Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
genezen een show zou opvoeren iedereen Hem wel zou proclameren als Koning.<br />
Misschien suggereerden zij wel dat Hij op een wit paard Jeruzalem binnen zou moeten<br />
rijden, toegejuicht door dansende vrouwen en juichende discipelen. Hij zou het juk van<br />
Rome afschudden, en tegelijk ook het juk van het huidige priesterschap. Het zou een<br />
geweldige stap in zijn carrière zijn.<br />
Maar Johannes vermeldt dat zij niet in Hem geloofden. Het lijkt erop dat zij op dat<br />
moment niet zouden overeenstemmen met de beoordeling van Johannes over hun<br />
geloof. Vanuit hun perspectief verlangden ze een openbare vertoning omdat zij WEL in<br />
Hem geloofden. Zij geloofden in Zijn mogelijkheden tot genezen en opwekken van<br />
doden. Zij geloofden dat Hij de Messiaanse verwachting van het volk kon vervullen,<br />
zolang Hij maar enkele professionele marketeers om Zich heen had om Hem te<br />
adviseren. Toen Johannes zijn evangelie begon te schrijven heeft hij waarschijnlijk zijn<br />
hoofd geschud en zich verwonderd hoe zij toch zo raar hebben kunnen denken. Op dat<br />
moment wist hij de hele waarheid. Toentertijd waren ze het niet eens met Zijn<br />
marketingtechnieken. Zij geloofden niet dat Hij datgene deed wat Zijn Vader Hem<br />
vertelde te doen.<br />
6 Jezus dan zei tegen hen: Mijn tijd is nog niet aangebroken, maar uw tijd is er<br />
altijd. 7 De wereld kan u niet haten, maar Mij haat zij, omdat Ik van haar getuig<br />
dat haar werken slecht zijn. 8 Gaat u naar dit feest; Ik ga nog niet naar dit<br />
feest, want Mijn tijd is nog niet vervuld. 9 En nadat Hij dit tegen hen gezegd<br />
had, bleef Hij in Galilea. 10 Maar toen Zijn broers naar het feest gegaan waren,<br />
toen ging Hij ook Zelf naar het feest, niet openlijk, maar als in het verborgen.<br />
Jezus vertelde dat het nog niet Zijn tijd was om Zich openlijk te tonen. Het was nog niet<br />
Zijn tijd om als Koning geproclameerd te worden en Zijn rechtmatige positie in te nemen<br />
als Heer over alle dingen. Het heersersmandaat was gegeven aan Adam in Genesis 1:18<br />
en dit recht om te heersen over alle dingen was overgegaan op Seth, Methusalem,<br />
Noach, Sem, Izak, Jakob, Juda, David en ten slotte Jezus. Jezus was de rechtmatige<br />
Koning van de aarde, maar Hij moest openlijk geproclameerd worden op een bestemde<br />
tijd.<br />
De eerste keer dat Jezus Zichzelf toestond openlijk geproclameerd te worden was op<br />
“palmzondag”, enkele dagen voor Zijn kruisiging. Hoewel dit het seizoen van Pascha was,<br />
gedroeg het volk zich alsof het Loofhuttenfeest was, waarbij ze met palmtakken wuifden<br />
en Psalm 118:25 en 26 zongen. Als het volk de bestemde tijden had geweten, hadden ze<br />
begrepen dat Zijn tijd van het heersen over de aarde niet zou aanbreken tijdens Pascha,<br />
maar tijdens Loofhutten. Desondanks vestigde het volk een profetisch beeld op<br />
palmzondag dat zich later op de bestemde tijd zal manifesteren.<br />
In Johannes 7:7 doet Jezus een enigszins vreemde verklaring: “De wereld kan u niet<br />
haten, maar Mij haat zij, omdat Ik van haar getuig dat haar werken slecht zijn.” Wat<br />
heeft deze verklaring te maken met die situatie? Het lijkt erop dat het een profetische<br />
verklaring is dat zolang de wereld Jezus haat, zij Hem niet openlijk gemanifesteerd zien.<br />
Van hieruit kunnen we opmaken dat Jezus Zich inderdaad openlijk zal manifesteren als<br />
Koning der Koningen over alle volken; hoewel men Hem niet noodzakelijk zal zien totdat<br />
zij van Hem gaan houden.<br />
Met andere woorden, in hun christelijke levens moet iedereen de ontwikkelingniveaus<br />
doorlopen, waarbij zij Hem zullen kennen en van Hem gaan houden. Deze niveaus<br />
worden gerepresenteerd door de drie feestdagen van Israël, maar ook door de drie<br />
gedeelten van de Tabernakel van Mozes. In onze Pascha ervaring van rechtvaardiging<br />
betreden we de voorhof van de Tabernakel van Mozes. Van daaruit “zien” we Christus in<br />
een gedimd licht vanwege de twee voorhangsels. Als we verder gaan vanuit de voorhof<br />
naar het Heilige, door de ervaring van Pinksteren, doorwaden we een ander voorhangsel<br />
en “zien” we Christus in een veel helderder licht. Echter, pas als we het derde<br />
86