TRENDS IN SLIBONTWATERING - Stowa
TRENDS IN SLIBONTWATERING - Stowa
TRENDS IN SLIBONTWATERING - Stowa
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
STOWA 2012-46 <strong>TRENDS</strong> <strong>IN</strong> SLIBONTWATER<strong>IN</strong>G<br />
De magnesiumconcentratie in de slibkoek geeft daarom een betere correlatie met het ontwateringsresultaat<br />
dan de fosfaatconcentratie in het filtraat. De hogere magnesium concentraties<br />
zorgen voor een betere neutralisatie van de lading in de slibdeeltjes met als gevolg betere<br />
ontwateringsresultaten. Een alternatieve verklaring is dat de gevormde harde struviet deeltjes<br />
een soort filtratiehulp vormen die een betere afvoer van het slibwater mogelijk maken.<br />
Deze hypotheses zouden getoetst kunnen worden door de magnesiumconcentratie in het filtraat<br />
te onderzoeken. Helaas zijn hiervan geen gegevens beschikbaar. Wel is er in maart 2012<br />
een forse toename van de magnesiumconcentratie in het secundaire slib van de rwzi Emmen<br />
gemeten (van 5 naar 12 g/kg ds). Omdat de magnesium dosering pas na de slibgisting plaatsvindt,<br />
kan deze toename het gevolg kunnen zijn van een retourbelasting van magnesium vanuit<br />
het filtraat van de slibontwatering. Dit zou betekenen dat niet alle magnesium gebonden<br />
is als struviet en dus een rol kan spelen bij het neutraliseren van de lading in de slibvlokken.<br />
In de periode dat er nog geen magnesium gedoseerd werd is de magnesium concentratie in<br />
het slib duidelijk lager en is er ook een minder duidelijk verband tussen het droge stof gehalte<br />
van de slibkoek en de magnesiumconcentratie. Als er al een correlatie is dan is deze juist<br />
tegengesteld aan de correlatie die voor de periode van magnesiumdosering wordt gevonden.<br />
3.3.6 invloed stikstof en stikstofverwijdering<br />
In de gegevens van het CBS is informatie opgenomen over het moment van invoering van<br />
de stikstofverwijdering en de methode van stikstofverwijdering. Op basis van deze informatie<br />
was aanvankelijk een dataset samengesteld die er op leek te wijzen dat de invoering van<br />
een vorm van stikstofverwijdering leidt tot een verslechtering van het ontwateringsresultaat.<br />
Navraag bij een aantal waterschappen leerde dat de gegevens van het CBS op dit punt niet erg<br />
betrouwbaar waren. Bij bijna de helft van de nader onderzochte zuiveringen bleek er geen<br />
vorm van stikstofverwijdering geïntroduceerd. Bij de zuiveringen waar dit wel was gebeurd<br />
bleek de datum van invoering veelal niet correct.<br />
Op basis van de aanvullende informatie kon een kleinere dataset van negen slibontwateringen<br />
worden samengesteld van zuiveringen waarvan zeker is dat er een vorm van stikstofverwijdering<br />
is ingevoerd. Deze set is verder nog aangevuld met gegevens van de slibontwatering<br />
van Walcheren waar ook stikstofverwijdering was ingevoerd, maar wel in combinatie met<br />
biologische fosfaatverwijdering. In totaal zijn zo gegevens beschikbaar van tien slibontwateringen<br />
waar een vorm van stikstofverwijdering is ingevoerd.<br />
tabel 12 effect invoering stikstofverwijdering op ontwateringsresultaat (gemiddelden van 2 jaar voor invoering maatregel<br />
en 2 jaar na invoering maatregel)<br />
slibontwatering jaar nitrificatie/ denitrificatie effect op droge stof slibkoek<br />
effect op pe verbruik<br />
(in % ds)<br />
(g kg actief/kg ds)<br />
voor na delta voor na delta<br />
Walcheren 2004 nitrificatie 27,7 24,2 -3,5 8,4 7,2 -14%<br />
Kralingseveer 2008 denitrificatie 24,9 23,5 -1,4 13,2 15,8 20%<br />
Tiel 2006 nitrificatie & denitrificatie 26,6 25,4 -1,2 6,0 6,0 0%<br />
Nijmegen 2003 denitrificatie 26,1 26,8 0,7 6,6 7,2 9%<br />
Schelluinen 2008 denitrificatie 23,1 22,9 -0,2 17,5 15,8 -10%<br />
Gendt 2006 nitrificatie & denitrificatie 17,0 15,9 -1,1 6,8 7,5 11%<br />
Bath 2002 denitrificatie 22,4 20,8 -1,6 5,1 5,2 2%<br />
Dongemond 2002 denitrificatie 22,3 23,3 1,0 5,9 6,5 10%<br />
Etten 2004 denitrificatie 21,3 20,0 -1,3 23,7 24,7 4%<br />
Roermond 2004 denitrificatie 23,1 21,2 -1,8 Geen data<br />
39