Archeologische Kroniek - Historische Vereniging Holland
Archeologische Kroniek - Historische Vereniging Holland
Archeologische Kroniek - Historische Vereniging Holland
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
76 <strong>Archeologische</strong> kroniek Zuid-<strong>Holland</strong><br />
Afb. 40. Den Haag * Catshuis. Archeologisch onderzoek onder het voorterras van het Catshuis (foto:<br />
Afdeling Archeologie).<br />
de hofgrachten bij het Binnenhofcomplex. De historische bronnen over de locatie van het<br />
huidige Catshuis gaan terug tot 1397, toen op die plek een boerderij stond. In 1643 kocht de<br />
schrijver en raadspensionaris Jacob Cats de hoeve en liet deze in 1652 grondig verbouwen<br />
tot een landhuis. In 1675 werd het Catshuis verkocht aan graaf Bentinck die het park en de<br />
tuinen uitgebreid liet verfraaien. Via een aantal eigenaren, onder wie de latere koning Willem<br />
II, kwam het landgoed in 1885 in het bezit van de familie Goekoop. Sinds 1961 is het<br />
Catshuis bezit van de Nederlandse staat. Behalve op aanwijzingen voor eventueel prehistorisch,<br />
proto-historisch en/of middeleeuws landgebruik en bewoning was het archeologisch<br />
onderzoek gericht op de mogelijke identificatie van elementen van het oorspronkelijke<br />
boerderijcomplex (16de eeuw en/of ouder) onder het Catshuis en daarbuiten. De oudste<br />
sporen op de onderzoekslocatie ten noorden van het Catshuis zijn een aantal greppels in het<br />
duinzand, waaruit enkele aardewerkfragmenten uit de 13de en de 14de eeuw geborgen konden<br />
worden.<br />
Tijdens de renovatie van het Catshuis zijn inpandig sporen aangetroffen van de 16de-eeuwse<br />
boerderij. Het betrof een met zand en puin gevulde kelder met een vloer van ongeglazuurde<br />
plavuizen waarvan een deel onder de opengebroken vloeren van de eet- en dienkamer<br />
van het huidige Catshuis kon worden opgemeten. De kelder was circa 3 m breed en vermoedelijk<br />
iets meer dan 4 m lang, met aan de noordoostzijde een doorgang naar een kleiner<br />
vertrek van circa 2 bij 2 m. In deze ruimte bevond zich oorspronkelijk de ingang met de<br />
keldertrap. Dit vertrek was in een later stadium dichtgezet met muurwerk. Zoals gebruikelijk<br />
ligt het woongedeelte met de kelder en de opkamer aan de oostzijde van de boerderij.