />
voor programmabegroting / collegewerkplan.<br />
De opdracht die de Rekenkamer voor dit<br />
onderzoek heeft geformuleerd luidt als volgt.<br />
‘Onderzoek de mogelijkheden om per programmaparagraaf<br />
in het collegewerkplan redelijke<br />
en hanteerbare indicatoren te ontwikkelen die<br />
een maatstaf geven voor de doelmatigheid of de<br />
doeltreffendheid van het gevoerde beleid.’<br />
Het resultaat van het onderzoek zou moeten<br />
zijn dat de Rekenkamer een voorstel presenteert<br />
met betrekking tot de gewenste indicatoren per<br />
programmaparagraaf, per indicator voorzien van<br />
een nulmeting en een doelstelling voor 2010.<br />
Uit de stukken maken wij op dat de Rekenkamer<br />
zich ten aanzien van deze onderzoeksvraag intussen<br />
breed heeft georiënteerd. Daarbij worden zowel<br />
technisch-rationele factoren, als minder grijpbare<br />
politiek-beleidsmatige en organisatorische factoren<br />
betrokken. Dit spanningsveld maakt het naar de<br />
indruk van de Rekenkamer niet eenvoudig om tot<br />
de gewenste redelijke en hanteerbare prestatieindicatoren<br />
te komen. Bestaande inzichten bieden<br />
niet meteen uitkomst. Volgens de Rekenkamer is de<br />
raad op zoek naar ‘iets nieuws’.<br />
Tegen die achtergrond valt te begrijpen dat<br />
de Rekenkamer verschillende invalshoeken<br />
onderscheidt om tot de gewenste indicatoren te<br />
komen.<br />
Deze invalshoeken zijn:<br />
1. Meetbaar zijn (invalshoek Onderzoek en<br />
Statistiek). De Rekenkamer wijst op de wijze<br />
waarop CBS en SCP gebruik maken van<br />
aanwezige informatie. Nadeel is dat niet altijd<br />
aansluiting wordt gevonden bij de geformuleerde<br />
beleidsdoelstellingen. Het risico is dat veel wordt<br />
gemeten, zonder te weten waar men heen wil.<br />
2. Gerelateerd kunnen worden aan een<br />
beleidsdoelstelling. Dit spoor wordt onder<br />
andere gevoed vanuit het VBTB-traject: ‘Wat<br />
willen we bereiken’ ‘Wat gaan we daarvoor<br />
doen’ Deze methode werkt volgens de<br />
Rekenkamer alleen als doelstellingen meetbaar<br />
zijn opgeschreven, hetgeen lang niet altijd het<br />
geval is. Het risico bestaat dat onduidelijk blijft<br />
wat gemeten moet worden.<br />
3. Leiden tot een permanente verbetering van de<br />
organisatorische en beleidsmatige prestaties<br />
(niet afrekenen, maar leren en verbeteren).<br />
Daarbij spelen vraagstukken als ‘gebruik’,<br />
‘valkuilen’, ‘randvoorwaarden’, et cetera.<br />
Voordeel is dat de beperkingen van het werken<br />
met indicatoren expliciet worden gemaakt.<br />
Nadeel is dat deze invalshoek niet direct tot<br />
een lijst van indicatoren leidt, terwijl dit wel<br />
het doel is. Het risico bestaat dat er in de<br />
organisatie angst ontstaat voor een controle- of<br />
afrekencultuur.<br />
De Rekenkamer veronderstelt dat een goede<br />
indicator deze drie verschillende invalshoeken<br />
integreert. De gekozen benaderingswijze en<br />
veronderstellingen wil de Rekenkamer toetsen met<br />
behulp van externe deskundigheid.<br />
Daarbij wordt met name gekeken naar de<br />
programma’s ‘Sociale en krachtige samenleving’,<br />
‘<strong>Leren</strong> en werken’, ‘Veiligheid’ en ‘Evenwichtige<br />
en duurzame ruimtelijke ontwikkeling van <strong>Almere</strong>’.<br />
De Rekenkamer heeft ons gevraagd om een<br />
bijdrage te leveren met betrekking tot het tweede<br />
aandachtsgebied: het ‘VBTB-traject’.<br />
Daarnaast is gevraagd om met name ten aanzien<br />
van het onderdeel ‘ruimtelijke ontwikkeling’ de<br />
drie meest zeggende indicatoren te benoemen.<br />
Onze visie<br />
Het denken over prestatie-indicatoren en over<br />
meetbaarheid / control meer in het algemeen is<br />
sterk in beweging. Werd gedurende de afgelopen<br />
twintig jaar in de theorie en praktijk onder invloed<br />
van het ‘New Public Management’ denken veel<br />
heil verwacht van technisch-rationele stroomlijning<br />
en beheersing van politiek-bestuurlijke en<br />
ambtelijke processen, thans breekt in toenemende<br />
mate het inzicht door – gesteund door empirisch<br />
onderzoek – dat dit streven niet vanzelfsprekend<br />
leidt tot een betere onderlinge communicatie en<br />
tot betere prestaties.<br />
Twintig jaar lang is te sterk gedacht dat alle<br />
heil kan voortvloeien uit meten, registreren en<br />
vastleggen.<br />
12 Tussenrapportage aan de gemeenteraad