veeioudik dee voesteh op jaya tot be ied.-iidische ... - Acehbooks.org

More documents

Recommendations

Info

284 En aangezien de gevolgen van zulk eenen staat van zaken geene verdere kunnen zijn, dan dat in die landen op den duur alle middelen moeten ontbreken, om de eenmaal verstoorde rust te herstellen, of kwaadwilligen en oproermakers te beteugelen, veel minder hunne welverdiende straf te doen ondergaan, en dat deze integendeel bij eene ontevreden en onderdrukte bevolking, die niets te verliezen, maar alles van de veranderde omstandigheden te verwachten heeft, hulp en bijstand vinden. Dat hierdoor niet alleen het bestaan van het Eijk van Soerakarta in de waagschaal wordt gesteld, gelijk maar al te zeer is gebleken gedurende de nu gedempte onlusten, toen, ware dat Eijk niet door 's Gouvernements macht beschermd geworden, hetzelve onvermijdelijk zoude zijn ten onder gegaan en vernietigd, maar ook bovendien de zoo rustige en bloeiende provinciën, onmiddellijk aan het Gouvernement onderworpen, blootgesteld zijn aan de invallen van roofzieke muiters, tot weering van welke, bij aldien geene andere krachtdadige maatregelen werden genomen, op den duur eene kostbare gewapende magt zoude aangehouden moeten worden. Dat, zoowel op het Nederl. Gouvernement als op Z. H. den Soesoehoenan de verplichting rust, om zulk een beklagenswaardigen staat van zaken te doen ophouden, en alle middelen aan te wenden, om van den eenen kant het Eijk van Soerakarta te bewaren voor zijnen ganschen ondergang, en aan hetzelve het genot te verzekeren van alle inkomsten en voordeden, op welke het rechtmatig aanspraak mag maken, en van den anderen kant 's Gouvernements bezittingen zonder nadere onevenredige opofferingen van schatten te beveiligen. Dat eindelijk het Ned. Gouvernement, na door zijnen krachtdadigen bijstand het Eijk van Soerakarta te hebben in stand gehouden, met regt en billijkheid deszelfs medewerking mag vorderen ter voorkoming van nieuwe onheilen. Zoo wordt bij deze overeengekomen en bepaald: Art. 1. Het Hof van Soerakarta zal evenals het tot dusver heeft plaats gehad, gezag voeren in de nabij gelegen provinciën Mataram, Padjang, Soekowatie en Goenoeng-Kidool, zonder
285 verdere tusschenkomst, dan bij bestaande conereten is bepaald. Art. 2. In alle de overige provinciën en landen van het Eijk zal het gezag van Z. H. den Soesoehoenan in zijn naam gevoerd worden, da^r het Ned. Gouvernement, hetwelk tot het besturen van die provinciën zal aanstellen zoodanige ambtenaren als het raadzaam zal oordeelen, ten aanzien van de Policie en Justitie de vereischte regelingen invoeren en alle de inkomsten ontvangen, die van dezelve kunnen worden geheven. Art. 3. Het Nederl. Gouvernement zal mede aanstellen alle Eegenten en verdere Javaansche hoofden. In het algemeen zullen zij gekozen worden onder degenen, welke door trouw en goede diensten daarop regtmatige aanspraken hebben, en zal daarbij gelet worden op de aanbeveling door Z. H. den Soesoehoenan. Desniettemin zal bij gelegenheid van de feesten Gerbek een bepaald aantal regenten zich naar Soerakarta begeven, teneinde Z. H. den Soesoehoenan de verschuldigde eer te bewijzen. Art. 4. Z. H. de Soesoehoenan verbindt zich plegtig, om in de landen, welke in zijn' naam door het Gouvernement