VVP 1-20 voor web
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Adviseur en<br />
financierings<strong>voor</strong>behoud<br />
HYPOTHEKEN – Een financieel adviseur die de consument bijstaat in het verkrijgen<br />
van een financiering <strong>voor</strong> zijn woning dient de consument actief te<br />
waarschuwen als de met de verkoper overeengekomen termijn van het financierings<strong>voor</strong>behoud<br />
dreigt te verlopen. Daarbij is het onvoldoende om de<br />
consument alleen te wijzen op de datum waarop dit <strong>voor</strong>behoud verloopt. De<br />
adviseur zal de consument ook ondubbelzinnig moeten wijzen op de consequenties<br />
van het eventueel verlopen van deze termijn zonder dat er zekerheid<br />
is dat de financiering gerealiseerd zal worden.<br />
Het behoort wel degelijk tot de zorgplicht van een hypotheekadviseur<br />
dat hij de gegeven termijn van het financierings<strong>voor</strong>behoud bewaakt en<br />
consument (tijdig) waarschuwt <strong>voor</strong> het verlopen van deze termijn (zie bij<strong>voor</strong>beeld<br />
Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nrs. <strong>20</strong>18-488 en<br />
<strong>20</strong>19-302). Onder omstandigheden kan het onvoldoende bewaken van termijnen<br />
als een tekortkoming worden aangemerkt en tot schadeplichtigheid leiden<br />
(zie Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. <strong>20</strong>19-599) – Uitspraak<br />
GC <strong>20</strong><strong>20</strong>-037<br />
Bank mag advies verplicht stellen<br />
HYPOTHEKEN – Een geldverstrekker kan niet verplicht worden om een hypothecair<br />
krediet op basis van execution only aan te bieden. Ook niet indien de betreffende<br />
consument zelf “deskundig” is op het gebied van hypothecair krediet.<br />
De Commissie oordeelt in lijn met eerdere uitspraken dat als uitgangspunt<br />
dient te gelden dat er geen wettelijke bepaling bestaat, die aangeeft op<br />
welke wijze de Bank haar producten dient aan te bieden. Het is de Bank toegestaan<br />
om dit, conform haar beleid, via de weg van verplicht advies te doen.<br />
De Bank is er niet toe gehouden haar diensten via execution only, dus zonder<br />
advies, aan te bieden. Dit kan ertoe leiden dat ook vragen, die in de ogen van<br />
een consument wellicht gewoon vragen zijn, worden gekwalificeerd als een<br />
adviesgevoelige vraag of een vraag die dusdanige gevolgen kan hebben dat<br />
advies wel gewenst is, ook zonder inschakeling van een adviseur niet mogen<br />
worden beantwoord. – Uitspraak <strong>20</strong><strong>20</strong>-048<br />
Leren van KiFiD-uitspraken<br />
De uitspraken van Kifid bevatten regelmatig belangrijke leermomenten<br />
<strong>voor</strong> financieel advieskantoren en verzekeraars. In elk nummer vat <strong>VVP</strong><br />
recente uitspraken samen.<br />
De samenvatting Hypotheken<br />
wordt u aangeboden door de<br />
Centrale organisatie en<br />
aangesloten instelling<br />
HYPOTHEKEN – Op grond van de Wft is het mogelijk<br />
dat een onderneming andere ondernemingen<br />
onder haar Wft-vergunning laat werken. Artikel<br />
2:105 Wft bepaalt dat de Centrale Organisatie publiekrechtelijk<br />
verantwoordelijk is <strong>voor</strong> het doen<br />
en laten van de aangesloten instelling. Dit betekent<br />
dat als de AFM een eventuele sanctie oplegt,<br />
in verband met onjuist gedrag van de aangesloten<br />
instelling, deze zal opleggen aan de centrale organisatie.<br />
In de uitspraak <strong>20</strong>19-245 trekt Kifid deze toerekening<br />
ook door naar het privaatrecht:<br />
Op grond van artikel 2:105 lid 3 Wft geldt het<br />
handelen en nalaten van een aangesloten organisatie<br />
inzake het adviseren van financiële producten<br />
(zoals een hypothecaire geldlening) en de<br />
bemiddeling daarin, als het handelen en nalaten<br />
van centrale organisatie. Dat betekent dat deze<br />
klachtprocedure bij de Geschillencommissie formeel<br />
gericht is tegen de centrale organisatie. Aangesloten<br />
instelling is door de Geschillencommissie<br />
in de procedure opgeroepen, omdat aangesloten<br />
instelling de contractspartij is van Consument en<br />
bij uitstek de partij die de inlichtingen heeft kunnen<br />
verstrekken die benodigd zijn <strong>voor</strong> de beoordeling<br />
van het geschil. Hoe de centrale organisatie<br />
en aangesloten instelling hun onderlinge aansprakelijkheid<br />
en verhaalsmogelijkheid (destijds)<br />
hebben geregeld, is <strong>voor</strong> deze klachtprocedure<br />
niet relevant.<br />
Wordt in de Kifid-procedure dus, door het nalaten<br />
van een aangesloten instelling, aan de consument<br />
een schadevergoeding toegekend, dan<br />
houdt Kifid de centrale organisatie hier<strong>voor</strong> aansprakelijk.<br />
Deze centrale organisatie dient in de<br />
beleving van Kifid deze schade aan de consument<br />
te vergoeden om vervolgens te trachten deze vergoeding<br />
op de aangesloten instelling te verhalen.<br />
– Uitspraak <strong>20</strong>19-245<br />
52 | <strong>VVP</strong> NR 1 MAART <strong>20</strong><strong>20</strong>