30.08.2013 Views

Memoire van Toelichting Wfz-kst-32398-3[1] MvT ... - GGZ Nederland

Memoire van Toelichting Wfz-kst-32398-3[1] MvT ... - GGZ Nederland

Memoire van Toelichting Wfz-kst-32398-3[1] MvT ... - GGZ Nederland

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Justitie een wettelijke mogelijkheid geboden. Tevens is het <strong>van</strong> belang dat<br />

de Minister <strong>van</strong> Justitie kan worden geïnformeerd over een aantal<br />

essentiële zaken die betrekking hebben op de DBBc-registratie. Het gaat<br />

hier onder meer om de startdatum <strong>van</strong> de behandeling, de beëindiging<br />

<strong>van</strong> de behandeling en informatie betrekking hebbende op wijzigingen in<br />

het gewenste beveiligingsniveau <strong>van</strong> de betrokkene.<br />

Informatievoorziening zorgaanbieders<br />

Voor de zorgaanbieders is het in het kader <strong>van</strong> de financiering <strong>van</strong> de<br />

forensische zorg <strong>van</strong> belang om te weten of de zorg voortvloeit uit één<br />

<strong>van</strong> de 19 strafrechtelijke titels op basis waar<strong>van</strong> grondslag voor<br />

financiering door Justitie bestaat. Als de beslissing tot verlening <strong>van</strong> zorg<br />

is gebaseerd op één <strong>van</strong> die strafrechtelijke titels, vindt de financiering<br />

plaats op basis <strong>van</strong> het in het wetsvoorstel forensische zorg neergelegde<br />

stelsel. De zorgaanbieders weten niet altijd of de zorg voortvloeit uit één<br />

<strong>van</strong> de 19 strafrechtelijke titels. Zo zijn patiënten in de ambulante zorg<br />

vaak al in behandeling bij een zorgaanbieder of melden zij zich vrijwillig.<br />

De zorgaanbieder krijgt dan niet automatisch een signaal dat er sprake is<br />

<strong>van</strong> een strafrechtelijke titel.<br />

Op grond <strong>van</strong> artikel 9 Wjsg kunnen bij algemene maatregel <strong>van</strong> bestuur<br />

organisaties worden aangewezen als instanties aan wie justitiële<br />

gegevens kunnen worden verstrekt. Het gaat hier om het eerder<br />

genoemde Besluit justitiële gegevens. Hierin kunnen de zorgaanbieders<br />

kunnen worden aangewezen.<br />

Bij de informatiebalie worden organisatorische garanties ingebouwd voor<br />

een veilige gegevensuitwisseling en gegevensverwerking. De informatiebalie<br />

wordt ingericht bij een «trusted third party» (de Justitiële Informatiedienst).<br />

Binnen JustId zijn de gegevensont<strong>van</strong>gst en de verwerking <strong>van</strong> de<br />

gegevens aan strikte waarborgen onderworpen. Zo hebben slechts twee<br />

ervaren en gescreende medewerkers toegang tot de informatie en worden<br />

de gegevens aangeleverd via aangetekende post (en op korte termijn via<br />

een beveiligde mailverbinding). Hierdoor wordt gegarandeerd dat<br />

vertrouwelijk met de informatie aan de zorgaanbieders wordt omgegaan.<br />

Vanzelfsprekend worden de gegevens niet voor een ander doel gebruikt<br />

dan waarvoor ze zijn gevraagd en worden de gegevens niet doorverstrekt.<br />

Adviesfunctie NZa<br />

De <strong>Nederland</strong>se Zorgautoriteit (NZa) heeft bij de inkoop <strong>van</strong> zorg een<br />

belangrijke adviesfunctie. De Nza geeft advies over de inkoop <strong>van</strong> de<br />

forensische zorg door de Minister <strong>van</strong> Justitie. Indien er verbeteringen<br />

mogelijk zijn, of als er zich onvolkomenheden voordoen, kan de NZa<br />

hierover advies uitbrengen. Een dergelijk advies kan periodiek worden<br />

uitgebracht, maar ook als er zich incidenten voordoen.<br />

De NZa adviseert ook over de prestatiebeschrijvingen en over de daaraan<br />

verbonden maximumtarieven. Het ligt in de rede dat deze adviesrol<br />

gestalte krijgt door middel <strong>van</strong> een openbaar advies over het concept voor<br />

de prestatiebeschrijvingen en het voornemen om de maximumtarieven op<br />

een bepaalde hoogte vast te stellen. Het gaat hier om een bevoegdheid<br />

<strong>van</strong> zowel de Minister <strong>van</strong> Justitie als de Minister <strong>van</strong> VWS. Indien de<br />

adviezen <strong>van</strong> de NZa hieromtrent niet worden overgenomen, zullen deze<br />

adviezen gemotiveerd door beide bewindslieden gezamenlijk moeten<br />

worden weerlegd. De functie <strong>van</strong> het Nza kan hiermee worden gekenschetst<br />

als een adviserende en niet als een toezichthoudende. De wijze<br />

waarop het toezicht op het stelsel <strong>van</strong> forensische zorg is vormgegeven,<br />

wordt besproken in een apart hoofdstuk in deze algemene toelichting.<br />

Tweede Kamer, vergaderjaar 2009–2010, 32 398, nr. 3 18

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!