2003/001
2003/001
2003/001
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
1e graad 33<br />
AV Biologie 1 lestijd 1e jaar en 1 lestijd 2e jaar en wetenschappelijk werk Biologie 1 lestijd 2e jaar<br />
5.2 Specifieke doelstellingen, leerinhouden en pedagogisch-didactische wenken 2 de jaar<br />
B15<br />
B15<br />
U<br />
B18<br />
U<br />
U<br />
Specifieke doelstellingen:<br />
de leerlingen<br />
kunnen de delen van een meeldraad en<br />
een stamper benoemen en aanduiden<br />
kunnen de functie beschrijven in relatie<br />
met de voortplanting.<br />
kunnen de begrippen bestuiving,<br />
kruisbestuiving, buurbestuiving en<br />
zelfbestuiving verklaren.<br />
kunnen manieren waarop het stuifmeel<br />
overgebracht wordt op de stempel<br />
beschrijven.<br />
kunnen aanpassingen van<br />
insectenbloeiers<br />
toelichten.<br />
aan de bestuiving<br />
kunnen aanpassingen van windbloeiers<br />
aan de bestuiving toelichten.<br />
Leerinhouden 2 de jaar Pedagogisch didactische wenken<br />
A. Natuurobservatie<br />
1. Voortplanting van de zaadplant<br />
1.1 Bouw en functie van een<br />
meeldraad en een stamper<br />
delen en functies van meeldraad en<br />
stamper<br />
1.2 Bestuiving<br />
Bestuiving, kruisbestuiving, buurbestuiving<br />
en zelfbestuiving<br />
Bestuiving door: wind, insecten,<br />
water, mens<br />
Aanpassingen van insectenbloeiers aan<br />
bestuiving.<br />
Aanpassingen van windbloeiers aan<br />
bestuiving.<br />
Aantal lestijden: 3<br />
Men herhaalt de delen van de bloem. Er wordt nu dieper ingegaan op de bouw<br />
van een meeldraad: in een rijpe helmknop zijn er helmhokjes waarin zich<br />
stuifmeelkorrels bevinden. In elke stuifmeelkorrel komt een mannelijke<br />
voortplantingscel voor. Men verduidelijkt het begrip helmhokje d.m.v. een macromodel,<br />
van een dia of van een afbeelding.<br />
Ook de aanwezigheid van een of meer zaadbeginsels in een vruchtbeginsel wordt<br />
aan de hand van een macromodel, van een dia of van een afbeelding<br />
geïllustreerd. Men kan een doorsnede van een voldoende groot vruchtbeginsel<br />
met de (stereo)loep laten observeren. In alcohol bewaarde stampers van tulpen<br />
zijn daarvoor heel geschikt.<br />
Er wordt gewezen op de aanwezigheid van een vrouwelijke voortplantingscel in<br />
het zaadbeginsel. De aandacht wordt gevestigd op het vaak onregelmatig oppervlak<br />
van stempels en stuifmeelkorrels. Stempels van o.a. Begonia, Pelargonium,<br />
Fuchsia, Oost-Indische kers of tulp zijn geschikt materiaal; het oppervlak van<br />
stuifmeelkorrels kan op dia's van micropreparaten of op afbeeldingen waargenomen<br />
worden.<br />
De begrippen bestuiving, kruis-, buur- en zelfbestuiving worden verduidelijkt met<br />
behulp van schematische voorstellingen of van een film.<br />
De bestuiving door de wind en door insecten wordt benadrukt en eventueel aangevuld<br />
met de bestuiving door water (bijvoorbeeld bij het hoornblad) en door de<br />
mens. Men zorgt voor geschikt illustratiemateriaal.<br />
De aanwezigheid van een opvallend gekleurde kroon, van kleverig of stekelig<br />
stuifmeel, van nectarklieren, van een nectarmerk en van een bloemgeur wordt op<br />
levend materiaal bestudeerd. Ook de relatie tussen de bloembouw en de bestuiving<br />
door bepaalde insecten kan behandeld worden (bijvoorbeeld witte dovenetel<br />
en hommel).<br />
Men wijst op de onopvallende, geurloze bloemen zonder nectar, op de vrijhangende<br />
meeldraden, op de grote hoeveelheid licht stuifmeel en op de grote, vaak<br />
veervormige stempels. Brandnetel, grassen, grove den en hazelaar laten toe deze<br />
aanpassingen te illustreren