zullen worden beheerd, zich te onthouden van alle daden van gezag, en noch aan den Eegenten en hoofden, noch aan de bevolking eenige bevelen te geven of zendelingen daarmede te belasten, dan alleen wanneer dit door of van wege het Gouvernement zal worden gevorderd ; om met de Eegenten en hoofden niet te correspondeeren, dan door middel van 's Gouvernements Hoogste ambtenaren, noch ook van hen eenige brieven, rapporten of verzoeken aan te nemen, dan die, welke Z. H. door de gemelde ambtenaren zullen worden aangeboden. Art. 5. Het Gouvernement verzekert aan Z. H. den Soesoehoenan en aan alle de Pangerans en de voornaamste rijksgrooten van Soerakarta het vol bedragen der inkomsten, welke zij voor den nu geëindigden oorlog hebben genoten uit de provinciën, die krachtens art. 2 door het Gouvernement in naam van Z. H. zullen worden beheerd. Het beloop van die inkomsten zal nu eens vooral worden opgemaakt en daaronder worden begrepen alle diensten, leveranciën, verstrekkingen in natura en voordeel en, welke alle in billijkheid
Page 5 and 6:
DE VERHOUDING DER VORSTEN OP JAVA T
Page 7:
DE VEEIOUDIK DEE VOESTEH OP JAYA TO
Page 11:
INHOUDSOPGAVE. INLEIDING pag. 1—6
Page 14 and 15:
2 geen bepaalde betrekkingen zijn a
Page 16 and 17:
4 gen zij op zicli genomen hebben,
Page 18 and 19:
EERSTE DEEL. Geschiedenis. EERSTE H
Page 20 and 21:
8 heeft öf niet tot 't Hindoerijk
Page 22 and 23:
10 de vele ongerijmdheden, waartoe
Page 24 and 25:
12 •wekte. De Senapati trachtte h
Page 26 and 27:
14 schoone beloften niet vervuld en
Page 28 and 29:
16 konden gegeven hebben, 't Kon de
Page 30 and 31:
18 den weg, hem aangewezen door Coe
Page 32 and 33:
20 had weten te beschermen, was de
Page 34 and 35:
22 durenden oorlogstoestand met den
Page 36 and 37:
24 De verstandhouding tusschen Mata
Page 38 and 39:
26 weer zou uitleveren" 1 ). Op dez
Page 40 and 41:
28 rijst te bevorderen en Amangkoer
Page 42 and 43:
30 Java als ware zeeroovers huishie
Page 44 and 45:
32 was, en dat de opstand in het Ma
Page 46 and 47:
34 Toch had Couper ondanks alle ver
Page 48 and 49:
36 en week uit de kofplaats, welk v
Page 50 and 51:
38 weinig over staatszaken en hield
Page 52 and 53:
10 van Japara, Groot-Gouverneur der
Page 54 and 55:
42 bedorven en verwaarloosd, en hij
Page 56 and 57:
44 tot inmenging in dezen broederkr
Page 58 and 59:
46 Den 5
Page 60 and 61:
48 gebracht worden. Ofschoon de rus
Page 62 and 63:
50 en Madoera bleef nog altijd onbe
Page 64 and 65:
52 de hulp der Compagnie verzocht,
Page 66 and 67:
54 De Soesoehoenan deed bij art. 3
Page 68 and 69:
56 te Kartasoera bij den Soesoehoen
Page 70 and 71:
58 Het oude Regentschap van Soeraba
Page 72 and 73:
60 want de in 167 7 gestorven Soeso
Page 74 and 75:
(52 Compagnie, vasthoudende aan haa
Page 76 and 77:
64 ia 1741 aangevallen en na korten
Page 78 and 79:
66 verklaarde hij zich. ten slotte
Page 80 and 81:
68 koenans, de artt. 14—20 de con
Page 82 and 83:
70 en besloot hem den oorlog aan te
Page 84 and 85:
afmattenden krijg tegen den Soesoeh
Page 86 and 87:
74 aangeknoopt, waren op niets uitg
Page 88 and 89:
76 zaamheid aan de Compagnie te heb
Page 90 and 91:
78 Den 17en Maart 1757 werd met hem
Page 92 and 93:
80 beloofden zij over en weder bij
Page 94 and 95:
82 in elks gebied te reizen, mits v
