U-Boot “Sharcon” - Electronic.hu

Bouwfase 4: de inbouw van de radiobesturing, delen 4.1-4.19
Opmerking:
Bij een star uitgevoerd duikroer komt de duikroerservo 4.13 te vervallen. Bij een beweegbaar
duikroer vervallen het madenschroefje 4.9 en de stelring 4.10.Alle andere delen en
werkzaamheden blijven voor beide versies hetzelfde.
Op die manier is het mogelijk om met het model in het begin met een star uitgevoerd
duikroer te varen, en als we er voldoende aan gewend zijn het duikroer functionerend uit
te voeren.
• De gestansde, 2 mm dikke accusteunen 4.1 aan beide kanten zodanig bijschuren, dat ze klemvrij in
de 1,5 mm sleuf van de accu 4.2 aangebracht kunnen worden.
• De vier steunen tot de aanslag naar boven schuiven en met secondenlijm vastzetten.
• De bedieningsstang 4.3 voor de schakelaar aan een kant volgens de bovenaanzicht voorbuigen en
aan de binnenkant door de binnenste boring van de achterste drukkamerkap schuiven.
• De schakelaar 4.4 zodanig inbouwen dat deze bij de schuif naar achteren, ofwel trekken aan de
stang, in de positie „uit“ staat. Als de boot later bij het varen een keer met de schakelstang ergens
achter haakt, is op deze manier zekergesteld dat de radiobesturing ingeschakeld blijft.
• De dwarsboring in de schuif van de schakelaar nauwkeurig volgens het detailaanzicht „Y“ aftekenen
en met 1,5 mm voorboren. Het gaatje tot 2 mm opboren.
• De stang 4.3 vanaf de onderkant door die boring schuiven. Daartoe de stang overeenkomstig
bijbuigen.
• De stang met de stelring 4.5 en het ingedraaide madenschroefje 4.6 borgen. De stang volgens plan
op lengte maken. Het bijgeknipte einde degelijk ontbramen.
• De manchet 4.7 aan de binnenkant goed met water natmaken. Aan dat water moet een scheut
afwasmiddel toegevoegd zijn.
• De manchet op de stang 4.3 naar voren schuiven, tot op de nippel van de drukkamerkap 1.8. De
manchet op een totale lengte van ongeveer 50 mm instellen.
• De accu 4.2 bij wijze van proef in de uitsparing van de inschuifplaat aanbrengen.
• De steunen 4.8 voor de buitenmantels 2.15 en 2.16 met 3,2mm boren, vanaf de voorkant opschuiven
en aan de hand van het bovenaanzicht uitrichten. De buitenrand van de steunen mag niet over de
rand van de inschuifplaat steken. De steunen vastlijmen.
• Los op de buitenmantel 2.15 van de duikroer-aanstuurstang een stelring 4.10 met madenschroefje
4.9 schuiven.
• De duikroer-aanstuurstang 4.11 tot 420 mm, de richtingsroeraanstuurstang 4.12 tot 495 mm inkorten.
De bijgeknipte einden zuiver ontbramen.
• De stangen 4.11 en 4.12 elk aan een kant z-vormig buigen en aan de stuurschijven van de betreffende
servo’s 4.13/4.14 bevestigen.
109