Erfolgreiche ePaper selbst erstellen
Machen Sie aus Ihren PDF Publikationen ein blätterbares Flipbook mit unserer einzigartigen Google optimierten e-Paper Software.
• Het middendeel 5.2 aan de voorkant met Stabilit-Expreá aan de schroefaskoker lijmen. Er mag geen<br />
lijm in de schroefaskoker lopen.<br />
Tips voor de nu volgende bewerking van de rompdelen:<br />
Bij het boren van de gaatjes voor de zelftappers, eerst de gaatjes van 1,5 mm<br />
gemeenschappelijk in beide delen boren. Aansluitend wordt het gaatje van het aan de<br />
buitenkant aanwezige deel, als doorvoergaatje, tot 2,5 mm vergroot.<br />
Deze procedure wordt niet meer apart beschreven.De sleufgaten voor de doorstroming<br />
van de romp worden stap voor stap, met 1,5 mm aanvangend, tot 3 mm opgeboord.<br />
• De onderste sleufgaten voor de waterafvloeiing aan de hand van de markeringen in het onderste<br />
romp-achterdeel 5.3 boren en uitvijlen.<br />
• Aan de achterkant de drie stangdoorvoersleuven boren en naar het verloop van de stangen uitvijlen.<br />
• Deel 5.3 aan de hand van de markeringen bijsnijden en zodanig aan de stabilisatie-eenheid<br />
aanpassen, dat het aan de achterkant afsluit. Neem nota van de sleuven en opening naar achteren.<br />
De zijdelingse sleufgaten contourgetrouw bijvijlen.<br />
• De voorkant van deel 5.3 zodanig bijsc<strong>hu</strong>ren, dat deze precies gelijk komt met de binnenrand van<br />
de achterste drukkamerkap.<br />
• Het romp-achterdeel met secondenlijm aan de binnenkant van de stabilisatie-eenheid fixeren. Met<br />
Stabilit-Express nalijmen.<br />
• Het model in zijn standaard draaien en daarbij het rompachterdeel horizontaal uitrichten.<br />
• Precies in het midden een gaatje van 1,5 mm door deel 5.3 en de rand van de drukkamerkap 1.8<br />
boren. De kap zelf mogen we niet inboren. Dit geldt ook bij het boren van de volgende gaatjes. De<br />
maat 10 mm beslist aanhouden.<br />
• Deel 5.3 met een zelftapper 5.4 aan de drukkamerkap bevestigen.<br />
• De twee zijdelingse gaatjes boren en het romp-achterdeel met de twee resterende zelftappers 5.4<br />
bevestigen.<br />
• De contramoer 5.5 op de schroefas draaien; daarbij een ruimte van 0,5 mm tussen het lager van de<br />
schroefaskoker aanhouden.<br />
• De naaf van de schroef 5.6 volgens de bovenaanzicht inkorten. De zaagsnede zuiver bijwerken. De<br />
schroef op de as draaien en met de moer 5.5 borgen.<br />
• Het achterste duikroer 5.7 en richtingsroer 5.8 met de holnieten 5.9 en zelftappers 5.10 licht<br />
beweegbaar aan de stabilisatievlakken monteren.<br />
• Bij de roerhevels 5.11 de tappen afsnijden, de snijvlakken vlaksc<strong>hu</strong>ren. Bij die roerhevels het binnenste<br />
gaatje tot 1,5 mm opboren.<br />
• De twee roerstangen 5.12 en 5.13 op maat (220 mm) maken, ieder aan het einde van een z-buiging<br />
voorzien en aan de roerhevels bevestigen.<br />
• De drie buitenmantels 5.14 op lengte (100 mm) maken.<br />
• Twee van deze buitenmantels op de stangen 5.12 en 5.13 sc<strong>hu</strong>iven.<br />
111