Pieter Schelte Heerema - Igitur - Universiteit Utrecht
Pieter Schelte Heerema - Igitur - Universiteit Utrecht
Pieter Schelte Heerema - Igitur - Universiteit Utrecht
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Hoofdstuk 5<br />
De Nederlandse economie in oorlogstijd<br />
Over de toekomst van Nederland is een Führervorbehalt uitgesproken. Dat wil zeggen dat de<br />
kwestie nader te bepalen valt na de oorlog. 84 Wel krijgt Seys-Inquart van Hitler de opdracht<br />
mee om Nederland geleidelijk voor het nationaal socialisme te winnen. Nederland is namelijk<br />
een Germaans land en een “Aktivposten für die germanische Welt”. 85<br />
Naast deze nationaal socialistische aspiraties voor de toekomst, moet Nederland economisch<br />
bijdragen aan de Duitse oorlogsinspanning. Het beleid van de Duitsers hiertoe is minder<br />
eenduidig. Ten eerste bestaan ‘de Duitsers’ niet. De bezetter valt uiteen in een groep elkaar<br />
beconcurrerende instellingen en lieden. Ten tweede is er geen ‘masterplan’ voor Nederland,<br />
waarin eenduidig het beleid wordt uitgestippeld. 86<br />
De economie moet op organisatorisch- en beleidsniveau zo goed en zo snel mogelijk worden<br />
ingepast in de Duitse (oorlogs)economie. Hierbij wordt de doelstelling van Vervlechtung<br />
geïntroduceerd. Grote Nederlandse ondernemingen moeten via aandelenkoop en aandelenruil<br />
met Duitse ondernemingen ‘vervlochten’ worden. Dit gebeurt alleen in het eerste<br />
bezettingsjaar. De Duitsers nemen een meerderheid in Fokker en 40 % in Hoogovens. Met<br />
Vervlechtung komt Arisierung en de inbeslagname van joodse bedrijven. Een tweede<br />
doelstelling is Gleichberechtigung. Om Nederland voor het nationaal socialisme te winnen<br />
mag de levensstandaard hier niet onderdoen voor die in Duitsland. 87<br />
De economie wordt georganiseerd naar Duits model. Voor Nederland wordt de organisatie-<br />
Woltersom in het leven groepen. Bedrijfs- en werkgeversorganisaties worden samengebracht<br />
in een piramidemodel, met bovenaan de Reichswirtschaftkammer. Aan het hoofd van elke<br />
organisatie staat voortaan, volgens het “Führerprinzip” een leider. De organisaties zijn<br />
allemaal bijeengesloten, zodat een maatregel van boven door de leiders snel en effectief kan<br />
worden doorgevoerd. Het doel hiervan moet zijn een effectief samenwerkende economie. Dit<br />
alles wordt gecontroleerd door de staat; het Departement van Economische Zaken onder<br />
84<br />
A.J. van der Leeuw, Aanpassing en Collaboratie, in: D. Barnouw et. al., Samenwerken met de Vijand, verslag<br />
van een symposium over de vraag waar aanpassing ophoudt en collaboratie begint, Anne Frank Stichting 6-8<br />
december 1980, Amsterdam, 16.<br />
85<br />
Ibid. 16-7.<br />
86<br />
D. Barnouw, Economische collaboratie; een structuurschets, in: D. Barnouw et. al., Samenwerken met de<br />
Vijand, verslag van een symposium over de vraag waar aanpassing ophoudt en collaboratie begint, Anne Frank<br />
Stichting 6-8 december 1980, Amsterdam, 36<br />
87<br />
D. Barnouw, Economische collaboratie; een structuurschets, 36-7; M. Mazower, Hitler’s Empire, Hoofdstuk 9<br />
‘Making Occupation Pay’.<br />
30