12.09.2013 Views

DE VERNIEUWING VAN DE STADSVERNIEUWING

DE VERNIEUWING VAN DE STADSVERNIEUWING

DE VERNIEUWING VAN DE STADSVERNIEUWING

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

collectieve voorzieningen en de concentratie van winkels – tegenwoordig nog steeds toegepast<br />

en in sommige gevallen zelfs als vanzelfsprekend beschouwd.<br />

Verkeersplannen<br />

In de jaren zestig was al duidelijk geworden dat de auto een steeds belangrijkere rol ging<br />

spelen in de stad. In de cityplannen waren brede ringwegen ontworpen, met belangrijke<br />

verkeersaders dwars door de negentiende-­‐eeuwse wijken. In de jaren zeventig, nadat het<br />

beleid was omgeslagen en de cityplannen van tafel waren geveegd, werd het idee van<br />

autovrije binnensteden geïntroduceerd. Grote verkeersaders dwars door de binnenstad waren<br />

nu niet meer nodig. De verkeersplannen werden hierdoor weliswaar minder rigoureus,<br />

waardoor ook de 19 de -­‐eeuwse gordel rond de binnenstad werd ontzien, maar het probleem<br />

van het toenemende autoverkeer bleef. Er kwamen steeds meer gevaarlijke verkeerssituaties,<br />

met alle gevolgen van dien. Ook de parkeeroverlast werd steeds groter. Auto’s parkeerden<br />

overal; te dicht bij kruisingen, op de stoep, in het plantsoen.<br />

In vrijwel elke stad werd daarom begin jaren zeventig een verkeersplan (ook wel<br />

verkeerscirculatieplan genoemd) opgesteld, waarin op stedelijk niveau werd aangegeven<br />

welke (bestaande) wegen zouden gaan behoren tot de nieuwe hoofdwegenstructuur. Tevens<br />

werd er een plan opgesteld voor de aanleg van doorgaande fietsroutes en voor wandel-­‐ of<br />

recreatieroutes. Daarnaast moest, met name in de grote steden, het OV-­‐netwerk worden<br />

verbeterd, als alternatief voor het autogebruik in de oude stad. In Amsterdam, bijvoorbeeld,<br />

waren de voornaamste doelen van het Verkeerscirculatieplan (1978): het uitbreiden van het<br />

tramnetwerk, de aanleg van fietsroutes, harder optreden tegen fout parkeren, meer<br />

parkeerplaatsen scheppen en vermindering van de overlast door het instellen van<br />

buurtcirculatieplannen in woongebieden. 69<br />

De concentratie van het verkeer op hoofdwegen moest ervoor zorgen dat de<br />

verkeersoverlast in de woonwijken werd beperkt. Op buurtniveau betekende dit dat het<br />

verkeer moest worden gestimuleerd zich over de hoofdwegen te bewegen. Daartoe werd een<br />

nieuwe verkeershiërarchie opgesteld, die werd vastgelegd in het wijkcirculatieplan. Grofweg<br />

kwam het erop neer dat er hoofdwegen (ook wel doorgaande verkeersroute of verzamelweg<br />

genoemd), buurtontsluitingswegen en woonstraten kwamen. 70 [blad 15]<br />

Om het doorgaand verkeer uit de woonstraten te weren en naar de verzamelwegen te<br />

leiden, werden diverse maatregelen genomen. In het Verkeerscirculatieplan Rotterdam (1974)<br />

werd het volgende voorgesteld om het doorgaande (sluip)verkeer in de woonstraten te<br />

beperken: oneffenheden in het wegdek, doorgetrokken trottoirs, doodlopende straten,<br />

eenrichtingverkeer en het toelaten van alleen voetgangers (waaronder spelende kinderen). 71<br />

Vooral het instellen van eenrichtingverkeer was een veel toegepaste maatregel, waaraan bijna<br />

geen binnenstedelijke woonstraat is ontkomen. Behalve dat hiermee het doorgaande verkeer<br />

werd beperkt kwam er namelijk ook meer ruimte vrij om te parkeren. Dat was nodig, want<br />

zowel in Amsterdam 72 als in Rotterdam 73 was de parkeernorm verhoogd van 0,4<br />

parkeerplekken per woning naar 0,7.<br />

Nieuwe straatprofielen<br />

Vóór de stadsvernieuwing bestond het profiel van vrijwel elke straat simpelweg uit een<br />

(tweebaans)weg met aan beide kanten een trottoir. Auto’s parkeerden vrij langs de stoeprand.<br />

Dit leverde nauwelijks problemen op in de tijd dat er nog niet zoveel auto’s waren, maar tegen<br />

het eind van de jaren zeventig stonden de stoepranden – en veelal de stoep zelf – vrijwel<br />

permanent vol met geparkeerde auto’s. [blad 16] De bruikbare rijbaan voor het verkeer werd<br />

daardoor smaller, waardoor fietsers nogal eens in de verdrukking kwamen. Dit is mooi<br />

geïllustreerd in Struktuurschets voor de Schilderswijk (ca. 1976) aan de hand van de<br />

straatprofielen van de Hoefkade en de Hobbemastraat in Den Haag. [blad 17] De bovenste<br />

tekening laat zien dat de huidige situatie (in 1976 in dit geval) problematisch is, aangezien<br />

auto’s en vrachtwagens op de stoep parkeren. Zo blijft er op de stoep te weinig ruimte over<br />

De Vernieuwing van de Stadsvernieuwing | Renate van Schaik | mei 2012<br />

25

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!