Innovatie-inspanningen van Vlaamse ondernemingen : een ... - IWT
Innovatie-inspanningen van Vlaamse ondernemingen : een ... - IWT
Innovatie-inspanningen van Vlaamse ondernemingen : een ... - IWT
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Hoofdstuk 2 HISTORIEK VAN DE CIS-ENQUÊTE<br />
10 CIS wordt geïnitieerd<br />
en uitgevoerd door<br />
Eurostat en DGXIIII en<br />
uitgevoerd onder de<br />
aegis <strong>van</strong> het<br />
European Innovation<br />
Monitoring System<br />
(EIMS).<br />
Het wordt ontwikkeld<br />
tussen 1991 en 1993<br />
in samenwerking met<br />
onafhankelijke experten<br />
en de OESO.<br />
Gebaseerd op de<br />
OECD richtlijnen voor<br />
het verzamelen en<br />
interpreteren <strong>van</strong> data<br />
over technologische<br />
innovatie (Oslomanual)<br />
wordt <strong>een</strong><br />
gem<strong>een</strong>schappelijke<br />
vragenlijst ontworpen.<br />
><br />
11 CFS-Stat: Commissie<br />
voor Federale<br />
Samenwerking -<br />
Overleggroep<br />
Inventaris en<br />
Statistieken inzake<br />
O&O.<br />
De CIS-enquêtes zijn rechtstreeks gebaseerd<br />
op het Oslo-handboek. Dit betekent dat zij<br />
vooral handelen over technologische innovatie<br />
(product- en procesinnovatie). Tegelijkertijd<br />
echter voldoen de CIS-enquêtes aan<br />
<strong>een</strong> groeiende vraag en nood om afstand te<br />
nemen <strong>van</strong> ad hoc, idiosyncratische, twijfelachtige,<br />
locale dataverzamelingen en te<br />
komen tot <strong>een</strong> regulier, gestandaardiseerd,<br />
kwalitatief hoogstaand enquête-instrument<br />
met <strong>een</strong> brede geografische toepasbaarheid<br />
om zo te komen tot internationale benchmarking.<br />
Niet-technologische innovatie wordt echter<br />
onderbelicht. Bovendien wordt de enquête<br />
aan<strong>van</strong>kelijk (CIS-1) uitsluitend afgenomen<br />
in de verwerkende nijverheid en niet in de<br />
dienstensector. Later (CIS-2 en 3) wordt de<br />
dienstensector weliswaar toegevoegd aan<br />
het doelpubliek, maar met <strong>een</strong> onvoldoende<br />
aanpassing <strong>van</strong> de vraagstelling aan de specifieke<br />
eigenheid <strong>van</strong> de dienstensector.<br />
De eerste CIS-enquête wordt georganiseerd<br />
in 1992. 10 Omdat men wel <strong>een</strong> gestandaardiseerde<br />
vragenlijst heeft maar g<strong>een</strong> gestandaardiseerde<br />
populatiebepaling en steekproeftrekking,<br />
laten de resultaten <strong>van</strong> CIS-1<br />
echter g<strong>een</strong> gemakkelijke vergelijking toe<br />
tussen landen (EU (1997): 228). De verwachting<br />
was dat CIS-2 wel meer vergelijkbaarheid<br />
zou toelaten (EU (1997): 228), maar ook<br />
bij CIS-2 is vergelijkbaarheid <strong>een</strong> probleem.<br />
2.1 ADMINISTRATIEF KADER<br />
De CIS-enquête wordt uitgevoerd in<br />
opdracht <strong>van</strong> de Europese Commissie<br />
(Eurostat). Op Vlaams niveau belast de<br />
Minister-president <strong>van</strong> de <strong>Vlaamse</strong> regering,<br />
na de verschuiving <strong>van</strong> de bevoegdheid voor<br />
innovatie naar regionaal niveau begin jaren<br />
1990, het <strong>IWT</strong> met de uitvoering <strong>van</strong><br />
bedrijfsenquêtes over innovatie en onderzoek<br />
en ontwikkeling (O&O) in opdracht<br />
<strong>van</strong> internationale instellingen zoals OESO<br />
en EU, en dus ook met de uitvoering <strong>van</strong> de<br />
CIS-enquêtes.<br />
Aan<strong>van</strong>kelijk was het echter nog wat zoeken<br />
hoe de samenwerking op Belgisch<br />
zie Jaarverslag <strong>IWT</strong>. Dirk Maeckelberghe, <strong>IWT</strong>-Vlaanderen (www.iwt.be)<br />
11<br />
><br />
niveau het best georganiseerd wordt. Eerst<br />
waren de regionale overheden contractant<br />
<strong>van</strong> Eurostat (CIS-1). Maar omdat dit moeilijkheden<br />
gaf voor de samenstelling <strong>van</strong><br />
<strong>een</strong> nationale statistiek werd dan weer<br />
voor CIS-2 enkel de Federale overheid als<br />
contractant genomen. Wat CIS-3 betreft,<br />
gebeurt de uitvoering <strong>van</strong> de enquête in<br />
België in overleg tussen de federale en<br />
regionale overheden, maar hoofdcontractant<br />
met Eurostat zijn de Federale Diensten<br />
voor Wetenschappelijke, Technische en<br />
Culturele Aangelegenheden (DWTC). Alle<br />
betrokken partijen plegen overleg in het<br />
kader <strong>van</strong> CFS-Stat 11 over vragenlijst, steekproeftrekking,<br />
dataverzameling en datacorrectie.<br />
Vervolgens verzamelen en corrigeren<br />
Gem<strong>een</strong>schappen en Gewesten de<br />
gegevens om ze dan aan de DWTC toe te<br />
leveren voor het opstellen <strong>van</strong> <strong>een</strong><br />
Belgische databank, waarna de DWTC ze<br />
aan Eurostat overmaakt.<br />
<strong>IWT</strong>-Vlaanderen staat in voor de ontsluiting<br />
<strong>van</strong> de gegevens op Vlaams niveau.<br />
2.2 CIS-1<br />
Zoals eerder vermeld, wordt de CIS-1<br />
enquête afgenomen in 1993 als ‘pilotenquête’.<br />
Ze heeft betrekking op de jaren<br />
1990-1992. Het <strong>IWT</strong> treedt op als contractant<br />
op Vlaams niveau. De eigenlijke uitvoering<br />
<strong>van</strong> de CIS-1 enquête werd door het <strong>IWT</strong> in<br />
opdracht gegeven aan Professor Dr.<br />
Koenraad Debackere en zijn team. Er wordt<br />
vertrokken <strong>van</strong> <strong>een</strong> door het NIS gegenereerde<br />
gestratificeerde steekproef <strong>van</strong> 1.335<br />
bedrijven uit de verwerkende nijverheid in<br />
Vlaanderen met Nace-codes 2000, 3000 of<br />
4000. Het antwoordpercentage bedraagt<br />
47.6% (589 bedrijven), niet slecht voor <strong>een</strong><br />
uitgebreide en niet wettelijk verplichte<br />
enquête, en ook vergelijkbaar met andere<br />
Europese landen, maar toch enigszins problematisch<br />
<strong>van</strong>uit statistisch oogpunt.<br />
Daarom wordt na afloop <strong>van</strong> de enquête <strong>een</strong><br />
beperkte non-respons-analyse uitgevoerd.<br />
Daaruit blijkt dat het onwaarschijnlijk is dat<br />
<strong>een</strong> afwezigheid <strong>van</strong> innovatieve activiteiten<br />
<strong>een</strong> systematische bias heeft geïntroduceerd<br />
bij niet-respondenten. Het niet deelnemen