13.02.2016 Views

respect”

hrsquare155decembervolledig

hrsquare155decembervolledig

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Performance management bij Google<br />

Scheid beloningsgesprekken<br />

van ontwikkelingsgesprekken<br />

■■Hilde Vereecken<br />

De directe<br />

leiding gevende<br />

beslist niet<br />

alleen over de<br />

beoordelingsscore.<br />

De onvrede over het performancemanagementsysteem<br />

was zo groot,<br />

dat Google het over een compleet<br />

andere boeg gooide. Dat (en veel<br />

meer) leren we uit ‘De toekomst van<br />

werk’, het hoogst interessante boek<br />

van Laszlo Bock, HR-hoofd van<br />

Google.<br />

Iedereen kent de verhalen dat medewerkers<br />

van Google of ‘Googlers’ 20 procent van hun<br />

werktijd vrij kunnen besteden. Er zijn voor<br />

iedereen gratis maaltijden, massages en ontspanningsruimtes.<br />

Medewerkers krijgen er veel autonomie<br />

en invloed in de besluitvorming. Google is dan<br />

ook meermaals uitgeroepen tot één van de aantrekkelijkste<br />

werkgevers wereldwijd. Dat vertaalt zich<br />

onder meer in zo’n twee miljoen spontane sollicitaties<br />

per jaar. Jawel, dat zijn er meer dan 5000 per<br />

dag. Google lost dit luxeprobleem op door ontzettend<br />

streng te zijn aan de deur. Enkel de beste van<br />

de beste geraken door de selectieprocedure.<br />

De aanwerving is het belangrijkste voor elke organisatie,<br />

beklemtoont Laszlo Bock ettelijke keren<br />

in zijn recente, fenomenale boek ‘Work Rules!’, al<br />

meteen in het Nederlands vertaald als ‘De toekomst<br />

van werk’. Bock staat aan het hoofd van personeelszaken<br />

bij Google en geeft een verrassend open en<br />

gedetailleerde kijk in de keuken van het personeelsbeleid.<br />

Hij werkt er sinds 2006 en gaf dan ook mee<br />

vorm aan het personeelsbeleid, waarvan no nonsense,<br />

data en evidence-based de pijlers vormen.<br />

Jawel, achter dat hippe wereldje (je kan je er ook<br />

terugtrekken in meditatie-oases en hier en daar kan<br />

je zelfs een frisse duik nemen in het zwembad) gaat<br />

een minutieus uitgekiend, wetenschappelijk gestoeld<br />

beleid schuil. Dit boek zou wel eens de bijbel<br />

kunnen worden voor al wie zweert bij ‘evidence-based’<br />

HR en voorgoed komaf wil maken met het befaamde<br />

buikgevoel.<br />

Te veel regels, te weinig<br />

aansturen van prestaties<br />

Laszlo Bock komt van McKinsey & Company,<br />

waar hij rond de eeuwwisseling technologiebedrijven<br />

adviseerde tijdens en na de dotcombubbel. In<br />

2003 was hij uitgekeken op zijn rol als consultant.<br />

Omdat hij zoveel mogelijk wilde leren over HR, solliciteerde<br />

hij bij Pepsi en General Electric, omdat<br />

beide bedrijven toen een voorloper waren op het<br />

vlak van HR. Zo kwam hij terecht bij GE, twee jaar<br />

nadat Jack Welch de fakkel van voorzitter en CEO<br />

doorgaf aan zijn opvolger. Welch werd geroemd,<br />

maar ook gevreesd voor zijn rigoureuze beoordelingssysteem,<br />

waarbij de 10 procent slechtst gerangschikten<br />

elk jaar aan de deur gezet werden. Het gaat<br />

om een ‘forced’ rangschikking: je bent pas bij de 10<br />

procent slechte presteerders als de andere 90 procent<br />

beter zijn dan jou. Dat betekent niet noodzakelijk<br />

dat je slecht presteert.<br />

In het veertien hoofdstukken tellende boek<br />

gaat Bock ook nader in op de evolutie van het performance-managementsysteem<br />

bij Google. Aanvankelijk<br />

was dat systeem in hetzelfde bedje ziek<br />

als dat van de meeste andere bedrijven. Het was<br />

een bureaucratisch proces met veel regeltjes, dat<br />

uiteindelijk niets meer te maken had met het daadwerkelijk<br />

aansturen van prestaties. “Omdat de<br />

focus vooral op het proces lag en niet op het doel,<br />

het aansturen van prestaties, was het beoordelingssysteem<br />

vatbaar voor manipulatie”, bekent Bock.<br />

“Medewerkers, leidinggevenden en HR haatten het<br />

performance-managementsysteem.”<br />

Het systeem kreeg dan ook steeds de laagste<br />

tevredenheidsscore tijdens de jaarlijkse personeelstevredenheidsenquête<br />

of ‘Googlegeist’. Slechts 55<br />

procent van de medewerkers was tevreden over het<br />

beoordelingssysteem. Het nam te veel tijd in beslag,<br />

leek bijzonder ingewikkeld en was niet transparant,<br />

zodat het als oneerlijk werd gepercipieerd.<br />

Specifiek, meetbaar en<br />

controleerbaar (én te ambitieus)<br />

Waarop steunt het beoordelingssysteem?<br />

Sinds begin deze eeuw hanteert Google OKR’s of<br />

‘Objectives and Key Results’ om doelstellingen te<br />

bepalen. Het bedrijf haalde hiervoor de mosterd bij<br />

Intel. Kenmerkend voor OKR’s is dat de doelstellingen<br />

specifiek, meetbaar en controleerbaar zijn. Het<br />

resultaat wordt niet alleen in kwantitatieve termen<br />

beoordeeld, ook in kwalitatieve termen. Stel het<br />

doel is om de kwaliteit van de zoekresultaten met x<br />

procent te verbeteren. Dan is snelheid niet de enige<br />

uitkomst waarnaar gekeken wordt, ook de relevantie<br />

van de zoekresultaten is belangrijk.<br />

Bovendien zijn de doelstellingen net iets te ambitieus,<br />

zodat het niet altijd mogelijk is om ze allemaal<br />

te realiseren. De achterliggende redenering: zelfs al<br />

is het doel moeilijk te realiseren, het uiteindelijke<br />

38 | NR 155 | | DECEMBER 2015

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!