Download werkstuk - KNAW Onderwijsprijs
Download werkstuk - KNAW Onderwijsprijs
Download werkstuk - KNAW Onderwijsprijs
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
volwassenen meteen gezien zouden kunnen hebben dat de test veel te lang was om in tien<br />
minuten af te krijgen. Dit kan de resultaten beïnvloed hebben.<br />
Effecten van achtergrondkarakteristieken<br />
In deze sectie zal ik de invloeden van mijn overige variabelen, de achtergrondkarakteristieken<br />
van de leerlingen, bespreken. Ik bespreek slechts resultaten die opvallend zijn en er toe doen.<br />
Opvallend is dat de vrouw op het gebied van accuratesse gelijk scoort met de man, maar dat zij<br />
opvallend lager scoort bij de snelheid. Ik zou verwacht hebben dat de vrouw hoger zou scoren<br />
bij de accuratesse, omdat meisjes op school, vooral in de onderbouw, vaak hogere cijfers halen<br />
dan jongens en nauwkeuriger en serieuzer zijn. Uit deze resultaten blijkt dus dat meisjes<br />
langzamer zijn en, van de vragen die zij af hebben, er even veel goed maken als de jongens. Dit<br />
zou dus tot de conclusie kunnen leiden dat jongens beter zijn in rekenen. Dit bevestigt wel het<br />
feit dat jongens gemiddeld hoger scoren voor het onderdeel 'rekenen' op de Cito Eindtoets die<br />
op veel Nederlandse basisscholen wordt afgenomen. Een andere mogelijke conclusie is dat<br />
jongens beter presteren onder tijdsdruk of dat jongens simpelweg competitiever zijn en<br />
daardoor beter willen presteren.<br />
De leerlingen geboren in de maanden januari tot en met maart doen het beter dan de<br />
leerlingen uit de overige maanden. Hoe later in het jaar de leerling geboren is, des te slechter<br />
presteert hij/zij bij de accuratesse 1. Leerlingen geboren in de maanden januari tot en met<br />
maart zijn vaak oude leerlingen. Het komt namelijk niet vaak voor dat een leerling een klas<br />
heeft overgeslagen. Ook zitten er late leerlingen in de groep leerlingen geboren in de maanden<br />
oktober tot en met december. In mijn testgroep bleken daar meer vroege leerlingen in te zitten<br />
dan late leerlingen. De leeftijd van de leerlingen neemt dus af naarmate zij meer aan het einde<br />
van het jaar geboren zijn. De leerlingen maakten accuratesse 1 en 2 over het algemeen dus<br />
beter naarmate zij ouder waren. Dit kan dus liggen aan de ontwikkeling van de hersenen, die al<br />
verder is bij oudere leerlingen. Apart is wel dat de leeftijd als variabele zelf op het gebied van<br />
accuratesse 1 niet uit maakt. Dit kan komen doordat de twee variabelen natuurlijk niet<br />
helemaal overeen komen. Het effect van de geboortemaand zelf kan ook groot zijn, los van de<br />
daaraan gebonden leeftijden. Bij het aantal vragen af scoren de kinderen uit januari tot en met<br />
maart wederom het beste. De kinderen uit oktober tot en met december doen het hier alleen<br />
niet het slechtst. De kinderen die aan het eind van het jaar geboren zijn, zijn dus sneller dan zij<br />
accuraat zijn, in verhouding tot de andere geboortemaanden.<br />
Er wordt veelal onderzoek gedaan naar het effect van de geboortemaand op de<br />
schoolprestaties. Het antwoord op veel van deze onderzoeken tot nu toe is dat vroege<br />
leerlingen inderdaad significant slechter presteren dan hun oudere klasgenoten. Hierbij is de<br />
geboortemaand dus ook gekoppeld aan de leeftijd. De twee zijn dus moeilijk los van elkaar te<br />
27