10.09.2013 Views

Hoofdelijke verbintenissen - Prof. Willem H. van Boom

Hoofdelijke verbintenissen - Prof. Willem H. van Boom

Hoofdelijke verbintenissen - Prof. Willem H. van Boom

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Verstoorde rechtsverhoudingen<br />

zwijgen over de verstorende gevolgen die wettelijke uitsluiting kan hebben voor<br />

eventuele hoofdelijkheidsverhoudingen. Gegeven de ratio <strong>van</strong> de uitsluiting, te<br />

weten bescherming <strong>van</strong> de concessiehouder tegen claims <strong>van</strong> desastreuze om<strong>van</strong>g,<br />

lijkt het niet in overeenstemming met de bedoeling <strong>van</strong> de wetgever om eventuele<br />

regresvorderingen <strong>van</strong> derden op de concessiehouder ongewijzigd te laten. Maar<br />

evenmin lijkt de wetgever het aandeel <strong>van</strong> de concessiehouder in de interne<br />

draagplicht te hebben willen schuiven op het bord <strong>van</strong> de derde-aansprakelijke.<br />

Het lijkt dus correct om te veronderstellen dat de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de aanspraken <strong>van</strong><br />

de benadeelde jegens de derde verminderd worden met het aandeel <strong>van</strong> de<br />

concessiehouder in de interne draagplicht. Dat betekent bijvoorbeeld dat een derde<br />

die intern geheel vrij <strong>van</strong> draagplicht is, ook geheel vrij <strong>van</strong> aansprakelijkheid jegens<br />

de benadeelde zal zijn. Gedacht kan worden aan een werknemer <strong>van</strong> de concessiehouder;<br />

de werknemer zou op grond <strong>van</strong> (art. 6:170 lid 3 en) art. 7:661 BW recht<br />

hebben op schadeloosstelling door zijn werkgever. Het is daarom <strong>van</strong>zelfsprekend<br />

om de benadeelde diens aanspraken jegens de werknemer <strong>van</strong> de concessiehouder<br />

te ontzeggen. 116<br />

Het uitgangspunt <strong>van</strong> evenredige vermindering <strong>van</strong> de aanspraken jegens de<br />

resterende debiteuren kan echter niet in alle gevallen onverminderd worden<br />

doorgevoerd. Gesteld bijvoorbeeld dat de concessiehouder werkzaamheden aan<br />

de kabelinfrastructuur laat uitvoeren door een aannemer en dat door samenlopende<br />

fouten <strong>van</strong> aannemer en concessiehouder schade wordt toegebracht. De veroorzakingsbijdragen<br />

zijn 1/3 respectievelijk 2/3. Hoe moet de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de aanspraak<br />

<strong>van</strong> de benadeelde jegens de aannemer worden bepaald indien de concessiehouder<br />

zich jegens de benadeelde op wettelijke uitsluiting <strong>van</strong> aansprakelijkheid kan<br />

beroepen en de concessiehouder zich jegens de aannemer contractueel heeft<br />

verplicht om deze te vrijwaren <strong>van</strong> eventuele aanspraken <strong>van</strong> derden? Voor alle<br />

schade die de benadeelde op de aannemer kan verhalen, heeft de aannemer een<br />

contractueel verhaalsrecht op de concessiehouder. Kan de benadeelde zijn schade<br />

thans geheel op de aannemer verhalen, helemaal niet of slechts voor 1/3 ? Voor<br />

de eerste mogelijkheid pleit dat de concessiehouder blijkbaar bij contract heeft<br />

willen afwijken <strong>van</strong> de wettelijke uitsluiting. Ik denk dat uitleg <strong>van</strong> de contractuele<br />

vrijwaringsplicht beslissend moet zijn, maar ik geloof niet dat het voor de hand<br />

ligt te veronderstellen dat de concessiehouder met deze vrijwaring zijn beroep jegens<br />

de benadeelde op uitsluiting <strong>van</strong> aansprakelijkheid heeft willen prijsgeven. Voor<br />

de tweede mogelijkheid, te weten volledig verval <strong>van</strong> aansprakelijkheid <strong>van</strong> de<br />

aannemer, pleit dat hij in de interne verhouding tengevolge <strong>van</strong> de vrijwaringsclausule<br />

nu eenmaal geheel vrij <strong>van</strong> draagplicht was. Als gezegd wordt de om<strong>van</strong>g<br />

116 De verweermiddelregeling <strong>van</strong> art. 6:257 BW bevestigt wat dit betreft slechts datgene wat reeds<br />

volgt uit aard en strekking <strong>van</strong> de wettelijke aansprakelijkheidsuitsluiting.<br />

205

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!