Milieuhandhavingsrapport 2010 (5,1 MB) - Lne.be
Milieuhandhavingsrapport 2010 (5,1 MB) - Lne.be
Milieuhandhavingsrapport 2010 (5,1 MB) - Lne.be
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
krijgen van de VOS-emissies in<br />
de haven van Antwerpen werd in<br />
<strong>2010</strong> een SOF-analyse uitgevoerd<br />
op de rechteroever van de Schelde<br />
in Antwerpen t.h.v. verscheidene<br />
chemie<strong>be</strong>drijven en raffinaderijen en<br />
dit gedurende een totaal van 19 meetdagen.<br />
De focus lag op alkaanemissies,<br />
maar ook ethyleen, propyleen en ammoniak<br />
werden gemeten en met <strong>be</strong>hulp van een mobiel<br />
DOAS-meetinstrument werden ook NO2 en SO2 <strong>be</strong>paald<br />
(Differential Optical Absorption Spectroscopy van<br />
UV-licht).<br />
De SOF-methode is een methode waarbij men met een<br />
meetwagen langs de terreingrenzen van een <strong>be</strong>drijf rijdt<br />
(gemiddeld aan 20-30 km/u) en gelijktijdig het absorptieprofiel<br />
in de lucht tussen zon en detector <strong>be</strong>paalt<br />
waaruit de hoeveelheden VOS kan afleiden.<br />
De gemeten VOS-emissies werden vergeleken met de<br />
gerapporteerde gegevens in zowel het IMJV als de E-<br />
PRTR databank (European Pollutant Release and Transfer<br />
Register). Uit voorlopige cijfers blijkt dat er een emissie<br />
van 5.5 ton/uur VOS in het havengebied was, wat een<br />
vrij grote discrepantie oplevert met de optelsom van<br />
gerapporteerde <strong>be</strong>drijfsgegevens. De verhouding tussen<br />
de gemeten en gerapporteerde gegevens zou ongeveer 1<br />
moeten <strong>be</strong>dragen in de veronderstelling dat emissies gelijk<br />
verdeeld zijn over een jaar. Deze verhouding varieert<br />
echter van 3 tot 8 en overstijgt zelfs ruim een factor 10<br />
in sommige havengebieden. Een definitief rapport wordt<br />
<strong>be</strong>gin 2011 verwacht.<br />
Geurhinder<br />
Geurhinder is één van de vaakst voorkomende klachten<br />
waarmee MI geconfronteerd wordt. In <strong>2010</strong> kregen de<br />
toezichthouders Van MI dan ook een handleiding voor de<br />
aanpak van geurklachten en –problemen. Deze handleiding<br />
werd toegelicht tijdens een interne opleidingsdag.<br />
Ze <strong>be</strong>schrijft en illustreert alle stappen in het proces met<br />
o.a. klachtenregistratie, oordeel over de gegrondheid van<br />
een klacht, oordeel over brontoewijzing, oordeel over de<br />
aanvaardbaarheid van de geurhinder, oordeel over saneringen,…<br />
aan de hand van stroomschema’s.<br />
Soms is het voor een toezichthouder niet eenvoudig om<br />
op basis van eenvoudige sensorische vaststellingen, zoals<br />
<strong>be</strong>schreven in de handleiding, de geurhinder duidelijk in<br />
kaart te brengen. Daarom <strong>be</strong>schikt MI ook over de mogelijkheid<br />
om geuronderzoeken door erkende deskundigen<br />
te laten uitvoeren. Redenen om voor een geuronderzoek<br />
te kiezen zijn o.a. <strong>be</strong>drijven met eenzelfde geurkarakteristiek,<br />
<strong>be</strong>drijven die de geurproblematiek niet willen erkennen<br />
of zelfs eenvoudigweg ontkennen, … .<br />
In <strong>2010</strong> werden 4 geuronderzoeken opgestart waarvan<br />
de resultaten eind <strong>2010</strong> nog niet gekend zijn. In Destel<strong>be</strong>rgen<br />
wordt de geursituatie rondom een verwerker van<br />
dierlijk afval onder de loep genomen. In Roeselare wordt<br />
een complex geuronderzoek uitgevoerd bij een producent<br />
van champignoncompost, drie afvalverwerkende<br />
<strong>be</strong>drijven, een vergistingsinstallatie, een rioolwaterzuiveringsinstallatie<br />
en een voedings<strong>be</strong>drijf. In Maaseik wordt<br />
de geurimpact <strong>be</strong>paald van een champignoncomposterings<strong>be</strong>drijf<br />
en een producent van tuincompost. Een geur-<br />
onderzoek in Hoboken moet de geurhinder <strong>be</strong>palen van<br />
twee producenten van metalen constructies, inclusief het<br />
spuiten van deze constructies en een metallurgisch nonferro<strong>be</strong>drijf.<br />
Naast het opstarten van 4 geuronderzoeken werd in <strong>2010</strong><br />
ook één geuronderzoek in de omgeving van Maasmechelen<br />
gefinaliseerd.<br />
Geuronderzoek op en rond het industrieterrein ‘Op<br />
De Berg’ in Maasmechelen<br />
Het geuronderzoek werd in 2009 opgestart met als<br />
voornaamste doel een na-evaluatie uit te voeren om het<br />
effect van de saneringen bij een champignoncomposterings<strong>be</strong>drijf<br />
na te gaan.<br />
Uit het onderzoek ‘Geurmethodologie: optimalisatie<br />
van het instrument geuronderzoek en de MI-aanpak van<br />
geurproblemen’ was immers gebleken dat het <strong>be</strong>langrijk<br />
kan zijn om de doeltreffendheid van de genomen maatregelen<br />
te evalueren in een gelijkaardig geuronderzoek<br />
als datgene waarbij de hinder eerder reeds werd onderzocht<br />
en als onaanvaardbaar werd <strong>be</strong>oordeeld. Ook is het<br />
mogelijk om de resterende geurimpact te toetsen aan de<br />
hand van het aanvaardbaarheidscriterium afgeleid uit dat<br />
eerdere onderzoek.<br />
In 2003-2004 werd een eerste geuronderzoek uitgevoerd.<br />
Aan de hand van een klachtenanalyse, geurdagboeken,<br />
telefonische enquêtes, snuffelploegmetingen<br />
en emissiemetingen met olfactometrische en chemische<br />
analyses werd de impact van verschillende <strong>be</strong>drijven op<br />
de omgeving <strong>be</strong>paald.<br />
Belangrijkste bron van de geurhinder bleek een champignoncomposterings<strong>be</strong>drijf<br />
te zijn. MI maande het <strong>be</strong>drijf<br />
aan om de nodige geurreducerende maatregelen te nemen.<br />
Resultaten van het MIP + evaluaties per thema -<br />
63