Het jaarboek integriteit 2010 - BIOS
Het jaarboek integriteit 2010 - BIOS
Het jaarboek integriteit 2010 - BIOS
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
samenhang tussen de verschillende maatregelen en<br />
instrumenten). wij zien een derde generatie <strong>integriteit</strong>sbeleid<br />
lonken. De derde generatie is het consequent<br />
doordenken van de beweging die is ingezet en<br />
het antwoord op de grenzen waar de tweede generatie<br />
tegenaan botst. Ook in de tweede generatie is het uitgangspunt<br />
het klassieke weberiaanse model en daarmee<br />
de nadruk op het voorkomen van machtsmisbruik.<br />
Probleem van dit model is dat niet wordt ingegaan<br />
op machtsgebruik. Een onkreukbare ambtenaar is nog<br />
geen goede ambtenaar: iemand die geen verkeersregels<br />
overtreedt, rijdt daarom nog niet de goede<br />
route. Oftewel, een ambtenaar die niet fraudeert,<br />
discrimineert, pest of sjoemelt met declaraties hoeft<br />
nog geen ambtenaar te zijn die zijn functie adequaat<br />
uitoefent. Daarmee doet een dergelijke definitie van<br />
<strong>integriteit</strong> maar zeer ten dele recht aan de morele<br />
opdracht voor ambtenaren: doe de goede dingen – het<br />
publieke belang dienen – en doe dat goed! Dit wordt<br />
pijnlijk duidelijk wanneer <strong>integriteit</strong> wordt gekoppeld<br />
aan goed ambtenaarschap (zie de nieuwe Ambtenarenwet).<br />
Doordat veel <strong>integriteit</strong>sbeleid zich beperkt<br />
tot de randzaken (relatiegeschenken, nevenwerkzaamheden),<br />
wordt geen richting geboden in het primaire<br />
werk. Ook wordt <strong>integriteit</strong> niet gekoppeld aan de<br />
kwaliteit en de effectiviteit van de overheid. Hierdoor<br />
blijft <strong>integriteit</strong> een buitenbeentje dat vooral beperkingen<br />
oplegt en nauwelijks relevant is voor het echte<br />
werk. <strong>Het</strong> is dan ook niet raar dat veel ambtenaren<br />
klagen over <strong>integriteit</strong>smoeheid; zeker niet als steeds<br />
maar weer de relatiegeschenken als voorbeeld worden<br />
genomen om <strong>integriteit</strong> te illustreren.<br />
In de derde generatie staat <strong>integriteit</strong> voor een<br />
professionele verantwoordelijkheid. Integriteit is<br />
daarmee een dimensie van professioneel handelen<br />
en geen afzonderlijk onderwerp meer. Kort gezegd<br />
staat <strong>integriteit</strong> 3.0 voor zorgvuldig, uitlegbaar en<br />
standvastig handelen. Integere ambtenaren handelen<br />
vanuit de verantwoordelijkheden die bij hun taak en<br />
positie horen, volgens de waarden, normen, regels<br />
en richtlijnen van de organisatie en de samenleving,<br />
met oog op het welzijn, de belangen en de rechten<br />
van burgers en andere betrokkenen – ook in nieuwe,<br />
veranderlijke en complexe situaties waar (nog) geen<br />
heldere richtinggevende regels voor bestaan. Een<br />
dergelijke opvatting van <strong>integriteit</strong> sluit aan bij de<br />
hedendaagse werkpraktijk van ambtenaren.<br />
Zorgvuldig betekent dat ambtenaren steeds opnieuw<br />
kritisch en systematisch reflecteren op hun kernverantwoordelijkheden<br />
en zich voortdurend vragen<br />
stellen als: Hoe doe ik mijn werk goed? Doe ik recht<br />
aan de situatie? Uitlegbaar betekent dat ambtenaren<br />
kunnen aangeven hoe hun handelen past bij hun<br />
kernwaarden, kernverantwoordelijkheden en kerntaken,<br />
bij de regels, richtlijnen, wetten en andere bindende<br />
voorschriften van hun organisatie. Standvastig<br />
betekent dat ze hun rug recht houden bij weerstanden<br />
en verleidingen; dat ze niet onverantwoord handelen<br />
omdat dit de weg van de minste weerstand is.<br />
Met <strong>integriteit</strong> 3.0 is dus sprake van een maximale<br />
verschuiving van een negatieve benadering naar een<br />
positieve benadering. Niet de vraag ‘welke handeling<br />
is ontoelaatbaar binnen mijn ambt?’ staat dan<br />
voorop, maar de vraag ‘welke handeling is passend bij<br />
mijn ambt?’. Oftewel: de cruciale vraag in een <strong>integriteit</strong>discussie<br />
zou moeten zijn: hoe doe ik mijn werk<br />
goed? Hoe ben ik een goed ambtenaar? En niet: hoe<br />
voorkom ik dat ik de regels overtreed? <strong>Het</strong> voorkomen<br />
van fraude en corruptie zijn dan niet meer, maar ook<br />
niet minder, dan de minimale voorwaarden voor een<br />
integere beroepsuitoefening.<br />
Goed ambtenaarschap<br />
Goed ambtenaarschap betekent dat ambtenaren hun<br />
morele opdracht herkennen en erkennen: doe de<br />
goede dingen – het publieke belang dienen – en doe<br />
dat goed! Door <strong>integriteit</strong> aan goed ambtenaarschap<br />
te koppelen heeft <strong>integriteit</strong> als vanzelf ook betrekking<br />
op de primaire werkzaamheden van ambtenaren.<br />
76 JAARBOEK INTEGRITEIT <strong>2010</strong>