Page 96 and 97:
84 Boewana, II, doch niet, dan nada
Page 98 and 99:
86 stoot gaf; zoo bijv. had hij op
Page 100 and 101:
88 In Indië onderging echter het b
Page 102 and 103:
90 de Sultan ook aan dezen wensch t
Page 104 and 105:
92 niettegenstaande zijne afzetting
Page 106 and 107:
94 en vele bronnen van inkomsten hu
Page 108 and 109:
werd nu ook den l s t e n 96 Aug. 1
Page 110 and 111:
98 in Soerakarta met Mangkoe Negara
Page 112 and 113:
100 voorkomen door verwisseling van
Page 114 and 115:
102 Den 19den Aug. 1816 had de over
Page 116 and 117:
104 sloot de Regeering dezen, na be
Page 118 and 119:
106 ingenomenheid door den Soesoeho
Page 120 and 121:
108 lijken overval en het dooden va
Page 122 and 123:
110 gekregen op den jammerlijken st
Page 124 and 125:
112 ciën Mataram en Goenoeg-Kidoel
Page 126 and 127:
114 tans lijfwacht schonk de Regeer
Page 128 and 129:
116 king tot verbetering der bestuu
Page 130 and 131:
118 middelen van het Mangkoe-Negoro
Page 132 and 133:
120 Ongestoord, zonder eenige beroe
Page 134 and 135:
122 den 26sten November van dat jaa
Page 136 and 137:
124 het Pakoe Alamsche huis, zonder
Page 138 and 139:
126 eene oorlogsvloot te onderhoude
Page 140 and 141:
128 het feit, dat de Compagnie aan
Page 142 and 143:
130 werd gevoeld. Vooral, toen in d
Page 144 and 145:
132 tenminste, dat de verstandhoudi
Page 146 and 147:
134 gen van het ceremonieel bevesti
Page 148 and 149:
136 overeenkomsten verboden zouden
Page 150 and 151:
138 voegdheid, om zich daartoe rech
Page 152 and 153:
140 Uitdrukkelijk wordt dus door de
Page 154 and 155:
142 binnen de grenzen, waarin het v
Page 156 and 157:
144 Gouvernement, doch waarbinnen d
Page 158 and 159:
146 gedaan, deed de nadeelen en gev
Page 160 and 161:
148 men hem althans schijnbaar het
Page 162 and 163:
150 volking de vrijheid moet worden
Page 164 and 165:
152 wind of gezag „van 's Soesoeh
Page 166 and 167:
154 verordeningen, in de landen, wa
Page 168 and 169:
156 van den vorst) geboren zijn en
Page 170 and 171:
158 having van Justitie en Politie,
Page 172 and 173:
160 lute gezag zijn door de aanraki
Page 174 and 175:
162 Het leenverband werd door alle
Page 176 and 177:
164 gelegd, en, wij zullen het zien
Page 178 and 179:
166 den Soesoehoenan; doch altijd,
Page 180 and 181:
168 Gouvernement hem verstrekt, voo
Page 182 and 183:
170 nogmaals de bepalingen in, dat
Page 184 and 185:
172 blieke wegen te herstellen, doc
Page 186 and 187:
174 resident benoemd i), en zijn de
Page 188 and 189:
176 den vorst moest toezien en moes
Page 190 and 191:
178 te maken contracten en verbinte
Page 192 and 193:
180 1859 n°. 4 (Stbl. n°. 102), i
Page 194 and 195:
182 gronden door de Javaansche vors
Page 196 and 197:
184 wilde zenden, hetzij naar Ceilo
Page 198 and 199:
; 186 kracht zijn, (die wij hier sl
Page 200 and 201:
188 teerde instructie voor de regen
Page 202 and 203:
190 neur-Generaal van 11 Juni 1831
Page 204 and 205:
192 Na overleg met den Soesoehoenan
Page 206 and 207:
194 gepleegd, zoo 't zijn misdrijve
Page 208 and 209:
196 kaboepatens, waar de klager thu
Page 210 and 211:
198 direct daardoor ook het Europee
Page 212 and 213:
200 werken voor den kost zonder loo
Page 214 and 215:
202 t j a, 1 i m a, J ), die dan al
Page 216 and 217:
204 den Gouverneur-Generaal benoemd
