Demografische ontwikkelingen 2010-2040 - Planbureau voor de ...
Demografische ontwikkelingen 2010-2040 - Planbureau voor de ...
Demografische ontwikkelingen 2010-2040 - Planbureau voor de ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
TWEE<br />
met een ongunstige prijs-kwaliteitverhouding en<br />
kleine dorpen in min<strong>de</strong>r gewaar<strong>de</strong>er<strong>de</strong> landschappen<br />
in perifere lan<strong>de</strong>lijke regio’s (Van Dam 2009). Deze<br />
buurten maken ook kans op toenemen<strong>de</strong><br />
leefbaarheidsproblemen en een toenemen<strong>de</strong><br />
concentratie van lage-inkomensgroepen (Van Dam<br />
2009; Verwest & Van Dam <strong>2010</strong>: 15).<br />
• Huishou<strong>de</strong>nskrimp biedt waarschijnlijk weinig kansen<br />
<strong>voor</strong> <strong>de</strong> markt <strong>voor</strong> twee<strong>de</strong> woningen. Meestal slaat <strong>de</strong><br />
krimp namelijk neer in kleine dorpen in min<strong>de</strong>r<br />
gewaar<strong>de</strong>er<strong>de</strong> landschappen in <strong>de</strong> perifere lan<strong>de</strong>lijke<br />
regio’s, wat meestal niet <strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n zijn waar<br />
twee<strong>de</strong>-woningzoekers <strong>voor</strong> vallen. Bovendien lijkt <strong>de</strong><br />
markt <strong>voor</strong> twee<strong>de</strong> woningen inmid<strong>de</strong>ls behoorlijk<br />
verzadigd (Verwest et al. <strong>2010</strong>).<br />
Huishou<strong>de</strong>nstypen en woningmarkt<br />
• Eenpersoonshuishou<strong>de</strong>ns zijn doorgaans op zoek naar<br />
an<strong>de</strong>re type woningen dan meerpersoonshuishou<strong>de</strong>ns.<br />
Door <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>rgaan<strong>de</strong> individualisering kan <strong>de</strong> vraag<br />
verschuiven van eengezinswoningen naar<br />
meergezinswoningen en resulteren in een toenemen<strong>de</strong><br />
vraag naar woningen in (hoog)ste<strong>de</strong>lijke woonmilieus<br />
(WLO 2006).<br />
• Daarbij moet wel wor<strong>de</strong>n bedacht dat woonwensen<br />
wor<strong>de</strong>n gekleurd door individuele en contextuele<br />
mogelijkhe<strong>de</strong>n. Als koopwoningen door dalen<strong>de</strong><br />
huizenprijzen in toenemen<strong>de</strong> mate binnen handbereik<br />
komen van eenpersoonshuishou<strong>de</strong>ns, kan het heel<br />
goed zijn dat alleenstaan<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> toekomst juist vaker<br />
op zoek gaan naar een koopwoning dan <strong>de</strong><br />
alleenstaan<strong>de</strong>n van nu.<br />
• Bovendien neemt het aantal eenpersoonshuishou<strong>de</strong>ns<br />
<strong>voor</strong>al toe door het toenemen<strong>de</strong> aantal alleenstaan<strong>de</strong><br />
ou<strong>de</strong>ren. Doordat veel ou<strong>de</strong>ren niet verhuizen in <strong>de</strong><br />
laatste fase van hun leven, gaat een toenemend aantal<br />
alleenstaan<strong>de</strong>n eer<strong>de</strong>r gepaard met een toenemen<strong>de</strong><br />
vraag naar combinaties van wonen en zorg in <strong>de</strong> buurt<br />
dan naar huurwoningen of appartementen.<br />
• Het aantal paren met kin<strong>de</strong>ren (met potentieel twee<br />
inkomens), <strong>de</strong> belangrijkste doelgroep <strong>voor</strong><br />
koopwoningen en eengezinswoningen, is sinds 1980 al<br />
aan het afnemen (CBS 2011) en neemt in <strong>de</strong> toekomst<br />
ver<strong>de</strong>r af. Toch hoeft dit niet gepaard te gaan met een<br />
dalen<strong>de</strong> vraag naar <strong>de</strong>ze typen woningen. Doordat<br />
huishou<strong>de</strong>ns nadat <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren zijn uitgevlogen vaak<br />
niet verhuizen, blijven veel eengezinswoningen nog<br />
bezet en niet beschikbaar <strong>voor</strong> nieuwe paren met<br />
kin<strong>de</strong>ren, terwijl er ‘aan <strong>de</strong> <strong>voor</strong>kant’ wel nieuwe<br />
gezinnen bij komen die in een eengezinswoning willen<br />
wonen.<br />
Vergrijzing/ou<strong>de</strong>ren en woningmarkt<br />
• Op nationaal niveau neemt het aantal<br />
ou<strong>de</strong>renhuishou<strong>de</strong>ns (met een referentiepersoon van<br />
