02.09.2013 Views

DE LOFZANG VAN MARIA - Geschriften van Maarten Luther

DE LOFZANG VAN MARIA - Geschriften van Maarten Luther

DE LOFZANG VAN MARIA - Geschriften van Maarten Luther

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Hier<strong>van</strong> willen wij een mooi en treffend voorbeeld vernemen. Eens zag een<br />

rechtschapen vrouw in een gezicht, hoe drie maagden bij een altaar zaten 13 .<br />

Gedurende de mis kwam een aardig knaapje <strong>van</strong> het altaar gelopen en begaf zich tot<br />

de eerste <strong>van</strong> de drie. Het bejegende haar vriendelijk, liefkoosde haar en lachte haar<br />

aanvallig toe. Vervolgens ging het tot de tweede, bejegende haar echter niet zo<br />

vriendelijk en liefkoosde haar ook niet: niettemin hief het haar sluier op en glimlachte<br />

tegen haar.<br />

Tot de derde maakte het echter geen enkel vriendelijk gebaar, maar sloeg haar in het<br />

gezicht, schudde en duwde haar, en behandelde haar zeer onvriendelijk; daarna liep<br />

het snel weer het altaar op en verdween.<br />

Toen werd aan deze vrouw dit gezicht als volgt uitgelegd: De eerste maagd betekent<br />

de onreine, zelfzuchtige geesten; aan hen moet God veel goeds bewijzen en meer hun<br />

eigen zin doen dan de Zijne; zij willen het zich aan niets laten ontbreken, maar altijd<br />

troost en genoegen <strong>van</strong> God genieten, zonder met Zijn goedheid tevreden te zijn. De<br />

tweede maagd betekent de geesten, die met het dienen <strong>van</strong> God een begin hebben<br />

gemaakt en wel enig gebrek lijden, maar niet ten volle; zij zijn niet vrij <strong>van</strong> eigenbaat<br />

en zelfzucht. God moet hun somtijds een liefderijke blik toewerpen en hun Zijn goede<br />

gezindheid doen ondervinden, opdat zij daardoor ook Zijn loutere goedheid leren<br />

liefhebben en loven. Maar de derde maagd, de arme assepoester, heeft niets dan enkel<br />

gebrek en berooidheid, vraagt niet naar voordeel en laat het zich voldoende zijn, dat<br />

God goed is, zelfs indien zij dat nooit zou ondervinden (hetgeen trouwens onmogelijk<br />

is). Zij blijft één en dezelfde en onveranderd, bemint en prijst Gods goedheid evenzeer<br />

als deze niet, als wanneer zij wel te zien is: zij klemt zich niet vast aan haar aards<br />

bezit, wanneer het er is en wordt ook niet afvallig, wanneer het er niet is.<br />

Dit is de ware bruid, die tot Christus spreekt: "Ik wil niet het Uwe bezitten, ik wil<br />

Uzelf; U bent mij niet liever, als het mij goed gaat, en ook niet minder lief, wanneer<br />

het mij slecht gaat".<br />

2. Al onze lotgevallen moeten ons drijven tot lof aan God.<br />

a) Een waarachtige lofprijzing Gods zoekt in de nood niet het eigen voordeel.<br />

Zulke geesten brengen in vervulling dat, wat in Jesaja 30: 21 staat geschreven 14 : "Gij<br />

zult niet afwijken <strong>van</strong> de rechte, juiste Godsstraat, noch ter linker- noch ter<br />

rechterzijde", d.w.z., zij zullen getrouw en waarachtig God liefhebben en loven, niet<br />

zichzelf zoeken en hun eigen voordeel. Een zodanige geest bezat David. Toen hij door<br />

zijn zoon Absalom uit Jeruzalem werd verdreven en het weinig scheelde of hij zou<br />

voor altijd verworpen worden, voor altijd zijn koningschap verliezen, en nooit meer de<br />

gunst <strong>van</strong> God terugwinnen, toen sprak hij (2 Sam. 15: 25 vv.): "Gaat heen; heeft God<br />

in mij een welgevallen. dan zal Hij mij wel weer terugbrengen; zegt Hij echter: "Ik<br />

kan u niet gebruiken", dan leg ik mij daarbij neer". O, welk een edele geest is dit<br />

geweest, die in de hoogste nood niet nalaat. Gods goedheid lief te hebben, te loven en<br />

haar te volgen. Een zodanige geest vertoont hier ook Maria, de Moeder Gods: hoewel<br />

zij toeft temidden <strong>van</strong> de grote, overweldigende goederen, klemt zij er zich toch niet<br />

aan vast, zoekt er niet haar eigen voordeel in, maar houdt haar geest zuiver in het<br />

liefhebben en loven <strong>van</strong> de loutere goedheid <strong>van</strong> God; zo is zij bereid, het gewillig en<br />

zonder tegenspreken te aanvaarden, indien God haar <strong>van</strong> de goederen weer zou willen<br />

beroven en haar alleen nog een arme, gebrek lijdende geest zou overlaten.<br />

13 Namelijk om de mis bij te wonen en het avondmaal te ont<strong>van</strong>gen.<br />

14 Uit deze plaats blijkt evenals uit andere. dat <strong>Luther</strong> de Bijbelteksten doorgaans uit het hoofd citeert.<br />

15

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!