Page 218 and 219:
2°. In strafzaken van: 206 a. Poli
Page 220 and 221:
208 die van den Raad van Justitie i
Page 222 and 223:
210 in de considerans van de meerge
Page 224 and 225:
212 nen zekere grenzen de bevoeghei
Page 226 and 227:
214 Het uitsluitend recht op de eet
Page 228 and 229:
216 tijd omtrent het belastingwezen
Page 230 and 231:
218 volk zal aanwerven of onderhoud
Page 232 and 233:
220 benoodigtheden ia zijn land val
Page 234 and 235:
222 de Compagnie zich wel kwamen te
Page 236 and 237:
224 gebeurtenissen onder Eaffles en
Page 238 and 239:
226 Wat wij omtrent de militaire aa
Page 240 and 241:
228 berust op art. 6 van de overeen
Page 242 and 243:
230 gen, waarop geen zwaardere stra
Page 244 and 245:
YIERDE HOOFDSTUK. De Pangeran Adipa
Page 246 and 247: 234 wel, doordat hij wadana i) werd
Page 248 and 249: 236 slechts aan Mangkoe Negara pers
Page 250 and 251: 238 subsidie hield in 1796 met den
Page 252 and 253: 240 na 1796 door de compagnie, late
Page 254 and 255: 242 in het Solosche rijk. Evenals d
Page 256 and 257: 244 Soesoehoenan en Mangkoe Negara
Page 258 and 259: VIJFDE HOOFDSTUK. De Pangeran Adipa
Page 260 and 261: 248 mogen heffen, die tot nog toe o
Page 262 and 263: 250 Als elders wordt ook hier de vo
Page 264 and 265: 252 vangen door die van de overeenk
Page 266 and 267: 254 eene regeling gegeven der eerbe
Page 269 and 270: B rj 1 a g e A. Contract met den So
Page 271 and 272: 259 Bijlage B. [hxA Contract met de
Page 273 and 274: 261 Bijlage C. Contract met den Soe
Page 275 and 276: 263 ment and those of the Soesoehoe
Page 277 and 278: 265 Art. 5. The sole property of th
Page 279 and 280: 267 li ver over to the entire manag
Page 281 and 282: 269 connected with the advancement
Page 283 and 284: 271 from an improved and judicious
Page 285 and 286: 273 Art. 18. The Depatti or First M
Page 287 and 288: 275 Alam toegestaan, neemt hij aan
Page 289 and 290: 277 wensch te ondernemen, en wiens
Page 291 and 292: 279 zakelijk is geworden, om aan he
Page 293 and 294: 281 en waar het Gouvernement tot ve
Page 295: 283 Aldus gedaan en overeengekomen
Page 299 and 300: 287 B ij 1 a ge K. Akte van overeen
Page 301 and 302: 289 derzelven aan Z. H. den Soesoeh
Page 303 and 304: 291 Art. 2. In alle overige Provinc
Page 305 and 306: 293 jarigheid is toevertrouwd, rege
Page 307 and 308: 295 doen leveren; speciaal -wordt b
Page 309 and 310: 297 Aldus gedaan te Djokjokarta den
Page 311 and 312: 299 f 4000 te besteden, terwijl de
Page 313 and 314: 301 Bijlage Q. Voorwaarden, waarop
Page 315 and 316: 303 een of meer hoofden aanstellen,
Page 317 and 318: 305 mandeur der Orde van den Witten
Page 319 and 320: 307 Soesoehoenan Pakoe Boewono Seno
Page 321 and 322: 309 Wattendorff, ridder der orde va
Page 323 and 324: 311 Bijlage V. Verklaring den 25 Ma
Page 325 and 326: 313 leggen onder al zulke verplicht
Page 327 and 328: 315 Senopati Ingalogo Abdur Eachman
Page 329: 317 die daaromtrent reeds bij beslu
Page 333 and 334: STELLINGEN. i. De regeling der verh
Page 335 and 336: 323 door den Paus verleend, is niet
Page 337 and 338: 325 XX. De vordering tot reclame is
show all

veeioudik dee voesteh op jaya tot be ied.-iidische ... - Acehbooks.org

Create successful ePaper yourself

Delete template?

Save as template?