PDF (5,78 MB) - Oost Flevoland Woondiensten

14
Voor alle Nederlandse corporaties betekent dit € 620
miljoen per jaar. Omgerekend naar het aantal wo-
ningen betekent dit voor OFW een bedrag van € 1,4
miljoen. Dit geld kan OFW dus niet uitgegeven aan
onrendabele investeringen bij modernisering van wo-
ningen, onderhoud of nieuwbouw. Het is bovendien
geld dat niet kan worden besteed in de Dronter sa-
menleving.
Wat betekent € 1,4 miljoen nu op de begroting van
OFW? De huurinkomsten van OFW bedragen onge-
veer € 27 miljoen. OFW geeft per jaar ongeveer € 14,5
miljoen uit aan rente en aflossing (2% leningporte-
feulle van € 225 miljoen). De gemiddelde rente is nu
ruim 4%, dat is vrij laag. Als de rente stijgt, nemen
de kosten toe. De extra bijdrage voor huurtoeslag
(€ 1,4 miljoen) is meer dan 10% van de ruimte van €
12,5 miljoen die resteert. Maar dat bedrag heeft OFW
nodig voor onderhoud, dienstverlening, leefbaarheid,
belastingen, verzekeringen, wijk- en buurtbeheer, per-
sonele lasten en dergelijke. OFW zal, zoals ook an-
dere corporaties, alle zeilen bij moeten zetten om een
dergelijke besparing te kunnen realiseren. Het inves-
teringsprogramma zal moeten worden bijgesteld.
vernieuwing huisvestingswet
De huisvestingswet zal naar alle waarschijnlijkheid
worden vernieuwd. Het uitgangspunt is vrijheid van
vestiging; bindingseisen mogen alleen bij grote uitzon-
dering. OFW stelt geen bindingseisen. OFW spant zich
alleen extra in voor mensen uit de gemeente die drei-
gen dakloos te worden in het kader van het sluitend
vangnet. Het is nog onbekend of de wet gevolgen zal
hebben voor het inschrijvings- en toewijzingsbeleid.
Hypotheekrenteaftrek
De discussie over de rechtmatigheid en doelmatig-
heid van de hypotheekrenteaftrek die Nederland kent,
is nog lang niet uitgewoed en is dan ook een ontwik-
keling die een grote (verlammende) invloed heeft op
de woningmarkt. De markt voor nieuwbouwkoopwo-
ningen is risicovol, de mogelijkheden om bestaande
huurwoningen te verkopen is beperkter.
O o s t F l e v o l a n d W o o n d i e n s t e n - J a a r v e r s l a g 2 0 1 0
Staatssteun en europese beschikking
Op 15 december 2009 heeft de Europese Commissie
de beschikking met betrekking tot staatssteun voor
Nederlandse woningcorporaties gepubliceerd (welke
activiteiten kunnen wel/ niet met staatssteun worden
gedaan?). Binnen de administratie van een corporatie
(dus ook die van OFW) moet een splitsing gemaakt
worden tussen activiteiten met en activiteiten zonder
staatssteun (DAEB (Diensten van Algemeen Econo-
misch Belang) en niet-DAEB). Activiteiten met staats-
steun zijn verhuur van woningen onder de huurtoe-
slaggrens, maatschappelijk vastgoed (gelimiteerde
lijst) en overige (zoals Vogelaarwijken).
De overheid heeft, op basis van deze Europese re-
gelgeving, beslist dat per 1 januari 2011 de woning-
corporaties 90% van hun sociale woningen (met een
huurprijs van maximaal € 652,52 per maand) moeten
verhuren aan mensen met een jaarinkomen van min-
der dan € 33.614 (bruto per huishouden). De lande-
lijke maatregel heeft geen gevolgen voor de huidige
huurders, maar wel bij nieuwe verhuringen. Houdt
een woningcorporatie zich niet aan de regelgeving,
dan kan de corporatie geen door het WSW geborg-
de leningen afsluiten (met een hoger rentetarief als
gevolg). De voordelige leningen hebben woningcor-
poraties nodig om te investeren in nieuwbouw en
renovatie van sociale woningen en maatschappelijk
vastgoed. Als corporaties meer rente moeten betalen,
gaat dat ten koste van de investeringen in deze pro-
jecten. De verwachting is dat, door de nieuwe regels,
het voor mensen uit de middeninkomensgroep lastig
wordt, om een betaalbare huurwoning te vinden, nu
zij nauwelijks meer een woning bij de woningcorpo-
ratie kunnen huren.
OFW ontwikkelt beleid op basis van de Europese richt-
lijnen. Zij wil aan de gestelde normen voldoen tenein-
de in aanmerking te blijven komen voor staatssteun.
OFW registreert vanaf 1 januari 2011 bij verhuring de
inkomens. Ook ontwikkelt OFW in 2011 beleid voor
de groep woningzoekenden met een inkomen (net)