het vernieuwde ontvankelijkheidscriterium in de voegingsprocedure ...
het vernieuwde ontvankelijkheidscriterium in de voegingsprocedure ...
het vernieuwde ontvankelijkheidscriterium in de voegingsprocedure ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Om die re<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n door strafrechters alleen <strong>in</strong> uitzon<strong>de</strong>rlijke gevallen civiele vor<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen<br />
afgewezen. 98 In <strong>het</strong> ka<strong>de</strong>r van <strong>de</strong>ze scriptie is <strong>het</strong> volgen<strong>de</strong> nog van belang. Indien een<br />
vor<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g onvoldoen<strong>de</strong> is on<strong>de</strong>rbouwd, kan <strong>de</strong> rechter <strong>de</strong>ze als niet eenvoudig en dus als niet<br />
ontvankelijk beoor<strong>de</strong>len. 99 Bovendien is <strong>de</strong> rechter daartoe verplicht wanneer onzekerheid<br />
bestaat of <strong>de</strong> verdachte dan wel <strong>de</strong> bena<strong>de</strong>el<strong>de</strong> partij voldoen<strong>de</strong> <strong>in</strong> <strong>de</strong> gelegenheid is geweest<br />
datgene naar voren te brengen en eventueel te bewijzen, wat <strong>in</strong> ie<strong>de</strong>rs belang is ten aanzien<br />
van <strong>de</strong> vor<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g. 100 Vooral een on<strong>de</strong>ug<strong>de</strong>lijke on<strong>de</strong>rbouw<strong>in</strong>g blijkt <strong>in</strong> <strong>de</strong> rechtspraktijk een<br />
struikelblok te zijn om <strong>de</strong> civiele vor<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>de</strong> strafzaak te kunnen afdoen. 101<br />
2.4 Samenvatt<strong>in</strong>g<br />
Om dui<strong>de</strong>lijkheid te krijgen over <strong>de</strong> betekenis van <strong>de</strong> term ‘eenvoudig van aard’ is gekeken<br />
naar wat daarover tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> parlementaire behan<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g en <strong>in</strong> <strong>de</strong> daarop volgen<strong>de</strong><br />
jurispru<strong>de</strong>ntie naar voren is gebracht. Uit <strong>de</strong> memorie van toelicht<strong>in</strong>g bij <strong>de</strong> wet Terwee blijkt<br />
dat een vor<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g eenvoudig van aard is wanneer daarover volstrekte dui<strong>de</strong>lijkheid bestaat of<br />
waarover <strong>de</strong> gewenste dui<strong>de</strong>lijkheid op eenvoudige wijze kan wor<strong>de</strong>n verkregen. Bij dit laatste<br />
kan gedacht wor<strong>de</strong>n aan bijvoorbeeld aankoopnota’s die <strong>de</strong> vor<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g on<strong>de</strong>rsteunen.<br />
Daarentegen wordt een vor<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g als complex beschouwd wanneer <strong>de</strong>ze wordt betwist en<br />
alleen door een grondig on<strong>de</strong>rzoek met behulp van getuigen en <strong>de</strong>skundigen kan wor<strong>de</strong>n<br />
beoor<strong>de</strong>eld. Enkel <strong>de</strong> omstandigheid dat een vor<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g wordt betwist hoeft echter niet te<br />
betekenen dat een vor<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g niet eenvoudig van aard is.<br />
Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> parlementaire behan<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g is naar voren gebracht dat door <strong>het</strong> horen van getuigen<br />
een op <strong>het</strong> eerste gezicht niet eenvoudige vor<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g juist eenvoudig kan blijken te zijn.<br />
De bena<strong>de</strong>el<strong>de</strong> partij zou dan ook <strong>het</strong> recht moeten hebben getuigen naar <strong>de</strong> strafzitt<strong>in</strong>g mee<br />
te brengen. Na ampele overweg<strong>in</strong>gen is besloten een <strong>de</strong>rgelijke voorzien<strong>in</strong>g niet te treffen<br />
voor <strong>de</strong> bena<strong>de</strong>el<strong>de</strong> partij, on<strong>de</strong>r meer omdat <strong>het</strong> gebruik maken van een <strong>de</strong>rgelijk recht zich<br />
niet verhoudt met <strong>het</strong> accessoire karakter van <strong>de</strong> vor<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g.<br />
98<br />
Van W<strong>in</strong>ger<strong>de</strong>n & Moer<strong>in</strong>gs & Van Wilsem 2007, p. 76-79.<br />
99<br />
Claassens en Wabeke 2005, p. 67. Zie ook HR 08 juli 2003, LJN AF9541.<br />
100<br />
HR 15 september 2006, LJN AV2654 waar <strong>de</strong> Hoge Raad erop wijst dat <strong>de</strong> voeg<strong>in</strong>gsprocedure<br />
weliswaar niet <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> processuele waarborgen biedt als een gewone civielrechtelijke procedure,<br />
maar dat daartoe <strong>in</strong> afdoen<strong>de</strong> mate wordt voorzien door <strong>de</strong> regel<strong>in</strong>g van art. 361 lid 3 Sv. jo.<br />
art. 6 lid 1 EVRM.<br />
101<br />
Zie hoofdstuk 3, paragraaf 3.2.2.<br />
28