Toelichting - Stadsdeel Zuidoost - Gemeente Amsterdam
Toelichting - Stadsdeel Zuidoost - Gemeente Amsterdam
Toelichting - Stadsdeel Zuidoost - Gemeente Amsterdam
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Toelichting</strong> bestemmingsplan Geerdinkhof 31 mei 2005<br />
De maximum bouwhoogte is in lid 3 gesteld op 6 meter. Deze maximum bouwhoogte is nodig voor<br />
onder meer straatverlichting. Er mag niet meer dan 2% per bestemmingsvlak worden bebouwd.<br />
Artikel 7 “Verkeersareaal” (Va)<br />
Alle rijwegen die toegankelijk zijn voor auto’s hebben deze bestemming gekregen. Naast rijwegen<br />
en bijbehorende bermen zijn ook fiets- en voetpaden, ongebouwde parkeervoorzieningen,<br />
openbare ruimte en groenvoorzieningen, water- en oevervoorzieningen en afval<br />
inzamelingssystemen toegestaan.<br />
In lid 2 is bepaald dat alleen mag worden gebouwd ten behoeve van het toegestane gebruik.<br />
Gebouwen zijn niet toegestaan.<br />
De maximum bouwhoogte is in lid 3 gesteld op 10 meter. Deze hoogte is nodig voor<br />
straatverlichting. Er mag niet meer dan 2% per bestemmingsvlak worden bebouwd.<br />
Overige regelgeving<br />
Artikel 8 (Kabel en leidingenstrook)<br />
Dit artikel heeft betrekking op de gronden die met de nadere aanduiding “kabel en leidingenstrook”<br />
op de plankaart zijn aangegeven. Het gaat hier om een hoofdkabel en leidingenstrook (niet om<br />
huisaansluitingen). Ter bescherming van de kabels en leidingen is in dit artikel bepaald dat het<br />
realiseren van bouwwerken ter plaatse van de gronden met de nadere aanduiding “kabel en<br />
leidingenstrook” alleen is toegestaan wanneer de belangen van de kabels en leidingen zich<br />
hiertegen niet verzetten en advies is ingewonnen bij de beheerder.<br />
Het uitvoeren van de onder b. genoemde werken is alleen mogelijk wanneer een aanlegvergunning<br />
is verleend door het dagelijks bestuur. Onder c. is een aantal uitzonderingen opgenomen. Het<br />
dagelijks bestuur wint advies in bij de betrokken beheerder voordat een eventuele vergunning<br />
wordt verleend.<br />
Artikel 9 (Beperkingen ingevolge het Luchthavenindelingbesluit Schiphol)<br />
Door middel van dit artikel wordt gewaarborgd dat het bestemmingsplan in overeenstemming is<br />
met het Luchthavenindelingbesluit. Ter plaatse van het plangebied gelden op grond van dit besluit<br />
hoogtebeperkingen (zie ook paragraaf 6.8).<br />
In lid 1 is gemeld dat de hoogtebeperkingen uit het Luchthavenindelingbesluit van toepassing zijn<br />
op het plangebied van dit bestemmingsplan.<br />
In lid 2 is bepaald dat de toegestane bouwhoogten in dit bestemmingsplan moeten worden getoetst<br />
aan het Luchthavenindelingbesluit.<br />
De in dit bestemmingsplan toegestane bouwhoogten voldoen overigens ruimschoots aan de<br />
hoogtebeperkingen uit het Luchthavenindelingbesluit.<br />
Artikel 10 (Algemene gebruiksbepalingen)<br />
In het artikel “Algemene gebruiksbepalingen” wordt geregeld welk gebruik is toegelaten. In lid 1 wordt<br />
gebruik dat in strijd is met de bestemming van de grond en de bijbehorende voorschriften verboden.<br />
In lid 2 worden onder meer de bedrijven, genoemd in het Inrichtingen- en vergunningenbesluit<br />
behorend bij de Wet milieubeheer, uitdrukkelijk uitgesloten van vestiging in het plangebied op grond<br />
van de te verwachten overlast van dergelijke bedrijfsuitoefening. In lid 3 wordt het dagelijks bestuur<br />
verplicht vrijstelling te verlenen van de voorschriften in lid 1 wanneer strikt naleven van deze<br />
voorschriften het meest doelmatige gebruik beperkt, zonder dat hiervoor dringende redenen zijn. Dit<br />
lid staat bekend onder de naam "toverformule" en maakt verplicht deel uit van een bestemmingsplan.<br />
De mogelijkheden om vrijstelling te verlenen via de toverformule zijn echter door de jurisprudentie<br />
zodanig ingeperkt dat het in <strong>Amsterdam</strong> gebruikelijk is geworden ook lid 4 op te nemen. Op grond<br />
van lid 4 kan het dagelijks bestuur vrijstelling verlenen van de voorschriften in lid 1 onder voorwaarde<br />
dat dit niet leidt tot een onomkeerbare verandering van de bestemming of inbreuk op de bestemming.<br />
Artikel 11 (Algemene vrijstelingen)<br />
In het artikel “Algemene vrijstellingen” is geregeld dat enige flexibiliteit mogelijk is ten aanzien van de<br />
gestelde regels in het plan. Vrijstelling verlenen gebeurt altijd met inachtneming van het bepaalde in<br />
de Algemene wet bestuursrecht, zodat belanghebbenden de mogelijkheid tot bezwaar/beroep<br />
hebben wanneer op grond van dit artikel van het plan wordt afgeweken. Een aantal van de gegeven<br />
maxima kan op grond van dit artikel in beperkte mate worden overschreden.<br />
20