Oude gebouwen nieuwe functies - Evert Verhagen
Oude gebouwen nieuwe functies - Evert Verhagen
Oude gebouwen nieuwe functies - Evert Verhagen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
40<br />
Figuur 3 de Venetiaanse Brug (de Stad bv)<br />
vrijheden<br />
condities<br />
interactie, stakeholders, coalitie samenwerking<br />
herwaardering<br />
perspectieven<br />
visie<br />
middelen<br />
realisatie<br />
tijd<br />
Dat is niet nieuw. Soms komen daar interessante culturele activiteiten uit voort, maar vaak<br />
ook niet. De tijdelijke activiteiten kunnen bijdragen tot de waardevorming van een gebouw,<br />
maar lang niet altijd. Het is niet zo eenvoudig dat elke oude fabriek in een handomdraai kan<br />
worden omgetoverd tot een centrum van creativiteit. Het is ook niet zo dat elke opwaardering<br />
van broedplaats naar creatieve marktplaats leidt tot gentrification en verdringing van<br />
de ‘oorspronkelijke’ en experimentele creatieve kunstenaars. De buitenlandse voorbeelden<br />
(Prenzlauer Berg in Berlijn, Custard Factory in Birmingham) en de Nederlandse proeftuinen<br />
laten zien dat een commerciële ontwikkeling van de creatieve economie niet diametraal<br />
tegenover de vernieuwing staat.<br />
Er is een groot gebrek aan strategie, vooral bij de overheden, maar ook bij ontwikkelaars.<br />
De waan van de dag heerst, waardoor de creatieve economie een vaag en amateuristisch/<br />
gesubsidieerd imago houdt, met een elitair tintje. Luke Bruins (MediaWharf), Rob Vooren<br />
(Stadsdeel Amsterdam-Noord) en Roel de Jong (Kinetisch Noord), alledrie betrokken bij<br />
de NDSM-werf, geven in hoofdstuk 2 aan hoe de synergie tussen commerciële en artistieke<br />
ontwikkelingen kan worden bevorderd.<br />
Vaak steken de lokale overheden een hoop geld in de herontwikkeling van industrieel erfgoed<br />
zonder precies te weten waar behoefte aan is. Er wordt gedacht: als we van deze fabriek<br />
een cultuurgebouw maken waarin kunstinstellingen kunnen worden gevestigd, dan komt<br />
het publiek vanzelf en wordt het imago van de stad opgepoetst. Of in zulke gevallen de<br />
baten opwegen tegen de kosten is zeer de vraag, immers de overheid betaalt twee keer:<br />
de eerste keer voor de herontwikkeling van het gebouw en vervolgens voor de huur van<br />
de gesubsidieerde culturele instelling.<br />
Het kan ook zijn dat een culturele broedplaats wordt gecreëerd. Vaak op hoop van zegen.<br />
Maar is er overal wel behoefte aan een broedplaats? Is een broedplaats voor kunstenaars wel<br />
belangrijker voor de stad dan een verzamelgebouw voor creatieve ondernemers, of een<br />
marktplaats waar creatieve ondernemers hun product kunnen verkopen?<br />
De proeftuinen hebben ons geleerd dat de herontwikkeling van <strong>gebouwen</strong> en wijken met<br />
veel meer strategisch inzicht en succes ter hand genomen kan worden. De lessen van proeftuinen<br />
kunnen kort en bondig worden samengevat.<br />
1. Een eerste vereiste is een proces dat ruimte creëert om <strong>nieuwe</strong> mogelijkheden te ontdekken,<br />
zowel voor en door de creatieve ondernemers als voor de <strong>gebouwen</strong> en wijken. Het onderzoeksproces<br />
wordt door partijen gezamenlijk ondernomen, zodat de uitkomsten ook draagvlak<br />
hebben bij de samenwerkende partijen. De <strong>nieuwe</strong> identiteit van het gebied komt voort<br />
uit de combinatie van de kenmerken van de locatie, de creatieve clusters en wat het genetisch<br />
materiaal van de stad genoemd kan worden. In hoofdstuk 1, ‘Genetische modificatie van<br />
de stad: DNA & identiteit’, gaat Jean Baptiste Benraad (Stadswonen) op dit onderwerp in.<br />
2. Creatieve herontwikkeling heeft vaak te maken met zowel de transactie-as als met de<br />
interactie-as. Soms bevinden zich op de transactie-as commerciële partijen die sterk marktgericht<br />
zijn, terwijl aan de andere kant experimentele kunstenaars bezig zijn interactie te<br />
organiseren. Deze combinatie van partijen kan synergetisch zijn, maar ook conflictueus.<br />
In hoofdstuk 2 worden de mogelijkheden van een synergetische benadering verkend door<br />
Luke Bruins (Red Concepts), Rob Vooren (Stadsdeel Amsterdam-Noord) en Roel de Jong<br />
(Kinetisch Noord).<br />
3. Creatieve bedrijvigheid kan, als eenmaal wordt begrepen hoe het werkt, ook worden<br />
ingezet als herontwikkelingsstrategie. Leo Versteijlen, directeur bij Kristal, werkt deze strategie<br />
uit in hoofdstuk 3. Het bevorderen van creatief ondernemerschap kan <strong>nieuwe</strong> kansen<br />
opleve ren waar ook de huidige bewoners van kunnen profiteren. Op grond van de ervaringen<br />
in Rotterdam en Arnhem is de verwachting gerechtvaardigd dat de creatieve economie een<br />
bijdrage kan leveren aan de wijkverbetering door versterking van het cultureel kapitaal.<br />
4. Gerben van Straaten (Walas The Maverick) stelt dat er veel meer mogelijkheden zijn dan<br />
gedacht om de herontwikkeling te laten plaatsvinden op marktconforme wijze tegen lagere<br />
publieke kosten. In hoofdstuk 4 presenteert hij een model van waardevorming dat nauw<br />
41