achtergrond Stiekem zoenen achter het fietsenhok omgaan met relaties op de werkvloer Veel relaties ontstaan onder werktijd. Welke gevolgen heeft dat? Hoe gaan schoolleiders en scholen om met liefde op de werkvloer? Toestaan of verbieden? Moet je er beleid op maken en in hoeverre is de uitvoering hiervan haalbaar? tekst femke bakkeren 40
Voor directeur Paul van Aanholt van basisschool ’t Schrijverke in Goirle bleek de werkplek een vruchtbare bodem. Ruim vijftien jaar geleden sloegen de vonken over tussen Van Aanholt, destijds nog leerkracht, en zijn collega Ineke Sleddens tijdens een schoolkamp. Problematisch? “Absoluut niet”, vertelt Van Aanholt. “Niet toen we collega’s waren en ook nu niet als schoolleider.” Het Schrijverke bracht later nog een tweede stel inclusief pasgeboren ‘liefdesbaby’ voort. Ook deze relatie is geen enkel probleem in Goirle. Op de school wordt geen speciaal beleid rond het thema gevoerd. En directeur Van Aanholt is dat ook niet van plan. “Mogelijk dat andere scholen dat wel doen op grond van slechte ervaringen uit het verleden, maar die ervaring heb ik in elk geval niet. Mensen zijn professioneel genoeg om hun werk goed uit te oefenen. Zolang dat gebeurt, vind ik het prima.” Daarnaast vindt hij het geen taak voor een werkgever om relaties te reguleren, laat staan te verbieden. Van Aanholt communiceert de relatie(s) dan ook niet actief naar het bestuur en andere stakeholders, ouders of leerlingen. “Ik weet niet wie allemaal op de hoogte zijn, maar toen Ineke en ik nog collega’s waren zijn we ook nooit op het matje geroepen door de toenmalige directie. Collega’s zijn hier sowieso hecht, ze zien elkaar ook buiten het werk en gaan zelfs met elkaar op vakantie. Zo lang mensen kwaliteit leveren als ze verliefd worden, hoop ik dat ze gelukkig zijn.” Verbieden Van Aanholt staat niet alleen in zijn mening. De regionale Limburgse omroep L1 kreeg afgelopen december nog half Nederland over zich heen toen haar interne regeling ‘(affectieve) relaties op het werk’ uitlekte. In de regeling gaf de omroep aan het niet wenselijk te vinden dat mensen op dezelfde afdeling een relatie zouden krijgen. Mocht dat wel gebeuren, dan moesten de geliefden zelf de keuze maken wie van de twee het dienstverband zou beëindigen. Vreemd zijn dit soort regels of gedragscodes echter niet. Ruim een vijfde van de Nederlandse bedrijven heeft een soort code wat betreft relaties op de werkvloer. Deze zijn echter stukken vrijblijvender vergeleken met de regeling van L1. Mensen moeten bijvoorbeeld hun relatie melden, er kunnen eventuele passende maatregelen worden genomen en de werknemers beloven dat de relatie geen negatief effect op het werk heeft. Achteraf gaf de directeur van L1 aan dat de regeling meer een wens was en niet zozeer een liefdesverbod dat juridisch stand houdt. Volgens arbeidsrechtadvocaat Linda Nekeman-IJdema zijn de mogelijkheden om werknemers te ontslaan vanwege een relatie beperkt. “Alleen als door de relatie op de werkvloer problemen ontstaan, zoals een ruzie of belangenverstrengeling, heeft een werkgever een goede grond voor ontslag. Overigens dient deze dan wel eerst intern naar een oplossing te hebben gezocht, zoals overplaatsing, anders kan dit leiden tot een hogere ontslagvergoeding.” Gedragscode Hoeveel liefdes er op de basisschool opbloeien is niet bekend. Uit diverse enquêtes en onderzoeken uit het verleden blijkt wel dat de meerderheid van de werknemers in Nederland op het werk een relatie heeft gehad. Ondanks de juridisch wankele basis, raadt Anke Visser van het Project Preventieve Seksuele Intimidatie/APS schoolbesturen toch aan om een gedragslijn op papier te zetten om eventuele problemen te voorkomen. “We worden regelmatig gebeld over het onderwerp, en nooit als het leuk is in de liefde. Een ex-geliefde die ongelukkig is met de werksituatie. Of vertrouwenspersonen die van teamleden te horen krijgen dat zij zich niet meer veilig voelen door een relatie op school. Zelf durven ze dat niet goed aan te kaarten bij het stel, omdat de liefde toch privé is.” Relaties niet bespreken en daarmee samenhangende problemen niet aanpakken is onverstandig, meent Visser. “Liefde voorkom je niet. Een gedragscode met een ‘liefdesregel’ kan echter houvast geven. Afspraken maken dat de liefde geen schade toebrengt aan de professionaliteit van de betrokkenen en de veiligheid van de omgeving. Mocht het misgaan, dan heeft de school met deze gedragscode iets in handen waarmee maatregelen kunnen worden genomen. Ook in het geval van een rechtszaak staat de school sterker als er afspraken op papier bestaan.” Bij eventuele problemen is het volgens Visser het beste dat het bestuur een van de geliefden overplaatst. ‘ z o l a n g m e n s e n k w a l i t e i t leveren als ze verliefd worden, hoop ik dat ze gelukkig zijn’ Op de scholen van Emmy Witsenburg*, voorzitter van een schoolbestuur in het noorden van het land, moet een van de twee personen binnen een werkvloergebonden relatie per definitie overstappen naar een andere locatie. Ook als er ogenschijnlijk geen problemen zijn. “Als er liefde opbloeit, is de regel van overplaatsing die het bestuur – met instemming van de GMR – formuleerde, bekend. Een reden hiervoor is onder andere de beperkte doorgroeimogelijkheden op de school van aanstelling. Het zal niet mogelijk zijn een zogenoemde lijnfunctie op de school te vervullen als je partner ook in het team werkt.” Witsenburg zit al bijna dertig jaar in het vak en ook op haar vorige scholen werd deze overplaatsregel bijna altijd gehanteerd. “Het is voor mij niet nieuw of bijzonder. Vroeger had je ook al de standaardverhalen van de directeur die een relatie krijgt met de juf, terwijl hij soms nog getrouwd was. De spanning en roddels die zo’n situatie geven, brengen schade aan iedereen.” > kader primair februari <strong>2010</strong> 41