Authentieke versie downloaden (pdf)
Authentieke versie downloaden (pdf)
Authentieke versie downloaden (pdf)
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
In dit hoofdstuk staat onderzoeksvraag 7 centraal. Dit hoofdstuk bevat derhalve een korte<br />
beschrijving van de risicomomenten in de BSA-keten die de projectgroep onderkent.<br />
Uit hoofdstuk 2 blijkt dat er verschillende problemen zijn met betrekking tot de BSA-keten. In<br />
paragraaf 2.6 zijn de belangrijkste conclusies van de projectgroep op dit punt samengevat. Omdat<br />
niet alle problemen direct in één keer zullen kunnen worden aangepakt, heeft de projectgroep<br />
een afweging gemaakt met betrekking tot de thans belangrijkste risicomomenten in de BSAketen,<br />
dat wil zeggen momenten waarop het risico het grootst is dat wet- en regelgeving<br />
niet wordt nageleefd dan wel momenten die bepalend zijn voor de mogelijke milieu- en/of<br />
volksgezondheidseffecten van de BSA-keten. De projectgroep onderkent op grond van het<br />
uitgevoerde project drie risicomomenten. Ze worden hierna in aparte paragrafen beschreven.<br />
3.1 Risicomoment 1 – slopen en bouwen<br />
Het eerste risicomoment bevindt zich direct aan het begin van de keten, daar waar een gebouw<br />
wordt gesloopt of gebouwd.<br />
Het begin van de keten is om twee verschillende redenen een risicomoment:<br />
1 In de eerste plaats is afvalscheiding aan de bron uit het oogpunt van milieu- en volksgezondheidsrisico’s<br />
van belang. Gevaarlijke stoffen in een te slopen gebouw die niet selectief<br />
worden verwijderd kunnen, indien zij aldus in de BSA-stroom terechtkomen, verderop in de<br />
keten milieu- en/of volksgezondheidsrisico’s veroorzaken. Gedacht kan worden aan onder<br />
andere de volgende gevaarlijke stoffen waarmee de BSA-stroom verontreinigd kan zijn: asbest,<br />
teerhoudend dakleer, radioactief slakkenwol en PAK uit schoorstenen. Uit het ketenonderzoek<br />
(hoofdstuk 2) is gebleken dat het selectief verwijderen van gevaarlijke stoffen voordat de sloop<br />
van een gebouw begint voor verbetering vatbaar is.<br />
2 In de tweede plaats is afvalscheiding aan de bron uit duurzaamheidsoogpunt van belang.<br />
Afvalscheiding aan de bron bevordert het hergebruik van BSA, waardoor er minder beroep<br />
behoeft te worden gedaan op primaire grondstoffen. Dit is een belangrijk uitgangspunt van het<br />
beleid. Uit het ketenonderzoek (hoofdstuk 2) is gebleken dat afvalscheiding aan de bron voor<br />
verbetering vatbaar is.<br />
3.2 Risicomoment 2 – sorteren<br />
Het tweede risicomoment bevindt zich halverwege de keten, daar waar de BSA-stroom voor<br />
sortering terechtkomt bij sorteerinrichtingen.<br />
Het sorteermoment is een risicomoment, omdat de sorteerinrichtingen in de gelegenheid zijn<br />
om de BSA-stroom niet goed (dat wil zeggen zo optimaal mogelijk) te sorteren of sortering zelfs<br />
achterwege te laten.<br />
Bij niet goed of niet sorteren worden eventuele verontreinigingen van de BSA-stroom met<br />
gevaarlijke stoffen (asbest, teerhoudend dakleer, radioactief slakkenwol, PAK) opnieuw<br />
onvoldoende of niet uit de BSA-stroom verwijderd, waardoor deze verontreinigingen zich<br />
wederom verder in de keten kunnen begeven. De uit de verontreinigde BSA-stroom gesorteerde<br />
puinfractie bereikt bijvoorbeeld verontreinigd en wel de (vaste) puinbreker; van deze puinbreker<br />
afkomstige secundaire bouwstoffen kunnen daardoor vervolgens ook verontreinigd zijn wat<br />
milieu- en volksgezondheidsrisico’s kan opleveren.<br />
BSA niet goed of niet sorteren bemoeilijkt bovendien het hergebruik van BSA, welk hergebruik<br />
zoals gezegd uit duurzaamheidsoogpunt een belangrijk beleidsuitgangspunt is (minder beroep<br />
op primaire grondstoffen).<br />
28<br />
Interventiestrategie Bouw- en sloopafval (BSA)