02.05.2013 Views

2009-2 - Algemene Ledenvergadering zaterdag 21 april 2012

2009-2 - Algemene Ledenvergadering zaterdag 21 april 2012

2009-2 - Algemene Ledenvergadering zaterdag 21 april 2012

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

onderwijs aan het oranjehof in de 17de eeuw 87<br />

meerde theologen tot circa 1620 geen navolging vond. Stone stelt dat onder andere Bartholomaeus<br />

Keckermann (1572-1609) en Rivets naaste collega te Leiden, Antonius Walaeus<br />

(1573-1639), net als Vermiglius van mening waren dat een natuurlijke ethiek ontwikkeld<br />

kon worden, op basis waarvan men het burgerlijke leven in kon richten. Pas na 1620, onder<br />

invloed van piëtistische theologen als Perkins en Voetius, ontwikkelden gereformeerden<br />

een systematisch-theologische, op de Schrift gefundeerde ethiek. 36 Rivets Instruction staat<br />

echter nog in de lijn van Vermiglius en Walaeus. Hij is met hen van mening dat het de mens<br />

mogelijk is op eigen kracht, met gebruikmaking van de rede, de passies en begeerten te onderdrukken,<br />

de wil te sturen en deugdzaam te handelen. Rivet lijkt dus het onderscheid te<br />

maken tussen een theologische ethiek die het christelijke leven als onderwerp en de eeuwige<br />

zaligheid tot doel heeft, en een filosofische ethiek die het burgerlijke leven als onderwerp<br />

heeft en het publieke welzijn beoogt. 37 Voor het eerste is men op openbaring, genade en gaven<br />

van de Geest aangewezen, voor het tweede voldoen in wezen rede en natuurwet.<br />

Dat Rivet zijn vorstenspiegel fundeert op de klassieke deugdenleer betekent overigens<br />

niet dat hij in het geheel geen aandacht heeft voor godsdienst. 38 In de vierde dialoog bijvoorbeeld<br />

bespreekt hij de verplichtingen die de prins tegenover God heeft. God wil dat<br />

mensen ware kennis over hem hebben en hij wil zuiver worden gediend. God openbaart zich<br />

weliswaar door zijn schepping, maar deze kennis is onvolledig. In zijn woord heeft God zich<br />

volkomen geopenbaard. Daarom moeten christenen niet alleen de geschriften van wijze<br />

mannen lezen, maar hebben zij ook het woord Gods te bestuderen. 39 Want de heidenen hebben<br />

immers de verkondiging van ‘Christus en Dien gekruisigd’ verworpen (1 Cor 1:18). Zeker,<br />

zij verschaffen op andere gebieden ware kennis, maar wat de zuivere kennis van God<br />

aangaat is hun inzicht (lumiere) als een lichtstraaltje (eclair) in de nacht. ‘Ilz n’ont point entendu<br />

le mystere de la Redemption’, aldus Rivet. 40 Daarnaast is Rivet van mening dat de prins<br />

de ware religie dient te bevorderen. Het is volgens hem zelfs toegestaan oorlog te voeren om<br />

de godsdienst te beschermen. 41 Ook adviseert Rivet de jonge prins met een vrouw te trouwen<br />

die dezelfde religie is toegedaan als hij. 42 Maar de gereformeerde religie speelt bij Rivet een<br />

hele andere, minder dragende rol dan in Triglands vorstenspiegel, zoals we nu zullen zien.<br />

Idea sive imago principis christiani<br />

Over het leven van Cornelis Trigland (1609-1672) (afb. 3) is veel minder bekend dan dat van<br />

André Rivet. 43 Er is geen biografie over hem verschenen en wat Japikse en Troost in hun biografieën<br />

van Willem III over hem vermelden, is gebaseerd op secundaire literatuur. Corne-<br />

36 Stone, ‘Aristotelian moral philosophy’, 59-79. Vgl. Aza Goudriaan, Reformed orthodoxy and philosophy, 1625-1750. Gisbertus<br />

Voetius, Petrus van Mastricht and Anthonius Driessen (Leiden en Boston 2006) 293-296.<br />

37 Vgl. Stone, ‘Aristotelian moral philosophy’, 74.<br />

38 Zie voor dit thema bij Rivet ook: Hans Bots, ‘Hugo Grotius et André Rivet. Deux lumières opposées, deux vocations contradictoires’<br />

in: Henk J.M. Nellen en Edwin Rabie (red.), Hugo Grotius, theologian. Essays in honour of G.H.M. Posthumus Meyes<br />

(Leiden enz. 1994) 145-155, aldaar 149vv.<br />

39 Rivet, Instruction, 54-59.<br />

40 Ibidem, 63.<br />

41 Ibidem, 78, 312. Vgl. Joris van Eijnatten, ‘Religionis causa. Moral theology and the concept of holy war in the Dutch Republic’,<br />

Journal of religious ethics 34 (2006) 609-635, aldaar 609-635.<br />

42 Ibidem, 427. Vgl. Kaplan, ‘“For they will turn away thy sons”. The practice and perils of mixed marriage in the Dutch Golden<br />

Age’ in: idem e.a. (red.), Familiy and piety in Early Modern Europe (Ashgate 2005) 115-133, aldaar 115-133.<br />

43 Zie voor Cornelis Trigland vooral: E.J.W. Posthumus Meyjes, Kerkelijk ’s-Gravenhage in vroeger eeuw (Den Haag 1918) 16-24<br />

en D. Nauta e.a. (red.), Biografisch lexicon voor de geschiedenis van het Nederlandse protestantisme I (Kampen 1978), het door S.B.J.<br />

Zilverberg geschreven lemma over Cornelis Trigland en de aldaar vermelde literatuur.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!