Tussen Vecht en Eem 1997 - LOOSDRECHT
Tijdschrift voor regionale geschiedenis van de Stichting Tussen Vecht en Eem m.b.t. Loosdrecht
Tijdschrift voor regionale geschiedenis van de Stichting Tussen Vecht en Eem m.b.t. Loosdrecht
- TAGS
- kerkelanden
- gedichten
- hoekenburg
- bos-van-hacke
- loenderveen
- plassengebied
- kasteel-mijnden
- veenontginning
- gooi
- ambachtsheerlijkheid
- vliegveld-hilversum
- johannes-bodecherus-benningh
- eikenrode
- jonkheer-van-sypesteyn
- oostelijke-vechtplassen
- heren-van-amstel-en-mijnden
- turfbaggeren
- historische-kring-loosdrecht
- hkl
- loosdrecht
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
X<strong>en</strong>ium Ad Nicolaum Bodecherum, Putrem, e<strong>en</strong><br />
nieuwjaarsgedicht aan vader Nicolaas Bodecherus,<br />
dat verder ge<strong>en</strong> bijzonderhed<strong>en</strong> over<br />
person<strong>en</strong> of gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> bevat. Dat is wel<br />
het geval bij het gedicht Ad Joannem Bodecherum,<br />
Patruum, S<strong>en</strong>ern Octuag<strong>en</strong>arium aan de<br />
tachtigjarige grijsaard oom Johannes Bodecherus.<br />
Deze broer van vader Nicolaas was<br />
predikant in Coth<strong>en</strong>, ook rem onstrantsgezind,<br />
m aar m et hem liep het m inder dram a<br />
tisch af."<br />
Dat het baljuwsambt in de familie bleef blijkt<br />
uit het gedicht Ad Adrianum Bodecherum, Fratrem,<br />
Bailivum in Loosdrecht, Mynd<strong>en</strong>, & Teckop:<br />
Aan Adriaan Bodecheer, mijn broer, baljuw in<br />
Loosdrecht, Mijnd<strong>en</strong> <strong>en</strong> Teckop. Ik geef van<br />
de Latijnse gedicht<strong>en</strong> hier alle<strong>en</strong> de vertaling.<br />
Het, ambt datje grootvader <strong>en</strong> je oom eerder verkreg<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong> bezit jij, broer, nu, teruggekeerd uit de ko ude<br />
van Skythië [Rusland], Wees vasthoud<strong>en</strong>d aan de<br />
wett<strong>en</strong> <strong>en</strong> het rechtvaardige, beteugel de gewelddadig<strong>en</strong>;<br />
laatje lev<strong>en</strong> blij vervliet<strong>en</strong> met je echtg<strong>en</strong>ote uit<br />
de familie Stachouwer; het platteland zal gev<strong>en</strong> wat<br />
de met mur<strong>en</strong> omslot<strong>en</strong> sted<strong>en</strong> niet kunn<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>; de<br />
landelijke e<strong>en</strong>voud k<strong>en</strong>t ge<strong>en</strong> ijverzucht.“<br />
Om nu e<strong>en</strong> massale trek naar het platteland<br />
te voorkom<strong>en</strong> kan ik m eedel<strong>en</strong>, dat de dichter<br />
in zijn laatste regel e<strong>en</strong> vergissing maakte. Op<br />
15 juli 1641 schreef het H of van Holland aan<br />
de baljuw van Gooiland, P.G. Hooft, dat<br />
Adriaan Bodecheer <strong>en</strong> nog iem and geklaagd<br />
hadd<strong>en</strong> over t’groot gewelt, <strong>en</strong>de outrage [grove belediging],<br />
twelcke sij te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> haer a<strong>en</strong>geda<strong>en</strong><br />
te sijn bij Johan Stachouwer swager vand<strong>en</strong> voors.<br />
Bailliuw [Adriaan B.], <strong>en</strong>de drie van sijne Di<strong>en</strong>aers.<br />
O f Hooft er maar wat aan wilde do<strong>en</strong>.1" E<strong>en</strong><br />
stuk van Johan Stachouwer aan het H of van<br />
Holland in e<strong>en</strong> geschil m et Adria<strong>en</strong> Bodecherus<br />
<strong>en</strong> A erlandt Stachouwer, echtelied<strong>en</strong>, over<br />
het huis te Ruysdael bij Blaricum van e<strong>en</strong> mij<br />
niet bek<strong>en</strong>de datum zal ook wel niet gehandeld<br />
hebb<strong>en</strong> over de geluckige rust van licht-vernoechde<br />
siel<strong>en</strong>, Wi<strong>en</strong>s sorg<strong>en</strong> wijder niet <strong>en</strong> weyd<strong>en</strong><br />
dan haer vee (Hooft, Granida)<br />
Aerlandt of Aerlandia Stachouwer komt<br />
