02.05.2013 Views

2009-2 - Algemene Ledenvergadering zaterdag 21 april 2012

2009-2 - Algemene Ledenvergadering zaterdag 21 april 2012

2009-2 - Algemene Ledenvergadering zaterdag 21 april 2012

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

102 hollands spoor<br />

klein gedeelte van de meer dan 50 schuttersstukken<br />

in Amsterdams bezit. Het vroegst overgeleverde<br />

portret van een rot kloveniers, uit 1529, hangt<br />

hier boven een schouw. In het midden, aan de lange<br />

wand, hangt het meer dan vijf meter lange schilderij<br />

dat in 1596 werd vervaardigd door Pieter<br />

Isaacsz: Schutters van de compagnie van kapitein Jacob<br />

Gerritsz Hoing en luitenant Wybrand Appelman (afb. 1).<br />

Het werk van de Amsterdams-Deense schilder<br />

heeft decennia lang in museumdepots gehangen,<br />

waarschijnlijk al vanaf 1885 toen het in bruikleen<br />

aan het Rijksmuseum werd gegeven. Enkele jaren<br />

geleden werd het gerestaureerd. De gedetailleerd<br />

uitgewerkte classicistische achtergrond, de dynamiek<br />

van de verschillende houdingen van de schutters<br />

en de zeer geslaagde stofuitdrukking van hun<br />

kleding en wapens maken dit tot een schilderij dat<br />

het predikaat meesterwerk zeker verdient.<br />

Boven de tweede schouw hangt een portret van<br />

de overlieden van de kloveniersdoelen door Govert<br />

Flinck. De nog bewaarde drinkhoorn die op het<br />

schilderij wordt binnengedragen staat op de tafel<br />

in het midden van de zaal. Daar ligt ook een keten<br />

die gedragen werd door de winnaar van het jaarlijkse<br />

‘papegaaischieten’, een schietwedstrijd van<br />

de schutters.<br />

Toen aan het eind van de 17de eeuw de schutterijen<br />

hun functie verloren, werden de schuttersstukken<br />

uit de voormalige doelens verplaatst naar<br />

het Stadhuis op de Dam, waar een groot aantal werken<br />

de decoratie zou gaan vormen van de Grote en<br />

Kleine Krijgsraadkamer, een toepasselijke ruimte<br />

voor schuttersportretten. Van het beroemdste<br />

schuttersstuk, de Nachtwacht van Rembrandt, werden<br />

bij die verhuizing stroken afgesneden, vooral<br />

links, om het doek tussen twee deuren te laten passen.<br />

Regentenkamer van het Leprozenhuis<br />

Het Leprozenhuis was een instelling waar leprozen,<br />

ook melaatsen genoemd, tijdens de middeleeuwen<br />

werden verzorgd en gehuisvest. Tot in de<br />

16de eeuw lag het tehuis buiten de Amsterdamse<br />

stadsmuren, op de plaats waar nu het Mr. Visserplein<br />

gesitueerd is. Toen het Leprozenhuis na 1600<br />

in de groeiende stad kwam te liggen, kwam lepra<br />

nog nauwelijks voor. De instelling verbreedde toen<br />

haar zorg naar mensen met andere aandoeningen.<br />

Het Leprozenhuis werd bestuurd door regenten en<br />

regentessen. Net als bij andere liefdadigheidsinstellingen<br />

lieten deze regenten en regentessen<br />

zich met enige regelmaat door schilders vereeuwi-<br />

gen. Daarbij presenteerden zij zich als goede bestuurders<br />

en beheerders van de instelling en haar<br />

financiën. In 1765 beschreef stadshistoricus Jan<br />

Wagenaar de regentenkamer van het Leprozenhuis<br />

als volgt:<br />

In ’t zuidwesten, is de opgang naar de Kamer der<br />

Regenten, een fraai en ruim vierkant vertrek, versierd<br />

met zeven Schilderstukken, waarin eenige<br />

oude en laatere Regenten, naar ’t leeven, zyn afgebeeld.<br />

Onder dezelven, munt uit een stuk van Ferdinand<br />

Bol. Wyders, zyn ’er twee stukken van Arnoldus<br />

Boonen, in de jaaren 1714 en 1729 gedaan,<br />

en twee van Quinkhard en Van der Myn.[…] Het<br />

zolderstuk van dit vertrek is, konstiglyk, door den<br />

vermaarden Gerard de Lairesse, beschilderd, met<br />

de zorg voor de Leproozen en Onnozelen. […] Ook<br />

hangt, in ’t Poortaal, de geschiedenis van Naäman<br />

den Syrier, konstliglyk, door Ferdinand Bol, geschilderd.<br />

Op de tentoonstelling is een impressie van deze regentenkamer<br />

nagebouwd, waarin veel van de stukken<br />

die Wagenaar beschrijft te zien zijn. Het regentenportret<br />

van Ferdinand Bol uit Wagenaars<br />

beschrijving is in de Schuttersgalerij van het museum<br />

te bezichtigen. In 1859 werd het Leprozenhuis<br />

als instelling opgeheven en in 1860 werden de<br />

schilderijen eigendom van de stad Amsterdam. De<br />

werken hingen toen verspreid door het Stadhuis,<br />

dat sinds 1808 in het Prinsenhof gevestigd was. In<br />

1885 werd een aantal van de uit het Leprozenhuis<br />

afkomstige schilderijen in bruikleen gegeven aan<br />

het Rijksmuseum.<br />

Stadhuis op de Dam<br />

Toen de bovenverdieping van het Stadhuis op de<br />

Dam voltooid was, was er geen geld meer voor een<br />

rijke decoratie zoals op de begane grond was gebeurd.<br />

Aangezien de schutterijen hun functie hadden<br />

verloren, werden de daar aanwezige schilderijen<br />

naar het stadhuis gebracht om ter decoratie te<br />

dienen. Op de tentoonstelling wordt een virtuele<br />

reconstructie van de Grote en Kleine krijgsraadkamer<br />

getoond. In het Stadhuis op de Dam bevonden<br />

zich echter meer schilderijen dan alleen schuttersstukken.<br />

Al in het Oude Stadhuis op de Dam werden<br />

schilderijen bewaard. Op de tentoonstelling<br />

hangt een beroemd fragment van een altaarstuk<br />

van Pieter Aertsen (afb. 2), oorspronkelijk afkomstig<br />

uit de Nieuwe Kerk. Tijdens de onlusten rond<br />

de Alteratie in 1578 (de officiële overgang van Am-

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!