10.07.2015 Views

Nummer 3/2006 (.pdf) - FOD Sociale Zekerheid

Nummer 3/2006 (.pdf) - FOD Sociale Zekerheid

Nummer 3/2006 (.pdf) - FOD Sociale Zekerheid

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

BELGISCH TIJDSCHRIFT VOOR SOCIALE ZEKERHEID - 3e TRIMESTER <strong>2006</strong>ming in de uitzendende staat reeds gedurende een zekere tijd vooraf aan dedetachering activiteiten van betekenis moet hebben verricht. De “Praktische Gids”,opgesteld door de Administratieve Commissie (60), spreekt in dat verband van hetrealiseren van een omzet van ongeveer 25% in de uitzendende staat gedurende tenminste vier maanden vóór de detachering.Met de voorwaarde van het vervullen van activiteiten van betekenis in de uitzendendestaat door de uitzendende onderneming heeft het Hof van Justitie duidelijkwillen verhinderen dat zogenaamde “brievenbusfirma’s” gebruik zou maken van dedetacheringsbepalingen in Verordening 1408/71 om te ontsnappen aan de toepassingvan de socialezekerheidswetgeving van de lidstaat waarin het doorgaans welzijn activiteiten verricht. Door een fictieve constructie zouden zij zich willen onderwerpenaan de socialezekerheidswetgeving van een (wellicht goedkopere) andere lidstaat.De toepassing van deze criteria kan in de praktijk wel leiden tot verschillende interpretatiesdoor de bevoegde instellingen van de betrokken lidstaten. Het gaat telkensom het beoordelen van de concrete omstandigheden waarin de detachering gebeurten de activiteiten die in beider betrokken lidstaten worden uitgeoefend. In de zaakPlum kwam het Hof (en ook de Advocaat-generaal) bijvoorbeeld vrij snel tot de conclusiedat het ging om een onderneming die zijn vestigingsplaats had verlegd naareen andere lidstaat (in casu van Duitsland naar Nederland), om zo te kunnen genietenvan lagere loonkosten en sociale lasten voor de werkzaamheden die zij bleef uitoefenenin de eerste lidstaat. In de tweede lidstaat werden enkel zuiver interne beheerswerkzaamhedenverricht. Het ging duidelijk om een zogenaamde “brievenbusfirma”die volgens het Hof geen beroep kon doen op de detacheringsbepalingen vanVerordening 1408/71. Zij was voor de betrokken periode dan ook socialezekerheidsbijdragenverschuldigd in de lidstaat waar haar werknemers daadwerkelijk werdentewerkgesteld (61).3.3.3. Detachering van zelfstandigenEen gelijkaardige redenering kunnen we terugvinden in de rechtspraak van het Hofvan Justitie met betrekking tot art. 14 bis, lid 1 Verordening 1408/71 dat dedetachering van zelfstandigen regelt. Op grond van deze bepaling blijft diegene dieop het grondgebied van een lidstaat gewoonlijk werkzaamheden anders dan in loondienstuitoefent en op het grondgebied van een andere lidstaat arbeid gaat uitoefenen,onderworpen aan de socialezekerheidswetgeving van de eerste lidstaat. Ook(60) Deze is te vinden op:http://ec.europa.eu/employment_social/social_security_schemes/docs/posting_nl.<strong>pdf</strong>. Deze gids isverder aangeduid als “de Praktische Gids”.(61) Het Hof paste in deze zaak de voorwaarden van een voldoende band tussen de betrokkenonderneming en de lidstaat wiens wetgeving het van toepassing wil zien, ook toe op ondernemingendie geen uitzendbureaus zijn.420

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!