12.07.2015 Views

Vandenberghe, N., de Bilde, J. & Van Damme, J.

Vandenberghe, N., de Bilde, J. & Van Damme, J.

Vandenberghe, N., de Bilde, J. & Van Damme, J.

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Tabel 11Items van <strong>de</strong> schaal ‘opvattingen over intelligentie als onveran<strong>de</strong>rbaar gegeven’. Aantal geldige antwoor<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>referentiesteekproef, gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong>, standaardafwijking en item-totaal-correlatieVARIABELE ITEM N M SD R itL61A02LKL61A13LKL61A21Kin<strong>de</strong>ren beschikken over een zekere intelligentie en menkan weinig doen om dit te veran<strong>de</strong>ren.Kin<strong>de</strong>ren kunnen wel nieuwe dingen leren, maar <strong>de</strong> intelligentiekan niet veran<strong>de</strong>rd wor<strong>de</strong>n.Intelligentie is zo typisch voor een kind dat men er weinig aankan doen.189 3,23 1,04 .66189 3,76 1,12 .59188 3,26 0,95 .70Tabel 12Schaal ‘opvattingen over intelligentie als onveran<strong>de</strong>rbaar gegeven’. Aantal geldige antwoor<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> referentiesteekproef,gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong>, standaardafwijking, coëfficiënt voor scheefheid, minimum, maximum en Cronbachs alfaSCHAAL N M SD Scheefh. Min. Max. Cronbachs alfaK3 L1 L2 L4 L5 L6Intelligentie als onveran<strong>de</strong>rbaar 190 3,41 0,88 0,15 1,00 6,00 .75 .77 .84 .79 .79 .80In <strong>de</strong> referentiesteekproef ligt <strong>de</strong> mediaan rond het theoretische mid<strong>de</strong>n (Q 2 =3,33). De helft van <strong>de</strong>leerkrachten beschouwt intelligentie eer<strong>de</strong>r als een veran<strong>de</strong>rbaar gegeven, <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re helft eer<strong>de</strong>r alseen stabiel gegeven. In hun on<strong>de</strong>rzoek on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n Dweck, Chiu en Hong (1995) leerkrachten met eengemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> score kleiner dan of gelijk aan 3 als aanhangers van <strong>de</strong> groeitheorie en leerkrachten meteen gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> score groter dan of gelijk aan 4 als aanhangers van <strong>de</strong> entiteitstheorie. In <strong>de</strong> referentiesteekproefbehoort 40,53% van <strong>de</strong> leerkrachten tot <strong>de</strong> groep van <strong>de</strong> groeitheoretici en 32,11% tot <strong>de</strong>groep van <strong>de</strong> entiteitstheorie, <strong>de</strong> overige 27,37% behoort tot <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>ngroep. In vergelijking met <strong>de</strong>leerkrachten van het vijf<strong>de</strong> leerjaar merken we op dat <strong>de</strong> groep van <strong>de</strong> ‘zuivere’ aanhangers van <strong>de</strong>entiteitstheorie is afgenomen (verschil van 4,95 %). De groep van <strong>de</strong> ‘zuivere’ aanhangers van <strong>de</strong> ‘groeitheorie’is toegenomen (verschil van 5,50%) en <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>ngroep is in vergelijking met het vijf<strong>de</strong> leerjaarongeveer even groot is. De groep van <strong>de</strong> aanhangers van <strong>de</strong> groeitheorie is het grootst in het zes<strong>de</strong> leerjaar,<strong>de</strong>ze van <strong>de</strong> aanhangers van <strong>de</strong> entiteitstheorie het kleinst in vergelijking met <strong>de</strong> collega’s in hettwee<strong>de</strong>, vier<strong>de</strong> of het vijf<strong>de</strong> leerjaar.2.2.3 Opvattingen over on<strong>de</strong>rwijs aan kansarmenMet <strong>de</strong>ze schaal wensen we te peilen naar <strong>de</strong> opvattingen bij leerkrachten van het zes<strong>de</strong> leerjaar betreffen<strong>de</strong>het on<strong>de</strong>rwijs aan kansarmen. Hoe hoger <strong>de</strong> schaalscore hoe problematischer het on<strong>de</strong>rwijsaan kansarmen door <strong>de</strong> leerkrachten wordt ervaren.De gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong>s van <strong>de</strong> afzon<strong>de</strong>rlijke items liggen ten opzichte van het theoretisch mid<strong>de</strong>n zowel aan <strong>de</strong>negatieve als aan <strong>de</strong> positieve kant van <strong>de</strong> schaal (Tabel 13). De standaardafwijkingen variëren van 0,94tot 1,22. Cronbachs alfa is gelijk aan .74. De correlaties van <strong>de</strong> items A03, A16I en A24 met <strong>de</strong> totaalscorezijn kleiner dan <strong>de</strong>ze van <strong>de</strong> overige items. Inhou<strong>de</strong>lijk gaan <strong>de</strong>ze items over <strong>de</strong> rol van het on<strong>de</strong>rwijsten aanzien van kansarme leerlingen. Voor <strong>de</strong> gegevens van leerkrachten in het vier<strong>de</strong> en in hetvijf<strong>de</strong> leerjaar waren <strong>de</strong> items A16I en A24 reeds problematisch. Indien we bei<strong>de</strong> items buiten beschouwinglaten, bekomen we een alfawaar<strong>de</strong> van .75. Eenzelf<strong>de</strong> waar<strong>de</strong> bekomen we ook na het bijkomendweglaten van het <strong>de</strong>r<strong>de</strong> item A03. In het licht van <strong>de</strong> continuïteit met <strong>de</strong> voorgaan<strong>de</strong> leerjarengeven we in Tabel 14 <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>lingskenmerken weer van <strong>de</strong> volledige schaal en <strong>de</strong> schaal zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong>items A16I en A24. Net zoals voor <strong>de</strong> gegevens van leerkrachten in lagere leerjaren liggen <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l-20

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!