Oude gebouwen nieuwe functies - Evert Verhagen
Oude gebouwen nieuwe functies - Evert Verhagen
Oude gebouwen nieuwe functies - Evert Verhagen
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
104<br />
starters is spectaculair gestegen met 12,2% (ANP, 2008). En het zij gezegd: Amsterdam heeft<br />
– met of zonder profetische visie – al vroeg geïnvesteerd in het succes van Westerpark en de<br />
Noordelijke IJ-oevers.<br />
Ook Rotterdam is in de ban van de creatieve economie (Wanders, 2007). Doel is economische<br />
vernieuwing, verbetering van verpauperde stadsdelen, een meer uitdagend imago<br />
en natuurlijk een sterke concurrentiepositie als vestigingsstad voor <strong>nieuwe</strong> bedrijvigheid.<br />
De Rotterdamse creatieven maken 3,3% uit van de werkenden en ze hopen dat dit in 2010<br />
zal zijn toegenomen tot 4%. Ook hier worden in korte tijd grote financiële impulsen gegeven.<br />
De Volkskrant bevestigt wat Charles Landry al eerder schetste: de creatieve sector werkt<br />
graag in aansprekende, authentieke <strong>gebouwen</strong>. Industrieel erfgoed is bij uitstek geschikt.<br />
Rotterdams Van Nellefabriek is een vermaard voorbeeld, dat verleidt tot navolging. Dus<br />
er wordt geïnvesteerd.<br />
Vele andere steden volgen hetzelfde voorbeeld. Eindhoven kiest richting als designstad,<br />
Arnhem als modestad, Enschede profileert zich met muziek en <strong>nieuwe</strong> media, Leiden met<br />
creatieve communicatie-industrie, Hengelo onder andere met kunst, ontwerp en ambacht.<br />
De activiteiten van creatieven slaan neer in opvallende en robuuste <strong>gebouwen</strong>. Leegstaande<br />
fabrieks<strong>gebouwen</strong> zijn er genoeg en er komen dagelijks <strong>nieuwe</strong> bij.<br />
De <strong>gebouwen</strong> zijn aantrekkelijk voor de creatieve bedrijvigheid. Ze stralen authenticiteit<br />
en eerlijkheid uit, zijn robuust en kunnen tegen een stootje. De vloerindeling en vloerbelastingen<br />
van de panden die eens de industriële machineparken moesten huisvesten, laten<br />
experimenten en producties toe die moderne <strong>gebouwen</strong> nog zelden verdragen. En wat nog<br />
meer speelt: in de eerste fases van revitalisering door creatieve industrie zijn relatief lage tot<br />
zeer lage huisvestingskosten te verwachten. Toch liggen ze vaak midden in een aantrekkelijke<br />
stedelijke omgeving. Die is immers deels ontstaan door de activiteiten die zich in de industriecomplexen<br />
afspeelden.<br />
Creatieve economie en industrieel erfgoed zijn daardoor nauw verbonden. Zo nauw zelfs,<br />
dat in de discussies die er worden gevoerd over de ontwikkeling van creatieve stedelijke<br />
economie het soms onduidelijk is wanneer de argumentatie over creatieve economie<br />
ophoudt en die over industrieel of stedelijk erfgoed begint. Dat deze beide niet over één<br />
kam kunnen worden geschoren, zal nog duidelijk worden.<br />
105<br />
Geleidelijke en explosieve waardecreatie<br />
Meer dan Landry en Florida, de goeroes van de creatieve stad, leert Jane Jacobs ons over<br />
mechanismen die van een stad een levend orgaan maken. Het citaat waarmee dit hoofdstuk<br />
opent, dateert uit de jaren zestig jaren van de vorige eeuw. Hoewel de problemen in de steden<br />
tegenwoordig in andere gedaante en omvang verschijnen dan destijds, blijft de kern van<br />
Jacobs’ betoog overeind. Haar stad is meer een verzameling mensen, dan <strong>gebouwen</strong>, straten,<br />
scholen. Ze zoekt naar de menselijke maat, het overzicht in alle levensfases, de ruimte voor<br />
levensbehoeften en de stedelijke anatomie, waarin het organisme vitaal blijft.<br />
Net als toen staat de toekomst van steden vandaag volop op de agenda. Steden groeien<br />
nog steeds en de ruimtelijke druk neemt toe. Problemen van verkeer en mobiliteit vragen<br />
onverminderde aandacht. Nieuwe bevolkingsgroepen veranderen de stad op sociaal-cultureel<br />
gebied, maar ook op economisch gebied. De vraag dringt zich meteen op hoe deze <strong>nieuwe</strong><br />
invloeden zich mengen met de historie, het erfgoed en het karakter van de stad. Een vitale<br />
stad herkent en erkent haar eigen stedelijk DNA, hoe sterker dit is geprofileerd, des te beter<br />
het zich verbindt en verbetert met het DNA van <strong>nieuwe</strong> bewoners. Jacobs pleit sterk voor<br />
diversiteit en ze streeft naar multifunctionaliteit in elk gedeelte van de stad. De analogie met<br />
de creatieve economie is sterk waar zij beschrijft hoe groot het belang is dat de menselijke<br />
maat en de multifunctionaliteit zich manifesteren in relatief kleine en overzichtelijke<br />
een heden. Elke wijk is op zich een compleet stuk stad, levend en organisch, intelligent<br />
en gezond, geschikt om te groeien en mee te bewegen met de ontwikkeling van de stad<br />
als geheel. Voor de voortdurende succesrijke doorontwikkeling van een stad poneert zij<br />
Kunstenaars Thijs Trompert en Marisja<br />
Smit dragen met hun atelier in de voormalige<br />
fabriek Rohm & Haas bij aan de<br />
waardeontwikkeling in het Oliemolenkwartier<br />
in Amersfoort.