65 jaar en ou<strong>de</strong>r) sterk toe. Dit kan grote gevolgen<br />
hebben <strong>voor</strong> zowel <strong>de</strong> kwantitatieve als kwalitatieve<br />
woningvraag (De Groot et al. 2012).<br />
• Hoewel ou<strong>de</strong>ren van nu en <strong>de</strong> toekomst vitaler zijn dan<br />
<strong>de</strong> ou<strong>de</strong>ren van vroeger, krijgen vrijwel alle ou<strong>de</strong>ren op<br />
een gegeven moment te kampen met lichamelijke<br />
gebreken en een toenemen<strong>de</strong> behoefte aan zorg. Door<br />
<strong>de</strong> vergrijzing neemt <strong>de</strong> vraag naar <strong>voor</strong> ou<strong>de</strong>ren<br />
geschikte woningen dan ook toe. Dit zijn enerzijds<br />
woningen speciaal bestemd <strong>voor</strong> ou<strong>de</strong>ren en van<br />
waaruit het mogelijk is om gebruik te maken van zorgof<br />
dienstverlening geleverd vanuit een nabij <strong>de</strong> woning<br />
gelegen steunpunt (BZK 2011; Van Galen & Willems<br />
2011) An<strong>de</strong>rzijds gaat het om woningen die op grond<br />
van hun fysieke kenmerken (bij<strong>voor</strong>beeld geen tre<strong>de</strong>n<br />
en aanpassingen als domotica, verlaag<strong>de</strong> drempels en<br />
trapliften) geschikt zijn om oud in te wor<strong>de</strong>n (Van Dam<br />
et al. 2012; De Klerk 2004; Sogelée & Brouwer 2003).<br />
Door hogere welvaart en opleidingsniveaus, het<br />
sterkere individualisme en <strong>de</strong> grotere vitaliteit zal <strong>de</strong><br />
vraag naar aangepaste woningen echter langzamer<br />
groeien dan het aantal ou<strong>de</strong>ren.<br />
• Gezien <strong>de</strong> honkvastheid van ou<strong>de</strong>ren wor<strong>de</strong>n <strong>voor</strong>al<br />
woningaanpassingen in oudbouw steeds belangrijker.<br />
Na 2025 nemen <strong>voor</strong>al <strong>de</strong> aantallen alleenstaan<strong>de</strong><br />
ou<strong>de</strong>ren en hoogbejaar<strong>de</strong>n (80 jaar en ou<strong>de</strong>r) toe, wat<br />
nog extra aanpassingen aan <strong>de</strong> woningen vergt. Ook<br />
moet er dan meer zorg aan huis wor<strong>de</strong>n geleverd,<br />
me<strong>de</strong> doordat er vaak geen partner (meer) is die <strong>de</strong><br />
verzorging op zich kan nemen. Door technologische<br />
toepassingen als telemedicine en alarmsystemen is het<br />
mogelijk om een <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> (medische) ou<strong>de</strong>renzorg<br />
op afstand te laten plaatsvin<strong>de</strong>n (De Groot et al. 2012).<br />
• De vergrijzing zet overal in Ne<strong>de</strong>rland door; qua<br />
aan<strong>de</strong>el <strong>voor</strong>al op het platteland en in <strong>de</strong> periferie van<br />
Ne<strong>de</strong>rland, maar getalsmatig het sterkst in <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>n<br />
en <strong>de</strong> Randstad. Vooral in <strong>de</strong> Randste<strong>de</strong>lijke gebie<strong>de</strong>n<br />
valt een grotere behoefte aan aangepaste woningen te<br />
verwachten.<br />
• Het meren<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>renhuishou<strong>de</strong>ns in <strong>de</strong><br />
nabije toekomst komt <strong>voor</strong>t uit <strong>de</strong> huidige huishou<strong>de</strong>ns<br />
van mid<strong>de</strong>lbare leeftijd, die groten<strong>de</strong>els in<br />
koopwoningen en eengezinswoningen wonen. Deze<br />
woningen zijn gewild door gezinnen, maar komen<br />
<strong>voor</strong>lopig nog niet vrij op <strong>de</strong> woningmarkt. Het<br />
vrijkomen van woningen wordt me<strong>de</strong> vertraagd door<br />
het in <strong>de</strong> komen<strong>de</strong> <strong>de</strong>cennia ver<strong>de</strong>r oplopen van <strong>de</strong><br />
levensverwachting. In het eengezinswoningensegment<br />
kunnen hierdoor knelpunten wor<strong>de</strong>n verwacht (zie<br />
bij<strong>voor</strong>beeld Van Iersel et al. <strong>2010</strong>; Meinsma 2007;<br />
VROM <strong>2010</strong>). Vooral in gespannen<br />
woningmarktgebie<strong>de</strong>n kan <strong>de</strong> afnemen<strong>de</strong> dynamiek<br />
50 | <strong>Demografische</strong> <strong>ontwikkelingen</strong> <strong>2010</strong>-<strong>2040</strong>