Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
lok 8 <strong>les</strong> 13<br />
Materiaal<br />
− Lesboek bladzijde 98 en 99<br />
− Kopieerblad Registratie <strong>blok</strong> 8<br />
− Kopieerblad Taakbriefjes<br />
Voorbereiding<br />
−Vul het registratieblad in.<br />
− Bepaal op basis van de toetsresultaten en observatie welke<br />
van de vier opgaven u in <strong>les</strong> 13 klassikaal aan wilt bieden.<br />
Doelen<br />
− Kinderen kunnen rekenen tussen streepjes bij het optellen en<br />
aftrekken tot 1000. (opgave 1)<br />
− Kinderen interpreteren staafgrafieken en tabellen, en tekenen<br />
eenvoudige staafgrafieken. (opgave 2)<br />
− Kinderen kunnen rekenen in verhoudingstabellen, in het<br />
bijzonder terugrekenen naar 1 en van daaruit verder<br />
vermenigvuldigen. (opgave 3)<br />
−Kinderen kunnen in verdeelsituaties bepalen hoeveel ieder<br />
krijgt en wat de rest is. (opgave 4)<br />
> Start<br />
Alle kinderen werken eerst zelfstandig aan een of meer van de<br />
vier opgaven in het <strong>les</strong>boek. Aan de hand van de toetsresultaten<br />
bepaalt u welke opgave(n) daarvoor geschikt is (zijn). Dat kan<br />
een opgave zijn waarin veel fouten zijn gemaakt, of een opgave<br />
waarvan u de verschillende oplossingsstrategieën nog eens wilt<br />
bespreken.<br />
Nabespreking<br />
Bespreek de bij Start gekozen opgave(n) gezamenlijk na. Hierbij<br />
stelt u niet de uitkomst, maar de oplossingswijze centraal. Laat<br />
de kinderen verwoorden op welke manieren ze de sommen<br />
hebben opgelost. (Zie de aandachtspunten bij Interactief<br />
herhalen.)<br />
Werkinstructie<br />
■ Aan de hand van het registratieblad en de taakbriefjes<br />
bespreekt u met de kinderen wat zij de komende <strong>les</strong>sen gaan<br />
doen:<br />
– Kinderen die bij een of meer toetsopgaven ≥ 80% hebben<br />
gescoord, beginnen direct aan het zelfstandig werken. Ze<br />
maken de bijbehorende plusbladen (verdieping).<br />
– Kinderen die bij een of meer toetsopgaven 60-80% hebben<br />
gescoord, beginnen direct aan het zelfstandig werken. Ze<br />
maken de bijbehorende puntbladen (herhaling).<br />
■ Met kinderen die bij een of meer toetsopgaven < 60% hebben<br />
gescoord, gaat u interactief herhalen.<br />
<strong>blok</strong> 8 <strong>les</strong> 13<br />
1 Reken uit tussen streepjes.<br />
2<br />
verkochte fl essen frisdrank<br />
100<br />
90<br />
80<br />
70<br />
60<br />
50<br />
40<br />
30<br />
20<br />
10<br />
Bubbels<br />
Slokkie<br />
0<br />
ma di wo do vr za zo<br />
dagen<br />
98<br />
535 + 293 =<br />
432 + 377 =<br />
467 + 382 =<br />
268 + 419 =<br />
265 – 148 =<br />
436 – 218 =<br />
318 – 196 =<br />
374 – 235 =<br />
Kijk in de grafiek en beantwoord de vragen.<br />
Interactief herhalen<br />
a Op welke dag zijn de meeste fl essen<br />
frisdrank verkocht?<br />
b Op welke dagen zijn evenveel fl essen<br />
frisdrank verkocht?<br />
c Op welke dag zijn de meeste fl essen<br />
Bubbels verkocht? Hoeveel f<strong>les</strong>sen zijn dat?<br />
d Op welke dagen is de helft van het aantal fl essen<br />
van vrijdag verkocht?<br />
e Op welke dagen zijn evenveel fl essen<br />
Slokkie verkocht?<br />
f Op welke dagen zijn evenveel fl essen<br />
Bubbels verkocht?<br />
g Op welke dag is de helft van het aantal<br />
f<strong>les</strong>sen Slokkie van maandag verkocht?<br />
h Maak de tabel af.<br />
dagen van de week ma di wo do vr za zo<br />
aantal fl essen frisdrank 40<br />
■ Met de kinderen die op een of meer toetsopgaven < 60%<br />
hebben gescoord, maakt u de bijbehorende opgave(n) van<br />
<strong>les</strong> 13. Observeer de kinderen. Het gaat hierbij vooral om het<br />
oplossingsproces. Aandachtspunten zijn:<br />
– Opgave 1: Kunnen de kinderen rekenen tussen streepjes:<br />
kunnen ze de getallen splitsen in honderdtallen, tientallen<br />
en eenheden? Weten ze dat |700|120|8| betekent dat<br />
het gaat om 800? Dat |600|70|17| betekent dat het gaat<br />
om 87? Weten ze hoe ze een tekort moeten noteren? (−<br />
ervoor). Kunnen ze rekenen met het tekort, weten ze dat<br />
ze dit met het voorgaande honderdtal of tiental moeten<br />
verrekenen? (|200|20| − 2| betekent dat je nog 2 bij de 20<br />
weg moet halen). Kunnen ze de honderdtallen, tientallen<br />
en eenheden uiteindelijk weer samenvoegen tot een getal<br />
(het antwoord)? Weten ze wat een 0 betekent? (dat er niets<br />
van is, dus geen honderdtallen, of geen tientallen of geen<br />
eenheden).<br />
– Opgave 2: Kunnen de kinderen informatie uit de grafiek<br />
halen over een bepaalde dag, weten ze dan dat ze op<br />
de horizontale as (x-as) moeten zoeken? Kunnen ze<br />
vervolgens op de verticale as aflezen hoe hoog een<br />
bepaalde staaf is? Weten ze dat dit getal het aantal<br />
verkochte f<strong>les</strong>sen frisdrank aangeeft? Weten ze dat de<br />
hoogste staaf betekent dat er die dag het meest verkocht<br />
is? Kunnen ze de informatie uit de staafgrafiek omzetten in<br />
hoeveelheden in een tabel?<br />
– Opgave 3: Kennen de kinderen de tafels? Weten ze dat als<br />
ze het getal in de bovenste rij met 2 vermenigvuldigen, dat<br />
ze dit dan ook moeten doen met het getal in de onderste<br />
rij? Weten de kinderen dat ze ook met getallen in de<br />
onderste rij kunnen rekenen? Kunnen ze terugrekenen<br />
naar 1 en dan verder de tabel invullen?<br />
– Opgave 4: Kunnen de kinderen een deelsom bij het<br />
verhaaltje maken? Kunnen ze de deelsom uitrekenen,<br />
64 Pluspunt, Handleiding groep 5, <strong>blok</strong> 8 © <strong>Malmberg</strong> ‘s-Hertogenbosch