voor in het artikel van Adema. E<strong>en</strong> andere bevestiging<br />
van haar bestaan is te vind<strong>en</strong> in e<strong>en</strong><br />
acte van overdracht van e<strong>en</strong> huis <strong>en</strong> hofstede<br />
met toebehor<strong>en</strong> aan Aarlandia Stachouwer,<br />
huisvrouw van de baljuw Adria<strong>en</strong> Bodecheer(1648).12<br />
Haar broer Johan (1598-1655)<br />
was e<strong>en</strong> vermog<strong>en</strong>d koopm an m et grote belang<strong>en</strong><br />
in de Westindische Compagnie. Hij<br />
had bezitting<strong>en</strong> in het Gooi, onder andere het<br />
al g<strong>en</strong>oem de huis Ruysdael hij Blaricum. Sinds<br />
1640 was hij heer van Schiermonnikoog. Ook<br />
in Brazilië had hij belang<strong>en</strong>. Zijn broer Jacob<br />
Stachouwer was daar politiek raad, net als de<br />
dichter Johannes Bodecheer B<strong>en</strong>ningh sedert<br />
1638. In Blaricum herinner<strong>en</strong> aan Johan Stachouwer<br />
nu nog de weg van die naam <strong>en</strong> zijn in<br />
de kerk opgestelde grafste<strong>en</strong>.<br />
Broer Gerardus<br />
Uit het voorafgaande is wel duidelijk geword<strong>en</strong>,<br />
dat de familie Bodecherus in de eerste<br />
helft van de zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de eeuw op allerlei wijz<strong>en</strong><br />
sterk betrokk<strong>en</strong> was bij het reil<strong>en</strong> <strong>en</strong> zeil<strong>en</strong><br />
van de republiek op veel terrein<strong>en</strong> <strong>en</strong> in<br />
alle windstrek<strong>en</strong>. Voor Gerardus, waarschijnlijk<br />
de jongste zoon van dom inee Nicolaas<br />
Bodecherus, was deze betrokk<strong>en</strong>heid van tragische<br />
aard. De bijzonderhed<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> we<br />
uit e<strong>en</strong> gedicht in de Poëmata: Ad Nicolaum<br />
Bodecherum, Putrem, De Obitu Gerirdi Bodecheri,<br />
Fritris (Aan vader N.B. over het sterv<strong>en</strong> van<br />
broer G.B.). Ik neem het hier grot<strong>en</strong>deels<br />
over.<br />
Uil het kamp, op r<strong>en</strong> schokk<strong>en</strong>de zware wag<strong>en</strong>,<br />
Nabij V<strong>en</strong>lo, kwam hij terug, ziek,<br />
Ziek van lichaam, maar met krijgshaftig gemoed.<br />
En zich toevertrouw<strong>en</strong>d aan e<strong>en</strong> rustiger Waal<br />
- Hoewel de rivier bruis<strong>en</strong>d zwol<br />
Weg<strong>en</strong>s de bergtopp<strong>en</strong> van Hess<strong>en</strong> -<br />
Totdat het trage schip de Rotte naderde,<br />
Om Leid<strong>en</strong> van meer nabij te zi<strong>en</strong>,<br />
Om zijn ouders van meer nabij te zi<strong>en</strong>,<br />
Ligg<strong>en</strong>d in e<strong>en</strong> doodzieke slapte<br />
Van e<strong>en</strong> uitputt<strong>en</strong>de scheurbuik; kort daarna e<strong>en</strong> lijk<br />
To<strong>en</strong> hij te Delft aankwam. Aan de Amstel ligt hij<br />
- Gelukkig wel door deze zaligheid -<br />
Verbond<strong>en</strong> met zijn voorvader<strong>en</strong> in het graf.<br />
Moge het u slecht vergaan, kwade onderwereldduistemis<br />
Die mij mijn broer ontnom<strong>en</strong> hebt.<br />
Verdi<strong>en</strong>de die krachtige geest dus, hij die<br />
De lans zwaaide va n de prins van Oranje,<br />
De bevrijder van het vaderland <strong>en</strong> vader van de zoon,<br />
Verdi<strong>en</strong>de hij zo te sterv<strong>en</strong>, kwade duisternis ?<br />
Verdi<strong>en</strong>de hij zo te sterv<strong>en</strong>, van wie<br />
Het baarddons <strong>en</strong> de lichte baard nauwelijks e<strong>en</strong>maal<br />
Van de km was geweest, <strong>en</strong> de huid glad ?<br />
Jullie, Dev<strong>en</strong>ter <strong>en</strong> Brantius,<br />
Onder wier leiding de oef<strong>en</strong>school keurt,<br />
Zijn getuig<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> edel <strong>en</strong> goed hart<br />
124 TVE 15e jrg. <strong>1997</strong>