30.11.2014 Views

Zoals de ouders zingen, piepen de jongen - Stivoro

Zoals de ouders zingen, piepen de jongen - Stivoro

Zoals de ouders zingen, piepen de jongen - Stivoro

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

tegelijkertijd grenzen stellen zon<strong>de</strong>r sterk repressief op te tre<strong>de</strong>n, die weten wat hun kind in zijn of haar vrije<br />

tijd doet en met wie, en die goed met zijn of haar kind kunnen praten en discussiëren (zowel in het algemeen<br />

als over riskante gewoonten) en die weinig conflicten hebben met kind en/of partner, min<strong>de</strong>r kans hebben dat<br />

hun kin<strong>de</strong>ren drugs gaan gebruiken, alcohol gaan drinken, <strong>de</strong>linquent gedrag gaan vertonen of gaan roken.<br />

Er zijn tenminste twee problemen bij zo’n overzichtstudie. Het eerste probleem is dat het voornamelijk om<br />

studies gaat die in <strong>de</strong> Verenig<strong>de</strong> Staten zijn uitgevoerd on<strong>de</strong>r Amerikaanse scholieren en stu<strong>de</strong>nten. Omdat<br />

er verschillen zijn tussen <strong>de</strong> VS en Ne<strong>de</strong>rland in maatschappelijke acceptatie van mid<strong>de</strong>lengebruik, kosten<br />

en beschikbaarheid van mid<strong>de</strong>len voor adolescenten en wellicht ook, alhoewel hier weinig over bekend is, in <strong>de</strong><br />

mate waarin bepaal<strong>de</strong> opvoedingsgedragingen meer of min<strong>de</strong>r saillant zijn, blijft het <strong>de</strong> vraag of <strong>de</strong> bevindingen<br />

generaliseerbaar zijn. Ondanks het feit dat <strong>de</strong> ontwikkeling van mid<strong>de</strong>lengebruik zoals roken en drinken<br />

behoorlijk synchroon loopt in diverse westerse lan<strong>de</strong>n, waaron<strong>de</strong>r <strong>de</strong> VS, Ne<strong>de</strong>rland en Groot-Brittannië<br />

(Johnston, O’Malley & Bachman, 1996; Office for National Statistics, 1997; De Zwart, Zwart & Kuipers, 1997;<br />

STIVORO, 1998), is er geen Ne<strong>de</strong>rlandse studie op dit terrein. Zolang dit het geval is, zal ondui<strong>de</strong>lijk blijven of<br />

<strong>de</strong> bevindingen uit Amerikaanse studies ook te vertalen zijn naar <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse situatie. Een an<strong>de</strong>r methodologisch<br />

probleem dat zij tegenkomt in het bespreken van <strong>de</strong> bevindingen van <strong>de</strong> 40 studies is dat veel auteurs<br />

<strong>de</strong> afhankelijke variabele construeren uit een aantal risicogedragingen, zoals roken, drinken en marihuanageb r u i k .<br />

Dit maakt het onmogelijk om conclusies te trekken over <strong>de</strong> effecten van opvoeding op een specifiek risicog e d r a g ,<br />

in dit geval roken. In het vervolg van dit hoofdstuk wor<strong>de</strong>n zoveel mogelijk <strong>de</strong> bevindingen besproken die over<br />

rookgedrag gaan.<br />

6.6. Opvoedingsstijl en rookgedrag<br />

Wat betreft opvoedingstijl, hebben maar enkele on<strong>de</strong>rzoekers nagegaan of een bepaal<strong>de</strong> algemene stijl<br />

van opvoe<strong>de</strong>n gerelateerd is aan <strong>de</strong> ontwikkeling of juist het voorkomen van roken door adolescenten.<br />

Uit on<strong>de</strong>rzoek van Cohen, Richardson en LaBree (1994), Jackson, Bee-Gates en Henriksen (1994), Henriksen<br />

en Jackson (1998) en Simons-Morton et al. (1998) komt een autoritatieve stijl van opvoe<strong>de</strong>n naar voren als<br />

beschermen<strong>de</strong> factor voor beginnen met roken. Dit is in overeenstemming met <strong>de</strong> hierboven besproken<br />

bevindingen over controle en steun. <strong>Zoals</strong> Baumrind (1989) aangeeft, lijkt het dat ou<strong>de</strong>rs die hun kind steun<br />

en affectie geven waar dat nodig is, maar tegelijkertijd grenzen stellen, toezicht hou<strong>de</strong>n en geïnteresseerd blijven<br />

in <strong>de</strong> activiteiten die het kind on<strong>de</strong>rneemt en tevens het kind wijst op z’n verantwoor<strong>de</strong>lijkhe<strong>de</strong>n en autonomie,<br />

<strong>de</strong> minste kansen hebben dat het kind begint met roken. Of dit wellicht an<strong>de</strong>rs verloopt in gezinnen waar één<br />

of bei<strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs roken dan in gezinnen waar <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs niet roken wordt in paragraaf 6.10 besproken.<br />

6.7. Opvoedingsgedrag en rookgedrag<br />

In het volgen<strong>de</strong> overzicht komt <strong>de</strong> empirische evi<strong>de</strong>ntie voor het effect van opvoedingsgedrag op rookgedrag<br />

aan bod. Het gaat hier dus om opvoedingsaspecten die algemeen van aard zijn en niet specifiek het<br />

on<strong>de</strong>rwerp roken betreffen. Chassin et al. (1986) hebben een studie on<strong>de</strong>r 12 – 17-jarigen verricht waarbij ze<br />

2228 jongeren een jaar volg<strong>de</strong>n. Steun en striktheid van ou<strong>de</strong>rs waren opgenomen als indicatoren van opvoe-<br />

<strong>Zoals</strong> <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs <strong>zingen</strong>, <strong>piepen</strong> <strong>de</strong> <strong>jongen</strong><br />

37

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!