DE VERNIEUWING VAN DE STADSVERNIEUWING
DE VERNIEUWING VAN DE STADSVERNIEUWING
DE VERNIEUWING VAN DE STADSVERNIEUWING
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
flat of eengezinswoning aan de rand van of buiten de stad. Wie het kon betalen vertrok, alleen<br />
de sociaal zwakkere bewoners en de ouderen bleven.<br />
De vertrekkende bewoners maakten plaats voor twee nieuwe bewonersgroepen:<br />
jongeren en – in de grote steden – ‘nieuwkomers’. De jongeren werden aangetrokken tot de<br />
goedkope woningen en het ‘gezellige klimaat’ in de 19de-‐eeuwse buurten, waar wonen en<br />
bedrijfjes elkaar afwisselden en gezelligheid heerste rond de kroegjes en markten. De tweede<br />
groep, de nieuwkomers, bestond voornamelijk uit niet-‐westerse allochtonen, die in betere<br />
tijden als gastarbeider naar Nederland waren gekomen. Met het vertrek van de grote<br />
industrieën uit de stad waren velen van hen werkloos geworden, en dat terwijl zij net hun hele<br />
gezin naar Nederland hadden gehaald. Toen in 1975 Suriname onafhankelijk werd, verhuisden<br />
tevens veel ‘rijksgenoten’ naar Nederland, waarvan een groot deel zich in de goedkope<br />
woningen in oude stadswijken vestigde. Afgezien van het feit dat steeds meer jongeren en<br />
buitenlanders zich vestigden in de oude wijken, had zich reeds een andere transformatie van<br />
de bevolkingssamenstelling ingezet. De kinderen van de oorspronkelijke bewoners waren het<br />
huis uit en de vergrijzing nam toe. Daardoor hadden de wijken te kampen met het verschijnsel<br />
‘gezinsverdunning’, een toename van het aantal alleenstaanden en vergrijzing.<br />
Al deze ontwikkelingen zorgden ervoor dat de oude buurten in sociaal opzicht<br />
kelderden. Jonge en koopkrachtige gezinnen vertrokken, waardoor het bevolkingsaantal<br />
terugliep en de bevolking verarmde. Veel voorzieningen in de buurt waren hierdoor niet meer<br />
rendabel en de meeste buurtwinkels moesten hun deuren sluiten. 24 Daarnaast vertraagde de<br />
onduidelijkheid over eventuele sanering de plannen voor verbetering van de woonsituatie<br />
voor de huidige bewoners in de oude wijken. Immers, als er tot sloop en nieuwbouw zou<br />
worden besloten, zou dit gepaard gaan met de bouw van duurdere woningen of kantoren om<br />
de exploitatiekosten eruit te krijgen. De bewoners leefden in onzekerheid over hun<br />
toekomstige woonsituatie. 25 Onderhoud van bewoonde woningen leek bovendien zinloos,<br />
alles zou toch gesloopt worden. Zo saneerden de negentiende-‐eeuwse wijken min of meer<br />
zichzelf. 26 Al met al verlamden de cityplannen en saneringsplannen het onderhoud aan en de<br />
verbetering van 19 de -‐eeuwse wijken, waardoor deze verder verpauperden.<br />
Daarbij kwam dat veel gemeentes reeds vanaf de jaren vijftig waren begonnen met het<br />
geleidelijk opkopen van oude panden, waarvan een groot deel tegen het einde van de jaren<br />
zestig gesloopt was, en de rest was dichtgetimmerd. Binnensteden en oude wijken zaten vol<br />
met gaten, ze waren als een rottend gebit met een aantal missende tanden. Dit droeg ook niet<br />
erg bij aan de leefbaarheid en het imago van de buurt. [blad 01]<br />
In protest<br />
Terwijl in de jaren vijftig nog de positieve sfeer van geloof in de toekomst heerste, werd de<br />
sfeer tegen het einde van de jaren zestig grimmiger. Met name de jongeren gingen zich<br />
verzetten tegen de heersende orde. Bijvoorbeeld de Provobeweging. Net als de Parijse<br />
studenten in 1968 protesteerden de Provo’s tegen het moraliserende beleid van de overheid<br />
en het kleinburgerlijke leven. Zij eisten meer democratie en inspraak. Bovendien kwamen zij in<br />
opstand tegen de leegstand van vele oude panden, terwijl de woningnood nog niet volledig<br />
was opgelost. Zij vonden, samen met de Krakersbeweging die ook rond die tijd het licht zag,<br />
dat de oude woningen nog goed genoeg waren voor tijdelijke bewoning door bijvoorbeeld<br />
studenten. Zo waren er acties om onbewoonbaar verklaarde woningen ‘verklaarbaar<br />
bewoond’ te maken. Het is tevens onder invloed van de Provo’s geweest dat er in 1966 een<br />
opstand ontstond tegen de cityvorming, waarbij werd gepleit voor ‘sociale sanering’. 27 Het<br />
eerste succes werd geboekt in de Jordaan, waar in 1970 de plannen voor de bouw van<br />
kantoren rond een nieuw metrostation werden verworpen. 28<br />
Terwijl de Provo’s doorgaans voornamelijk protesteerden door middel van ludieke<br />
acties (zoals het witte-‐fietsenplan en het witte-‐deurenplan) waren er ook serieuzere<br />
protestorganen, zoals de Studentenvakbeweging, opgericht in 1963. Deze organisatie was erop<br />
gebrand de traditionele muur tussen student en maatschappij te doorbreken en zij hield<br />
De Vernieuwing van de Stadsvernieuwing | Renate van Schaik | mei 2012<br />
12