Narratief verband - CWI
Narratief verband - CWI
Narratief verband - CWI
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
in de ogen’. Deze beschrijving is voorzien van de bijstelling ‘vermoedelijk,<br />
want men zag geen ogen’. Wie zijn ‘men’? De externe verteller vertoeft niet<br />
in de wereld van het verhaal, maar als hier met ‘men’ personages bedoeld<br />
worden, dan zou dat betekenen dat niemand de ogen zag. Daarbij komt dat<br />
de blik zich vermoedelijk meer in het hoofd uitdrukt dan in de ogen, dus de<br />
alwetende verteller is niet zo alwetend als het lijkt. Ondanks dat de verteller<br />
vanuit een soort godsperspectief de verhaalwereld beschrijft, lijkt zijn positie<br />
toch in de verhaalwereld een plaats te hebben, namelijk vanuit het zenit.<br />
De hoed als obstakel voor het zien van de ogen suggereert deze coördinaten.<br />
Toch weet de verteller dat LeRoy naar de zakdoek met moddervlekken keek.<br />
Het is voor de lezer dus van begin af aan onduidelijk of de verteller alwetend<br />
is of niet. Alwetendheid zou impliceren dat de verteller weet wat er gaat<br />
gebeuren.<br />
De speciale positie van de verteller is parallel aan de functie van het ora-<br />
kel in de mythe van Oidipous. Beide verhalen ontvouwen zich als het ware<br />
onder auspiciën van een hogere macht, die zich toch in de verhaalwereld ma-<br />
nifesteert. Een goddelijk perspectief, predestinatie, (nood)lotsbestemming,<br />
determinisme – het zijn allemaal termen voor hetzelfde: ‘the true or original<br />
order of events’ (Culler 1980: 28). Bovendien heeft de kunstenaar in de hoe-<br />
danigheid van ziener toegang tot deze orde. De wederzijdse afhankelijkheid<br />
van fabula en story is op een bepaalde manier belichaamd in de kernmetafoor<br />
van de roman: de kunstenaar als ziener. Aan de ene kant is de kunstenaar<br />
een creator, maar aan de andere kant is het gecreëerde achteraf al voorzien.<br />
Iets dat van tevoren vast staat kan niet werkelijk een creatie of een product<br />
zijn van de contingente handelingen van een personage. Voor het begrip van<br />
de roman zijn beide perspectieven nodig: aan de ene kant heeft LeRoy de<br />
liefde tussen Dick en Rappange voorspeld, aan de andere kant stelt hij alles<br />
te werk om dit resultaat de bereiken. Beide perspectieven zijn noodzakelijk<br />
om het verhaal de coherentie te verschaffen die het kenmerkt. Zonder de<br />
moeite van LeRoy zou zijn falen geen betekenis hebben. Zonder een vorm<br />
van voorbestemming zou de moeite van LeRoy belachelijk zijn: de kracht<br />
van het verhaal zit hem nu juist óók in de aanname dat LeRoy voorziet dat<br />
er iets moois kan bloeien tussen Dick en Rappange.<br />
55